Inhoudsopgave
Hoorcollege 24; Gedragsstoornissen bij kinderen..............................................................................1
Week 6&7; Het kind met psychiatrische
Hoorcollege........................................................................................................................................1
Literatuur hoorcollege........................................................................................................................3
problemen
Hoorcollege 25; Autisme/ Psychosen bij kinderen.............................................................................5
KIND IN ZORG 2
Hoorcollege........................................................................................................................................5
Literatuur hoorcollege........................................................................................................................7
Hoorcollege 26; De zorg voor het kind met Anorexia Nervosa/ Boulimia.........................................10
Hoorcollege......................................................................................................................................10
Literatuur hoorcollege......................................................................................................................18
Hoorcollege 27; Therapietrouw in de Kind- en Jeugdpsychiatrie......................................................18
Hoorcollege......................................................................................................................................18
Literatuur hoorcollege......................................................................................................................19
Hoorcollege 28; Angsten, Fobieën en TS bij adolescenten...............................................................25
Hoorcollege......................................................................................................................................25
Literatuur hoorcollege......................................................................................................................26
Werkcollege 14; De zorg voor het kind met gedragsstoornissen......................................................30
Werkcollege.....................................................................................................................................30
Literatuur werkcollege.....................................................................................................................30
Werkcollege 15; De zorg voor het kind met Autisme / Psychosen....................................................34
Werkcollege.....................................................................................................................................34
Literatuur werkcollege.....................................................................................................................34
Werkcollege 16; Communicatie met het kind met gedragsstoornissen / autisme / psychosen en het
gezin................................................................................................................................................35
Werkcollege.....................................................................................................................................35
Literatuur werkcollege.....................................................................................................................35
Werkcollege 17; De zorg voor de adolescent met angsten, fobieën en tentamen suïcide.................35
Werkcollege.....................................................................................................................................35
Literatuur werkcollege.....................................................................................................................35
Hoorcollege 24; Gedragsstoornissen bij kinderen
Hoorcollege
Stress-kwetsbaarheidmodel
Kwetsbaarheid
o Aanleg
o Erfelijk
o Toeval
Stress Deze samenvatting is gemaakt voor de
keuzecursus Kind in zorg 2 voor de Hogeschool
o Traumatische gebeurtenis
o Instabiliteit in jeugd Utrecht
o Middelen
,Gedragsstoornissen
Geïnternaliseerde gedragsproblemen
o Gedrag dat zich naar binnen richt
o Emotionele problemen
o Laag zelfbeeld
Geëxternaliseerde gedragsproblemen
o Gedrag dat zich op een ander richt
o Agressie
o Gebrek aan empathie
Attention Deficit Hyperactivity Disorder (ADHD)
ADHD is een stoornis in de hersenontwikkeling
Informatieverwerkingsprobleem
Kenmerken
o Slechte concentratie
o Over beweeglijkheid
o Rusteloosheid
o Impulsiviteit
Functies werken nog niet goed
o Aandacht
o Geheugen
o Inhibitie (stoppen)
o Plannen
o Overzicht in tijd
Oorzaak en beloop
o Grote erfelijke belasting (80%)
o Komt 2 á 3 keer vaker voor bij jongens dan bij meisjes
o Beloop daling van symptomen met de tijd
Diagnostiek
o Strooptest
o Lees de woorden, niet de kleuren
o Moeilijker wanneer concentratie minder goed is
o Kan frustrerend zijn voor kinderen
Wat helpt?
o Structuur kleurklok
o Prikkelvermindering koptelefoon op
o Medicatie
ODD en CD
Oppositional Defiant Disorder
o Oppositioneel opstandige gedragsstoornis
Conduct disorder
o Gedragsstoornis
, o Jeugdcriminaliteit
Kenmerken ODD en CD
Oppositioneel verzet tegen de leiding van volwassenen
Agressief schade toebrengen aan een ander persoon / voorwerp
Antisociaal normen of regels overtreden (liegen, stelen, spijbelen)
ODD is een milde vorm of een voorloper van een gedragsstoornis (CD)
o Driftig, ruzie, opstandig, anderen opzettelijk ergeren of beschuldigen,
prikkelbaar, boos, hatelijk wraakzuchtig
Gedragsstoornis (CD) agressie naar mens en / of dier, vernieling, onbetrouwbaar
(diefstal), ernstige schendig van regels
Prevalentie en prognose
Beginnend in de kinderleeftijd combinatie van erfelijkheid en omgevingsfactoren
Het aantal kinderen met ODD varieert van 2 -16%, iets meer jongens dan meisjes
Gedragsstoornis (CD) 2% kinderen, driemaal meer jongens dan meisjes
Beloop meer risico op termijn voor delinquentie, psychiatrische stoornissen
(depressie, verslaving, persoonlijkheidsstoornissen) en sociale uitval
Beïnvloedende factoren
Psychologische factoren temperament
Deels genetisch bepaald
Laag angstniveau
Gezinsinteractie
Sociale uitsluiting
Wat helpt?
Psycho-eductie kind en ouder
Pedagogische vaardigheden vergroten opvoeding
Gedragstherapie beloningsgevoeligheid vergroten
Medicatie Pas nadat andere stappen niet voldoende helpen
Literatuur hoorcollege
Altrecht – Gedragsstoornissen
Er is sprake van een gedragsstoornis als je gedurende langere tijd gedrag vertoont waar
anderen erg veel last van hebben. En als dat gedrag duidelijk een nare invloed heeft op je
eigen functioneren.
Het is normaal dat kinderen zich tegen volwassenen verzetten. Ook liegen, vechten en pesten
komen weleens voor bij kinderen die zich normaal ontwikkelen. Maar als dit gedrag langere
tijd duurt en het duidelijk een nare invloed heeft op het functioneren van het kind, kan er
sprake zijn van een oppositioneel-opstandige of een antisociale gedragsstoornis. Deze
begrippen worden hieronder uitgelegd.
, Oppositioneel-opstandig gedrag (ODD)
Oppositioneel-opstandig gedrag (ODD)is gedrag waarbij het kind zich verzet tegen de leiding
van volwassenen. Hij of zij weigert om te doen wat wordt gevraagd of reageert driftig op
correcties en verboden. Ook kan het kind doen alsof het iets niet gehoord heeft, iets is
vergeten of iets net anders doen dan werd gevraagd.
Antisociaal gedrag (Cd)
Antisociaal gedrag (CD) is gedrag van het kind waarbij anderen geweld wordt aangedaan,
bijvoorbeeld vechten en stelen, bedreigen, liegen of spijbelen.
Agressief gedrag
Gedrag is agressief als met opzet schade wordt toegebracht aan een andere persoon of aan
een voorwerp, bijvoorbeeld door slaan, schoppen of vernielen. Of gedrag waarvan andere
mensen veel last ondervinden zoals pesten, schreeuwen, uitschelden en bedreigen.
Gedragsstoornissen kunnen verschillende oorzaken hebben, die elkaar ook onderling kunnen
versterken. De oorzaak van een gedragsstoornis kan liggen in de opvoeding van het kind. Als
ouders bijvoorbeeld onvoldoende regels stellen of als ze inconsequent en vaak hard straffen
of weinig toezicht houden op het doen en laten van hun kind, dan kan dat leiden tot een
ODD of CD. Deze opvoedingskenmerken kunnen voor een deel samenhangen met
eigenschappen van de ouders, zoals gedeprimeerdheid of prikkelbaarheid, psychiatrische
problemen, delinquentie of huwelijksproblemen.
Andere mogelijke oorzaken van gedragsstoornissen zijn leerproblemen, spraak- en
taalproblemen, problemen in de motoriek, zwakbegaafdheid, middelenmisbruik of
emotionele problemen. Tot slot kan ook erfelijke aanleg een rol spelen.
Korrelatie – Gedragsstoornissen
Een gedragsstoornis is een psychiatrisch ziektebeeld bij kinderen. Het is een
ontwikkelingsstoornis waarbij kinderen afwijkend, zeer moeilijk gedrag vertonen.
Gedragsstoornissen ontstaan vanuit een erfelijke of aangeboren afwijking, in combinatie met
risicofactoren in het kind zelf en zijn of haar omgeving. Als de oorzaak in de omgeving ligt,
spreekt men van een gedragsprobleem.
Gedragsstoornissen zijn onderverdeeld in:
Oppositional Defiant Disorder (ODD)
o Kinderen met ODD zijn moeilijk in de opvoeding, opstandig en ongehoorzaam,
maar niet gewelddadig.
Conduct Disorders (CD)
o Kinderen met CD vertonen asociaal gedrag, zonder respect voor de rechten en
gevoelens van anderen.
Oorzaken van gedragsstoornissen
Bij het ontstaan van een gedragsstoornis is er vaak sprake van een wisselwerking tussen
risicofactoren bij het kind en risicofactoren in de omgeving. Een risicofactor in het kind is
bijvoorbeeld impulsiviteit; een voorbeeld vanuit de omgeving is mishandeling.
Gelukkig zijn er ook beschermende factoren, zoals een goede ouder/kind relatie, hoge
intelligentie, goede vrienden of een school die goede en duidelijke structuur biedt.
Symptomen van gedragsstoornissen
Onderstaand gedrag valt op bij kinderen met een gedragsstoornis – maar hoeven niet
allemaal voor te komen.