College 1
Plaats en structuur van de Awb
Komst van de Awb
- Grondwetsherziening 1983 (2e lezing): art. 107 Gw
1. De wet regelt het burgerlijk(proces) recht en strafrecht(proces)recht
2. De wet stelt algemene regels van bestuursrecht vast
Wat bracht de Awb?
De Awb werkt (met het oog op het ‘bijzondere deel’) met verschillende soort regels:
- Regels die te standaard zijn voor het gehele bestuursrecht (bijv. art. 1:2 Awb)
Dwingend recht
- Regels voor normale gevallen, tenzij… (bijv. art. 4:1 Awb)
Regelend recht
- Rest- of vangnetbepalingen (bijv. art. 4:13 Awb)
Aanvullend recht
- Op afroep beschikbare procedures (bijv. art. 3:10 lid 1 Awb e.v.)
Facultatief recht
Is de Awb belangrijk? Ja zeker wel; deze vormt een algemene systeemwet voor het
bestuursrecht met algemene begrippen, normen en regels, maar…
- De Awb bevat nagenoeg geen bevoegdheidstoebedeling
In principe kent de Awb geen bevoegdheden toe
Uitzondering is de toezichthouder in hoofdstuk 5 van de Awb. De bevoegdheden
van de toezichthouders waren gericht op feitelijke handelingen
- De bijzondere wet kan echter altijd afwijken (lex specialis voor lex generalis)
Verhouding Awb en bijzonder bestuursrecht
Sleutelwoord: evenwicht
- Eerste benadering vanuit bijzonder deel. Waarom?
Omdat de bijzondere wet altijd kan afwijken van de Awb
- Start in de bijzondere regeling met de bevoegdheidsvraag
Welke (soort) bevoegdheid, welk orgaan, welk normatief kader
- Vervolgens kijk je in het bijzonder deel naar de procedurevraag
Je kijkt of er een bestuurlijke weg speelt; bijv. termijnen, bijzondere rechtsgang
- Let op: de bijzondere delen kennen ook hun bijzondere algemene regels (Awr, Wabo)
- Je vergelijkt vervolgens wat er in de Awb van toepassing is, waarbij – let op –
gelaagde structuur speelt
Slotconclusie: verraderlijk en complex
Uit het eerste jaar: hoe werkt het systeem Awb
Opbouw van de Awb: gelaagde opbouw
- Van algemeen bijzonder, dus zoektocht maar ook systeem
Hoofdstuk 2 t/m 5: materiele bepalingen
Hoofdstuk 6 t/m 8: formele bepalingen
Naar actueel bestuursrecht
Is het bestuursrecht met de komst van de Awb een rustig bezit geworden?
- Wat is de functie/functies van het bestuursrecht?
, De samenleving moet geordend worden (besturen macht ordening)
Bestuursrecht verschaft instrumenten tot ordenen
Bestuursrecht verschaft waarborgen tegen macht
Ordening tot samenleven is algemeen belang
Vereist afweging van individuele posities
Algemeen belang is resultaat van belangenafweging
Klassieke trias politica
Wetgever stelt regels
Rechter biedt de bescherming
Het bestuur maakt te afweging
Weerslag op het bestuursrecht
- Trekt wissel op belangenafweging
- Vereist daadkrachtig bestuur instrumentaliteit
- Verlangt basis van vertrouwen compensatie voor waarborg
Toeslagenaffaire
- Het maatschappelijk effect vooropgesteld: er zijn veel kwetsbare gezinnen in de
afwikkeling van kindertoeslagen vreselijk in de knel gekomen en de afhandeling duur
is veel te lang!
- Laat onverlet: wat is de juridische analyse? Hoe zit deze affaire bestuursrechtelijk in
elkaar?
- Perfect storm: ieder aspect is onschadelijk maar de combinatie is dodelijk;
1. Het systeem van toeslagen als zodanig
2. Spijerharde wetgeving in artikel 26 Awir
3. Uitvoering door Belastingdienst automatisering: gebruik discutabel
risicomodel en zelflerende algoritmen
4. Vanaf 2010 volgt de bestuursrechter de strikte (uitleg van de) wetgeving in de
zgn. “alles of niets jurisprudentie” pas in 2019 ommezwaai
,Aantekeningen werkgroep
Opbouw Awb:
- Hoofdstuk 1: definitiebepaling
Besluit, belanghebbende, bestuursorgaan
- Hoofdstuk 2-4 (en 5)
Hoofdstuk 2 is op al de bestuurshandeling van toepassing; besluiten, feitelijke
handelingen, privaatrechtelijke handeling
Hoofdstuk 3 op alle besluiten; beschikking, avv, concretiserende besluiten,
beleidsregels en plannen
Uitzondering avv artikel 3:1 lid 1 Awb; daardoor afd. 3.2/overige
afdelingen kan maar niet afd. 3.6/3.7
Gelet op hoofdstuktitel niet op feitelijke en privaatrechtelijke handelingen,
maar uitzondering art. 3:1 lid 2 Awb; daardoor afd. 3.2 t/m 3.4 mogelijk
Hoofdstuk 4 alleen op bepaalde besluiten; waaronder beschikkingen en
beleidsregels
Geldt niet voor avv’s, concretiserende besluiten en
feitelijke/privaatrechtelijke rechtshandelingen
- Hoofdstuk 6-8: H6 is altijd van toepassing, en dan is het keuze tussen H7 of H8
Hoofdstuk 6
Hoofdstuk 7:
Bezwaar: heroverweging van het bestuursorgaan dat het eerste besluit
heeft genomen
Administratief beroep: heroverweging door een ander bestuursorgaan
Hoofdstuk 8:
Beroep bij de bestuursrechter
, College 2
Deelnemers aan het bestuursrecht
Bestuursorgaan artikel 1:1 Awb
- Onder bestuursorgaan wordt verstaan:
Een orgaan van een rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld, of
Een ander persoon of college, met enig openbaar gezag bekleed.
- In jargon: a- en b-organen
- Bij kwalificatie:
Je begint bij a....
Het is een of het ander “of”
Een a-orgaan
Een a-orgaan zit verweven met een specifieke rechtsvorm
- Een rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld
- Artikel 1 Boek 2 BW publiekrechtelijk rechtspersonen
- Artikel 3 Boek 2 BW privaatrechtelijke rechtspersonen
Verschil publiekrechtelijke rechtspersonen en privaatrechtelijk rechtspersonen
- Publiekrechtelijk:
Ingesteld volgens de wet
Organen vastgesteld volgens de wet
- Privaatrechtelijk:
Ingesteld via mensen met behulp van de notaris
De oprichters kunnen de inrichting bepalen
Publiekrechtelijke rechtspersoon; art. 2:1 BW
- Een rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld = publiekrechtelijke
rechtspersoon van art. 2:1 BW
In art 2:1 lid 1 BW wordt rechtspersoonlijkheid toegekend aan de organisaties die
daar genoemd staan
In art. 2:1 lid 2 BW wordt verwezen dat in een bijzondere wet
rechtspersoonlijkheid toegekend kan worden en als dat zo is dan is het dus een
publiekrechtelijke rechtspersoon
- Rechtspersoonlijkheid betekent rechtssubjectiviteit
Rechtspersonen art. 2:1 lid 1 BW
- Concreet genoemd: Staat, provincie, gemeente en waterschap
Waarom staat de rechtspersoonlijkheid daar?
- “Lichamen waaraan krachtens de Grondwet verordenen bevoegdheid is verleend
abstracte toekenning
Is lastig omdat binnen het bestuursrecht alleen aan publiekrechtelijke organen
bevoegdheid wordt toegekend, maar niet aan lichamen. Komt door legaliteit,
want “lichamen” is een te breed gebied. Je moet dus het tweede deel van het lid
vertalen naar het staatsrecht.
Vertaling naar het staatsrecht
- Publiekrechtelijke vertaling:
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper isabelbrouwers37. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,89. Je zit daarna nergens aan vast.