In de samenvatting worden er verschillende hoofdstukken besproken o.a Neurocognitieve stoornis, afhankelijkheid van middelen, schizofrenie etc. Ik heb een 8 voor de toets gehaald
Neurocognitieve stoornis = Ontstaat door een beschadiging aan de hersenen (hoofdstuk 7)
Neurocognitieve stoornis = verstoring van het denkvermogen en geheugen door ontstaan van
beschadiging van de hersenen
Oorzaak: Medisch aandoening en onthoudingsverschijnselen, letselschade.
De drie belangrijkste Neurocognitieve stoornissen
- Delier
- Uitgebreide neurocognitieve stoornissen
- Beperkt neurocognitieve stoornissen
Delier = acute verwarring
Oorzaak: Plotseling stoppen met alcohol of na een grote operatie.
Symptomen: In de war, gedachten hebben die niet waar zijn( delier) dingen zien ruiken of voelen die
niet samen gaan met de werkelijkheid ( Hallucinaties)
Uitgebreide neurocognitieve stoornis = achteruitgang van het denkvermogen en het geheugen
Oorzaak: Hersenbloeding
Symptomen: Agressie, angst, gedachten hebben die niet waar zijn ( wanen)
Beperkt neurocognitieve stoornis = Achteruitgang van de cognitieve functioneren
De persoon heeft meer moeite bij het uitvoeren van zijn dagelijkse bezigheden dan normaal.
Oorzaak: Hersenbloeding.
Alzheimer = is een van de vormen van dementie, waarbij de persoon problemen heeft met het
geheugen en moeite heeft met informatie onthouden.
Oorzaak: De oorzaak is nog onbekend
Symptomen: Problemen met onthouden, verandering in het karakter, problemen met de taal.
Vasculaire dementie = problemen hebben met het geheugen
Oorzaak: CVA of beroerte
Symptomen: het denken en handelen gaat langzamer en de persoon kan niet meerdere dingen
tegelijkertijd doen.
Fronto-temporale dementie = De voorste delen van de hersenen zijn beschadigd
Symptomen: Ongepaste opmerkingen, houd geen rekening van anderen en heeft geen interesse in
andere.
Wat is het verschil tussen dementie en een delier = Dementie ontstaan geleidelijk en is progressief
wordt alleen erger en een delier ontstaan acuut
Gegeneraliseerde angststoornis = De persoon is heeft angst voor alles zonder een aanleiding
Depressie = De persoon heeft last van een langdurige sombere buien, deze lijden tot depressie
, Afhankelijkheid van middelen (hoofdstuk 8)
Stoornis door een middel teweeggebracht = Afwijking in het gedragspatroon door het gebruik van
psychoactieve stoffen ( Alcohol, cannabis en heroïne)
Twee belangrijke typen: Intoxicatie en ontrekkingsverschijnselen
Ontrekkingsverschijnselen : (Wanneer iemand na een lange periode van gebruiken ineens stopt met
het gebruiken van de stoffen.
Intoxicatie: is wanneer de hersenen zo zijn beïnvloed dat ze niet meer normaal kunnen reageren
Symptomen: Verwarring, concentratieproblemen, agressie en geen beoordelingsvermogen
Tolerantie: Wanneer het lichaam gewend is aan het middel en steeds meer nodig heeft om het zelfde
effect te blijven krijgen
Stoornissen in het gebruik van middelen ( verslavingsstoornis) = probleem gedrag bij het gebruiken
van psychoactieve stoffen.
kenmerken: meer alcohol gebruiken dan dat de bedoeling is, algemene taken kunnen niet worden
vervuld en doorgaan met alcohol al heeft dit invloed op socialen en medische leven.
Niet- chemische vorm van verslavingen =wat de stoornis gemeen heeft met afhankelijkheid van een
middel is dat de symptomen zoals controleverlies, hoofdpijn en slapenloosheid overeenkomen
bijvoorbeeld gokverslaafd
Compulsief gedrag: dwangmatig gedrag, je moet de handelingen uitvoeren anders zorgt dit voor
stress en angst bijvoorbeeld ( telefoongebruik, winkelen en gokken)
Fysiologische afhankelijkheid: door regelmatig te gebruiken veranderd het lichaam dat het
afhankelijk is geworden van het middel. Het lichaam kan niet meer goed functioneren zonder gebruik
van het middel
Psychologische afhankelijkheid: Dwangmatig moeten gebruiken om het effect te blijven krijgen
bijvoorbeeld het gebruiken van hasj om stress te kunnen wegwerken.
De drie fases om een verslaving te ontwikkelen: (1) Experimenteren (2) vaker gaan gebruiken (3)
Verslaafd en afhankelijk
Wat zijn de kenmerken van een gokverslaving: geen controle meer hebben over het gokken,
emotioneel niet stabiel.
Welke diagnoses en interventies worden gebruikt voor mensen met een middelen gerelateerde
stoornissen en verslaving:
Diagnose: (on)bewust ontkennen van het eigengedrag en de gebeurtenis
Interventie: Confronteer de persoon op een zorgzaam manier wat het effect van zijn gedrag is,
vermijd vooroordelen, probeer de client te motiveren tijdens het gesprek.
Diagnose: Negatief zelfbeeld
Interventie: Laat merken dat je de client accepteert, Laat de client zijn sterken kant zien, Moedig de
client aan om deel te nemen aan groepsactiviteiten.
Diagnose: Voedingstekort
Interventie: Weeg de client dagelijks, Vraag wat de client wel of niet lekker vind en overleg met
diëtist en houdt de calorieën en energieverbruik in de gaten
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper HogeschoolUtrechtstudent. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,39. Je zit daarna nergens aan vast.
