Samenvatting Marketing week 1.
Definitie: Marketing is the activity, set of institutions, and processes for creating,
communicating delivering, and exchanging offerings that have value for customers, clients,
partners, and society at large.
Destep Analyse.
Het DESTEP model staat voor demografische factoren, economische factoren,
sociaal/culturele factoren, technologische factoren, ecologische factoren en
politiek/juridische factoren. Door deze factoren te analyseren verkrijgt men een beeld van
het landschap waarin een onderneming opereert. De analyse maakt deel uit van de externe
analyse en is een onderdeel van de situatieanalyse en het marketingplan
• Demografisch // kenmerken van de bevolking
• Economisch // kenmerken die de economie beschrijven
• Sociaal-cultureel // kenmerken van de cultuur en leefgewoonten
• Technologisch // kenmerken van de ontwikkeling
• Ecologisch // kenmerken van de fysieke omgeving
• Politiek-juridisch // kenmerken van overheid, rechterlijke macht en regelgeving
Het 5 krachten model:
Het vijfkrachtenmodel is een strategisch model dat uitgaat van vijf krachten die de
aantrekkelijkheid van een markt bepalen.
1. De macht van leveranciers;
2. De macht van afnemers;
3. De mate waarin substituten en complementaire goederen verkrijgbaar zijn;
4. De dreiging van nieuwe toetreders tot de markt;
5. De interne concurrentie van spelers op de markt.
Marketing mix: 4 P’s
c
https://marketing-en-management.nl/marketingmix-de-4-ps/
,Marketingcommunicatieplan
De Pelsmacker et al. (2021). Marketing Communications: A European Perspective, 7th ed. Pearson.
,Reclame
Elke vorm van betaalde communicatie door een geïdentificeerde sponsor om het doelpubliek
te informeren over en/of te overtuigen van een organisatie, product, dienst of idee.
Waarom adverteren?
Bewustmaken
Je kunt niet kopen wat je niet weet dat het bestaat.
Verlangen stimuleren
Kanaliseren van behoeften naar wensen voor specifieke producten
Differentiatie benadrukken
Unique Selling Proposition (USP): Wat een merk aanbiedt dat de concurrenten niet bieden.
Verschillende soorten reclame:
• Op informatie of argumenten gebaseerde advertenties Hard-sell, reden-waarom
aanpak
• Op emotie gebaseerde advertenties Soft-sell, subtielere aanpak
Functies van reclame.
Maatschappelijk:
• Communiceren met consumenten
• Concurrentie bevorderen
• Financiert media
• Banen scheppen
Individueel niveau:
• Consumenten informeren – niet-evaluatieve respons creëren (overtuigen, kennis).
• Consumenten overtuigen – evaluatieve respons genereren of veranderen (gunstiger
beeld)
Informatief.
Waarover?
Prestatie, beschikbaarheid, kenmerken, prijs, kwaliteit, speciale aanbiedingen
In elk stadium van de levenscyclus van het product
Introductie – Groei – Verzadiging – Terugval.
Verschillende informatie appeals in elk stadium
, Consumenten “voorlichten”: Complexe nieuwe producten of diensten
Problemen aanpakken: Correcties, terugroepingen
Beperkingen:Het informeren van consumenten kan soms ondoeltreffend zijn of zelfs
averechts werken
Vb: mcdonalds en 100% beef info.
Overreding/overhalen.
Persuasion: Reacties van consumenten veranderen. Beïnvloeden van gevoelens, attitude,
voorkeur
Alfastrategie: Aantrekking verhogen, door argumenten, incentives, schaarste
Omegastrategie: Weerstand verminderen. Door tegenargumenten, afleiding, pogingen om de
boodschap minder op overreding te laten lijken, negatieve emoties zoals angst of schuld...
Effecten van reclame op consumenten.
Het psychologische perspectief.
Effecten van reclame op individueel niveau: Relaties tussen reclamestimuli en
consumentenreacties. Inzicht in de psychologische processen achter deze relaties
Andere benaderingen : Naïef, economisch, media, creatief
Reacties van consumenten:
Cognitie
Overtuigingen en gedachten over merken of producten
• Bijv. Merkherkenning, merkherinnering, attitude, merkvoorkeur
Affect
Gemoed/stemming en emoties
• Bijv. Positief of negatief gevoel, angst, trots, verdriet, woede
Gedrag (Conatie)
Intentie en feitelijk gedrag
• Bijv. aankoop, keuze, uitproberen van product, overstappen naar een ander merk
Analyseren:
Correlatie: Een verandering in de ene variabele wordt geassocieerd met een verandering in
de andere - Positief, negatief, nulverband - voorspellingen doen (wanneer de waarden van
één variabele bekend zijn)