Dit is een samenvatting van de les gegeven door Nicolas Bouteca en Carl Devos. Ook het boek "Een plattegrond van de macht" werd hierin opgenomen. Heb hier het hele semester door aan gewerkt, hopelijk kan het jullie ook helpen!! Moest je een vraag hebben, aarzel dan zeker niet om mij een berichtje t...
[Meer zien]
Laatste update van het document: 8 maanden geleden
Door deze samenvatting was ik niet gebuisd op het examen in de eerste zit!!! Heel dankbaar :))
Door: camille5 • 6 maanden geleden
oohhh zo leuk om te horen!! dikke proficiattt x
Door: kellycockaert • 10 maanden geleden
Verkoper
Volgen
camille5
Ontvangen beoordelingen
Voorbeeld van de inhoud
1 POLITICOLOGIE 2023 | Camille V.
1. Wat is politiek?
1.1. Wat is politiek?
1.1.1. Een fundamentele vraag
- Verschillende definities → altijd debat + discussie
- Wat zijn politieke problemen?
o Seksuele voorlichting in het onderwijs/thuis??
o …
- Grenzen zijn altijd in discussie
o België = nannystate (van ° tot ┼ bemoeiing)
VEEL politieke problemen
o Minimal state
Law & order + eigendomsstructuur + beetje soc regeling, maar that’s it
- Over bestuur vd samenleving
o Politeia, polis => groep van mensen die samenleven
o Politikos vs idiotikos (onwetende, privaat)
1.1.2. Essentiële onderdelen van politiek
Politiek = controlekamer die vliegverkeer regelt
Bindend; verplicht; iedereen moet het accepteren
1.1.3. Enkele bijdragen uit de geschiedenis
Aristoteles Mens ≠ politiek dier (zoôn politicon)
= sociaal dier
politiek bedrijven = sociaal iets
→ om opperste geluk te bereiken
Machiavelli → Handleiding hoe je aan de macht komt en daar blijft
(Il Principe) Essentie vd pol = macht; wat je ermee doet boeit niet, je moet er zoveel mogelijk
hebben ze het zo lang mogelijk behouden
Franse Ook plebs mogen nu meedoen aan politiek
Revolutie - Kan niet boven de hoofden heen besloten worden
- Introductie vd ‘ismen’ => ° ideologieën
1.1.4. Een poging tot synthese
1 goeie, definitieve definitie = quasi onmogelijk, MAAR politiek is de activiteit in een sml die
betrekking heeft op:
- Beheren van die sml
- Maken vd dwingende collectieve keuzes die het samenleven van individuen en groepen
regelen
= > politiek draait om macht. Het betracht de vreedzame oplossing van conflicten over die dwingende
collectieve keuzes (spelregels & instellingen)
,2 POLITICOLOGIE 2023 | Camille V.
1.1.5. Politiek en conflicten
Politiek = vreedzaam managen van conflicten
Waarom is er conflict? Bron (schaarste, identiteit, ideologie, methode, prioriteit, …)
Wnr is er een conflict? Bij (ev gepercipieerde) onverenigbare doelen en belangen:
doelbeperking A staat doelbereiking B in de weg (meer dan zomaar
verschil)
! onverenigbaarheid vs symbiose
Wat is conflictgedrag? Wederzijdse tegenwerking, gericht op verwezenlijking v eigen
doelstellingen (non-interactief vs interactief conflict)
Verklaring voor conflicten? Micro (frustratie-agressietheorie) vs macro (relatieve
deprivatietheorie)
Valence issues vs position issues
5 grote bronnen v conflict volgens Sodaro
‘grote vragen van de politiek’
Hoe meer interdependentie, hoe meer kans op conflict, hoe
meer nood aan politiek MAAR hoe meer kans op oplossing (bijv
package deals, ccc)
Handelingsaspect EN inhoudelijk aspect
A: conflict
B: samenwerking
C: tegenstelling, geen tegenwerking
D: belangensymbiose, geen samenwerking
=> inhoud is van belang + wat men er mee doet
Carl Smitt Antagonisme
Het politieke heeft een soort laatste onderscheid nodig dat vriend van vijand
onderscheidt
Chantal Mouffe Agonisme => vijandschap (Smitt) maar elkaar niet kapot maken
→ Er zijn altijd conflicten (eigen aan de politiek): slechte nasmaak/gevoel v politiek
(“ze maken altijd ruzie”)
1.2. Over politicologie
1.2.1. Is politicologie een wetenschap?
Sociale wetenschappen = moeilijker dan andere wetenschappen
=> Ceteris paribus (geen labo, hertest, … mogelijk)
Vlindereffect: kleine domme dingen kunnen na verloop van tijd toch voor drastische gevolgen leiden
1.2.2. Kan de politieke wetenschap objectief zijn?
- Veel onderzoekers zijn links => links onderzoek
- Linkse & rechtse lesgevers
- Linkse onderwerpskeuzes
- …
,3 POLITICOLOGIE 2023 | Camille V.
Context zit in u → is objectief zijn dan mogelijk => NEEN
- Wetenschappen (biologie, …) worden quasi niet beïnvloed door gemoedstoestand van de
wetenschapper
Onderzoeker is mee onderdeel van het veld dat hij/zij onderzoekt (onmogelijk 100% neutraal te zijn);
objectiviteit natstreven is goed, maar je zal ze nooit bereiken
- Volgen van wetenschappelijke methode
- Intersubjectiviteit:
o = ‘peer review’
o Met verschillende soorten mensen samenwerken
o Aanspreken op je vooringenomenheid
Het veld heeft geen eigen jargon; moet het met de dagdagelijkse taal doen)
! woorden hebben inhoud, maar ook conatieve betekenis
1.3. Benaderingen in de wetenschap der politiek
1.3.1. Inleiding
1.3.2. Behavioralisme
= zoektocht naar regelmatigheden, met verklarende en voorspellende waarde over het gedrag van
mensen, hoe attitudes en opinies in gedrag tot uiting komen
= politiek gedrag verklaren via statistische veralgemeningen
ONTSTAAN 1950 – 1960
VERKLARINGE Duidelijke voorafgaande reden (verifieerbare verklarende theorie) waarom iets
N ZIJN zich gaat voordoen; socwet moet op exacte wet lijken
CAUSAAL
1) Theorieën met een voorspellende waarde
2) Die getest kunnen worden
3) Observeerbaar gedrag
4) Bevindingen gebaseerd op kwantificeerbare data
5) Systematisch onderzoek, theoriegericht
6) Bewust van eigen methodologie en kritisch zijn
7) Streven naar toegepast onderzoek om oplossingen te vinden voor huidige sociale problemen
8) Polwet moet interdisciplinair zijn en meer op andere socwet steunen
,4 POLITICOLOGIE 2023 | Camille V.
= > falsifieerbaar zijn (Popper)
! KRITIEK - Conservatief
- Statistisch
- Geen objectieve analyse mogelijk door eigen aanwezigheid in sociale
werkelijkheid
1.3.3. Institutionalisme
‘OUDE’ VERSIE NIEUW INSTITUTIONALISME (80s en derna)
- Institutionalisme wás politicologie (tot - ‘Governance’ (niet enkel overheid,
aan eind WOII) maar samen met bijv de markt) ipv
o = studie van regels, procedures, ‘government’
en formele organisatie van de - Instellingen als regels/normen die
overheid, vaak via comparatieve gedrag van sociale actoren beïnvloeden
methode in tijd en ruimte (stabiele, terugkerende gedrags-
- Geen eigen theorie vd instellingen patronen)
- Instellingen= formele organisaties, met - Kritiek op behavioralisme: pol
publieke status fenomenen zijn niet te reduceren tot
o → individuen specifieke rollen (gevolgen van) individueel gedrag
en op basis daarvan met elkaar - Minder normatief en deterministisch:
interageren; instellingen bepalen minder het gedrag
o Posities >>> mensen van actoren; ze geven slechts vorm en
- Logic of appropriatness: mensen bespreken
ondernemen acties omdat ze zich willen - Instelling = the rules of the game
conformeren naar de normen die o Eng/formeel: formele
binnen een instelling bestaan (vs logic arrangementen zoals wetten,
of consequences) etc
o Ruim/informeel: gewoontes,
! ondergang door opkomst individuen over normen, cultuur, etc
instellingen
Verschil tussen oud en nieuw? 6 factoren:
1) Officiële organisatie => politieke regels
a. Leert meer over te verwachten gedrag
2) Formele regels => informele regels
a. Welke netwerken en verhoudingen bestaan er tss politici in een organisatie die je niet kan
terugvinden id officiële teksten over de interne werking?
b. Focus op ongeschreven conventies die formele regels bevestigen/ondermijnen
3) Statistische instellingen => dynamische instellingen
a. Gericht op studie van verandering: hoe veranderen of ‘sterven’ bestaande instellingen?
4) Ongeschreven normen => duidelijke normen
a. Hoe bestaande instellingen bepaalde normen weerspiegelen en vormen, ipv zich te
bekommeren om ‘good government’
5) Holistisch perspectief => gedifferentieerd perspectief
a. Kijken naar specifieke aspecten (bijv verkiezingsstelsel), ipv een geheel overheidssysteem
6) Onafhankelijke instellingen => ingebedde instellingen
a. Afvragen hoe instellingen ingebed zijn in een specifieke context, ipv er vanuit te gaan dat ze
onafhankelijke eenheden zijn, los van tijd en ruimte
,5 POLITICOLOGIE 2023 | Camille V.
1.3.4. Rationele-keuzebenaderingen
= > gedrag verklaren en deduceren vanuit het eigenbelang (de meest nuttige optie) v individuen
(vanaf 1950s)
- Mensen kiezen de optie waarvan ze denken dat die het meeste nut zal opleveren = doel-
rationeel
- Methodologisch individualisme (Schumpeter)
- Benadering met grote voorspellende en toetsbare waarde = logisch-deductieve redenering
- Uitgangspunten:
o Het is mogelijk het gedrag van actoren te voorspellen zonder specifieke kennis te
hebben over die actoren zelf, via het doel vd mensen en alternatieven waarover ze
beschikken
o Mens = homo economicus: hecht enkel waarde aan wat hem nut oplevert (drijfveer =
eigenbelang)
o Instellingen zijn een medium voor individuele strategieën
o Steeds meer beïnvloedende factoren worden toegevoegd (complexe wiskundige
berekeningen)
! KRITIEK:
- Te wereldvreemd en te gefocust op structuren ipv individuen
- Zwak empirial record => blijft vooral theorie
- Negeert het belang van ideeën
SPELTHEORIE
= met welke strategie kan een actor in een bepaald spel de max mogelijke opbrengst bereiken,
rekening houdend met het gedrag vd andere actoren;
spel moet gewonnen worden om doel te kunnen bereiken
! statistische / dynamische spelen?: kan het spel herhaald worden of niet?
Eenvoudigst: 2-persons game:
- Nulsomspel vs niet-nulsomspel
- Niet-coöperatieve vs coöperatieve spelen
Vb. Prisoner’s dilemma: niet-nulsom, niet-coöperatief spel
strategisch evenwicht: de beste optie voor alle actoren
de rationele keuze = minimalisatie van maximale verlies
KRITIEK!
- Te wereldvreemd, te gefocust op structuren ipv individuen
- Is niet echt een theorie, meer een analysekader
- Bounded reality: rationaliteit heeft soms een niet-rationele basis; rationeel gedrag berust
op geïnternaliseerde normen en verwachtingen vd sociale en culturele omgeving (bijv.
verwachten dat afspraken altijd gerespecteerd gaan worden)
,6 POLITICOLOGIE 2023 | Camille V.
OLSONS THEORIE VAN HET COLLECTIEF HANDELEN
= > Hoe ontstaan publieke goederen, die non-rivaliserend en non-exclusief zijn, als iedereen zijn
eigen belangen nastreeft? = dilemma vd collectieve actie
Leden doel enkel aan groepsvorming als hun eigenbelang daarmee gediend is
- Hoe kleiner de groep, hoe sneller leden zich vrijwillig inspannen omdat het collectief goed
dicht bij het eigenbelang ligt + lage kosten
- Hoe groter de groep, hoe minder elke individuele inspanning het verschil maakt, hoe
kleiner het voordeel dat elk individu bij het bereiken vh doel overhoudt (free riders)
! als iedereen zich rationeel gedraagt, zal het collectieve goed niet gerealiseerd worden
Waarom worden zulke groepen voor het realiseren van algemene collectieve doelen dan toch
georganiseerd (bijv. vakbonden die streven voor betere arbeidsomstandigheden)
- Door positieve prikkels (bijv kortingen voor leden op ≠ diensten)
- Door negatieve prikkels (bijv verplicht lidmaatschap)
KRITIEK! Solidariteitsbewegingen?
THEORIEËN OVER COALITIE EN REGERINGSVORMING
België: regeringsvorm is een vd meest complexe id wereld, doordat wij zoveel partijen hebben met
vele breuklijnen én we hebben een 2/3 meerderheid nodig in beide Kamers
= > 2 pricipes:
- Size principle: partijen willen zoveel mogelijk macht (regeringszetels) en zo min mogleijk
andere partijen om de macht mee te delen
- Minimal distance: partijen willen coalities vormen met andere partijen die ideologisch
dichter bij elkaar aansluiten; want in coalities waarvan de regeringspartners ideologisch
ver uit elkaar liggen, moet men teveel toegevingen doen
Soorten coalitievorming (obv die 2 principes):
- Minimum winning coalition: enkel partijen die al een meerderheid hebben ih parlement
zullen een coalitie vormen, met geen enkele overbodige partij
- Minimum size coalition: een coalitie tussen partijen die samen de kleinst mogelijke
meerderheid in termen van parlementszetels hebben
- Bargaining proposition: = minimal number coalition: meerderheid wordt bereikt met het
kleinst mogelijke aantal partijen
- Minimal range coalition: ideologische afstand tussen de partijen moet zo klein mogelijk
zijn
- Minimum connected coalition: coalities kunnen enkel ontstaan tussen partijen die vlak
naast elkaar liggen op de ideologische links-rechts schaal
KRITIEK!
- Realiteit is te complex om te voorspellen met een model/theorie
- Oppositiekuur
- Ook persoonlijke belangen spelen
- Grotere coalities vaak nodig voor o.a. 2/3 meerderheid in parlement
,7 POLITICOLOGIE 2023 | Camille V.
,8 POLITICOLOGIE 2023 | Camille V.
1.3.5. Systeembenaderingen
= uitgangspunt: niet het individu, maar een politiek stelsel, waarbinnen het handelen van
afzonderlijke actoren inhoud en betekenis krijgt
1) (structureel-)functionalisme:
= organisme: verschillende onderdelen leveren een bijdrage tot het ruimer sociaal geheel,
kijken naar gevolgen ipv oorzaken
2) Algemene systeemtheorie:
= afzonderlijke elementen oefenen invloed uit op elkaar en vormen een geheel dat meer is
dan de som vd samengestelde delen
= geheel bepaalt tot op zekere hoogte wat er met de onderliggende delen gebeurt
! grens tussen systeem en omgeving
= > politiek als input-output-systeem, als kringloop (Easton)
KRITIEK!
- Abstract karakter = > vooral een begrippenkader, in de empirie moeilijk toe te passen
= gedrag verklaren dmv discours, waarden en normen
! constructivisme = sociale fenomenen zijn sociale en historische constructies, krijgen vorm door
interacties; de wereld krijgt pas betekenis via interpretaties die we zelf geven
Thomas-theorema: “Als men sistuaties als echt definieert, dan zijn ze echt in hun gevolgen”
RADICALE VERSIE Interpretationisme, gelinkt aan het postmodernisme: politiek bestaat uit de
ideeën vd deelnemers ervan, het kan er niet van losstaan. We construeren de
werkelijkheid zelf
MILDE VERSIE Ideeën beïnvloeden hoe we de werkelijkheid zien, maar ook de materiële
wereld waarin we leven heeft een invloed
2 premissen (= vooronderstellingen)
1) Gedrag is afhankelijk van overtuiging of voorkeur
2) Gedrag is afhankelijk van belangen
Hoe kunnen we sociale actie verklaren?
We vinden geen oorzakelijk verband tussen overtuigingen, mening, etc en gedrag = > we verklaren
het by telling a story over hoe ze ontstaan zijn, gepercipieerd worden, etc
= > we moeten deze betekenis interpreteren en zien hoe mensen die construeren, om acties,
instellingen, etc. te begrijpen, moeten we eerst de overtuigingen en voorkeuren vd betrokkenen
kennen
= belang aan structuren, bijv gevormd door systemen: er zijn ook niet direct waarneembare of
onbewuste structuren, die sociale verschijnselen veroorzaken
- Individuen zijn het product van hun sociale positie
- Machtsrelaties tss eigendomsklassen staan centraal;
o Als een vrouw geen promotie krijgt, zal zij dat mss interpreteren als gevolg ve slecht
interview, maar volgens een structuralistische benadering komt dat door patriarchale
structuren (bijv glazen plafond)
= > (structureel) functionalisme
- Sml = aantal deelsystemen die samenhangen en naar evenwicht streven
- Sociale fenomenen worden bestudeerd in termen vd functies of rollen die ze in een systeem
vervullen
! functie = objectieve consequentie ve bepaald handelingspatroon voor het desbetreffende systeem
! structuur = gevormd door regelmatig terugkerende handelingspatronen of door instituties die
daaruit zijn ontstaan
= > onderscheid is essentieel
= > AGIL-schema v Parsons: elk sociaal handelingssysteem dat in wisselwerking staat met zijn
omgeving moet 4 soorten problemen overwinnen om te overleven
= > onderscheid eu- en disfuncties, latente en manifeste functies
Convergentieprocessen: omzetting van input in output
- Interest articulation: formuleren van belangen/eisen
- Interest aggregation: de combinatie vh formuleren v belangen/eisen tot beleidsvoorstellen
- Rule making: formuleren van gezaghebbende regels
- Rule application: toepassen en afdwingen van regels
- Rule adjudication: toepassen van die regels in specifieke gevallen, zoals in rechtspraak
- Communication: verbinden van al deze activiteiten met elkaar
Als deze convergentieprocessen moeten in een (sub)structuur worden uitgeoefend, bijv parlement,
media, rechtbank
KRITIEK!
- Beschouwen ve gevolg ve bepaald verschijnsel als de oorzaak ervan
o => de functie die een politieke partij vervult zou direct ook de oorzaak vh ontstaan vd
partij moeten zijn
- Ze kijken eerder naar de instandhouding ve systeem, en niet naar dynamiek of verandering
- Geen aparte, volwaardige benadering
- Wijst eerder op de grote invloed van structuren
- Geen oog voor individu (rational choise theory <–> structuralisme)
, 10 POLITICOLOGIE 2023 | Camille V.
1.3.8. Marxisme
= gedrag verklaren dmv economische verhoudingen
- Foundationalist ontologie: er is een werkelijke wereld daarbuiten die enkele (verborgen)
essentiële processen en wetmatigheden bevat die het sociale leven bepalen
- Via tegenstellingen de waarheid zoeken
- Politiek id bovenbouw als afspiegeling vd economische verhoudingen id onderbouw
o => (eigendoms)verhouding tov productiemiddelen bepalen welke waarden of idealen
iemand heeft
o ! meeste mensen zijn zich niet bewust van die mechanismes en ook niet van eigen
klassenbelangen
= materialistisch: materiële relaties en condities scheppen ideeën → de heersende ideeën zijn de
ideeën vd heersende (bezittende) klasse
= structuralistisch: economische structuren bepalen het gedrag van sociale actoren, die enkel
beschouwd worden als dragers ve structurele positiek
= > wijst op belang economische processen en de verandering daarin en belang v globalisering
1.4. Uitleiding
Benaderingen id politiek ≠ ideologieëns
2. Ideologieën
2.1. Inleiding (NK)
2.2. Een oud, fel-bediscussieerd concept
2.2.1. Geschiedenis van het concept ideologie
ONTSTAAN Verlichting, de Tracy: bedoeld als nieuwe wetenschap over valse vs ware ideeën
INVLOED VAN - Napoleon: “blind voor werkelijkheid”
- Marx & Engels: De Duitse Ideologie
o Verdraaiing vd werkelijkheid: ideeën vd heersende klasse
opgedrongen
o Vals bewustzijn, onderdeel vd superstructuur
o Ideologie = machtsmanifestatie
- Lenin: neutraal begrip
o Moet in proletariaat geïnjecteerd worden
o Wetenschappelijk socialisme: barrière weg
- Gramsci
o Culturele hegemonie: wereldbeeld ve bepaalde klasse is
dominant omdat het door andere klassen geaccepteerd wordt
(= common sense)
o => kapitalisme door hegemonie bourgeois-ideeën verankerd
o Ideologie = cement dat maatschappelijke verhoudingen in stand
houdt
o Ideeën heersende klasse = culturele norm
- Conservatieven
o Wantrouwig: ideologie verstoort de natuurlijke sociale ordening
o Ideologie = verandering ≠ conservatisme
o Wereld is niet door mensen te veranderen => ideologie is zinloos
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper camille5. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €10,99. Je zit daarna nergens aan vast.