College 1:
Atomen
Moleculen
Eiwitten
Weefsel
11 orgaanstelsels
- Huid
- Skelet
- Spieren
- Zenuwen
- Hormonen
- Hart en bloedvaten
- Lymfe
- Ademhaling
- Vertering
- Urine
- Voortplanting
Homeostase: behouden van natuurlijk evenwicht
- Temperatuur
- Ionische concentraties
- Bloedsuikerspiegel, enz.
Supine: rugligging
Prone: buikligging
Anterior
Posterior
Superior
Inferior
Lateraar: positie orgaan zijkant
Mediaal: positie orgaan midden
Proximaal
Distaal
Craniaal
Transversaal: in de breedte
Frontaal: in de lengte (voor en achterkant, ongelijke delen)
Sagittaal: in de lengte (links en rechts, gelijke delen)
De cel:
Celmembraan is de scheiding tussen alles binnen de cel en alles buiten de cel
Alles in de cel: intracellulair
Alles buiten de cel: extracellulair
Vloeistof in de cel: cytosol
Vloeistof in de cel/celorganellen: cytoplasma
,College 2:
Compendium hoofdstuk 4
Celdeling
75 triljoen cellen
Lichaamscellen >> mitose
Geslachtscellen >> meiose
Fasen van celdeling
- Interfase
- Mitose
- Cytokinese
1 moedercel deelt in twee dochtercellen
Cellen die altijd delen
- Maagdarm stelsel, tijdens groei, levercellen
Cellen die soms delen >> bij verwondingen of bij ziektes
Cellen die niet delen >> zenuwcellen, skeletspieren en rode bloedcellen
Apoptose >> geprogrammeerde celdood
- Geïnfecteerde cellen met virussen
- Kankercellen
- Afwijkende cellen
Differentiatie >> specifieke functie van de lichaamscel. Uitschakeling van welbepaalde chromosomen
- Genen die alleen maar specifiek zijn voor die cel
Pathologie carcinogenese >> Kwaadaardige kankervorming
Ontregelde celdeling en apoptose
- Mutaties in het dna
- Ongecontroleerde celgroei
- Apoptose is verlaagd
- Genen die cellen tot kankercellen transformeren zijn oncogenen en tumor supressorgenen
Mutaties in 1 cel veranderen de cel in een kankercel
De kankercel gaat zich ongeremd delen
Het weefsel raakt verstoord doordat er een primaire tumor ontstaat
Metastase of uitzaaiing: de cellen van de primaire tumor komen in bloed of lymfe terecht
Oncogenen:
Abnormale genen
Mutaties >> DNA is blijvend beschadigd
Normale cel >> kankercel
- Virussen
Activatie van oncogenen
- Verstoorde celgroei
- Ongecontroleerde celdeling
- Uitblijven van apoptose
,Tumor suppressor genen:
Onderdrukken van de vorming van maligne cellen
Te lage of geen exoressie van tumor supressor genen door mutaties in het DNA
Ongecontroleerde celgroei en verminderde apoptose
Omzeilen van het imuunsysteem
- Immuun-systeem – herkent kankercellen
- Omzeilen van het immuun-systeem – kankervorming
Endogene factoren:
- Leeftijd
- Geslacht
- Aanleg
- Hormonen
Endogene factoren worden geërfd van ouders
Externe factoren:
- Roken
- Zonlicht
- Carcinogene stoffen
- Voeding
- Alcohol
- Infectieziekten
- Virussen
- Straling
- Medicijnen
Benigne = goedaardig
Maligne = kwaadaardig
Metastase = uitzaaiing
Anamnese
- Lokale zwellingen
- Pijnklachten
- Veranderingen defecatie of mictie
- Heesheid
- Bloedverlies
- Functieverlies
- Specifieke symptomen
- Gewichtsafname
Lichamelijk onderzoek
- Vrij breed
- Rectaal onderzoek
- Neurologisch onderzoek
- Palpatie onderzoek
- Weefselonderzoek (biopt)
- Visueel onderzoek
,Moleculair onderzoek
- Bloedonderzoek naar tumormarkers
- DNA onderzoek
- Weefselonderzoek (histochemisch onderzoek) – biopt
TNM-classificatie
- De primaire tumor (T, staat voor tumorgrootte)
- De dichtbijgelegen lymfeklieren (N, van het Engelse nodes of lymfeklieren)
- De metastasen (M) op afstand
Curatief – genezing tot doel
Palliatief – kwaliteit van leven
Keuze – performance status op basis van ECOG en Karnofsky
Acute en niet-acute bijwerkingen
- Cytopenie van rode bloedcellen, trombocyten, witte bloedlichaampjes of leucocyten
Anemie, bloedingen en infectiegevoeligheid
- Misselijkheid en braken, obstipatie, diarree, muscositus (beschadigd mondslijmvlies)
- Erectiestoornissen, menstruatiestoornissen en vervroegde menopause
- Eetlust en smaak is verminderd
- Moeheid
Borstkanker
Mammacarcinoon
Leeftijd, geslacht en erfelijke voorbeschiktheid
Hormonale invloed (na de overgang)
Voor het 30e levensjaar: diagnose is zeldzaam
80% van de diagnoses > = 50 jaar
Ontwikkeling kwaadaardige tumoren in het borstweefsel
Hematogene en lymfekliermetastasering
De plek van ontstaan:
- Ductaal in een melkgang
- Lobulair in een melkklier
De schildwachtklier is de eerst lymfeklier waarin kankercellen terecht kunnen komen.
Knobbel of verdikking in de borst vastzittend aan de huid
Deukjes of kuiltjes in de huid
Verandering van de tepel
Mastitis (ontsteking van de borst)
Verdachte lymfeklierzwelling
Borst: assymetrie, afwijkende vorm, zwelling
Huid: kleur intrekkingen, sinaasappelhuid, ulceraties, eczeem, verhevenheden
,College 4:
Compendium hoofdstuk 15
Weefsels
- Bestaan uit meerdere cellen
- Epitheelweefsel (bescherming)
- Bindweefsel (ondersteuning)
Epitheel
- Bescherming
- Secretie of afscheiding
Klierweefsel
- Absorptie
Epitheel dat de dunne darm bedekt
Eenlagig epitheel
- Plaveisel epitheel
- Kubisch epitheel
- Cilinder epitheel
Meerlagig epitheel
- Meerdere cellagen
- Bescherming
- Tegen uitdroging, slijtage, wrijving, mechanische invloeden, temperatuurverschillen,
inwerking van chemische stoffen
Verhoornend gelaagd plaveisel epitheel
- Haren en nagels
- Huid
Niet-verhoornend gelaagd plaveisel epitheel
- Bindvlies van het oog, bekleding van de mond, keel, oesophagus en vagina
Overgangsepitheel – blaas, ureter en urethra
Bindweefsel
- Geeft extra stevigheid aan het epitheelweefsel
- Houdt alle structuren in het lichaam bijeen
- Transport van vloeistoffen
- Fysieke bescherming
- Verbindt weefsels van verschillende organen
- Vetopslag
- Verdediging micro-organismen
Huid
- Grootste orgaan
- Bedekking en bescherming
- Reguleren van de lichaamstemperatuur
- Uitscheiden van stoffen (zweetklieren, talgklieren)
- Registraties van zintuigelijke functies
- Aanmaak vitamine D
, Epidermis, opperhuid
- Verhoornd meerlagig plaveiselepitheel
- Meerdere lagen
- Keratinocyten
Gevormd in stratum basele
- Melanocyten
Produceren huidpigment (melanine korrels)
Zodanig oriënteren dat ze bescherming geven aan keratinocyten
- Merkelcellen
- Langershanscellen
Spelen rol bij afweer van de huid
- Geen bloedvaten
- Ondoorlaatbaar voor water
Stratum corneum (verhoornend epitheel)
Stratum lucidum (eeltlaag)
Stratum gransulodum (korrellaag)
Stratum spinosum (stekelcellen)
Stratum basale (huidvernieuwende laag)
Dermis of lederhuid
- Huidadnexen
- Voorziet de epidermis van zuurstof en voedsel
- Wel bloedvaten
Stratum pappilare – bevat bloedvaten en zenuwen
Stratum rectulare – bevat collageen en elastine
Hypodermis of subcutis
- Vetcellen
Epidermis en dermis = cutis
Hypodermis = subcutis
Adnexen
Haren
- Wortel en schacht
- Groei vanuit een haarfollikel in de dermis
- Haarfollikel: papil met capillairen, zenuw, talgklier en spiertje, stamcellen
Als je ouder wordt verlies je stamcellen en wordt je kaal
Talgklieren
- Ontstaan vanuit een haarfollikel
- Afvoergang eindigt in de haarfollikels
- Verdeeld over gehele lichaam behalve handpalmen en voetzolen
Zweetklieren
Eccriene zweetklieren
- Blijven intact
- Maken zweet aan bij warm weer, stress en emotionele belevenissen
- Gehele lichaam ook handpalmen en voetzolen
- Stabiliseren lichaamstemperatuur
- Zweet bevat water, keukenzout en zuren (geurbepalend)