8 Elektromotor en dynamo
Elektromagnetisch veld | vwo
Uitwerking basisboek
8.1 INTRODUCTIE
1 [W] Experiment: Magneten, spijkers en kompassen
2 [W] Experiment: Relais
3 [W] Experiment: Ferromagneet en antiferromagneet
4 Waar of niet waar?
a Niet waar: Magnetische veldlijnen snijden elkaar nooit.
b Waar
c Niet waar: Een permanente magneet kan zijn magnetisme heel lang goed vast houden, maar boven een
bepaalde materiaalafhankelijke temperatuur verdwijnt het magnetisme.
d Niet waar: Wanneer je een magneet doormidden breekt, dan heeft elk stuk weer een noordpool en een
zuidpool.
e Niet waar: Bij een elektromagneet zorgt een elektrische stroom voor het magnetisme. Als je de stroom
uitschakelt is het magnetisme weg.
f Waar
g Waar
h Waar
5 De pijlpunten van de kompasnaaldjes wijzen in de richting van de magnetische veldlijnen. Deze veldlijnen lopen
van de noordpool van de magneet naar de zuidpool.
6
a De stukjes ijzer worden door het magnetisch veld van de permanente magneet gemagnetiseerd.
b De stukjes ijzer gaan net als de kompasnaaldjes van figuur 5 in het basisboek in de richting van de
magnetische veldlijnen van de permanente magneet staan.
c Nee, want je kunt niet zien welke kant de veldlijnen op wijzen, dus welke kant een kompasnaaldje op zou
wijzen.
8.2 MAGNETISCHE VELDEN DOOR ELEKTRISCHE STROOM
7 [W] Experiment: Magneetveld van een spoel
8 [W] Experiment: Magneetveld van een draad
9 Waar of niet waar?
a Waar
b Niet waar: Het magneetveld van een elektrische stroomdraad loopt in cirkels in een vlak loodrecht op de
stroomdraad, zonder begin of einde. Er is dus geen noord- of zuidpool.
c Niet waar: Onder Antarctica bevindt zich een magnetische noordpool.
d Niet waar: Een kompasnaald is een klein dun permanent magneetje.
e Waar
,10
a Omdat er niets beweegt.
b Er zijn geen polen bij het magneetveld van een rechte stroomdraad. De veldlijnen zijn gesloten cirkels, zonder
begin of einde.
11 De stroomrichting draait om, dus de vingers moeten de andere kant op wijzen en dan wijst de duim ook de andere
kant op en daarmee ook het magneetveld.
12
a De noordpool van een kompas wijst altijd naar de zuidpool van een magneet, dus ook naar de magnetische
zuidpool van de aarde.
b Antarctica ligt op de geografische Zuidpool van de aarde. Het kompas wijst naar de geografische Noordpool,
waar de magnetische zuidpool van de aarde zit, dus ligt de magnetische noordpool aan de andere kant, onder
Antarctica.
c Een kompas wijst naar de magnetische zuidpool en ook naar de geografische Noordpool van de aarde. De
magnetische zuidpool van de aarde moet dus wel bij de geografische Noordpool liggen.
13
a Je begeeft je over de oppervlakte van de aardbol, waardoor de hoek tussen twee lijnen die beiden naar een
(verschillend) punt wijzen telkens anders zal zijn, zie figuur.
b De meridiaan die loopt door de magnetische zuidpool is een magnetische veldlijn, zie figuur.
c Op de meridiaan die door het magnetische noorden loopt, tussen de Noordpool en de magnetische zuidpool
in.
14
a Als je de rechterhandregel toepast op een stukje stroomdraad in de spoel zie je dat de richting van de
magnetische veldlijnen rondom dit stukje draad binnen de spoel overeenkomen met de richting van het
magneetveld van de spoel zelf.
, b Alle magneetvelden van de windingen van de spoel hebben dezelfde richting en deze versterken elkaar tot
één groot magneetveld.
15 Veldlijnen snijden elkaar nooit maar dat is in figuur 16 van het basisboek wel zo getekend.
16 Zie figuur.
17 Eigen antwoord van de leerling
18 Zie figuur.
19
a De magnetische gebiedjes in het weekijzer worden gericht en gaan met het magneetveld van de spoel mee
wijzen.
b Als je de vingers met de stroomrichting laat mee wijzen, wijst de duim naar links en dus lopen de veldlijnen in
de spoel naar links en buiten de spoel naar rechts. De linkerkant wordt de noordpool en de rechterkant de
zuidpool.
20 De duim wijst naar rechts dus moet de stroom aan de voorkant van de spoel naar beneden lopen (dus van rechts
naar links door de spoel).
21 De vingers wijzen met de veldlijnen mee en de duim naar beneden dus loopt de stroom van boven naar beneden.
22
a In een homogeen veld is de magnetische veldsterkte overal gelijk gericht én is de magnetische veldsterkte
overal even groot.
b De magnetische veldlijnen zijn gelijk gericht en de afstand tussen de veldlijnen is overal gelijk.
c In een homogeen magneetveld is de kracht op de ene pool even groot als de kracht op de andere pool maar
tegengesteld gericht. Een magneet wordt dus net zo hard naar de noordpool van het magneetveld getrokken
als naar de zuidpool. De netto kracht is dan nul.
d Het kompasnaaldje wordt gericht volgens de richting van de magneetlijnen in een homogeen veld.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper bvderheijden. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.