ASW in de praktijk
Crimineel Nederland
14-11-2012
Inleiding ASW in de praktijk
De analyse en bestrijding van sociale problemen
Veel academische vaardigheden (zie doelstellingen cursus)
Thema’s:
⁃ Criminaliteit en sociale veiligheid
⁃ Particulier initiatief en de verzorgingsstaat
⁃ Jeugd en zorg
⁃ Etnische relaties
Voortbouwen op kennis en vaardigheden uit IASW: van theorie naar beleid proeve van
bekwaamheid: beleidsnotitie
Waarden en wetenschap
Max Weber
Wetenschap als beroep (beroep = passie) (1919): weten wat je wel en niet kunt met
wetenschappelijk onderzoek. Oproep tot terughoudendheid met het ‘uitventen’ van politieke of
filosofische wensen als wetenschap. Wel: bijdragen aan het maken van meer bewuste en meer
geïnformeerde keuzes in het aanpakken van vraagstukken + bijdragen aan discussie
Politiek als beroep (1919): vraag van de macht.
• Gesinnungsethik (hiërarchie: waar sta je, waarin ethische principes leidend zijn)
• Verantwortungsethik (consequenties accepteren van acties die je doet, verantwoording voor
politieke beslissingen en handelingen, dit komt te weinig voor in de politiek vindt Weber.)
Waardenvrijheid: suggereert dat wetenschap objectief is maar eigenlijk bedoelt Weber
Waarderingsvrijheid, elke actie is waardebetrokken dat kan niet anders (politieke context Duitse
Weimar Republiek) Je moet de wereld van mensen snappen voordat je wetenschappelijk onderzoek
doet daarom kan het niet waarde vrij zijn.
Waarderingsvrijheid: zoveel mogelijk zelf spreken zonder veroordelen/oordelend daar mee bezig
zijn.
De sociale werkelijkheid is altijd ‘betrokken op waarden’, zo ook de wetenschappelijke studie ervan.
Weber’s oplossing: de plaats van waarden voorafgaand, tijdens en na onderzoek verschilt wezenlijk
drieluik = interne wetenschappelijke norm (intellectuele eerlijkheid).
Dat drieluik is een norm dat gaat over intellectuele eerlijkheid om dingen niet anders voor te stellen
dan ze zijn, 1e fase is waarde: waarom ga je bepaald onderwerp onderzoeken, 2e fase als je
onderzoek ontwerp heb gemaakt dan onthouden van uitspraken wat je vindt, zoveel mogelijk je
onderzoek uitvoeren zo clean mogelijk zaken beschrijven, 3e fase: consequenties aan je onderzoeken
vinden, wat moet je er mee.
Karl Mannheim (1893 – 1947)
Man and Society in Age of Reconstruction (1935)
Sociologie kan bijdragen aan de totstandkoming van een betere werreld om met de kennis die ze
hebben van de structuren wat er speelt in situaties kan bijdragen aan het oplossen van bepaalde
,problemen en dat mensen niet zomaar oplossingen vinden die efficient ogen maar ze moeten
proberen substantiele rationaliteit te bevorderen. Wetenschap is tussen doorgeslagen liberalisme
(‘laissez-faire’) en planeconomie Soviet stijl.
Planning van democratie. Kennis van de ‘principia media’ van een tijdperk realisatie van
substantiele rationaliteit (> functionele rationaliteit)
Pierre Bourdieu:
Pleidooi voor een reflexieve maatschappijwetenschap
Sociologen dienen zich goed bewust te zijn van hun eigen positie in het onderzoeksveld, in de
wetenschap en in de samenleving. Ze dienen zichzelf en de sociale wetenschap op eenzelfde manier
te bestuderen als ze anderen doen.
Gebonden aan maat en regel
Cees Schuyt
Mooi voorbeeld van hoe om te gaan met het sociologisch continuüm van:
objectieve beschrijving – kritische evaluatie (normatief)
Hij praat over de rechtstaat en hoe de politiek soms de rechtstaat wil inrichten dat het de politiek
soms hindert. De 3 hoofvragen die hij behandeld zijn:
Vragen:
1. Hoe en waarin ervaren burgers de vanzelfsprekendheden van de rechtsstaat?
Antwoord:
In rechtsbescherming tegen de overheid, ook de overheid is gebonden aan maat en regel, ook als
haar dat soms niet uitkomt. Het recht bindt de macht aan maat en regel regel-loos, principe-
loos. De overheid is ook gebonden aan maat en regel maar is betrouwbaar als hij zich aan de regels
houdt.
2. Wat zijn grenzen van overheidssturing?
Antwoord: vaak gericht op enkelvoudige doelstellingen, waarbij onbedoelde neveneffecten op
andere maatschappelijk terreinen of doelstellingen uit het oog wordt verloren. Vaak denken in
termen van kosten en ‘efficiency’, niet in termen van ‘substantiële rationaliteit’.
3. Welke kanttekening is te maken bij de ‘droom van Descartes’? - mathematisering van de
leefwereld
Antwoord: Een sturende overheid kan verblind raken door de zon van het moderne management (te
weinig oog voor zin en waardendefinities). Conflicterende manieren van denken en probleem
oplossen. Overheid is te verblind door eigen macht en denkt de wereld te kunne bestuderen
Misdaad als sociaal feit
Emile Durkheim (1858 – 1917):
grondlegger van de moderne sociologie. Positieve wetenschap en functionalist.
Er is geen inhoudelijke definitie van misdaad. Je kunt misdaad alleen van buitenaf beschrijven als
elke handeling die (sterke) afkeuring van de gemeenschap afroept. Naar aard kunnen dit per tijd en
samenleving totaal verschillende handelingen zijn.
Deviant - niet normaal – crimineel – strafbaar
Contextafhankelijk oftewel van tijd (geschiedenis) en plaats (cultuur)
⁃ Het Nederlandse gedoogbeleid inzake ‘coffee shops’
⁃ Abortus en euthanasiewetgeving
Hans Boutellier: het gaat om grensoverschrijdend, grenzeloos gedrag (2003)
, Karl Marx:
De heersende ideeën zijn de ideeën van de heersende klasse (conflictbenadering)
Wat strafbaar is in een land en de strafmaat die voor verschillende vergrijpen, welke rechten er
bestaan voor verschillende categorieën mensen,weerspiegelt de belangen van de heersende klasse –
de interesses van de dominante groep(en).
Bijvoorbeeld:
Welke vergrijpen worden zwaarder aangerekend in het strafrecht: vermogensdelicten of
geweldsmisdrijven? Hebben mannen dezelfde rechten als vrouwen?
Durkheim: repressief en restitutie recht
Misdaad is een sociaal feit en kan verklaard worden uit de (functionele) relatie met andere sociale
feiten. In elke samenleving zijn bepaalde gedragingen onacceptabel en ‘taboe’ – en de collectieve
reactie van afkeer op het voorkomen van deviante handelingen versterkt de morele consensus en
daarmee de bestaande sociale orde.
De aard en functie van rechtsregels in traditionele samenlevingen verschilt van die in moderne
samenlevingen.
• Traditionele samenlevingen (mechanische solidariteit)
Repressieve rechtsregels: strafrecht (veelal hard en definitief). Schending van regels wordt gezien
als ‘geweld tegen de hele samenleving’ en ook als zodanig ‘afgerekend’
• Moderne samenlevingen (organische solidariteit)
Regels gericht op restitutie / herstel van verhoudingen: civiel recht, handelsrecht, procedurele
rechtsregels, administratieve en grondrechten
Dierenprocessen (historische casus)
• 13e – 19e eeuw door heel Europa
• Juridische processen tegen dieren: moordende varkens (1226), ei leggende hanen, insectenplagen,
houtwormen etc.
• Veel publieke kosten, (rechtsbijstand, opsluiting, ondervraging, berechting, publieke executie e.d.)
Waarom? Wat is de rationale hierachter?
Robert K. Merton (1910 – 2003)
Amerikaans socioloog, sociale feiten hebben manifeste en latente.
Dingen gebeuren op 2 niveau’s op dingen die je ziet en verborgen dingen.
Veel feiten blijven vooral bestaan vanwege hun latente functie.
Manifest: bewust, intentioneel, makkelijk te
Benoemen, want liggen aan de oppervlakte
Latent: verborgen, niet direct herkenbaar, onbedoeld bijeffect. Is impliciet, hebben een eigen socio-
logica, vereist sociologische verbeeldingskracht om ze ‘boven water’ te krijgen.
Voorbeelden: dure auto’s, merkkleding, de regendans (Hopi indianen), godsdienstige rituelen
Manifeste functies varken slachten:
Eliminatie van een sociaal gevaar (dier heeft een kind pijn gedaan) Toedienen van een gepaste
straf
Latente functies varken slachten: