Werkcollege 1: introductie
Natalie Zemon Davis, The Rites of Violence: Religious Riot in 16 th Century France
Ze kiest hier voor een cultuurhistorische, antropologische benadering van religieus
geweld: wat doen mensen met religie?
Ze wil collectief geweld niet afdoen als irrationeel of barbaars. Religieus geweld is niet
ongeorganiseerd en willekeurig, maar vaak gericht op specifieke doelen. Ook moeten
we onthouden dat het hier om individuen gaat, die bepaalde zorgen hadden
o Vaak waren de rellen bijvoorbeeld redelijk georganiseerd en gestructureerd
o Ze probeert de rellen te zien in termen van doelen en middelen die gebruikt
werden door de veroorzakers, en welke gedragspatronen ze aannamen
Belangrijke oorzaken van geweld zijn niet per se voortkomend uit
klassentegenstellingen. In haar tijd was marxistische geschiedschrijving dominant,
met een focus op onderdrukking en uitbuiting history from below
o Mensen denken in klassentegenstellingen en verzet hiertegen oproeren
worden sociaaleconomisch verklaard. NZD zegt: er zijn ook opstanden die niet
zo te verklaren zijn. Geweld gaat door het hele sociale spectrum, armen doden
bijv. niet alleen maar rijken.
Haar definitie van religieus geweld: Iedere gewelddadige actie, of dit nu woorden of
daden zijn, die wordt ondernomen tegen religieuze doelwitten, en dit geweld gepleegd
wordt door mensen die niet handelen namens statelijke of kerkelijke autoriteiten. De
geweldplegers hebben dus niet het geweldsmonopolie. Ze nemen het recht in eigen
hand.
Haar methode: microgeschiedenis
o Kijken naar persoonlijke getuigenissen van protestanten en katholieken, deze
tot in detail analyseren
Doelen van religieus geweld:
o Waarheid
de ware religieuze doctrine verdedigen en de valse religieuze doctrine
afkeuren.
o Zuivering
de gemeenschap ontdoen van de ‘besmetting’ van de vermeende
ketterij. Als ze dit niet zouden doen, zouden ze Gods toorn over zich
afroepen. Religie was immers een collectieve zaak.
o Politiek
het verdedigen van het ware geloof, omdat de staat en andere
autoriteiten dit nalieten. Het was ook een traditie om het recht in eigen
hand te nemen in noodgevallen. Mensen doen dit en spiegelen dan de
structuur van hoe het in een rechtbank ook zou gaan.
Verschillen tussen protestanten en katholieken:
o Katholieken: eenheid herstellen door protestanten uit te roeien. Protestanten:
een nieuwe eenheid scheppen, die puurder is.
o Katholieken zagen ketterse personen als een grotere bedreiging voor de
samenleving fysiek geweld, en executies waren gebruikelijk. Protestanten
zagen het verkeerde gebruik van materiële objecten & idolatrie als een grotere
bedreiging voor de samenleving zij sloegen vaker beelden en altaars stuk
Ze dagen dus het katholieke geloof dat afbeeldingen & objecten heilig
zijn en werking hebben uit door ze op een bepaalde manier te
‘ontheiligen’
Katholieken verminkten ook vaak lichamen na hun dood
o Toch waren er ook protestantse geestelijken die al het extreme geweld
afkeurden. Katholieke priesters daarentegen keurden geweld vaker goed.
Geweld vond vaak plaats tijdens religieuze festiviteiten en evenementen.
, ! Protestanten claimden zelf nauwelijks geweld aan personen aan te doen,
maar dit deden ze wel, en niet alleen uit zelfverdediging. En ook katholieken
vernietigden soms religieuze objecten.
Katholieken mochten bijbel niet zelf lezen, protestanten wel
katholieken gingen protestantse bijbels vernietigen.
Mensen putten voor het beoefenen van geweld uit hun culturele repertoire (verhalen,
de Bijbel, tradities); ze volgen patronen en normen die in hun eigen cultuur
geaccepteerd zijn geweld wordt op deze manier een ritueel
o Rites of violence: een bepaald repertoire van rituele handelingen
o Rituelen helpen om het subject dat ze ondergaat te dehumaniseren, door ze
bijv. neer te zetten als duivels of ongedierte
o “This inquiry also points to a more general conclusion. Even in the extreme
case of religious violence, crowds do not act in a mindless way. They will to
some degree have a sense that what they are doing is legitimate, the
occasions will relate somehow to the defence of their cause, and their violent
behaviour will have some structure to it here dramatic and ritual.”
Werkcollege 2: haatpredikers
Judith Pollman, Countering the Reformation
Ze benadrukt eerst dat er al veel onderzoek is gedaan naar overeenkomsten tussen
Frankrijk en Nederland wat betreft de opkomst van het calvinisme, en dat die er dus
ook waren, wat betreft verspreiding en iconoclasmen. Maar er is één duidelijk
verschil: in Frankrijk konden hugenoten rekenen op veel protest vanuit katholieken
veel geweld. In Nederland reageerden katholieken er niet echt op. Het artikel wil
uitzoeken hoe dat kan.
Ontwikkelingen in Frankrijk zouden maatgevend zijn voor de rest van de landen,
maar dat is niet echt zo. Conclusie Pollman: Frankrijk is juist een uitzondering. In
Europa was er juist vooral vreedzame co-existentie. Religieuze verschillen leiden niet
altijd tot veel geweld, hier was meer voor nodig dan alleen verschillen in denkbeelden
Pollman bespreekt welke verklaringen tot dan toe zijn gegeven voor de afwezigheid
van katholieke militantie, maar wijst ze vervolgens weer af:
o Politieke context:
in Frankrijk werd de kroon, gedwongen door de economische
problemen en het machtsvacuüm dat was ontstaan na de dood van
koning Hendrik II, om tolerantie te implementeren (top-down); dit
werkte averechts en stimuleerde geweld
In de Nederlanden was dit andersom. De roeping om tolerantie kwam
van beneden (bottum-up): Karel V en Filips II waren ketters aan het
bestrijden en legden strenge maatregelen op, die lokale heersers vaak
niet wilden/konden handhaven edelen boden een smeekschrift aan
vervolgingen tijdelijk opgeschort; Beeldenstorm vond plaats; de
elite raakte er steeds meer van overtuigd dat tolerantie de oplossing
was
! dit verklaart niet de katholieke passiviteit t.a.v. de beeldenstorm, en het
verklaart ook niet hoe tolerantie zomaar een belangrijk agendapunt werd;
deze politieke context was dus een product van katholieke passiviteit
! ook verklaart dit niet de katholieke passiviteit van de jaren 1570-1580
o Culturele context:
de Republiek was een verstedelijkte samenleving afhankelijk van
handel; dan zijn geweld en intolerantie funest
In Nederland zou Erasmiaans denken dominant zijn (niet andere een
wil opleggen, alles proberen uit te praten)
! dit verklaart niet de opkomst van een calvinistische militante beweging