SAMENVATTING RECHT & REGULERING
PGO 1
Privaatrecht
Rechtssubjecten wat betreft de burgers, bedrijven en overheid onderling (horizontaal)
Persoon en familierecht → huwelijken, echtscheidingen
Vermogensrecht → alle op geld waardeerbare handelingen tussen burgers onderling waaraan
juridische gevolgen verbonden zijn (schadevergoedingen, verzekeringen)
Ondernemingsrecht → NV’s en BV’s, wettelijke bepalingen die betrekking hebben op
Naamloze Vennootschap en Besloten Vennootschap.
Arbeidsrecht → regelgeving tussen werkgevers en werknemers
Burgerlijk proces recht → regels voor het voeren van juridische procedures
Publiek recht
Recht wat geldt tussen de burger en de overheid (overheid staat boven de burger) (verticaal) heeft
betrekking op het recht dat geldt tussen de overheid als zodanig en de burger. De overheid treedt
binnen de kaders van het publiekrecht als overheid op.
Strafrecht → staat treedt op d.m.v. van openbaar ministerie (strafbaar feit) Het staatsrecht
(constitutioneel recht): Recht dat de wijze regelt waarop het Nederlandse staatsbestel wordt
gegeven en de invloed die burgers daarop kunnen uitoefenen, te vinden in: Grondwet, wet op
Raad van State, de kieswet en de wet op rechterlijke organisatie. Er wordt een
organisatieplaatje geschetst, zo ziet de organisatie van de overheid eruit.
o De staat treedt op door middel van het Openbaar Ministerie (doel is het waarborgen
van normen). Dit optreden uit zich vaak door het opleggen van sancties
Staat heeft op dit gebied het monopolie, dus alleen het OM kan vervolgen
o Bepalingen: wat is strafbaar, en welke straf hoort bij een strafbaar feit?
o Te vinden in het Wetboek van Strafrecht en Strafvordering
Staatsrecht → regel de manier waarop de staat wordt vormgegeven en de invloed v.d. burgers
daarop, de overheid heeft een monopolypositie omdat zij als enige bevoegd zijn om dit te
doen. Het strafrecht (civiel recht): De staat treedt door middel van het Openbaar Ministerie
actief op om normen te waarborgen door sancties op te leggen, wat een gevolg is van het
overtreden van de wet. Niet alle ‘specifieke’ overtredingen staan in de wet, maar spreken voor
zich.
o Regelt de wijze waarop het Nederlands staatsbestel wordt vormgegeven en de invloed
die burgers hierop uit kunnen oefenen (bijvoorbeeld middels verkiezingen)
o Staatsrechtelijke zaken (grondrechten), indeling en opzet van de rechtsstaat
o Grondwet is zeer belangrijk, daarnaast ook veel organieke wetten (deze samen zijn de
staatswet)
Organieke wetten: als ze betrekking hebben op organen en de organisatie van
de Staat en zijn onderdelen
o Recht geeft macht en gezag aan een partij
o Bijvoorbeeld: de kieswet
Bestuursrecht → omschrijven van mogelijkheden vd overheid om regulerend op te treden in
de maatschappij. Gemeente en provincies (zij hebben eigen bevoegdheid) Het bestuursrecht
(administratief recht): recht dat betrekking heeft op de mogelijkheden die de staat bezit om
regulerend op te treden ten aanzien van het maatschappelijk leven. De omgang met burgers.
BV. Onteigeningswet, de wet op ruimtelijke ordening, woonruimtewet etc.
o De mogelijkheid die de overheid heeft om regulerend op te treden
o Stelt kaders voor de overheid (bijvoorbeeld op het gebied van vergunningen en
subsidies)
o Stelt kaders voor de omgang van de overheid met burgers en bedrijven
o Algemene Wet van Bestuursrecht (AWB)
o Geschillen worden opgelost door een derde, andere partij
o Bijvoorbeeld de inzet van handhavingsinstrumenten of het verlenen van een
1
, milieuvergunning
Het grote verschil tussen bestuursrecht en staatsrecht is dat bij de staatrecht een beeld van de
organisatie van de overheid wordt geschetst terwijl binnen het bestuursrecht gaat om de
mogelijkheden van reguleren door de staat. Het verschil bij het strafrecht is dat het altijd door
het OM gebeurd en gaat om sancties opleggen bij het overtreden van de wet.
Privaat VS publiek
Privaat heeft dus betrekking op burgers onderling, terwijl publiekrecht betrekking heeft op de overheid
en burgers. Privaatrecht heeft dus een horizontale relatie terwijl publiekrecht een verticale relatie van
partijen heeft. Binnen het privaatrecht kan overheid wel optreden als burger.
Privaat is tussen burgers onderling, publiek tussen overheid en burgers/bedrijven en tussen
overheidsinstanties onderling
Grondwet valt onder publiek recht (staatsrecht), maar is in principe bij iedere vorm van recht
geldig
Verschillen tussen staats- en bestuursrecht:
o Staatsrecht is het organisatieplaatje, bestuursrecht is de omgang met burgers
o Bestuursrecht gaat meer over de verhouding tussen burgers en overheid,
o Staatsrecht gaat meer over de grondregels voor een organisatie van de Nederlandse staat
en geeft daar ook de grenzen van de bevoegdheden van de staat
Functies van het recht
1. Normatieve functie
Gedragsregels zijn zo belangrijk dat mensen bij overtreding dienen te worden gestraft
Gedragsregels (waarvan iedereen in de samenleving vind dat deze nog worden opgevolgd)
worden vastgesteld en opgevolgd
Niet alleen ethische normen, maar ook rechtsnormen (moord, diefstal)
Ethische normen hebben vooral betrekking tot de moraal, rechtsnormen zijn ethisch maar
worden in de wet vastgesteld
Gedragsregels waar nagenoeg de hele samenleving achter staat worden door het recht
nageleefd en opgevolgd. BV iemand vermoorden mag niet.
2. Geschiloplossende functie
Een rechterlijke macht oordeel of iemand gestraft moet worden en zo ja, hoe en met welke
procedure > oplossen van conflicten
Mensen moeten geen eigen rechter spelen (de overheid moet dus ingrijpen)
Zijn conflicten tussen natuurlijke personen en rechtspersonen
Bij een rechterlijke organisatie oordeelt bij uitsluiting of iemand moet worden gestraft en
eventueel ook op welke wijze. Anders moeten mensen zelf problemen oplossen en geldt vaak
het oog om oog, tand om tand principe.
3. Additionele functie
Aanvullende functie, geeft een algemene rechtsregel als partijen vergeten zijn om afspraken te
maken (bijvoorbeeld een aanvulling op contracten) > het recht biedt een houvast bij situaties
die moeilijk oplosbaar zijn
4. Instrumentele functie
Een wetgeving bepaalt wat er moet gebeuren en is daarin daadkrachtig (bijvoorbeeld
verkeersregels)
Hakt de knop door op een aantal onderwerpen, regelt noodzakelijke zaken
Is een middel om beleidsdoelen te realiseren > voor de wetgever een manier om wetten vast
te stellen
5. Fopspeen functie
Een schijnoplossing
6. Symbolische functie
Oplossing die geschetst is maar alleen voor de vorm bestaat
7. Constituerende functie
Oprichten van wettelijke instellingen (college)
2
, 8. Attribuerende functie
Toedelen van bevoegdheden (examenvraag, college)
Privaatrecht functies specifiek:
1. Gedragsregels waarvan bijna iedereen vindt dat ze moeten worden nageleefd en
opgevolgd. Deze gedragsregels zijn schriftelijk vastgelegd normatieve functie van het
recht.
2. Eigenrichting is verboden, een rechterlijke organisatie moet altijd oordelen. Dit is de geschil
oplossende functie van het recht.
3. Additionele functie van het recht: biedt een rechtsregel als partijen vergeten zijn op een
bepaald punt afspraken te maken.
4. Instrumentele functie van het recht: de wetgever hakt op tal van punten al knopen door
5. Waardefunctie: Het bestuursrecht beschermt burgers.
Publiekrecht functies specifiek:
1. Symboolfunctie: Soms bedoelt als symbolisch doel, dat je weet wat wel en niet kan. Ook
wel: Fopspeen functie: als burger heb je een bepaalde veiligheid, zekerheid en mate van
orde. (Je weet dat het recht er is, dat problemen serieus genomen worden, dat geeft een
gevoel van veiligheid).
2. Attribuerende functie: Verleend bevoegdheden aan ambtenaren
3. Afwentelingsfunctie: je kan met problemen altijd terecht bij de rechter en dit wordt dan
ook opgelost.
4. Constituerende functie: bepaalde dingen staat in de grondwet opgeschreven, dingen die
zijn vastgelegd.
5. Regulerende functie: Dit geeft de begrenzing van de staatsmacht aan.
De relatie tussen recht en Bestuurskunde
Legaliteitsbeginsel → er moet een grondslag in de wet zijn om iets te moeten doen,
bestuurskundige moet dus een grondslag hebben om een beleid door te voeren.
Rol van staatsrecht → Hoe bestuurskundigen de bevoegdheden mag uitvoeren (attribuerende
functie)
Rol van bestuursrecht → Welke organen wat doen
De burger wordt beschermd door het recht.
Bestuurskunde laat zien hoe de overheid maatschappelijke problemen oplost
Recht is nodig voor duidelijkheid: welke afspraken kan je wel en niet maken?
Recht geeft inzicht in de bevoegdheden van het bestuur en de bescherming die de burger
geniet tegen het gebruik van die bevoegdheden
Legaliteitsbeginsel: het beschermen van de burger tegen de bevoegdheden van de overheid
Bestuursrecht: hoe pas je staatsrecht toe?
3
, PGO 2
GRONDSL
SOORT
AG IN
REGELGEVIN ORGAAN VOORBEELD
GRONDW
G
ET
Art. 81, lid 1. van
de Grondwet. Alle Burgerlijk wetboek
besluiten van
Regering regering en Staten- 1. Toestemmingswet voor een huwelijk
Wet in & Generaal via de van een lid van het Koninklijk Huis (artikel 28
formele zin Staten- grondwettelijke Grondwet)
Generaal procedure zijn 2. Goedkeuring van verdragen bij
wetten in formele formele wet (artikel 91 Grondwet)
zin. (Algemene Begrotingswetten (artikel 105 Grondwet)
strekking).
Koninklijk
Benomen van minister
besluit
Een koninklijk besluit van de regering
dat zonder medewerking van de Staten-
Generaal wordt genomen. Via een klein
KB worden onder meer benoeming en
ontslag van ambtsdragers (ministers,
Commissarissen van de Koning,
staatsraden, burgemeesters etc.)
geregeld.
Art. 89 van de
Grondwet, lid 1 Een door de Koning ondertekend KB
t/m
3 wordt altijd medeondertekend door
Algemene een minister (de contrasigneren). Dit is
Maatregel nodig vanwege de Ministeriële
Regering KKB (in de wet
van verantwoordelijkheid.
is de
Bestuur
bevoegdheid
alleen De meeste Koninklijke Besluiten
uitgelegd) berusten op een formele wet. Er is
dan sprake van gedelegeerde
wetgeving: de wet bepaalt dat regels
nader mogen worden uitgewerkt. Is
dat niet het geval, dan spreekt men
van een 'zelfstandige' KB.
Over een KB wordt advies uitgebracht
door de Raad van State. Een KB wordt
gepubliceerd in het Staatsblad.
Voorbeeld: om ambtsdragers te
benoemen of te ontslaan.
Klein Regering Art. 89 van de
Benoemen van rechter
koninklijk Grondwet, lid 1
besluit t/m
3 De rijksoverheid kan via een AMvB
Algemene regels opstellen over uiteenlopende
maatregelen onderwerpen, bijvoorbeeld over
van bestuur woningbouw, gezondheidszorg,
worden bij sociale zekerheid, asielbeleid,
koninklijk scholen en universiteiten,
besluit
4