100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Wetenschapsfilosofie samenvatting €5,99   In winkelwagen

Samenvatting

Wetenschapsfilosofie samenvatting

 55 keer bekeken  5 keer verkocht

In deze samenvatting staat alles wat je moet weten voor het tentamen. Het bestaat voornamelijk uit zowel hoor- als werkcollege aantekeningen en is aangevuld met de boeken.

Voorbeeld 4 van de 44  pagina's

  • 5 januari 2024
  • 44
  • 2023/2024
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (6)
avatar-seller
Merel04
Wetenschapsfilosofie hoorcolleges

Hoorcollege 2 - 30 augustus
Filosofie is een discipline die streeft naar conceptuele verheldering.

Wat is filosofie?
- Filosofie kan over veel verschillende onderwerpen gaan (wetenschap, bewustzijn,
schoonheid).
- Vragen oer deze onderwerpen zijn filosofisch omdat ze fundamenteler, conceptueler
en mogelijk onoplosbaar zijn.

Wat is wetenschapsfilosofie?
- Denken na over de aard van de wetenschap. Wat maakt iets wetenschappelijk?
- Onderscheid maken tussen wetenschap en pseudowetenschap.
- Toegepast op MAW: wat is de status van sociale wetenschappen?

De wetenschappelijke revolutie
Achtergrond: wetenschappelijke revolutie (1550 – 1700)
Hiervoor dachten we wel te weten hoe de wereld in elkaar stak. Dat kwam door:
- Bijbel
- Religieus wereldbeeld

Tot 1500 dacht men:
- Dat de aarde het centrum van het universum was.
- Alles een samenstelling was van vuur, aarde, water en aarde.

Hierna brachten mensen deze algemene aannames in twijfel. Het politieke klimaat
veranderde (liberaler en verlicht). Ook werd er onderzoek gedaan naar de eerdere
aannemers.
- Nu ontdekte men dat de zon het centrum van het universum was à Nicolaas
Copernicus. Copernicaanse wending = de zon werd nu gezien als het centrum van
het universum.
- Aantrekkingskracht van de zon, om de zon heen, planeten blijven op zijn plek à
Newton.
- Scheikunde, geneeskunde en schilderkunst werden groter.
à Wereldbeeld veranderde. Resultaat: enorme strijd tussen kerk en wetenschap.
Galileo Galilei: geloofde publiekelijk in de copernicaanse wending.
Ook strijd tussen protestanten en christelijke.

De opkomst van het scepticisme
Een definitie van kennis
Wat is kennis?
- We kunnen deze vraag beantwoorden door te kijken naar de noodzakelijke en
voldoende voorwaarden voor kennis. Wetenschappers willen dingen zo precies
mogelijk uitleggen.
- Plato’s antwoord: je hebt kennis over X wanneer je overtuiging m.b.t. X waar en
gerechtvaardigd is.

, o Overtuiging: je moet X geloven om X te kunnen kennen. Een ware overtuiging
is niet voldoende, omdat het dan ook toeval kan zijn.
o Waarheid: X moet waar zijn om X te kunnen kennen.
o Gerechtvaardigd: je overtuiging moet gerechtvaardigd zijn om X te kunnen
kennen à je moet voldoende redenen hebben om te geloven dat een
overtuiging waar is. Bijvoorbeeld het winnen van de loterij: je hebt niet
voldoende redenen om te geloven dat je de loterij wint, het is een gevoel die
nergens op gebaseerd is. Daarom is het niet gerechtvaardigd.

Noodzakelijke voorwaarde: als a niet de eigenschap S heeft, dan is het geen X.
Voldoende voorwaarde: als a eigenschap S heeft, dan is het sowieso een X.
Voorbeeld: wanneer groeit een plant?
- Genoeg water = noodzakelijk
- Genoeg licht = noodzakelijk
- Genoeg aarde = noodzakelijk
- Goede temperatuur = noodzakelijk
- Goede luchtsamenstelling = noodzakelijk
à Samen voldoende

Als reactie op het conflict tussen de kerken en wetenschap komt het scepticisme op.
Scepticus zeggen: er is geen kennis, we hebben overtuigingen, maar we hebben niet
voldoende grond om de overtuigingen te rechtvaardigen.
Je kunt je zintuigen niet gebruiken om dingen te rechtvaardigen, want je weet niet of je
zintuigen kloppen.
Michel de Montaigne is een bekende scepticus. Voorbeeld: als je een rietje in een glas zet
lijkt deze gebogen, maar dat is hij niet en dus houden je zintuigen je voor de gek.

Twee historisch invloedrijke antwoorden
Rationalisme: er zijn bepaalde dingen die we zeker kunnen weten.
René Descartes: accepteert de positie van de scepticus, werkt dit door en toch vindt hij
zekerheid. Soms zijn dromen zo levendig dat je denkt dat het echt is, dus hoe weet je zeker
dat je nu niet aan het dromen bent. Dus kun je iets vinden wat altijd waar is? Ja, namelijk
twijfel. Als je twijfelt ben je er zeker van dat je aan het twijfelen bent.
Wiskunde overtuigingen zijn ook altijd waar. Zoals dat 1 + 1 = 2
Hij accepteert dat zijn zintuigen niet te vertrouwen zijn, maar hij zegt; ik heb nog mijn
redelijk vermogen (verstand).
De bron van kennis voor de rationalist is het verstand.
Dus,
- Alle zintuigelijk waarneming is onbetrouwbaar
- Dus je kan alleen vertrouwen op heldere en duidelijke ideeën, voorbeeld: cognitie
- Daarna kun je met behulp van deductie alle andere kennis afleiden.
- Heldere en duidelijke ideeën à deductie à kennis

Deductie
Je begint met iets wat sowieso waar is en daarna leidt je dit af en trek je een conclusie.
Voorbeeld:
Alle mensen zijn sterfelijk, Socrates is een mens à Socrates is sterfelijk.

,Alle appelbomen zijn bomen, dit is een appelboom à dit is een boom.
Als je zeker weet dat de premissen waar zijn, dan weet je ook zeker dat de conclusie ook
waar is.

Empirisme: ervaring opgedaan via zintuigelijke waarneming is de bron van kennis.
Tabula rasa: er bestaat geen ingeboren kennis.
Bacon was een empirist: niets is in het intellect dat zich niet eerst in de zintuigen bevond.
Je hebt gezien dat het rietje in je drinken recht was voordat je hem erin deed, daarom weet
je dat wanneer hij in het water staat hij nog steeds recht is.
De empirist gebruikt een methode van inductie.

Inductie
Als je zeker weet dat de premissen waar zijn, dan is het waarschijnlijk dat de conclusie ook
waar is.
Voorbeeld:
Deze zwaan is wit, deze zwaan is ook wit à alle zwanen zijn wit.

Rationalisme Empirisme
Beginnen met wat je zeker weet, daarna Beginnen met observaties, daarna met
met deductie nieuwe kennis afleiden inductie hypotheses formuleren en die
testen.
Deductie lijdt tot zekere kennis Inductie leidt tot feilbare kennis

Empirisme is de common sense opvatting: als je wilt weten hoe iets zit, moet je beginnen
met observeren hoe de wereld in elkaar zit. Lijkt ook het beste te passen bij hoe wetenschap
werkt.

Echter, er zijn twee belangrijke problemen voor de empirist:
1. Empirisme leidt tot scepticisme
Voorbeeld: wat gebeurt er als je een object observeert? Je ziet een reflectie van een object.
Wanneer we een uitspraak doet doe je deze over hoe de wereld aan je verschijnt en niet hoe
deze is. Je interpreteert altijd. Hoe weet je dat het beeld wat jij hebt gevormd overeenkomt
met het origineel? Niet.

2. Het inductieprobleem
Vraag: hoe weten we dat we op inductie kunnen vertrouwen?
Antwoord: omdat het in het verleden ook vaak gewerkt heeft.
Probleem: dat is geen goed antwoord, want dat antwoord leunt zelf op inductie.
à De eerste keer dat ik inductie gebruikte was het betrouwbaar, de tweede en derde keer
ook, dus inductie is betrouwbaar.

Hoorcollege 3 – 4 september
Confirmationisme
Is wetenschap ook maar een mening?
Nee, want wetenschap is gebaseerd op observaties.

, Einstein
Annus Mirabilis = wonderjaar 1905. Einstein schreef 4 belangrijke theorieën, die
fundamenteel de 4 wetenschapsgebieden veranderde. Deze leiden ook tot een filosofische
reactie:
- Maart 1905: licht bestaat uit deeltjes, niet uit golven (op microniveau).
- Mei 1905: wiskundig bewijs dat het aannemelijk is dat atomen bestaan.
- Juni 1905: Relativiteitstheorie
- September 1905: E = mc2

Relativiteitstheorie
Snelheid is relatief aan de waarnemer.

Einstein contra-intuïtieve idee
Hoe zit het met tijd en ruimte?
Is tijd ook afhankelijk van de waarnemer?
Hoelang iets duurt is afhankelijk van de waarnemer.

Einsteins (revolutionaire) conclusie:
- Snelheid = afstand / tijd
Experiment
- Snelheid van het licht is constant en de afstand neemt toe.
- Conclusie: als de snelheid constant blijft, maar de afstand groter wordt, dan betekent
dat dat de tijd langzamer moet gaan.
- Time is relative

E = mc2
Ruimte is relatief aan de ruimte van het object.

Een ‘logische’ benadering
Weense kring = een groep wetenschappers die regelmatig bij elkaar kwam in de jaren ’20 en
’30 om een nieuwe wetenschapsfilosofie te ontwikkelen.




Hoe kunnen we voorkomen dat er onware dingen in de wetenschap komen?
à ‘Logische’ benadering:
Bestudeert de logische structuur van wetenschappelijke theorieën.
Ziet een wetenschappelijke theorie als een verzameling van zinnen en reconstrueert de
logische connecties tussen die zinnen. Achtergrond kennis expliciet maken.

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Merel04. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 84251 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€5,99  5x  verkocht
  • (0)
  Kopen