Samenvatting auto-theorie
Femke van Leth
Jaar van schrijven: 2017
Hoofdstuk 1 – Veilig autorijden
- Goed reageren op veranderingen van de verkeerssituatie is heel belangrijk
- Inzicht in het verkeer -> risico’s goed inschatten en zelfkennis
- Zintuigen zijn belangrijk in het verkeer en moeten niet belemmerd worden
- Geconcentreerd autorijden is altijd het beste
o Doe geen andere dingen (bijvoorbeeld bellen)
o Behoud concentratie bij bekende wegen
o Behoud concentratie op een lange, kaarsrechte en eentonige weg,
voorkom ‘polderblindheid’
- Een goede conditie en het voorkomen van vermoeidheid bevorderen de rijstijl
- Goed rijden leer je door rijervaring en zelfkennis -> leer van je fouten!
- Rijden onder invloed van alcohol is verboden: je gezichtsvermogen en
reactiesnelheid nemen onder meer af
o Toegestane hoeveelheid alcohol in het bloed: max 0,5 promille
o Toegestane hoeveelheid alcohol bij een ademonderzoek: max 220
microgram alcohol per liter uitgeademde lucht
o Andere regels voor beginnende bestuurders (1e rijbewijs gehaald voor je
18e en minder dan 7 jaar geleden of 1e rijbewijs gehaald na je 18e en
minder dan 5 jaar geleden)
Bloed: max 0,2 promille
Ademonderzoek: 88 microgram alcohol per liter uitgeademde lucht
o Alcohol wordt afgebroken met slechts 0,1 promille per uur, nooit sneller
- Medicijnen kunnen ook een risicofactor zijn in het verkeer
, o Kalmeringspillen, slaappillen, pijnstillers, eetlustremmers, peppillen,
verdovingsinjecties van de tandarts, middelen tegen allergie, reisziekte of
verkoudheid. Gele sticker op verpakking = verkeersgevaarlijke medicijnen
- Drugs werken in op het centrale zenuwstelsel en beïnvloeden de lichamelijke en
psychische gesteldheid en het gedrag -> langzamere afbraak dan alcohol -> rijden
onder invloed van drugs is strafbaar.
o Gecombineerd gebruik van verschillende drugs of van drugs en alcohol is
altijd een overtreding en is altijd strafbaar (zero tolerance)
- Emoties en stress moeten je rijstijl niet negatief beïnvloeden -> kies altijd
veiligheid boven ergernis aan andere bestuurders
- Denk niet alleen aan jezelf in het verkeer -> jezelf overschatten is gevaarlijk
- Deelname aan het verkeer vereist voortdurende voorzichtigheid en wederzijdse
tolerantie -> defensief, sociaal en besluitvaardig rijgedrag
o Defensief rijgedrag: het voorkomen van gevaar door goed anticiperen,
effectief kijken en goed reageren. Je moet vooruitlopen op mogelijke
ontwikkelingen, juist reageren op fouten van anderen en belangen van
anderen respecteren. Dreigende gevaren moeten worden opgelost door af
te remmen, geleidelijk te stoppen of vroegtijdig uit te wijken. Als dit het
gevaar niet oplost, geef je een geluids- of lichtsignaal.
Achteropkomende bestuurders: alarmlichten knipperen als je
snelheid moet minderen of moet stoppen (file, onoverzichtelijke
plaatsen en slecht zicht)
o Sociaal rijgedrag: Bij een rijbaanversmalling ruimte houden voor
inhalende bestuurders, niet door plassen rijden en bestuurders laten
invoegen in een file. Niet irriteren door onverwacht en langzaam in te
halen, en andere bestuurders in de file geen ruimte gunnen.
o Besluitvaardig rijgedrag: niet twijfelen -> dit leidt tot onveilige situaties
Hoofdstuk 2 – Wettelijke bepalingen
- Een verstreken of slecht leesbaar rijbewijs of een kopie van het rijbewijs worden
niet geaccepteerd
- Rijbewijs A: motorvoertuigen op twee wielen (met zijspanwagen/
aanhangwagen) en voor gemotoriseerde driewielers
o A1: motorfietsen tot 125cc en max 11 kW: minimumleeftijd = 18
o A2: motorfietsen van max 35 kW: minimumleeftijd = 20
o A: motorfietsen met onbeperkt vermogen: minimumleeftijd = 22 (al in
bezit van A2 voor 2 jaar) of 24 (dit rijbewijs rechtstreeks bepalen)
- Rijbewijs AM: voertuigen van de categorie bromfiets: fietsen met hulpmotor,
snorfietsen (kunnen niet sneller dan 25 km/u -> blauwe kentekenplaat aan de
achterzijde) , bromfietsen (voertuig op 2/3 wielen met verbrandingsmotor (niet
meer dan 50 cm3 cilinderinhoud en max 45 km/u) of elektromotor (ook niet
harder dan 45 km/u) -> gele kentekenplaat aan de achterzijde), bromscooters,
brombakfietsen en brommobielen (bromfiets op meer dan 2 wielen met een
gesloten deel (carrosserie) -> kleine personenauto’s met rond bord met 45 aan
de achterzijde -> zelfde regels als bestuurders van een motorvoertuig)
o Je hoeft geen bromfietsexamen af te leggen als je een A of B-rijbewijs hebt
- Rijbewijs B: personenauto’s en lichte bestelwagens
o Max massa = 3500 kg (ledig gewicht voertuig + max toegestane gewicht
aan lading)
, o Niet ingericht voor vervoer van meer dan 8 personen exclusief bestuurder
o Aanhangwagens met een maximum massa van 750 kg mogen worden
voortbewogen met het motorvoertuig
o Zwaardere aanhangwagens -> speciale voorwaarden, maar vaak rijbewijs
BE (zie: hoofdstuk 13)
o 10 jaar geldig, daarna nieuwe aanvragen bij het gemeentehuis (brief van
De Dienst Wegverkeer (RDW)) -> boven de 70 jaar = max 5 jaar geldig
- Rijbewijs C: zware bestelwagens en vrachtauto’s
o Max massa = meer dan 3500 kg
o Niet ingericht voor het vervoer van personen
o C1: vrachtauto’s met maximum massa tussen 3500 en 7500 kg
o Aanhangwagens met een maximum massa van 750 kg mogen worden
voorbewogen met het motorvoertuig
- Rijbewijs D: autobussen
o Aanhangwagens met een maximum massa van 750 kg mogen worden
voorbewogen met het motorvoertuig
o Autobussen zijn motorvoertuigen die zijn ingericht voor het vervoer van
meer dan 8 personen -> D1: niet meer dan 16 personen
- Rijbewijs E: zwaardere aanhangwagens dan bij B, C en D
- Als je verplicht een bril moet dragen wordt dit op je rijbewijs vermeld
- Verlies of diefstal rijbewijs -> eerst aangifte bij de politie dan nieuwe aanvragen
- Nieuwe voertuigen die vanaf januari 2014 op kenteken zijn gezet of van eigenaar
zijn veranderd -> kentekencard -> gegevens voertuig en kentekenhouder ->
tenaamstellingscode (nodig als het voertuig van eigenaar wisselt, geschorst,
gesloopt of geëxporteerd wordt) -> kentekencard is handiger in gebruik en
moeilijker te vervalsen (chip) + barcode die controlehandelingen versnelt en de
kans op invoerfouten verkleint
- Voertuigen die geen kentekencard hebben, hebben een papieren kentekenbewijs
o Deel IA – voertuigbewijs: technische gegevens voertuig
(kentekennummer, merk, type, chassisnummer, massa ledig voertuig) ->
hele levensduur voertuig geldig -> bij controle kunnen tonen
o Deel IB – tenaamstellingsbewijs: tenaamstelling voertuig (gegevens
eigenaar van het voertuig) -> geldig van koop tot verkoop -> bij controle
kunnen tonen
o Deel II – overschrijvingsbewijs: nodig bij verkoop van het voertuig ->
nieuwe eigenaar -> bewaar je thuis
- Begrippen verkeersdeelnemers:
o Bestemmingsverkeer: Bestuurders van wie de bestemming ligt bij een weg
die alleen toegankelijk is voor bestuurders die via deze weg die
bestemming moeten bereiken en lijnbussen -> geslotenverklaring
o Bestuurders: alle weggebruikers (iedereen die van de weg gebruik maakt)
behalve voetgangers
Bestuurders van motorvoertuigen: iedereen die een motorvoertuig
bestuurt, rijles geeft of een rijexamen afneemt
o Voetgangers: iedereen die te voet aan het verkeer deelneemt en:
Personen die te voet een klein voertuig aan de hand meevoeren
Personen die zich verplaatsen op rolschaatsen of skateboard
(fietspad, voetpad of stoep -> als deze ontbreken -> rijbaan)
, Bestuurders van een gehandicaptenvoertuig als ze gebruik maken
van de stoep (niet harder dan 6 km/u)
o Militaire colonne: achter elkaar rijdende militaire motorvoertuigen of
motorvoertuigen van de rampenbestrijdingsorganisatie onder leiding van
1 commandant. Herkenningstekens:
Ingeschakelde verlichting
1e voertuig: twee blauwe vlaggen en rechter koplamp (vanuit de
auto) met blauw licht
Volgende voertuigen: rechter voorkant 1 blauwe vlag en een
rechter koplamp met blauw licht
Laatste voertuig: rechter voorkant 1 groene vlag en een rechter
koplamp met groen licht
o Verkeer: alle weggebruikers
- Begrippen voertuigen
o Aanhangwagen: voertuig dat door een ander voertuig wordt
voortbewogen (een gesleept motorvoertuig wordt ook als aanhangwagen
beschouwd, maar de bestuurder van het gesleepte motorvoertuig moet
wel een rijbewijs hebben)
o Autobus: motorvoertuig dat is ingericht voor het vervoer van meer dan 8
personen exclusief de bestuurder
o Gehandicaptenvoertuig: voertuig met of zonder motor voor het vervoer
van een gehandicapte, het voertuig mag niet breder zijn dan 1,10 meter en
heeft een max snelheid van 45 km/u
o Lijnbus: verricht openbaar vervoer -> autobussen en minibussen die
rijden volgens een dienstregeling
o Motorfiets: Motorvoertuig op twee wielen, met of zonder zijspan/
aanhangwagen
o Motorvoertuigen: alle gemotoriseerde voertuigen behalve bromfietsen en
gehandicaptenvoertuigen, bestemd om zich anders dan langs een rails
voort te bewegen
o Segway: elektrisch aangedreven voertuig
Fietspad -> anders rijbaan met max snelheid van 25 km/u
Niet op de stoep tenzij je gehandicapt bent (dan
gehandicaptenparkeerkaart/ ov-begeleiderskaart/ Valyspas/
WMO-pas) -> max snelheid is dan 6 km/u
Minimale leeftijd = 16, tenzij je gehandicapt bent (dan jonger)
Rode retro flecterende lijn op de achterkant en witte of gele
retroflectoren op de buitenkant van de wielen
Verzekeringsplaatje nodig -> krijg je bij afsluiten verzekeringspolis
Voertuigidentificatienummer nodig (VIN) -> ingeslagen in frame
Geen helm verplicht
o Voorrangsvoertuig: motorvoertuig dat optische signalen (zwaailicht) en
geluidssignalen (tweetonige hoorn) voert -> politie, brandweer,
ambulance
o Vrachtauto: meer dan 3500 kg, geen personen, max 12 meter lang,
Trekker met oplegger: max 16,50 meter lang en vrachtauto met
aanhangwagen: max 18,75 meter lang
- Begrippen wegen en weggedeelten: