Samenvatting kerntaak 2 MTH/PRV
WGBO = Wet Geneeskundige Behandel Overeenkomst. Deze wet regelt de rechten van
de patiënt. Er is een overeenkomst tussen de hulpverlener (DA) en de patiënt. De patiënt
moet toestemming geven wanneer de hulpverlener een handeling uitvoert.
De Pt heeft recht op inzage in zijn/haar dossier.
Dossierbewaarplicht termijn = 10 jaar
Tot 12 jaar hebben ouders gezag.
12-16 jaar hebben kind en ouders samen inspraak.
16 jaar+ is meerderjarig.
Wet BIG = Wet beroepen in individuele gezondheidszorg. Heeft als doel het verbeteren
en waarborgen van de kwaliteit van de medische hulpverlening. Dit gebeurt in het openbaar
register van mensen die een medische opleiding hebben gevolgd.
Het beroep doktersassistente wordt niet in de wet big genoemd toch heeft een
doktersassistente wel met deze wet te maken.
Beroepen die wel in de wet big staan zijn: Artsen, tandartsen, apotheker,
gezondheidspsycholoog, psychotherapeut, fysiotherapeut, verloskundige en
verpleegkundige.
Je bent deskundig als je voldoende scholing hebt gehad, zowel theorie als praktijk.
Je bent bekwaam als je voldoende ervaring hebt om deze handeling zelfstandig uit te
voeren. Daarnaast moet je jezelf eens per jaar laten beoordelen door iemand die
zelfstandig bevoegd is in de WET BIG zoals een arts.
Voor een griepvaccin of een venapunctie hoeft de arts alleen telefonisch bereikbaar
te zijn, bij de rest van de handelingen moet de arts direct beschikbaar zijn om de
handeling over te nemen en er moet mogelijkheid zijn van toezicht van de arts.
EPD: Elektronisch Patiënten Dossier
Medicatiegegevens
Gegevens over indicaties, contra-indicaties en allergieën
Professionele samenvatting van recente info en overdrachtsgegevens
Uitwisseling kan alleen tussen zorgverleners in dezelfde regio
Niet alles is zichtbaar voor iedereen
Landelijk Schakelpunt (LSP): Netwerk binnen een regio waar zorginstellingen zich bij
kunnen aansluiten voor uitwisseling via EPD's.
Palliatieve zorg: Gericht op kwaliteit van leven
Terminale zorg: Gericht op kwaliteit van sterven
Zorg kan thuis, in het ziekenhuis, of in een hospice.
4 fasen: behandeling van ziekte -> behandeling van symptomen -> verlichten van
lijden -> nazorg
Curatieve zorg: Gericht op beter worden/genezen.
DBC: Diagnose Behandel Combinatie (pakket)
Manier waarop zorg gedeclareerd wordt aan zorgverzekeraars
Een bepaalde diagnose heeft gemiddelde behandelkosten
Maakt uitkeren van verzekeringen efficiënter
Zorgt voor betere kwaliteit van zorg voor een lagere prijs
Financiering:
Wet Langdurige Zorg (WLZ): met indicatie, eigen bijdrage.
Zorgverzekering: geen eigen bijdrage, soms vergoeding.
,Farmacotherapeutisch overleg (FTO): Overleg tussen huisartsen en apotheek over
medicijnen en medicatiebeleid.
Welke geneesmiddelen voor welke aandoening/patiëntgroep?
Apotheker is consulent medicatieveiligheid
Controle van voorgeschreven medicatie (is dit meer/minder dan andere huisartsen?)
Goed voor onderlinge discussie van huisartsen
Algemene verordening gegevensbescherming (AVG)
De Wet bescherming persoonsgegevens is gebaseerd op de EU-privacyrichtlijn
Zorginstellingen moeten altijd kunnen aantonen dat zij toestemming hebben om de
informatie te bewaren en te gebruiken
Betrokkenen hebben ook het recht om van de verantwoordelijke te vragen om al hun
persoonsgegevens te wissen.
Rechten van de patiënt volgens de AVG
U heeft de volgende rechten:
Het recht om te weten of en welke persoonsgegevens van u verwerkt worden.
Het recht op inzage en afschrift van die gegevens (voor zover de privacy van een
ander daardoor niet wordt geschaad).
Het recht op correctie, aanvulling of verwijdering van gegevens indien dat nodig
mocht zijn.
Draagkracht = belastbaarheid, word bepaald door jezelf.
Draaglast = de belasting, die je ervaart.
Ketenzorg = samenwerken meerdere artsen en hulpverleners bij chronische ziekten.
Huisarts en specialist zijn hoofdverantwoordelijke.
Word vergoed vanuit de basisverzekering.
CVRM = cardiovasculair risicomanagement
Risicofactoren voor arteriosclerose (slagaderverkalking) : roken, leeftijd, mannelijk geslacht,
erfelijk, stress, bloeddruk, overgewicht, diabetes.
Gevolg van arteriosclerose = hartinfarct
Primaire preventie = voorkomen dat de ziekte ontstaat
Secundaire preventie = een ziekte in een vroeg stadium opsporen VOOR dat er klachten
zijn.
Tertiaire preventie = de ziekte is er, met klachten handicaps en beperkingen.
Quaternaire preventie = cliënt wordt steeds meer afhankelijk van zorg, eigen regie neemt
af.
H2 veilig werken
,Kruisbesmetting = Ziekte kiem van de ene patiënt overbrengen op de andere patiënt.
In een thuissituatie is de kans op besmetting met agressieve ziekte kiemen minder groot dan
bij een huisartsenpraktijk en in een ziekenhuis is de kans nog groter daarom zijn er in een
ziekenhuis strengere regels.
Patiënten met verminderde weerstand:
Patiënten met een ziekte die afweer kan verzwakken zoals diabetes mellitus, kanker
of aids.
Patiënten die medicatie gebruiken die de afweer onderdrukken zoals prednison,
methotrexaat of azathioprine.
Patiënten jonger dan 6 maand of ouder dan 70 jaar
Zwangere
Verslaafden
Patiënten met een verstandelijke beperking
Persoonlijke hygiëne:
Wassen van verontreinigende kleding die in aanraking is gekomen met lichaamsvocht, bloed
of een week is gedragen moet je wassen op 60 graden.
Als een zichtbare piercing (geld ook voor oorbel) ontstoken is, moet deze bij
patiëntencontact verwijderd worden of afgeplakt worden met een niet-vocht doorlatende
pleister.
Hoofddoek moet elke dag verschoond worden en bij verontreiniging gelijk.
Nagels moeten kort geknipt zijn, witte deel mag niet langer dan 2mm zijn.
Eten en drinken mag niet in ruimten waar wordt gewerkt met patiëntmateriaal en zelf niet
even bewaard worden in deze ruimten.
Handen reinigen:
Voordat een patiënt wordt aangeraakt.
Voordat er wordt schoongemaakt
Voordat er wordt begonnen aan een medische procedure.
Na contact met lichaamsmaterialen/ vloeistoffen
Na lichamelijk contact met patiënten. (Niet bij handgeven pt)
Na contact met de omgeving van de patiënt.
Handen wassen met water een zeep = Bij zichtbaar vuil.
Normale handhygiëne wordt voorkeur gegeven aan handalcohol.
Protocol handalcohol = 3 ml, 30 sec handen over elkaar wrijven tot handen droog zijn.
Reinigen instrumenten
, Reiniging = het schoonmaken met afwasmiddel en water
Desinfecteren = het verlagen va micro-organismen op voorwerpen en of materialen tot een
aanvaardbaar niveau. Met chloor of alcohol. Bij reinigen met chloor gebruik koud water,
handschoenen en veiligheidsbril en de ruimte goed ventileren.
Steriliseren = geen enkel levend micro-organismen meer op het instrument. De voorkeur
gaat uit naar autoclaaf omdat dat beter is dan een heteluchtsterralisator i.v.m. verkleuringen
en het bot worden van de instrumenten.
Gesteriliseerde instrumenten zijn houdbaar tot een half jaar na sterilisatie.
CSA= sterilisatieafdeling ziekenhuis.
Niet kritische instrumenten = Intacte huid. Reflexhamer/ Stethoscoop
Semi kritische instrumenten = slijmvliezen. Oorspuit/ Keelspiegel
Kritische instrumenten = beschadigde huid, slijmvliezen. Naaldvoeder/ Scherpe lepel/
Speculum
Niet kritische ruimten = koffiekamer, opslagruimte, entree, gang en wachtkamer.
Semi kritische ruimte = spreekkamer, onderzoekskamer, verkleedruimte, en toiletten
Kritische ruimte = behandelruimte, lab, en ruimte waar instrumenten worden gereinigd en
steriliseert.
Schoonmaken in juiste volgorde:
Eerst droog dan nat
Van schoon naar vuil
Eerst hoog dan laag
Handige weetjes:
- Gebruikte sopdoeken moeten na gebruik op 60 garden gewassen worden.
- In de koelkast waar Pt materiaal staat opgeslagen mogen geen levensmiddelen en dranken
bewaard worden
- Gebruik bij schoonmaak kunststof borstels i.p.v. houten
- Borstels, emmers etc moeten na gebruik schoongemaakt gespoeld aan de lucht gedroogd
worden.
H3 Instrumentenkennis