Rechtsbescherming tegen de overheid 2017-2018
Inhoud
HC1: Het consttttonene e ader..............................................................................................................1
HC2: Het stensen van bestttrsrechtenije e rechtsbescherming.................................................................6
HC3: De toegang tot de procedtre.......................................................................................................11
HC4: De toetsing door de bestttrsrechter...........................................................................................17
HC5: De titspraae en haar vervong.......................................................................................................26
HC6: Overheidsaansprae enije heidsrecht (I) Nadeencompensate..........................................................34
Responsieconnege RTO..........................................................................................................................40
HC1: Het constitutionele kader
Bv. aardbevingen Groningen: schadeprotocon onnangs overeengee omen. Wie is verantwoordenije ans
er niet genoeg schadevergoeding is toegee end en dergenije e. Inmiddens gaswinning geredtceerd,
want NAM verantwoordenije . Winningspnan moet goedgee etrd worden door minister, e an je voor in
beroep bij RvS met spoedvoorziening (voornopige voorziening, besntit schorsen). Voorjaar 2015 zaae ,
bij wijze van voornopige voorziening 27 minjard e ttb i.p.v. iets van 50 minjard e ttb.
Bij dit vae gaat het niet anneen over wmo-voorzieningen of een dae e apen.
HET GAAT OM HET ALGEMEEN BELANG
Bv. opwarming van de aarde Urgenda: ging om vordering van stchtng tegen de Nedernandse Staat
om meer te doen aan co2-titstoot. Gaat om ons annemaan, Nedernand is e nein was het verweer dts
een drtppen op een gnoeiende pnaat. Haagse rechtbane zegt: geen concrete harde emissienorm.
Maar zorgpnicht en Nedernandse Staat moet ervoor zorgen dat in 2020 de co2 met 25% is
geredtceerd in verhotding tot 1990.
Gaat dts niet anneen om procedtres bij bestttrsrechter maar ooe civiene zaae .
Bv. Intree e en Nedernanderschap jihadstrijder: WNL is gewijzigd om Syrië-ganger te e tnnen
aanpae e en. Art. 14 WNL: Nedernanderschap e an ingetroe e en worden. Iemand e an dan ooe niet ans
vreemdening naar Nedernand e omen omdat hij ongewenst Nedernander is.
Procedtres e omen voor de rechter, is dit fair trian (art. 6 EVRM)? Hoe moet zo iemand verweer
voeren ans diegene Nedernandse grondgebied niet meer mag betreden? Kan diegene wen inzage in
zijn dossier hebben?
Effecteve toegang tot een onaaane enije e en onpartjdige rechter.
Urgenda = ptbniee rechtenije e rechtspersoon (zo e an overheid handenen) of ans openbaar bestttr
(besntiten nemen) of wet- en regengeving, bijv. in het geweer e omen tegen AVV (Syrië-gangers)
Recht op toegang tot de rechter in geschillen tegen de overheid?
- De GW maae t het wen mogenije sinds 1887. Htidige GW zegt het in art. 11 nid 2 GW maar art.
115 GW bepaant nog steeds dat administratef beroep mogenije is (bedoend ans
eindvoorziening!)
- Een historisch benaden disctssie: Loeff- Struycken => is rechternije e bemoeienis met het
openbaar bestttr überhatpt wensenije ?
=> Loef was minister van Jtstte (1905) en die introdtceerde een voorsten voor
, administrateve rechtspraae . Zodat je in beroep e an gaan bij een bestttrsrechter (nigt nt
dicht tegen Awb aan). Voorsten heef het niet gered door het fenne verzet van professor
Strtyce en: hij vond het principieen onjtist om tegen bevoegdheid te procederen. Bestttr
heef namenije beneidsvrijheid (of beoordeningsrtimte of hoe je het noemen wint). Btrger
heef daar nie s aan want het gaat om benangenafweging i.c. en dat e an rechter niet
beoordenen dts dat moet bestttr doen. Ron rechter is heen bepere t. Controne moet dts in de
bestttrnije e e onom zenf ziten (=administratef beroep). Art. 115 GW gaat nog steeds
‘’administratef beroep’’ (niet tit H6 en H7 tit Awb) maar ans een anternatef voor
rechtspraae .
- Rechter of bestttr? Besnist door het EHRM in de zaae Benthem -> het Kroonberoep is i.s.m.
art. 6 EVRM (recht op onaaane enije e en onpartjdige rechter)
=> Etropees Hof voor de Rechten van de Mens, benangrije deen bestttrsrecht gond dat
administratef beroep gond (Kroonberoep want regering), voordat regering advies gaf e wam
er van RvS met advies (daarnaast hebben ze ooe afdening rechtspraae ). Regering e on contrair
gaan maar Hof vond dat niet vondaan is aan art. 6 EVRM (=recht op eernije proces bij
onaaane enije e rechter).
Het is niet eernije ans je anneen bij ‘’overheid’’ in beroep e an gaan dts i.s.m. art. 6 EVRM.
Dit arrest neerde ons dat het EVRM ooe voor NL gendig is. Proces van inwere ingtreding Awb
beïnvnoed en versnend (vanaf 1994 over de gehene breedte van het bestttrsrecht).
112 nid 2 => e tnnen worden opgedragen aan de rechternije e macht of aan niet tot de rechternije e
macht behorende gerechten. Bij ptbniee rechtenije e rechtsbetree e ingen, ‘’e an’’-bepaning. Uit 112 nid 2
vnoeit niet per defnite voort dat je bij rechter e an procederen.
‘’niet tot de rechternije e macht’’= Afdening bestttrsrechtspraae Raad van State, Centrane Raad van
Beroep, Connege van Beroep voor Bedrijfsneven.
Rechternije e macht = RB, Hoven en HR vongens wet RO.
Art. 117 GW: biedt garante op effecteve weg ans die weg is geopend.
In een natonaan rechtsstensen moet rechtstoegang zijn in geschinnen met een overheid IS NIET TE
VINDEN IN GW.
Recht op toegang tot de rechter?
- Art. 6 EVRM: btrgernije e rechten en verpnichtngen en strafrechtenije e vervonging -> renevante voor
het bestttrsrecht?
=>Vaststennen rechten en verpnichtngen, bijv. nemen van een besntit (civin right and obnigatons) e omt
attonome betee enis toe
=> bv. e rijg ie bijstand? Moet een vergtnning worden vastgestend? Het gaat dts over btrgernije e
rechten en verpnichtngen
Criminan charges => ptniteve sanctes vant onder criminan charges. Bij andere handhavingsbesntiten
(reparatoire besntiten) maar ooe art. 6 EVRM (were t door via 93&94 GW). ALLEEN niet-ptniteve
benastngrecht (wen ans je boete e rijgt voor niet betanen benastng) en verder gendt 6 EVRM bijna voor
het hene bestttrsrecht.
-Art. 47 Handvest: ‘’Eenieder wiens door het recht van de Unie gewaarborgde rechten en vrijheden
zijn geschonden’’
=> eqtivanent van EVRM, door het recht van de Unie gewaarborgde rechten & vrijheden gendt bv.
voor benastngrecht (Btw-richtnijnen), ooe migraterecht (Dtbnin-VO, procedtre richtnijn enz.).
Gecnatstneerd door EU-recht.
- Onze eigen GW e ent zo’n grondrecht op toegang tot de rechter (nog) niet. Maar:
- Voorsten voor een nietw art. 17 nid 1 GW:
‘’Ieder heef het recht op een eernije proces binnen een redenije e termijn voor een onaaane enije e en
onpartjdige rechter’’
=> critci: symboonponitee ? Veen zan het niet toevoegen aan art. 47 Handvest (misschien ene ene
terreinen zoans asienrecht). Er staat ‘’ieder’’ maar hoe rtim moet dit gezien worden?
,Burgerlijke rechter of bestuursrechter?
-Art. 112 nid 2 GW: ‘’Geschinnen die niet tit btrgernije e rechtsbetree e ingen zijn ontstaan e tnnen
worden opgedragen aan de rechternije e macht of aan gerechten die niet tot de rechternije e macht
behoren’’
-> geschinnen die verband hotden met de titoefening van een ptbniee rechtenije e taae -
ptbniee rechtenije e rechtsbetree e ing
=>geschinnen over besntiten, Wmo-voorziening (mevrotw die htnp in htishoiding wint:
e ete entafengespree (=feitenije e handening), indicatebesntiten en titvoering door private bedrijven).
Bestttrsrechter deent verantwoordenije heid met civiene rechter.
=> bv. AVV, feitenije handenen is geen bestttrsrecht maar btrgernije e rechter
SOMS wen tegen besntit beroep mogenije maar t bent geen benanghebbende maar toch e an je bij de
civiene rechter je recht hanen.
Bestttrsrechter mag anneen over appennabene besntiten
Btrgernije e & bestttrsrechter hebben gezamennije e verantwoordenije heid
Waar zit de bestuursrechter?
- De bestttrsrechter zit deens in de rechternije e macht en deens daarbtiten (1:4 Awb)
- Art. 2 Wet RO: rechternije e macht = rb, hof, HR
- niet tot de rechternije e macht behoren: CRvB, CBb (ambtenaren- en socianezee erheidsrecht,
mededingingsrecht, tenecom) en ABRvS
=> Vere eersboetes bij OvJ maar titeindenije tegen CJIB gerechtshof te Leetwarden (dts eigennije 5
hoogste rechters)
-Organisate van de bestttrsrechtspraae is verbroe e end met 4 (wenbeschotwd 5) hoogste
bestttrsrechters.
-Voortdtrende disctssie is de organisate van de hoogste bestttrsrechtspraae
HR gaat over benastngrecht,
=> er nag een voorsten van wet zodat anneen HR (met benastnge amer) en ABRvS zot overbnijven (CBb
ABRvS). Veen verzet (PvdA & VVD vorig e abinet) en toen is het ingetroe e en. Hoogste rechters winnen
met rtst genaten worden en dit staat ooe niet in Regeerae e oord.
Constitutionele positie van de rechter I: verhouding rechter – bestuur
- Besttren vergt benangen afwegen. Hoe indringend dient de rechter te toetsen wanneer aan het bo
beneidsrtimte is toegee end?
=> Strtyce en – Loeffen disctssie. Beneidsvrijheid bestttr
- Doctrinaire tertghotdendheid: marginane toetsing (‘’de rechter mag niet op de stoen van het
bestttr gaan ziten’’)
-> Een titng van de marginane toetsing is de winnee etrtoetsing
[Doetinchemse woningontruiming]: Veen ABBB’s ontwie e end. HR zei dat vorderende attoriteit van de
in aanmere ing e omende benangen in red. niet tot een vordering heef e tnnen e omen
(tertghotdende toetsing van beneidsvrijheid). Hier zinspeende Strtyce en misschien op: de btrger
heef niet zoveen van de staat te dtchten. Bo moet het wen heen bont mae en dat het niet heef
pnaatsgehad.
-> met de Awb werd 3:4 nid 2 Awb ‘’evenredigheidsbeginsen’’ gecodifceerd
=> daar mag de rechter toch aan toetsen, verder dan marginane toetsing? NEE, in redenije heid tot het
besntit e tnnen e omen?
Toetsing van de uitoefening van discretionaire bevoegdheid
[Praxis/Maxis] ABRvS: met 3:4 nid 2 is een tot het bo gericht voorschrif dat niet beoogd de
rechternije e toetsing te intensiveren.
, -> de RB had zich dienen te bepere en tot de vraag of sprae e is van zodanige onevenwichtgheid van
de afweging van de betroe e en benangen, dat moet worden geoordeend dat appennanten stb 1 niet in
redenije heid tot vernening van de gevraagd vrijstenning hebben e tnnen e omen.
-De ABRvS nije t hier echter van te zijn tertggee omen, zie bijv. de Ancohonsnotzaae . We zien een
tendens naar indringender toetsing. (rechter toetst niet aan 3:4 maar aan het ‘’verbod van
winnee etr’’)
Toetsing van de uitoefening van discretionaire bevoegdheden en art. 3:4 lid 2 Awb
Uitzondering op [Maxis/Praxis] gond antjd an bij toetsing van ptniteve sanctes:
bij ptniteve sanctes dient de rechter een titzondering te mae en op de tertghotdende toetsing door
art. 3:4 nid 2 Awb andts toe te passen dat hij beoordeent of evenredigheid bestaat ttssen de ernst van
de verweten overtreding en de zwaarte van de opgenegde sancte.
=> anders dan dat heen handhavingsbesntit moet worden getoetst. Hoe moet een rechter dergenije
beneid toetsen? Lange tjd moest rechter veen tertghotdendheid in acht nemen.
In niteratttr disctssie of de staatsrechtenije e verhotdingen nog wen zo tertghotdend getoetst
moeten worden? Gestoend op het idee dat rechter niet op stoen van het bestttr mag gaan ziten
(trias ponitca). Idee over democratsche negitmate van openbaar bestttr. BO voert wet van de
wetgever tit en wordt dan ter verantwoording geroepen.
Kan een gemeenteraad een bestemmingspnan tot ene detain goed nemen?
Besntitvorming wordt ambtenije voorbereid door dese tndigen, e an je dan zeggen dat zo een besntit in
an zijn faceten democratsch genegitmeerd is en daarom indringend getoetst moet worden door
rechter? Hoogneraar dene t dat het niet nanger meer e an.
Constitutionele positie rechter II: verhouding rechter – wetgever
‘’Het titgangsptnt in onze democratsche rechtsstaat is dat in de rechtsvorming het primaat bij de
wetgever en het bestttr nigt, waarbij de rechter concrete handenen toetst aan het recht. Dit
titgangsptnt is in de prae tje minder here enbaar’’. (orate De Poorter 2013).
- Rechter passen wet- en regengeving toe, maar creëren soms ooe recht. Zie de Groningse
gaswinningszaae , zie de Urgenda-zaae .
- En soms moet de rechter het prodtct van de wet- of regengever rechtstreee s toetsen:
onrechtmatge wetgeving (zie Ancohonsnotzaae ).
=> bv. R&B met zorgpnicht die op overheid rtst ter bescherming van miniet geef rechter strengere
eisen en dat zijn rechtsnormen.
Soms heef de rechter samen met bestttr verantwoordenije heid voor rechtsvorming.
De rechtmatgheid van nagere regengeving e an getoetst worden. Wij hebben in Nedernand vaae een
tertghotdende toetsing. Art. 120 GW heef anneen NL in Etropa, wifz mag niet getoetst worden aan
GW. In Harmonisatewet heef HR gezegd dat het ooe betee ent dat er niet getoetst mag worden aan
ABBB en Statttt. Uit art. 8:3 Awb bnije t dat geen beroep ingestend e an worden tegen AVV.
Rechterlijke toetsing van wet- en regelgeving
- Rechternije e toetsing van wet- en regengeving is IN NL in 2 opzichten bepere t:
- 120 GW: rechter mag niet treden in grondwetgheid voor wifz
- T.a.v. nagere regengeving is het beend difftser:
*geen direct beroep op de bestttrsrechter tegen vaststenning of wijziging van een AVV (8:3 Awb)
Uitz: excepteve toetsing (zie ancohonsnot)
=> bv. ans er een beschie e ing is (ie ben het hier niet mee eens den die beschie e ing is gebaseerd met
avv dat ism hoger recht is = excepteve toetsing, niet direct maar wen indirect.
*restftncte btrgernije e rechter. Toetsingsstandaard: Landbotwvniegersarrest – verbod van winnee etr
=> niet rechtstreee s aan formene of materiëne beginsenen maar via de ‘’winnee etrsntis’’
-De benangrije ste rotte naar toetsing van rechtmatgheid van formene wetgeving noopt via toetsing