Saxion
2.2
Oefenvragen
Huurecht
Docent: Astrid Keuters
,Week 1
1. Leg uit waarom een huurovereenkomst een obligatoire overeenkomst is.
Omdat er een verbintenis ontstaat.
2. Geef aan of een huurovereenkomst een wederkerige of eenzijdige, benoemde of onbenoemde en
consensuele of formele overeenkomst is.
Wederkerig, want beide partijen leveren een prestatie, benoemde want er staan regels voor in de
wet en consensueel want mondelinge wilsovereenstemming is voldoende, maar is meestal
schriftelijk.
3. Geef aan hoe een huurovereenkomst tot stand komt en wie de contractspartijen zijn.
Wilsovereenstemming, handelingsbekwaamheid en geoorloofdheid, huurder verhuurder?
4. Op een van de prikborden bij ABR&R hangt een A4-tje waarop staat vermeld: “Leuke kamer te huur
in het centrum van Enschede. € 215,00 per maand (inclusief)”, waarbij strookjes met het betreffende
telefoonnummer kunnen worden afgescheurd. Is hier sprake van een aanbod?
Nee, het is een uitnodiging om in onderhandeling te treden.
5. Welke vereisten stelt de wet voor een succesvol beroep op het wilsgebrek dwaling?
Onjuiste voorstelling van zaken, met betrekking tot essentiële eigenschappen, kenbaarheidseis,
sprake van een situatie uit lid 1 sub a, b of c. niet dwalen omtrent een toekomst verwachting,
dwaling mag niet voor eigen rekening zijn.
6. Beschrijf de twee kenmerken van een huurovereenkomst.
Een zaak in gebruik verstrekken, tegenprestatie.
7. Welk van de genoemde kenmerken ontbreekt bij een bruikleenovereenkomst?
Tegenprestatie
8. Noem drie voorbeelden van een huurovereenkomst waarop (enkele van) de artikelen 7:232 e.v. BW
niet van toepassing zijn.
Bedrijfspand, roerende zaak, woonruimte als het van korte duur is.
9. Welk deel van het huurrecht is van toepassing op een huurovereenkomst met betrekking tot een
huis: art. 7:201 – 7:231 of art. 7:232 – 7:282 BW?
10. Geef drie voorbeelden van een gemengde overeenkomst en leg uit in hoeverre de
huurrechtbepalingen op deze voorbeelden van toepassing zijn.
11. Wat zijn de twee belangrijkste verplichtingen van een verhuurder?
Ter beschikking stellen van de zaak en zonder gebreken.
12. Wat zijn de vier belangrijkste verplichtingen van de huurder?
Tegenprestatie, gedragen als goede huurder, kleine herstellingen, teruggeven van de zaak.
13. Wanneer een van de partijen niet (voldoende) aan zijn verplichtingen voldoet, heeft de
wederpartij een aantal mogelijkheden. Welke?
Vermindering van huur, ontbinding, schadevergoeding.
14. De wederpartij kan echter pas actie ondernemen wanneer de niet-presterende partij ‘in verzuim’
is. In welke situaties is dat het geval?
Als er een fataal termijn is verlopen, na een ingebrekestelling,
15. In welke vier situaties komt een tekortkoming in de nakoming van een verbintenis voor rekening
van de debiteur?
Te wijzen aan zijn schuld, toerekening, krachtens rechtshandeling of wet, verkeersopvattingen. 6:75
16. Waarvan is sprake als de tekortkoming in de nakoming niet voor rekening van de debiteur komt?
Overmacht
17. Geeft iedere tekortkoming in de nakoming de bevoegdheid om de huurovereenkomst te
ontbinden?
Nee, niet als het niet rechtvaardigt is
18. Hoe kunnen een huurder en verhuurder een huurovereenkomst ontbinden?
Alleen door de rechter, 7:231 BW (kanton)
19. Kan er in een huurovereenkomst sprake zijn van een of meer algemene voorwaarden?
, Ja
20. Zijn de zwarte en grijze lijst van toepassing op een huurovereenkomst met betrekking tot een
studentenkamer? Leg uit.
Ja, want als huurder ben je ook consument.
Week 2
Vragen huurrecht (2.2) week 2
1. Door welke vier bronnen wordt de inhoud van een huurovereenkomst bepaald?
Redelijkheid en billijkheid, de wet, gewoonterecht en jurisprudentie.
2. Welk deel van het huurrecht bevat voornamelijk bepalingen van regelend recht?
a. art. 7-201- 7:231
b. 7.232 – 7:282
3. Wanneer is een wetsbepaling van semi-dwingend recht?
Als er niet ten nadele van de huurder afgeweken mag worden.
4. Is een partij-afspraak in strijd met een bepaling van semi-dwingend recht nietig?
Nee, alleen als het ten nadeel van de huurder is.
5. Wat betekent “koop breekt geen huur”
Als er sprake is van een eigendomsoverdracht van de verhuurde zaak, blijft de
huurovereenkomst gewoon doorlopen.
6. Mevrouw de Jong huurt in Zwolle een nagelstudio van Invest B.V gevestigd te Utrecht.
Mevrouw de Jong heeft gebreken geconstateerd aan het gehuurde object en zij wil dat Invest
B.V. deze gebreken herstelt. Invest B.V. geeft geen gehoor aan haar verzoek.
a. Naar welke soort rechter moet mevrouw de Jong?
Kantonrechter.
b. In welk wetsartikel vind je de relatieve competentie van de rechter als het gaat om
huur van onroerende zaken?
103 Rv.
7. Meneer Peters huurt voor drie dagen een auto bij Rent-a-Car. In het huurcontract staat dat
de huurprijs van de auto 67,50 per dag bedraagt en € 0,25 per kilometer. Bovendien moet hij
de auto met een volle tank terug brengen.
a. Moet deze huurovereenkomst worden opgezegd? Beargumenteer je antwoord.
Nee, het is met bepaalde tijd en eindigt dus na de drie dagen.
b. Wat zijn de verplichtingen van de verhuurder, Rent-a-Car?
Auto ter beschikking stellen en laten, zonder gebreken en gebreken verhelpen.
c. Op welke wijzen kan een huurovereenkomst eindigen?
Door verstrijken van de bepaalde tijd, liberatore ovk, ontbinding, opzegging, overlijden.
d. Stel dat de huurder, meneer Peters, de auto niet op het afgesproken tijdstip
terugbrengt, is de huurovereenkomst dan ontbonden?
Nee, er is een stilzwijgende verlenging, 7:230 BW.
e. Welke speciale wettelijke bepalingen zijn van toepassing op de huurovereenkomst
van een roerende zaak, zoals een auto?
7:201 t/m 7:230 BW
Week 3
Vragen huurrecht (2.2) week 3 – woonruimte
Opgave 1.