100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Biologie voor jou - Biologie €5,57   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Biologie voor jou - Biologie

 2 keer bekeken  0 keer verkocht

Dit bestand bevat samenvattingen van Biologie van het boek Biologie Voor Jou. de samenvatting is duidelijk. door deze samenvatting te leren heb ik een 8,3 gehaald.

Voorbeeld 2 van de 5  pagina's

  • Nee
  • Hoofdstuk 1 en 2
  • 12 januari 2024
  • 5
  • 2023/2024
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
  • Middelbare school
  • HAVO
  • Biologie
  • 4
Alle documenten voor dit vak (1964)
avatar-seller
lcbuurmans
Biologie
Samenvattingen
Hoofdstuk 1 & 2
1.1 – 1.2 – 1.3 – 1.4 – 1.5 – 1.6
2.1 – 2.2 – 2.3 – 2.4 – 2.5 – 2.6


1.1 Biologie is overal
Organismen zijn levende wezens, zoals planten, dieren, schimmels en bacteriën. Alle levende
organismen vertonen levensverschijnselen, zoals voortplanting, groei, ontwikkeling en stofwisseling.
Met stofwisseling worden alle chemische (scheikundige) reacties in een organisme bedoeld. In de
biologie kun je bestuderen wat er inwendig in een organisme. Je kunt ook onderzoeken welke
relaties er zijn met andere organismen en met de omgeving. Als een organisme geen
levensverschijnselen meer vertoont, noem je het dood. Dingen in de natuur die nooit hebben
geleefd, noem je levenloos.

Elk individueel organisme of individu heeft een unieke levensloop. De levensloop begint direct na het
ontstaan van het organisme. Dan begint een organisme met groeien en ontwikkelen. Tijdens de
ontwikkeling treden er veranderingen op in de bouw en het functioneren van het organisme of van
bepaalde delen ervan. Je kunt een levensloop daardoor verdelen in verschillende fasen of stadia =.
De levensloop eindigt met de dood van het individu. Hoewel de individuen van een soort sterven,
blijft de soort voortbestaan. Individuen behoren tot dezelfde soort als zij zich onderling kunnen
voortplanten en daarbij vruchtbare nakomelingen kunnen voortbrengen. Alle individuen van een
soort doorlopen tijdens hun levensloop dezelfde stadia dit noem je de levenscyclus van een soort. De
levenscyclus eindigt alleen als de soort uitsterft.

Een cel is een grotere biologische eenheid en een hoger organisatieniveau dan een molecuul. In een
cel tref je onderdelen aan met een bepaalde functie: de organellen. Een celkern is een voorbeeld
van een organel. Een groep cellen met dezelfde vorm en functie noem je een weefsel. Verschillende
weefsels bij elkaar vormen samen een orgaan. Een orgaan is een deel van een organisme met een
specifieke bouw en functie. Je hart, je oog en je hersenen zijn organen. Organen die samen een
bepaalde functie uitoefenen vormen een orgaanstelsel. Organismen behoren tot een populatie. Zo
noem je een groep individuen van dezelfde soort die in een bepaald gebied leeft en zich onderling
voortplant. Populaties leven nooit alleen, maar altijd samen met andere populaties. Dit kunnen
populaties van dezelfde soort zijn, maar ook van andere soorten. Alle verschillende populaties die in
een gebied samenleven noem je een levensgemeenschap. Een ecosysteem is een min of meer
begrensd gebied waarvan een levensgemeenschap en de niet-levende natuur deel uitmaken. Op een
hoger organisatieniveau kunnen eigenschappen ontstaan die er op een lager organisatieniveau niet
zijn. Een cel bestaat bijvoorbeeld uit veel moleculen. 1 enkel molecuul van een cel leeft niet. Maar
interactie tussen alle moleculen levert wel een levende cel op. Interactie betekent op elkaar
reageren. De moleculen van een cel reageren ook op invloeden uit de omgeving.

, 1.2 Organen, weefsels en cellen
bij meercellige organismen zijn de organen opgebouwd uit weefsels. In je lichaam komen
verschillende soorten weefsels voor. De vorm van de cellen in een weefsel hangt nauw samen met de
functie. Van elk soort weefsel bestaan weer verschillende typen.
3 soorten weefsels:
- 1 Dekweefsel
- 2 Zenuwweefsel
- 3 Spierweefsel
Op verschillende plaatsen in je lichaam komt dekweefsel voor. Dit weefsel bekleedt en beschermt
inwendige en uitwendige lichaamsoppervlakken. Holle organen zoals de longen en het darmkanaal
zijn bekleed met dekweefsel dat slijmvlies wordt genoemd. Ook de binnenkant van je mond is
bedenk met slijmvlies, het wangslijmvlies. De bovenste laag van je huis is een ander type dekweefsel.
Alle typen dekweefsels hebben gemeenschappelijke kenmerken. De cellen zijn vaak rechthoekig en
liggen heel dicht tegen elkaar. Zenuwweefsel vind je in de organen van je zenuwstelsel: in je
hersenen, je ruggenmerg en je zenuwen. De zenuwcellen in zenuwweefsel heven informatie door.
Daarvoor bezitten zenuwcellen sterk vertakte uitlopers die een netwerk vormen. Spierweefsel
bestaat uit cellen die kunnen samentrekken en zo beweging mogelijk maken.

Bij veel weefsels liggen de cellen niet direct tegen elkaar aan, maar komt er tussencelstof voor. Het
soort tussencelstof hangt samen met de functie van het weefsel. De tussencelstof kan bijvoorbeeld
dienen er versteviging. De celwand bij planten is tussencelstof en geeft de cel stevigheid. In
beenweefsel bevinden zich tussen de cellen kalkzouten en collageenvezels. De kalkzouten geven
stevigheid aan beenweefsel. Collageenvezels zijn lijmvormige vezels die in beenweefsel zorgen voor
de samenhang en elasticiteit van het weefsel. Beenweefsel zou zonder collageenvezels hard, maar
ook heel bros zijn en gemakkelijk breken. In de kanaaltjes in het beenweefsel bevinden zich
bloedvaten en zenuwen. Kraakbeenweefsel bestaat uit veel tussencelstof waarin groepjes van 2 of 3
cellen tegen elkaar aan liggen. De tussencelstof bevat bij kraakbeen minder kalkzouten, maar meer
collageenvezels. Die zorgen ervoor dat het kraakbeen elastisch en buigzaam is. Hierdoor kan het
weefsel enigszins vervormen. Kraakbeen zit bijvoorbeeld in je oren en neus.

Organismen zijn opgebouwd uit biologische eenheden, zoals cellen en weefsels. Tussen de vorm en
de functie van biologische eenheden, zoals cellen en weefsels. Tussen de vorm en de functie van
biologische eenheden kun je verbanden zien. Diersoorten die in het water leven hebben in het
algemeen een lichaamsvorm die weinig weerstand van het water ondervindt. Kop, romp en staart
gaan geleidelijk in elkaar over. Deze lichaamsvorm heet een stroomlijnvorm. Behalve bij vissen kun je
deze lichaamsvorm een aantrekken bij vogels en zoogdieren.

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper lcbuurmans. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,57. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 76669 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€5,57
  • (0)
  Kopen