Psychosomatic models of explanation
Hoorcollege 1 – How stress gets under the skin to affect health
STRESS DEFINITIE
Stress wordt gebruikt als woord voor
- Aanleiding van wat ons stress geeft
- Perceptie ervan
- Reactie zelf
- Langdurige blootstelling aan stress
Stress kan dus een predictor, mechanisme en uitkomst zijn en we hebben daarom een goede definitie nodig.
Veel psychosociale invloeden kunnen worden gereduceerd tot de invloed van stress en de biologische paden die
daarbij betrokken zijn. In deze cursus behandelen we het allostatic load model van McEwen.
STRESS
Stressor Stressrespons
= stimulus die homeostatisch evenwicht bedreigt = lichamelijke en mentale reactie op stressor om
homeostatisch evenwicht te herstellen
Wanneer wordt een stressor als stressvol gezien? Stressrespons wordt bepaald door appraisal.
1. (On)voorspelbaarheid gebeurtenis; 1. Biologische respons
2. (On)controleerbaarheid van situatie 2. Gedragsmatige respons
De aard van de stresservaring bepaalt de impact op de Stressrespons kan adaptief vs. maladaptief zijn en
mentale gezondheid. Mate van voorspelbaarheid en acuut of chronisch.
controleerbaarheid modereren de stresservaring en
daarmee de negatieve effecten op gezondheid.
Homeostase = het handhaven van stabiele, constante lichamelijke condities door variërende externe invloeden. Het
gaat om vaste setpoints voor fysiologische parameters. Als we afwijken van die instelpunten, zijn er mechanismen
die ze herstellen [constant aanwezig]
De stressrespons is een proces met feedback. De appraisal van een stressor speelt een belangrijke rol. We checken
continu of de geleverde reactie matcht met de behoefte van de situatie. Zo vindt herstel plaats. Het is een adaptief
proces, maar het kan uit de hand lopen en ziekte veroorzaken.
STRESS AFFECTS HEALTH
- Stress en emotionele distress hebben een rol in het ontstaan en verergeren van lichamelijke aandoeningen.
Echter, stress is ook een van de belangrijkste etiologische factoren in de pathogenese van affectieve
stoornissen.
- De mate van onvoorspelbaarheid is voornamelijk gelinkt aan angst.
- Gebrek aan cognitieve of gedragsmatige controle over stressor of situatie leidt vaker tot depressie.
Dit kan je gebruiken als buffer tegen toekomstige stress, namelijk door te werken aan de controleerbaarheid van
stress.
STRESSRESPONS MODEL TIJDLIJN
- 1935 Cannon’s fight-or-flight theorie
- 1950 Selye’s general adaptation syndrome (GAS)
- Verklaring voor hoe stress ons ziek kan maken – Als stressoren te lang aanwezig zijn, maken ze ons
ziek
- 1998 McEwen’s allostatic load
- Operationaliseert hoe processen werken en hoe een adaptief systeem maladaptief kan worden
(allostatic load)
- Roy application model to nursing
1
,BIOLOGISCHE STRESSRESPONS
- Appraisal van stressor – hoe wordt dit in de hersenen geëvalueerd?
- Stressreactie door activatie van hypothalamus
- Startpunt HPA-as
- Hypofyse aansturen als onderdeel van HPA-as waardoor adrenal cortex cortisol vrijlaat
- Sympathische zenuwoutput wordt aangestuurd
- Adrenal medulla laat catecholamines vrij in het bloed (m.n. epinephrine)
- Norepinephrine vrijlating waardoor direct het hart en de vaten worden aangestuurd
CANNON – FIGHT OR FLIGHT
Beschreef als eerste de sympathische reactie
Fight-or-flight respons = initiële reactie op acute stress.
- Zintuigen worden scherper
- Pupillen worden groter
- Haren gaan rechtovereind staan – we worden gevoeliger voor de omgeving
- Toename in hartslag en vasoconstrictie – stijging bloeddruk
- Toename in ademfrequentie
- Mobilisatie van energie – vet- en glucosemetabolisme
- Vasoconstrictie in de huid
- Afgifte van endorfines
- Meer primitieve responsen – geen tijd voor diepe gedachten
Cannon beschreef niet hoe het systeem weer tot rust komt
Cannon zegt niet over wat er gebeurt als een stressor niet weggaat.
SELYE – STRESS ALS STEREOTYPE UNITAIR RESPONSPATROON
Selye's formele operationele definitie van stress "Stress is een toestand die zich manifesteert door een
specifiek syndroom dat bestaat uit alle niet-specifiek geïnduceerde veranderingen binnen het biologisch
systeem".
GAS = general adaptation syndrome. Proces op systemisch niveau, inclusief de dreiging en de reactie van het
individu daarop. Hij beschrijft wat er gebeurt als stress chronisch wordt.
1. Alarm fase (=Cannon’s fight-or-flight)
Eerst shock: SNS activiteit wordt onderdurkt (hypothermie, minder spierspanning). Daarna counter-
shock fase, ofwel fight-or-flight. SAM (respiratie, hartslag, enerige, alertheid) en HPA activiteit nemen
toe (adrenaline boost voor toename in energie + onderdrukking immuunsysteem)
2. Resistance fase
Lichaam raakt gewend aan stressniveau, het is veerkrachtig en het adapteert, zodat het kan omgaan
met de stressor. HPA activiteit neemt het over, de lichamelijke bronnen worden maximaal gebruikt.
Cortisol is verhoogd.
2
, 3. Exhaustion fase
Het lichaam geeft op, de sympathische ANS actie komt
weer terug. Bijnierschade zorgt voor parasympatische
actie (energieopslag en falen). Cortisol verhoogd.
Immuunsysteem trekt het niet meer waardoor stress-
gerelateerde ziektes toenemen (vermoeidheid, burn-
out, angst, hart- en vaatziekten)
“Describe how stress can lead to illness according to Selye”
Selye schrijft over de wisselwerking tussen het HPA- en SAM-systeem.
De HPA-as is in-control tijdens de resistance fase.
Stress is niet per se iets slechts – we hebben lichamelijke actie nodig
voor prestatie. Pas als lichamelijke reactie samengaat met vermoeidheid
(=als er een overmaat aan verdedigingsreacties (hoge bloeddruk) of
ondergeschikte lichamelijke reacties is), is het een teken dat te weinig
herstel plaatsvindt en dat de stressor schadelijk is, waardoor ziekte
ontstaat.
Eustress = goede stress die nodig is om jezelf aan te kunnen passen;
Distress = stress die slecht is voor je gezondheid
McEwen’s CONTEMPORARY STRESS MODEL – ALLOSTATIC LOAD MODEL
Gevolgen van chronische stress.
Uitbreiding van Selye’s adaptation model op twee manieren
1. Beschrijving van proces waardoor uitputting bereikt wordt;
2. Introduceren van termen allostase en allostatic load
Aanname: stressoren en bijbehorende stressreactie hebben een cumulatieve impact op het lichaam.
Gezondheid = staat van reactiviteit waarbij er een optimale reactieve fluctuatie is in de stresssystemen in
reactie op wat er van het lichaam gevraagd wordt. Herstel vindt plaats waarbij het lichaam terugkeert naar
een rust set-point.
Allostase = fysiologische stabiliteit wordt bereikt door je lijf aan te passen aan wat de omgeving van je vraagt.
Allostatische systemen zijn variabel en werken binnen een bepaalde range (geen vast setpoint zoals bij
homeostase). De predictieve component is belangrijk; je lijf bereidt zich voor op het omgaan met een situatie
op basis van eerdere ervaringen. Het lijft verwacht een bepaalde verandering en past zich hier alvast op aan.
Allostatic load = de belasting die het lijf ervaart door herhaalde
allostatische reacties. Als je setpoint steeds blijft stijgen door
herhaaldelijke stress, raakt het lijf uitgeput en komt het niet terug
op het adaptieve setpoint. Het neemt preklinische en klinische
waardes aan. Wanneer je dus herhaaldelijke stressoren ervaart,
kan je steeds de allostatische balans aanpassen, maar daar wordt
een prijs (=allostatic load) voor betaald. Stressreactiviteit =
doorlopende golf van allostatische reacties om homeostase te
herstellen (proces van allostatic load wanneer accumulatie begint).
Vier soorten allostatic load
1. Repeated hits 2. Lack of adaptation
Veel verschillende stressoren die allemaal nieuw Niet aanpassen aan een vaker voorkomende zelfde
zijn, waardoor je iedere keer heftig op dezelfde stressor; iedere keer net zo beangstigend als de keer
manier reageert. Gevoelig voor meerdere stressoren ervoor.
Bijv. stressvolle baan, moeder worden Bijv. presenteren blijft spannend
3. Lack of recovery 4. Inadequate response
Verlengde stressreactie waardoor geen herstel Inadequaat systeem leidt tot compensatoire
plaatsvindt. Bijv. ouder worden, genetische hyperreactiviteit van andere systemen. Mensen
predispositie, neiging tot piekeren, reageren onvoldoende reageren op een stressor.
tentamenperiode Hierdoor is er een burden in het lijf. Een ander
systeem zal moeten overcompenseren wanneer een
systeem faalt.
3
, Bijv. mensen die bètablokkers slikken, waarbij de
stressreactie wordt afgevlakt.
Wat gebeurt er precies bij allostatic load?
PSYCHOSOMATISCHE HYPOTHESE
Psychologische constructen hebben invloed op het
ontstaan en verergeren van somatische zieken via
stressfysiologie en de biologie van de ziekte zelf.
Allostatic load en allostase zijn kernconcepten.
Je begint met de psychosociale context van het
model. Je appraisal bepaalt of de omgeving
stressvol is. Bij stress ontstaat een stressreactie
waarbij het lichaam adaptief reageert (allostase).
Primaire stressmediatoren worden geactiveerd:
adrenaline, cortisol en cytokines. Ze hebben
primaire effecten op cel-activiteit, genexpressie en
hoe goed neurotransmitters van A naar B kunnen.
Als stress langer aanwezig blijft, kom je in een
prodromale fase: allerlei belangrijke waarden
(insuline, cholesterol, vasculaire waarden,
bloeddruk, CRP) komen op gevaarlijk hoge niveaus
(subklinisch). Er is compensatie als deze stressor
aanwezig blijft. Na verloop van tijd ontstaat allostatic load. Dit leidt tot tertiaire uitkomsten: het ontstaan
van ziekten door stress (bv HVZ).
Hoe meet je allostatic load?
Praktische beperkingen aan het meten van allostatic load:
- Duur en je moet zelf de losse bevindingen interpreteren omdat het op subonderdelen focust.
Verbeteringen:
- Nadenken zorgt voor beter begrip van de pathofysiologie en etiologie
- Begrip van hoe psychologische risico’s een effect uitoefent op biologische psychofysiologische
effecten
Waaruit bestaat allostatic load index? In het algemeen
Primaire mediatoren Allostatic load index
- Cortisol, DHEA (HPA) Highest-levels method
- Catecholamines (EP, NE) (SNS) 1. Neem hoogste kwartiel voor iedere marker
- Autonome controle (RR, HRV) (ANS) 2. Iedere waarde in hoogste 25% krijgt waarde ‘1’
Secundaire uitkomsten 3. Optellen van de waarde ‘1’ levert index score op
Clinically relevant method (alleen voor secundaire
- Cardiovasculaire systeem (bloeddruk,
uitkomsten)
hartslag)
1. Neem klinisch relevant cut-off voor iedere marker als
- Immuunsysteem (cytokines)
referentiewaarde
- Metabolisme (waist-to-hip ratio, 2. Iedereen boven de cut-off krijgt waarde ‘1’
cholesterol, glycosylated hemoglobin 3. Optellen levert index score op.
(HbA1C))
Highest-level method is niet zomaar te vergelijken met
clinically relevant method.
“Know the difference between homeostasis and allostasis”
Homeostase draait om het steeds terugkeren van een systeem naar een vaststaande waarde (bijv. je
lichaamstemperatuur en de zuurgraad van je bloed). Het is belangrijk dat ze rond een vast punt fluctueren en
terugkomen op dat setpoint, anders word je snel behoorlijk ziek.
Allostase draait om behoudt van stabiliteit buiten normale homeostatische setpoint (het is een range), organisme
moet fysiologische systemen aanpassen om ze aan chronische eisen te matchen, waardoor setpoint verandert. Dit
gebeurt op basis van eerdere ervaringen (predictief).
4