ZIEKENHUISZORG
H1 ZORGVRAGERS IN ZH
Ziekenhuis zorg= cure sector, richt zich namelijk op behandeling en genezing.
Tegenovergestelde = care sector, richt zich op zorg verlenen.
Ziekenhuiszorg, bepaalde specifeke kenmerken:
- Klinische opnamen, ZV moet binnen de muren van ZH blijven. Alleen hier kan de zorg geboden worden
- Somatsche problematek, behandeld op paaz en gaaz afdeling van ziekenhuis
- Relatef kortdurende opnamen
- Zorg vaak complex + hoogwaardige technieken
- Multdisciplinaire zorg
Wanneer worden baby’s opgenomen:
- Te vroeg geboren of te laag geboortegewicht (prematuriteit/dysmaturiteit)
- Te veel bilirubine in het bloed (hyperbilirubinemie) Bilirubine is een afvalstof die voornamelijk
vrijkomt bij afraak van oude rode bloedcellen. Bilirubine is het afraakproduct van hemoglobine, de
rode bloedkleurstof. Bilirubine is gifig voor het lichaam, wordt uitgescheiden via de gal en verlaat op
deze wijze via de uitwerpselen het lichaam.
- Te laag bloedsuikergehalte (hypoglykemie)
- Observate i.v.m infecte, medicijngebruik moeder, belaste anamnese, geboorte trauma,
- Luchtweginfectes
Jongvolwassenen (20- 45)komen weinig voor in het ziekenhuis
Volwassenen daarentegen veel meer (45-65). Vooral voor:
- Interne geneeskunde ( maagbloeding, hevige buikklachten diabetes)
- Cardiologie
- Verloskunde/gynaecologie
- Oogheelkunde
- KNO
- Dermatologie
- Urologie
- Longziekten
- Neurologie
- Reumatologie
- Orthopedie
- Geriatrie en psychiatrie
65+ers maken het meeste gebruik van het ZH. Ze leven nu steeds langer dus kunnen ook langer ziek zijn.
,Vergrijzing, percentage 65 + neemt toe in vergelijking met anderen
Dubbele vergijzing percentage 85+ neemt toe
Driedubbele vergrijzing, percentage ouderen neemt toe in 2040 en aant twintgers is erg laag.
Specifeke zorg aan ouderen omdat het niet gewoon ziek is. Deze factoren spelen een rol:
- Symptomen uiten zich bij ouderen vaak anders dan bij jongeren
- Andere aandoeningen kunnen van invloed zijn
- Medicijnen kunnen sneller bijwerkingen geven
- Meer kans op complicates (delier, depressie)
- Bed complicates
- Herstel verloopt langzamer
- Zelfredzaamheid daalt
H2 GESCHIEDENIS
Geneeskunde ontwikkelden de Grieken.
Chirurg is afgeleid van woorden cheir(hand) en ergos (werk)
Er ontstonden universiteiten in zuid Europa en dus een bredere belangstelling
Medische geleerden hielden zich bezig met:
- Adviezen geven
- Dichtschroeien van wonden
- Voorschrijven van medicijnen
- Uroscopie (pis kijken)
Operates weren uitgevoerd door chirurgijnen, die vaak barbier (kapper) waren
Pesthuizen 16e 17e eeuw waren voorlopers van het ZH. De pestlijders werden afgezonderd van de buitenwereld
en werden eerder zieker dan beter. Na de pestepidemieën werden de huizen gasthuizen. 18 e en 19e eeuw. De
zorg was nu nog steeds slecht.
In 20e eeuw werden vele gasthuizen opgeheven en ontwikkelt tot een modern ZH.
Eind 19e eeuw ontstonden er ook veel partculiere ZH.
Concurrente ziekenhuizen.
Verschillende soorten ziekenhuizen:
- Algemene ziekenhuizen, reguliere patëntenzorg
- Categorale ziekenhuizen, richt zich op een bepaalde categorie patënten (revalidatecentrum,
astmacentrum)
, -
H3 PROCES VAN INTAKE TOT BEËINDIGING VAN HULPVERLENING
Soorten opnames
- Geplande opnames, toestand is dus zo dat er in overleg een opname datum wordt geprikt.
- Acute opnames, zorgvrager direct opnemen. Toestand laat het niet toe om te wachten.
Bij geplande:
Medisch specialist neemt anamnese af en er vinden onderzoeken plaats.
Informate wordt verstrekt en vervolgens wordt patënt (voorzien van polsbandje) naar verpleegafdeling
begeleidt.
Zorgpaden
Zorgpad- geef duidelijkheid over de stappen in het zorgproces
Zorgpad geef vooral ook duidelijkheid aan hulpverlener en is dus een handig hulpmiddel.
Bij acute:
Eerst komen deze zorgvragers op SEH afdeling. De triage verpleegkundige
bepaalt aan de hand van observatecriteria hoe snel een ZV gezien moet
worden door een arts
Vervolgens wordt er z.s.m door medisch specialist, VP en arts-assistenten een
voorlopige diagnose gesteld worden.
Ook wel diferentaaldiagnose
Medisch anamnese
- Actuele anamnese, arts informeert naar algemene klachten
- Biografsche anamnese, voorgeschiedenis
- Hetero anamnese, wordt afgenomen bij een ander. ZV is te ziek.
Lichamelijk onderzoek:
- Inspecte- kijken
- Palpate- voelen
- Luisteren- auscultate
, - Kloppen – pecussie
Na ontvangst op verpleegafdeling zal VP VP anamnese afnemen
Doel: adequate zorg plannen, uitvoeren en evalueren
Onderzoeken:
Onlosmakelijk verbonden aan het stellen van diagnose en inzeten en evalueren van juiste behandeling. +
kijken of ZV sterk genoeg is voor behandeling
Voorbeelden normaalwaarden
1. Hemoglobine, man- 8.5/10.5 vrouw- 7.5-9.5
2. Hematrociet, man 0.41/0.51 vrouw- 0,36-0.46
3. INR, 2.5-5.0
4. BSE (bezinking erytrocyten) - -20
5. Natrium- 136-146 mmol/l
6. Kalium- 3.8-5.0 mmol/l
Hemoglobine zorgt ervoor dat zuurstof ( belangrijke brandstof in je lichaam) en kooldioxide ( een afvalstof) in
de rode bloedcel kan worden opgenomen
Voor een diagnose zullen specialisten laboratoriumonderzoeken aanvragen. (urine, feces, braaksel)
Bloedonderzoek vindt altjd plaats voor een operate, ook al is de diagnose bekend.
- Angiografe, röntgenonderzoek waarbij contrastvloeistof in bloedvaten wordt gespoten om dit
zichtbaarder te maken
- Flebografe, maken van röntgen in aderen
- Computer tomografsch onderzoek (CT), digitale afeeldingen van dunne dwarsdoorsneden van het te
onderzoeken lichaamsdeel. Vaak ook contrast vloeistof doormiddel van infuus
- Magnetc resonance scanning (MRI), M.b.v sterke magneetvelden en radiogolven worden foto’s
gemaakt van organen en weefsels.
- Nucleair onderzoek, rontgenonderzoek waarbij radioacteve stof wordt gebruikt in orgaan of weefsel,
zodat het zichtbaarder wordt. Scintgram (doorbloeding hart meten) is daar 1 van
- Echografe, met geluidsgolven worden signalen het lichaam in gezonden. Weefsels vervormen deze
signalen en kaatsen terug. Ze vormen een eenbeeld
- Elektrocardiogram (ECG), elektrische prikkels van het hart zodat dreigingen of beschadigingen
zichtbaar worden.
- Ergometrie, hartonderzoek waarbij bloedvoorziening van hart en bloeddruk tjdens inspanning wordt
gemeten.
Interne onderzoeken
- Coloscopie, inwendig onderzoek van binnenkant dikke darm. Met een buigzame slang met
cameraatjes en instrumenten. Dit kan klinisch (verblijvend) of poliklinisch (na behandeling naar huis).
Soms ook een biopt (stukje weefsel wegsnijden), doet geen zeer.