Werkgroep 7:
Ontslagrecht III: Einde van rechtswege, beëindiging flexibele arbeidsrelaties en hoger
beroep
Te bestuderen stof:
Van der Grinten hoofdstukken 1, 24, 28, 30
HR 6 maart 1992, NJ 1991, 509 (Mungra/Van Meir);
HR 13 februari 1998, JAR 1998/72 (Port de Plaisance);
HR 2 november 2012, JAR 2012/134 (HTM Personenvervoer);
HR 9 januari 2015, JAR 2015/36 (Yacht Builders);
HR 17 november 2017, ECLI:NL:HR:2017:2905 (Constar Plastics B.V.);
HR 13 juli 2018, ECLI:NL:HR:2018:1209 (Wilco);
HR 30 november 2018, ECLI:NL:HR:2018:2222 (ESS);
HR 21 februari 2020, ECLI:NL:HR:2020:312 (Taxi Dorenbos Drenthe) (zie week 1)
HR 17 maart 2023, ECLI:NL:HR:2023:426 (Uitzendbureau Solutions).
Casus 1
Femke Christoffels treedt op 1 november 2021 in dienst bij Uitzendbureau Tempo Team.
Vanaf 1 november 2021 tot 1 mei 2022 wordt zij uitgezonden als medewerker administratie
naar Insurance Nederland B.V, een grote verzekeringsmaatschappij.
Situatie 1
In de overeenkomst tussen Tempo Team en Femke staat onder meer de volgende bepaling:
“Werknemer treedt met ingang van 1 november 2021 bij Tempo Team in dienst. De
arbeidsovereenkomst eindigt zodra de opdrachtovereenkomst tussen Tempo Team
en Insurance Nederland B.V. wordt beëindigd, ongeacht de reden daartoe.”
Ga er vanuit dat geen cao van toepassing is.
Op 7 januari 2022 meldt Femke zich ziek met een longontsteking. Nog diezelfde dag
beëindigd Insurance Nederland B.V. de opdrachtovereenkomst met Tempo Team. Femke
ontvangt de volgende dag een email van Tempo Team waarin wordt gemeld dat haar
arbeidsovereenkomst met ingang van 7 januari 2022 van rechtswege is geëindigd.
a. Is de arbeidsovereenkomst van Femke per 7 januari 2022 rechtsgeldig tot een einde
gekomen?
Van 1 november 2021 tot 1 mei 2022 in dienst.
Het betreft een uitzendovereenkomst dus zijn art. 690 en 691 van toepassing. In art. 691 lid
2 staat dat in de uitzendovereenkomst schriftelijk kan worden bedongen dat die
overeenkomst van rechtswege eindigt doordat de terbeschikkingstelling van de werknemer
door de werkgever (Tempo Team) aan de derde als bedoeld in artikel 690 op verzoek van
die derde (Insurance) ten einde komt. Indien een beding als bedoeld in de vorige zin in de
uitzendovereenkomst is opgenomen, kan de werknemer die overeenkomst onverwijld
opzeggen en is op de werkgever artikel 668, leden 1, 2, 3 en 4 onderdeel a, niet van
toepassing.
, Er is een schriftelijk beding in de arbeidsovereenkomst opgenomen dat aangeeft dat de
arbeidsovereenkomst eindigt zodra de opdrachtovereenkomst tussen Tempo Team en
Insurance Nederland B.V. wordt beëindigd, ongeacht de reden daartoe.
Gaat om ziekte, bij ziekte wordt beëindiging geacht te zijn gedaan. Ziekmelding= einde
opdrachtovereenkomst en einde van rechtswege. We hebben opzegverbod ziekte, dit wordt
zo omzeild. Kan ziekte reden zijn voor het einde van rechtswege: ja, dit kan. Er is einde van
rechtswege, niet van opzegging of ontbinding dus opzegverboden gelden niet. Arrest:
uitzendbureau solutions.
Echter verliest in een beding zoals genoemd in artikel 692 lid 2 op basis van lid 3 zijn kracht
indien de werknemer in meer dan 26 weken arbeid voor de werkgever heeft verricht. Na het
verstrijken van deze termijn vervalt de bevoegdheid van de werknemer tot opzegging in lid 2.
In casu is Femke in dienst getreden bij Tempo op 1 november 2021 en op 7 januari 2022
wordt zij ziek. Er zijn dan minder dan 26 weken, namelijk 9 weken, verstreken en dus geldt
het beding. De arbeidsovereenkomst is dus rechtsgeldig tot een eind gekomen.
Stel: ze gaat van 1 april 2022 tot juli 2022 weer werken. Ze wordt op 1 mei ziek. Kan op 1
mei beroep worden gedaan op uitzendbeding? Lid 4 geldt dan. Er is sprake van zelfde
werkgevers: Tempo Team.
Lid 2: moet gaan over dat ze daadwerkelijk heeft gewerkt: dus van 1 nov tot 7 febr, en van 1
april tot 1 mei: dus je zit onder de 26 weken en dus geldt het beding nog.
Situatie 2
De arbeidsovereenkomst tussen Tempo Team en Femke wordt niet voortijdig beëindigd
vanwege de beëindiging van de opdrachtovereenkomst tussen Tempo Team en Insurance
Nederland B.V. Femke doet haar werk erg goed en Insurance Nederland biedt Femke met
ingang van 1 mei 2022 een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd aan, eveneens voor de
duur van zes maanden in de functie van administratief medewerker. Per 1 november 2022 is
er een vacature voor receptionist bij Insurance Nederland B.V. Insurance biedt Femke deze
functie aan voor de duur van een jaar. Femke accepteert het aanbod. Femke functioneert
nog steeds uitstekend en Insurance Nederland B.V. is voornemens om de
arbeidsovereenkomst met Femke ingaande 1 november 2023 om te zetten in een contract
voor onbepaalde tijd.
Stel, eind september 2023 meldt Femke dat zij zwanger is. Een en ander brengt Insurance
Nederland B.V. ertoe alsnog af te zien van haar eerdere voornemen om Femke definitief aan
zich te binden. Op 15 oktober 2023 bereikt Femke een aangetekende brief van Insurance
Nederland B.V., waarin deze meedeelt dat de arbeidsovereenkomst met Femke per 31
oktober 2023 van rechtswege eindigt.
Femke is zeer teleurgesteld in de houding van Insurance Nederland B.V. en vraagt zich af of
zij met enige kans op succes in recht kan opkomen tegen deze gang van zaken. Er is geen
cao van toepassing.
b. Ziet u mogelijkheden voor Femke om Insurance Nederland B.V. in rechte aan te spreken en
zo ja, wat zou u namens haar verzoeken/vorderen?
1 mei 2022: ao voor halfjaar als administratief medewerker
1 nov 2022: receptionist voor jaar