KAV – Niels van Rijn J2C – Elements of Journalism
Hoofdstuk 2:
Kerncitaat: ‘Hearing a lie repeated over and over makes it seem more plausible by making
it more familiar’
Samenvatting:
Journalisten hebben de taak om de waarheid naar buiten te brengen. Het is alleen soms
lastig om te bepalen wat de ‘echte’ waarheid is. Men kan namelijk op een andere manier
naar een situatie kijken en men schetst hiermee zijn of haar eigen waarheid. Journalisten
vinden het erg belangrijk om feiten te verifiëren en de informatie op de juiste manier te
ontvangen. Helemaal objectief zijn, kan haast niet. Journalisten zijn ook mensen met ieder
andere normen en waarden. Maar het is hun plicht om wel, zover mogelijk, te streven naar
de waarheid. De waarheid en het nieuws wat hiermee gepaard gaat, is belangrijk voor de
maatschappij. Het bevestigt of verandert de kijk op iemand zijn wereld. Machthebbers
hebben vandaag de dag steeds meer instrumenten om nieuws naar eigen hand te zetten.
Er is een verschil tussen waarheid en nieuws. In de geschiedenis is hier vaak over
gedebatteerd. De conclusie was dat iemand feiten in een betekenisvolle context kon plaatsen
om de waarheid erover te rapporteren. Door het digitale tijdperk is het verschil hiertussen
steeds moeilijker te onderscheiden. Dé waarheid is lastig na te streven. We zijn immers
subjectieve individuen. Journalisten zijn ook niet erg duidelijk over wat zij onder
waarheidsgetrouw verstaan. Met het digitale tijdperk en de discussie die is ontstaan over
hoe betrouwbaar journalisten omgaan met de waarheid, zorgt ervoor dat burgers
journalisten omzeilen.
Wanneer een journalist dicht op het nieuws zit (bijvoorbeeld een ongeluk wat net
plaatsvond), is het belangrijk dat de journalist nauwkeurig te werk gaat. In deze fase, dus het
begin van het ‘nieuws’, worden de eerste emoties gevormd bij het lezen/luisteren van het
verslag. Dat maakt dan weer dat men opzoek gaat naar de feiten. De digitale wereld zet hier
druk op. Het nieuws is tegenwoordig snel bij de ontvanger. Dat maakt dat de journalist
minder tijd heeft om feiten te controleren. Het gevolg hiervan is dat feiten worden verdraaid
en dat dit dan weer een mediahype wordt. Algoritme gaan hier goed op, want hoe meer
emotie er in het nieuws verweven zit, hoe meer clicks, likes en reacties het oplevert. Nieuws
is daarom vandaag de dag vaak gebaseerd op emotie en niet op het verspreiden van
informatie. Dit maakt dat de druk op de journalistiek alleen maar toe zal nemen. Ook heeft
men tegenwoordig de hele dag toegang tot nieuws die via verschillende (gekleurde) kanalen
te volgen zijn.
De digitale media hebben ook voordelen. Zo kan onderzoek doen tegenwoordig razendsnel
gaan. Alleen moet dit nauwkeurig gaan en moeten de juiste bronnen geraadpleegd worden.
Je zou dus in zekere zin kunnen zeggen dat de digitale media ook voor positieve
ontwikkelingen hebben gezorgd. Meer informatie maakt het streven naar waarheid
uitdagender, maar aan het einde van het proces zal de waarheid waarschijnlijker veiliger zijn.
Dé waarheid blijft het belangrijkste streven van de journalist, maar hoe de journalist dit wil
bereiken, moet drastisch veranderen. Er is een nieuw tijdperk binnen de journalistiek
aangebroken!
, Vragen:
Waarom is staatsmedia, dus één bron van informatie, dan niet een makkelijkere optie?
Hoe kan ik als toekomstig journalist het beste hiermee omgaan?
Hoofdstuk 3:
Kerncitaat: ‘Creating better journalism of higher value may be the path to sustainability,
not a threat to profit’
Samenvatting:
‘Goede’ journalistiek wordt niet langer gemeten op de inhoud. Vandaag de dag wordt de
journalistiek breder getrokken en draait het vooral op het maken van winst. Een groot
gedeelte van de tijd, van de journalisten in Amerika, gaat naar zakelijke zaken. Diegene die
het nieuws produceren zijn niet langer verantwoordelijk voor de kwaliteit van het nieuws,
maar wel voor de winst die ze hiermee behalen (bijvoorbeeld geld, acties, groter bereik). In
de nieuwste vorm van ons digitale bestaan, verwachten mediakanalen niet gelijk dat ze winst
maken, maar wel dat deze kanalen een merk creëren. Denk bijvoorbeeld aan nieuwspagina’s
op Instagram die zelf geen uitzendtijd op televisie hebben. Een artikel (of post) moet
loyaliteit uitstralen. Hierdoor worden mensen abonnee of gaan ze het account volgen. Het
gevolg hiervan, is dat mensen het gaan delen en zo een groter bereik hebben. Dit is dus een
vrij nieuwe vorm van het journalistieke werk, waarin loyaliteit de belangrijkste graadmeter
wordt voor het publiek.
Het rapporteren van nieuws mag niet worden belemmerd door financiële belangen, politieke
agenda of door producten van sponsoren. Kortom de journalist moet loyaal zijn aan het
publiek. Journalisten hebben namelijk, anders dan in andere beroepen, een sociale en
maatschappelijke verplichting. Trouw zijn aan de burger kan ook worden gezien als
onafhankelijkheid. Uit onderzoek van ontwikkelingspsychologen plaatsen meer dan 70
procent van de journalisten loyaliteit aan de burger boven hun dat van hun werkgever.
Er wordt steeds vaker slim ingespeeld op het publiek. Het aantal ‘echt nieuws’-verslagen
neemt af, maar het aantal interpretatieve en analytische verhalen neemt juist toe. Hier zit de
emotie die het publiek wil en waaraan loyaliteit verbonden gaat. Bij politici gaat het steeds
vaker over de persoon en motieven dan over standpunten. Een logische verklaring, want wat
is iemand zijn onderliggende ideologie? Dit zorgt voor emotie. Daarnaast focust de
journalistiek zich steeds vaker op een beperkte doelgroep. Hierdoor hoeft minder tijd te gaan
naar verslaggeving van wat in de ogen van de doelgroep wordt gezien als ‘niet interessant’
en wordt er een stabiele achterban gerecreëerd. Simpel gezegd meer opbrengst en minder
uitgaven dus. Erg handig voor de krimpende nieuwsmedia, maar minder betrouwbaar voor
de nieuwsconsument.
Het is belangrijk voor de journalist dat je betrouwbaar bent en daarmee de gebruiker helpt
om zijn of haar leven de helpen en te leiden. Vaak gaat dit, jammer genoeg, gepaard met
inkomsten, politieke of persoonlijke overwegingen. Dit kan door het publiek/gebruiker dan
weer worden gezien als commerciële of politieke manipulatie. Deze normen, waarden en
voorkeuren, zorgt er ook voor dat er een band ontstaat met een (doelgericht) publiek.
Belangrijk gevolg: Het aantal gelezen kranten kromp amper, maar de reclame-inkomsten
daalde sterk. Hierdoor was er minder geld voor redacteuren, waardoor er in kleinere