Compendium Burgerlijk
procesrecht
Inhoudsopgave
Hoofdstuk 1: Inleiding.......................................................................................................................2
Hoofdstuk 2: Artikel 6 EVRM en algemene voorschrifen en procedures...........................................7
Hoofdstuk 3: De rechterlijke macht en haar bevoegdheid...............................................................15
Hoofdstuk 5: De dagvaarding..........................................................................................................22
Hoofdstuk 6: Het verloop van de rechtbankprocedure (sector civiel)..............................................29
Hoofdstuk 7: De bewijslevering.......................................................................................................35
Hoofdstuk 9: Het vonnis..................................................................................................................45
Hoofdstuk 10: De rechtsmiddelen...................................................................................................52
Hoofdstuk 11: De procedure bij de kantonrechter...........................................................................61
Hoofdstuk 12: Het kort geding.........................................................................................................63
Hoofdstuk 13: De verzoekschrifprocedure......................................................................................69
Hoofdstuk 14: Arbitrage, bindend advies en mediation...................................................................76
Hoofdstuk 16: Hoofdzaken van de executie, het beslag en de zijdelingse dwangmiddelen.............88
Hoofdstuk 17: Executoriaal beslag...................................................................................................95
Hoofdstuk 18: Conservatoir beslag................................................................................................109
1
,Hoofdstuk 1: Inleiding
1.1 Doelstellingen van het burgerlijk procesrecht
Het burgerlijk recht valt in twee delen:
- Vermogensrecht: hier is de taak van de rechter het beslechten van een geschil over
de inhoud van de rechtsbetrekking of ter verkrijging van een afdwingbare
veroordeling.
- Personen- en familierecht: hier is de taak van de rechter gericht op het behartgen
van specifeke belangen.
Het burgerlijk procesrecht ten aanzien van het vermogensrecht regelt twee verschillende
onderwerpen:
- De procedure die tot een beslissing omtrent de rechtsverhouding tussen partjen
moet leiden;
- De tenuitvoerlegging van de beslissing (de executee
Het burgerlijk procesrecht binnen het personen- en familierecht moet het mogelijk maken
dat het rechtssubject op eenvoudige wijze toegang heef tot de rechter, bijvoorbeeld als hij
deze nodig heef om een nieuwe rechtstoestand te doen intreden, zoals bij adopte, gezag of
echtscheiding.
Binnen het personen- en familierecht gaat het niet enkel om de wetsconforme
rechtstoepassing van het ingrijpen van de rechter, maar meer nog om de doelmatgheid van
de beslissing. De rechter kent in dit rechtsgebied minder strikte maatstaven, waardoor hij op
dit terrein wat meer vrijheid heef.
1.2 Eigenrichting
De hoofddoelstelling van het burgerlijk procesrecht is het voorkomen van eigenrichtng: het
geval dat een crediteur zelf zijn gelijk gaat halen bij een debiteur.
Eigenrichtng is in uitzonderingsgevallen toegestaan:
- Wanneer je iemand jouw fets ziet stelen, mag je voorkomen dat deze op jouw fets
wegrijdt.
- Bij een andere rechtvaardigingsgrond. In dat geval wordt rekening gehouden met het
ontbreken van tjdige of adequate overheidshulp.
1.3 Eigenlijk en oneigenlijke rechtspraak
Contenteuze (eigenlijkee rechtspraak is het beslechten van vermogensrechtelijke geschillen.
Oneigenlijke rechtspraak (voluntaire jurisdictee vindt men op het gebied van het personen-
en familierecht, waar de rechter een bestaande situate veranderd door zijn uitspraak in de
vorm van een beschikking.
2
,De hoofdregel is dat een vermogensrechtelijk geschil wordt aangebracht bij de rechter in de
vorm van een dagvaardingsprocedure. Op het gebied van personen- en familierecht, de
oneigenlijke rechtspraak, wordt gebruikgemaakt van de verzoekschrifprocedure. Toch heef
de eenvoudig en snelheid van de verzoekschrifprocedure het in sommige
vermogensrechtelijke geschillen gewonnen van de dagvaardingsprocedure.
1.4 De dagvaardings- en verzoekschrifprocedure
De dagvaardings- en verzoekschrifprocedure hebben beide een eigen ttel in het Wetboek
van Burgerlijke Rechtsvordering. Hierin staan de verschillen in bijvoorbeeld de relateve
competente per onderdeel uitgelegd.
Verloop van een dagvaardingsprocedure:
1. Indienen van een dagvaarding
2. Reacte door gedaagde in de vorm van een conclusie van antwoord
3. Comparite
4. Repliek & dupliek
5. Uitspraak bij vonnis
Verzoekschrifprocedure:
1. Indienen van een rekest
2. Planning behandeling van het verzoek ter zitng
3. Tijd om een verweerschrif in te dienen
4. Behandeling ter zitng
5. Uitspraak bij beschikking
De rol van de rechter is minder actef binnen een dagvaardingsprocedure. Daar staat de
partjautonomie hoog in het vaandel. De lijdelijkheid van de rechter is hier duidelijk
aanwezig.
1.5 De rechtsvordering
Rechtsvordering = de in rechte ingestelde eis. Hier is het uitgangspunt de materiële
aanspraak van de schuldeiser, het subjecteve recht. Aan dit subjecteve recht is het recht
verbonden om dit af te dwingen door middel van het instellen van een rechtsvordering, het
vorderingsrecht (ius agendie.
Sommige subjecteve rechten zijn niet afdwingbaar, zoals de natuurlijke verbintenis. Hier is
geen vorderingsrecht verbonden aan het subjecteve recht.
3
,1.6 Wisselwerking tussen formeel en materieel recht
Het gebruik van processuele middelen kan bepalend zijn voor het bestaan van materiële
rechten:
- Het indienen van een dagvaarding kan de verjaring van een eis doen stuiten (art.
3:316 BWe
- Het leggen van een beslag beperkt degene op wiens goed beslag gelegd is in zijn
beschikkingsmogelijkheden over dat goed.
Door het procesrecht zal men enkel datgene dat hem rechtens toekomt met behulp van het
procesrecht kunnen verwezenlijken:
- Het invoeren van procedures als de dwangsom en het uitbreiden van de reële
execute het aantal daadwerkelijk afgedwongen vorderingen verruimd.
1.7 Doorwerking van redelijkheid en billijkheid
Algemene beginselen als redelijkheid en billijkheid en de bewaking van de goede procesorde
zorgen ervoor dat het procesrecht niet verstoord wordt door onredelijke eisen en allerhande
randzaken.
1.8 Misbruik van procesrecht
Misbruik van het procesrecht zie je bijvoorbeeld wanneer iemand hoger beroep indient,
puur en alleen om de wederpartj verder nadeel te berokkenen.
Een andere vorm van misbruik zie je terug wanneer een eiser zijn vordering baseert op
feiten of omstandigheden waarvan hij de onjuistheid kende of had behoren te kennen, of op
stellingen waarvan hij op voorhand had moeten begrijpen dat zij geen kans van slagen
hadden.
1.9 Instroom en productie
Maar een klein deel van de geschillen in Nederland wordt door de rechter beslecht.
1.10 Nederlandse regelingen van burgerlijk procesrecht
Veranderingen in de wijze waarop het Nederlandse rechtstelsel is vormgegeven:
- Rechtbanken:
o Hefen aan de poort: griferecht wordt voorafgaand aan een procedure
gevorderd.
o Opname van kantongerechten in de rechtbanken
o Afschafng van het procuraat
o Verhoging van de kantoncompetente tot €25.000,-
- Hoge Raad:
o Heef de bevoegdheid gekregen om beroepen, waarin de aangevoerde
klachten geen behandeling in cassate rechtvaardigen, al bij de poort te
weren.
4
, o Cassatebalie is ingevoerd
o De mogelijkheid tot het stellen van prejudiciële vragen aan de Hoge Raad
Burgerlijk procesrecht vinden we in de volgende wetboeken:
- Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering
- Wet op de Rechterlijke Organisate
- Burgerlijk Wetboek
- Wetboek van Strafvordering (art. 332-336 Sve
- Faillissementswet
1.11 Herziening rechtsvordering en rechterlijke organisatie
In 2002 heef een zeer ingrijpende herziening van de organisate en het bestuur van de
gerechten plaatsgevonden, waardoor dit sterk gemoderniseerd werd. Ook werd een raad
voor de rechtspraak opgericht, die zich bezighoudt met de begrotng en organisate van de
gerechten.
Sleutelwoorden bij de herziening van de procedure in eerste aanleg waren:
- Vereenvoudiging
- Deformalisering
- Acteve rechter in procestempo en waarheidsvinding
- Efcienc밚 door geconcentreerde procesvoering
- Harmonisering
1.12 Kwaliteit en Innovatie (KEI)
De sleutelwoorden voor de aankomende veranderingen door KEI zijn:
- Versnelling
- Vereenvoudiging
- Harmonisering, ook met het bestuursprocesrecht
- Versterking regiefuncte van de rechter
- Het streven zoveel mogelijk procedures digitaal te voeren
1.13 Procesrecht van Europese herkomst
in 1957 is het Europese Hof van Justte in nuxemburg opgericht. Zij beoordeelt de wetgheid
van de handelingen van de EU-instellingen op door een lidstaat, een EU-instelling of een
andere belanghebbend ingesteld beroep (art. 263 VWEUe. Ook geef het Hof uitleg over
rechtstermen en bewaakt ze het verdrag tegen ondermijning door het natonaal
procesrecht.
1968 EEX-verdrag betrefende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de
tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken is tot stand gebracht. Dit
maakte vrij verkeer van vonnissen mogelijk binnen de EU.
5
,De wetgevende bevoegdheid van de EU is uitgebreid in art. 81 VWEU. De rol van de EU is
groter geworden dan aanvankelijk werd gedacht. Veel regels worden in EU verband gesloten
en zorgen ervoor dat natonale wetgeving aan de kant gezet moet worden wanneer dit in
strijd is met bepalingen van binnen de EU.
Brussel I Bis: wordt toegepast in burgerlijke zaken en in handelszaken, ongeacht de aard van
het gerecht.
Ook op het gebied van het innen van vorderingen en het leggen van beslagen worden steeds
meer en uitgebreidere Europese regelingen gemaakt, waardoor steeds sneller in het
buitenland gevorderd kan worden of beslag gelegd kan worden.
6
,Hoofdstuk 2: Artikel 6 EVRM en algemene voorschriften
en procedures
2.1 Inleiding
Beginselen van het procesrecht: normen voor een behoorlijke procedure.
We onderscheiden fundamentele en functonele eisen van het procesrecht. Een voorbeeld
van een fundamentele eis is het principe van hoor en wederhoor (art. 19 Rve.
Het EVRM is in 1950 tot stand gekomen. In art. 6 staat beschreven waar een proces aan
moet voldoen, wil sprake zijn van een eerlijk proces. Dit zijn allemaal fundamentele eisen.
Het artkel heef geen horizontale werking: burgers kunnen het alleen tegen de
overheid inroepen, niet rechtstreeks tegen de wederpartj.
Art. 13 EVRM bepaalt dat er een efectef natonaal rechtsmiddel ter beschikking
moet staan om tegen een schending van art. 6 EVRM op te kunnen komen.
De fundamentele eisen van art. 6 EVRM zijn als volgt:
- De toegang tot de rechter
- De eerlijke behandeling
- De openbaarheid van de behandeling
- De redelijke termijn
- De onafankelijkheid en onpartjdigheid van de rechter
Deze elementen zullen achtereenvolgens behandeld worden.
Mede door het toegenomen belang van art. 6 EVRM is in het Nederlandse wetboek van
Burgerlijke Rechtsvordering een afdeling opgenomen ‘algemene voorschrifen voor
procedures’. Hierin staan fundamentele elementen, onder andere afomstg uit art. 6 EVRM,
gecodifceerd.
Een aantal functonele eisen van de Nederlandse wetgever zullen eveneens besproken
worden, te weten:
- De volledigheids- en waarheidsplicht
- De zeggenschap in de civiele procedure
- De verplichte procesvertegenwoordiging
- De goede procesorde
Sommige fundamentele en functonele eisen kunnen tegenstrijdig met elkaar zijn, zoals de
eis dat de procedure binnen een redelijke termijn moet worden afgerond en de eis dat de
gedaagde voldoende gelegenheid heef om zijn verweer uiteen te zeten.
2.2 De toegang tot de rechter
7
, Het recht op toegang tot de rechter is door het EHRM afgeleid uit art. 6 EVRM: de eisen die
dit artkel aan de civiele procedure stelt, hangen samen met het feit dat de procedure ook
daadwerkelijk voor een rechtzoekende open moet staan.
Beginselen van rechtszekerheid en rechtsgelijkheid komen hiermee tot uitdrukking.
Er mogen zo min mogelijk wetelijke en fnanciële belemmeringen zijn bij het starten
van een civielrechtelijke procedure.
Het ontbreken van gefnancierde rechtsbijstand leverde o.a. in de zaak van Aire밚
tegen Ierland een schending van het verdrag op.
Welke kosten maken partjen zoal wanneer zij een procedure starten en voeren?
- Kosten voor rechtsbijstand
- Griferecht
- Kosten van de deurwaarder
- Kosten voor de bewijslevering, zoals het schadeloosstellen van getuigen en de
honorering van deskundigen
De kosten van beide partjen komen over het algemeen voor rekening van de in het ongelijk
gestelde partj.
Gefnancierde rechtsbijstand is in Nederland gecodifceerd in art. 18 lid 2 Gw.
Minderdraagkrachtgen die hier aanspraak op kunnen maken, betalen een eigen bijdrage die
afankelijk is gesteld van hun inkomen.
2.3 De eerlijke behandeling
Art. 6 EVRM noemt het recht op een eerlijke behandeling (fair triale. Of er sprake is van een
eerlijke behandeling, wordt beoordeeld aan de hand van een aantal elementen:
- Hoor en wederhoor: partjen hebben over en weer het recht om zich voldoende over
de zaak uit te laten.
- Equalit밚 of arms: gelijkheid in procesposite.
- Motveringsplicht: de rechter geef er in zijn beslissing blijk van dat hij met essentële
stellingen van partjen rekening heef gehouden.
Ook het ontbreken van rechterlijke onafankelijkheid en onpartjdigheid kan leiden tot een
schending van het fair trial principe. Ook ziet fair trial op het beginsel van rechtszekerheid.
Fair trial is eigenlijk overal in de procedure te herkennen.
Het beginsel van hoor en wederhoor heef grote invloed op de wijze waarop de procedure is
vormgegeven:
- Exploot van dagvaarding: ziet erop dat de gedaagde partj op deugdelijke wijze
bekend wordt gesteld met het bestaan van de procedure, en dat deze op de hoogte
wordt gesteld van de mogelijkheid tot het indienen van een verweer.
- Getuigenverhoor en de zogenaamde contra-enquête van art. 168 Rv.
Toch kent ook het principe van hoor en wederhoor een uitzondering, namelijk op het gebied
van het leggen van conservatoir beslag: het voor de beslaglegging vereiste verlof wordt
8