1
,Privaatrecht 2
Week 1)
Introductie goederenrecht (koop/ huur/pacht/ verbintenissenrecht)
Privaatrechtelijke aspecten van het vastgoed
Programma schema
Personen en familierecht Boek 1 BW
Vermogensrecht Boek 3 BW
Onder vermogensrecht vallen de activa en passiva, oftewel bezittingen en schulden. Door het maken
van verbintenissen, verandert het vermogen.
Het vermogensrecht als onderdeel van het privaatrecht is het geheel van bepalingen dat betrekking
heeft op vermogensbestanddelen.
Het vermogensrecht geeft onder meer regels voor het verkrijgen van eigendom (bijvoorbeeld het
verkrijgen van de eigendom van een woonhuis door middel van een notariële akte en inschrijving in
de registers van het Kadaster), maar ook de regels voor het aangaan van schulden (bijvoorbeeld het
sluiten van een koopovereenkomst, het vestigen van een hypotheekrecht).
2
,Vermogensrecht zit een link aan het goederenrecht en het verbintenissenrecht.
Relatieve recht→verbintenissenrecht (verbintenis afsluiten met iemand waar je een relatie mee hebt)
Eén overeenkomst kan meerdere verbintenissen hebben. Een overeenkomst komt tot stand in boek 6
artikel 217 BW.
In Boek 7 zijn bijzondere overeenkomsten te vinden (zoals: koop, huur, pacht).
Verbintenissenrecht gaat altijd tussen persoon en persoon (open systeem, je mag afspreken wat je wil
tenzij in strijd met openbare orde, goede zeden ex cetera.
Goederenrecht, bijvoorbeeld het recht van overpad, alles moet zoals het in de wet staat
Open systeem: je mag alles afspreken wat je wil, tenzij in strijd met wet, openbare orde en
goede zeden.
Gesloten systeem: dwingend recht, we moeten ons er allemaal aan houden, absoluut recht
oproepbaar bij iedereen. Het bekendste voorbeeld hiervan is eigendom.
Goederen → zaken + vermogensrechten.
Zaken → roerend + onroerend
Vermogensrechten → absoluut + relatief
Vermogensrechten is geen zaak, het is een recht op een vermogen dat je kennelijk niet kan
vastpakken. Voorbeelden hiervan: auteursrechten, aandelen, hypotheekrecht (absoluut).
Vermogensrechten zijn in de basis allemaal absoluut, maar het krijgen van een vermogensrecht is
vaak een relatiefrecht.
Vermogensrecht → regelt alle op geld waardeerbare handelingen tussen burgers onderling waaraan
juridische gevolgen verbonden zijn.
3
, Absolute en relatieve rechten
Goederenrecht boek 3+ boek 5 → absolute rechten → eigendomsrecht
Verbintenissenrecht boek 6+ boek 7 → relatieve rechten → verbintenissen uit de wet,
overeenkomst en bijzondere overeenkomsten.
Verbintenissenrecht → Relatieve rechten
Goederenrecht → absolute rechten
Gekoppeld aan eigendom
Zaakgevolg: blijft rusten op de zaak
Gesloten systeem: alleen in de wet genoemde mogelijkheden
Publiciteitsvereiste: uittreksel openbaar register
Prioriteitsregel: oudste recht gaat voor
Meest volledige recht wat een persoon op een goed kan hebben is het eigendomsrecht.
De beperkte rechten beperken het volledige recht, dit is bijvoorbeeld het hypotheekrecht,
eigendomssituatie is beperkt doordat er een hypotheek op zit.
4