Hoorcolleges EER – IER
Inhoud
Hoorcollege 1: inleiding ........................................................................................................................... 2
Essentie & ratio IE bescherming .......................................................................................................... 2
IE in het systeem van privaatrecht ...................................................................................................... 3
IE en de vrijheid van mededinging ...................................................................................................... 3
Aanvullende bescherming art. 6:162 BW ............................................................................................ 4
Hoorcollege 2: Auteursrecht deel 1 ......................................................................................................... 5
Hoorcollege 3: auteursrecht deel 2 ....................................................................................................... 11
Het verveelvoudigingsrecht ............................................................................................................... 11
Openbaarmaken ................................................................................................................................ 13
Hoorcollege 4: octrooirecht deel 1 ........................................................................................................ 17
Hoorcollege 5: octrooirecht deel 2 ........................................................................................................ 21
Hoorcollege 6: modellenrecht ............................................................................................................... 27
Voorwaarden voor bescherming: materiële voorwaarden: nieuw en eigen karakter ...................... 28
Voorwaarden voor bescherming: formele voorwaarden .................................................................. 30
Beschermingsomvang en inbreuk ..................................................................................................... 30
Hoorcollege 7: merkenrecht I ................................................................................................................ 31
Verkrijging van het recht – hoe verkrijg je een merkenrecht? ........................................................... 31
Onderscheidend vermogen ............................................................................................................... 32
Nietigheid en verval........................................................................................................................... 34
Hoorcollege 8: merkenrecht II + handelsnaamrecht ............................................................................. 35
Hoorcollege 9: uitputting, territorialiteit en Europees recht................................................................. 39
1
,Hoorcollege 1: inleiding
Uitgangspunt: je mag alles nabootsen/kopiëren/concurreren, tenzij iets is beschermd is o.g.v. ie-
recht.
Essentie & ratio IE bescherming
Verschillende ie-rechten
Octrooirecht:
• Technische uitvinding
• Werktuigbouwkunde, chemie, farmacie, informatica etc.
• 20 jaar beschermd
Modellenrecht:
• (industrieel)design
• Niet zo technisch dat ze geoctroieerd kunnen worden, maar zouden wel beschermd moeten
worden
• Brilmonturen, autostoelen, kleding
• 25 jaar
Auteursrecht:
• Prestaties op het cultuerele terrein (oorspronkelijke werken)
• Boeken, films, muziek, kunst,
• Tot 70 jaar na dood van de maker
Bescherming van onderscheidingstekens:
• Merken
• Handelsnamen
• Merken en handelsnamen kunnen samenvallen: thuisbezorgd.nl en KLM
• Handelsnaam blijft bestaan zolang de onderneming die naam voert;
• Merken gelden 10 jaar en kunnen steeds met 10 jaar worden verlengd
Soorten IE-rechten
Prestatiebescherming:
• Octrooirecht
• Modellenrecht
• Auteursrecht
Onderscheidingstekens:
• Merken
• Handelsnamen
Ratio
Bescherming tegen namaken, kopiëren, na-apen etc.
Ratio:
1. Eerlijkheid in de handel
2. Stimuleren van innovatie en creatie
Eerlijkheid in de handel
Intellectuele prestaties:
• Investeringen beschermen tegen goedkope namaak;
2
, • Auteur/uitvinder moet kunnen leven van hun werk
Onderscheidingstekens:
• Transparantie van de markt garanderen;
o Herkomst, transparantie, wie kan bij non-conformiteit aansprakelijk worden gesteld?
o Op basis daarvan weten wij of we een bepaald product zouden aanraden/nogmaals
aanschaffen
• Voorkomen profiteren van investeringen en goodwill
Stimuleren innovatie en creatie
Intellectuele prestaties:
• Investeringen belonen: exclusief recht maakt grote winsten mogelijk
• Stimuleren van innovatie en diversiteit
Onderscheidingstekens:
• Goodwillbescherming van bekende merken
• Merkenrecht als onderdeel van een marketingstrategie
IE in het systeem van privaatrecht
• IE behoort tot het privaatrechtelijk recht van de ongeoorloofde mededinging
o Gebruik daarvan kan worden verboden
• IE verschaft een uitsluitend recht
• Over het uitsluitend recht kan men beschikken
IE rechten zijn, goederenrechtelijk gesproken: absolute, subjectieve rechten op goederen, niet-zaken
• Absoluut: inroepbaar tegen iedereen
• Echter niet ‘het meest omvattende recht’ van art. 5:1 BW
Exploitatie van IE:
• Door goederenrechtelijke overdracht van het recht → ie-rechten verschaffen overdraagbare
vermogensrechten;
• Door verbintenisrechtelijke toestemming tot gebruik → “licentie”
Inbreuk op ie-rechten:
• Alle IE rechten zijn rechten die stoelen op een wet in formele zin;
• Het IE recht verschaft een exclusief recht
• Inbreuk op IE = onrechtmatige daad wegens inbreuk op een recht
IE en de vrijheid van mededinging
Basisregel: vrijheid van mededinging
• IE vormt daarop een uitzondering
• Nabootsen mag, tenzij de wet dit verbiedt
• IE vormen eilandjes in de oceaan van vrije mededinging
Hyster Karry Krane
• Concurrent Thole bootst tot in detail het product na van Hyster;
• In Nederland bestond geen of niet genoeg wettelijke bescherming;
• Eigenlijk is nabootsen dus vrij, maar de HR vindt dit gedrag echt niet kunnen;
• HR: hoofdregel = nabootsing van dit product staat in beginsel vrij. “Het moet eenieder vrij
staan om aan zijn industriële producten een zo groot mogelijke deugdelijkheid en
3
, bruikbaarheid te geven. Tenzij: er bescherming bestaat o.g.v. een formele wet. Nabootsen
van techniek of design als dit niet ie-rechtelijk is beschermd mag ook als je hierdoor voordeel
geniet ten nadele van de concurrent. Het mag zelfs als door het nabootsen verwarring wordt
gesticht.”
• Voor bevestiging van de hoofdregel door de HR zie je o.a. ook in: Lega/Megabrands, All
Round/Sim Stars
• Het Nederlands systeem is zwart-wit: er is bescherming of geheel geen bescherming; daar zit
niets tussenin. Ook niet tijdelijk en ook niet o.g.v. onrechtmatige daad.
• Maar: nodeloos verwarring zaaien mag niet. Als je dus zelfs de kleinste details overneemt die
niet nodig waren voor de deugdelijkheid of bruikbaarheid, dan mag dat niet.
• Verdrag van Parijs: bescherming tegen nodeloze verwarring verplicht voor lidstaten, art. 10bis
lid 1 en lid 3 onder 1
• Dus: slaafse nabootsing mag niet, ‘gewone’ nabootsing mag wel.
Onnodig verwarring stichten is een onrechtmatige daad; dan is er geen inbreuk op een absoluut
recht, want: het was nog niet/niet meer beschermd.
• Bescherming berust dus niet op inbreuk op een recht
• Maar het leerstuk van onzorgvuldig handelen in het maatschappelijk verkeer
• Onzorgvuldig handelen is ongeoorloofd HR Lindenbaum/Cohen
Aanvullende bescherming art. 6:162 BW
Negatieve reflexwerking
Nederland kent een negatieve reflexwerking: als er geen ie-bescherming (meer) is, dan is er ook geen
bescherming meer o.g.v. onrechtmatige daad:
• Vrijheid van handel en bedrijf is uitgangspunt;
• Wat niet onder ie-recht valt is dus vrij
NB: positieve reflexwerking = techniek is beschermd; vindt wetgever belangrijk; dus ondanks dat er
geen bescherming is, toch beschermd.
Negatieve reflexwerking octrooirecht: techniekuitsluiting
Techniek moet vrij zijn, dus je kunt niet via modellenrecht, merkenrecht, auteursrecht of via slaafse
nabootsing bescherming verkrijgen.
HR Leesportefeuille
• Als leesportefeuille wordt gevuld met tijdschriften zonder dat de auteur daaraan
toestemming geeft of verdient, zou dat onrechtmatig moeten zijn.
• HR: nee, geen bescherming, is op zichzelf niet onzorgvuldig, dus: mag gewoon.
HR Duijsens/Broeren
• Stijl wordt niet beschermd in het auterusrecht
• ‘het recht laat geen ruimte voor aanvullende bescherming van de maker van een werk op
grond van art. 6:162 BW tegen zogenoemde slaafse nabootsing van een stijl of
stijlkenmerken.’ → 1:1 namaken mag niet, maar je mag wel in de trend meedoen.
• Negatieve reflexwerking: het schilderen in een bepaalde stijl was niet beschermd, dus je kunt
dan niet alsnog bescherming krijgen.
Negatieve reflexwerking merkenrecht
Alleen het ingeschreven merk is beschermd. → merk in voorbereiding of dat bijna is gedeponeerd
wordt dus niet beschermd. Moment van inschrijving is leidend
4