Ik heb de oefentoets van de Minor Hart vaat long uitgebreid uitgewerkt en aangevuld met informatie uit de studieboeken, internetbronnen en colleges.
De oefentoets goed doornemen is evident ter voorbereiding van het tentamen aangezien deze heel erg overeenkomt. Met deze uitwerking van 28 pagina's ko...
Er wordt in de ''uitwerkingen'' verwezen naar de aantekeningen, heb je niet veel aan dus. Daarnaast veel spelfouten, inhoud is verder wel prima.
Kennistoets
Minor Fysiotherapie bij Hart-
Vaat- en Longaandoeningen
Uitwerking Oefentoets
Mees Ritmeijer
Jaar 3
2017-2018
Hogeschool Utrecht
,Oefentoets KT HVL
1. Wanneer je voldoet aan de Nederlandse Norm voor Gezond Bewegen (NNGB)
voorkom je cardiovasculaire gezondheidsrisico’s zoals overgewicht.
Welke bewering is juist over het energieverbruik tijdens inspanning?
Let op: meerdere alternatieven zijn mogelijk.
- Lichaamsgewicht, duur van de inspanning en intensiteit van de inspanning zijn
bepalend voor het energieverbruik
- 1 MET aan activiteit komt ongeveer overeen met 1kcal energieverbruik per kg
lichaamsgewicht per uur.
- In rust is je energieverbruik 1 MET wat inhoudt dat je ongeveer 3,5ml )2 verbrandt
per kg lichaamsgewicht per minuut.
Nederlandse Norm voor Gezond Bewegen
Deze normen zijn verouderd!
Fitnorm: minimaal 3 keer per week gedurende minimaal 20 min zwaar intensieve activiteit
Combinorm: combinatie van beide bovenstaande normen. mininstens aan 1 van beide
voldoen.
Nieuwe beweegrichtlijnen:
- <18 jaar: dagelijks minimaal 1 uur matig of zwaar intensieve inspanning: minimaal 3x
per week spier- en botversterkende activiteiten en voorkomen van veel stilzitten
- >18 jaar: matig of zwaar intensieve inspanning minimaal 150 min per week, verspreid
over diverse dagen; minimaal 2 x per week spier-en botversterkende activiteiten,
voorkomen van veel stilzitten.
- Ouderen: dezelfde incl balansoefeningen.
MET: metabole equivalent. Voor een persoon staat 1 MET gelijk aan het basaalmetabolisme
in rust voor die persoon. Het aantal MET’s voor een bepaalde motorische activiteit is de
verhouding tussen de energiewisseling voor die activiteit en de energiewisseling in rust. 1
MET correspondeert met een VO2 van 3,5 ml/kg-1/min-1.
, 1 MET= 1 kcal/kg/uur
Energieverbruik (kcal)= MET x 3,5 x gewicht (kg) x duur inspanning (min) / 200
2. In een wetenschappelijk artikel worden de resultaten vaak weergegeven met een
p-waarde. Welke bewering is waar over een p-waarde?
- Aan de hand van de p-waarde wordt vastgesteld hoe ‘toevallig’ het gevonden
resultaat is.
- Als de p-waarde kleiner is dan 5% wordt de H0-hypothese geaccepteerd de
H1-hypothese verworpen.
- Bij een p-waarde kleiner dan 5% is toeval volledig uitgesloten.
P-waarde: de kans dat je resultaten op toeval berusten. Wetenschappelijk onderzoek gaat er
altijd vanuit dat iets niet werkt, de nulhypothese. De andere hypothese (dat het wel werkt) is
de H1-hypothese.
Als de p-waarde kleiner is dan 5% dan is de kans dat je resultaten op toeval berusten dus heel
klein, je gaat dan juist uit van de H1-hypothese. De laatste twee opties zijn dus onzin (:
H0-hypothese: er is GEEN verschil (of verband) tussen de onderzoeksgroepen
H1-hypothese: er is WEL een verschil (of verband) tussen de onderzoeksgroepen)
P-waarde = kans of waarschijnlijkheid
Aan de hand van de p-waarde wordt vastgesteld hoe ‘toevallig’ het gevonden resultaat os
ONDER DE AANNAME dat er GEEn verschil of verband aanwezig is (h0-hypothese)
Wanneer uit een toetsing een p-waarde komt die onder de 5% ligt (p<0,05) is dat reden om te
concluderen dat de kans dat deze bevinding zeker is >95% is, ofwel, dit is meer dan toevallig.
Men gaat er in dit geval van uit dat er WEL een verschil aanwezig is.
Gevolg: men verwerpt de h0-hypothese en neemt H1 aan.
3. Tijdens een maximale inspanningstest verwacht je een logisch verloop van oxidatieve
waarden. Welke van de onderstaande beschrijvingen vinden plaats na het bereiken
van de eerste ventilatiedrempel (VT1 of RCP)?
Minimaal 2 antwoorden zijn juist.
- Afvlakking RER
- Sterke stijging VE/VO2
- Stijging RER
- Afvlakking VE/VO2
- Sterke stijging VE/VCO2
- Afvlakking VE/VCO2
Ventilatiedrempel: verhoogde CO2-concentratie in het bloed, waardoor ademcentrum prikkel
krijgt om meer te ventileren. Daardoor wordt er meer CO2 uitgeademd en stijgt de CO2 curve
bij intensieve inspanning niet meer lineair
RER meer dan 1,1 = maximale inspanning
4. Je vraagt een patiënt met overgewicht en conditieproblemen de vragenlijst Par-q in
te vullen. Je geeft hem de lijst ondersteboven aan en hij kijkt ernaar, draait hem niet
om en vraagt of hij hem mee naar huis mag nemen omdat hij zijn leesbril is vergeten.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper meesritmeijer. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,44. Je zit daarna nergens aan vast.