Dit zijn uitgebreide aantekeningen van de colleges en thematische video's van de cursus development of pro- and antisocial behaviour (SOW-PSB2SP70E). Dit een tweedejaars vak van de studie psychologie aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Ik heb voor het tentamen alleen met deze aantekeningen geleer...
What is prosocial behavior? (clip 1)
Waarom onderzoeken we prosociaal gedrag?
Prosociaal gedrag is een belangrijk thema in religie en filosofie.
Prosociaal gedragen is een universele richtlijn/regel.
Prosociaal gedrag heeft een adaptieve functie voor het welzijn van de samenleving.
Daarnaast heeft het zelfs een adaptieve functie voor individuen of groepen mensen.
Echter startte het onderzoek naar prosociaal gedrag pas ik 1900 door de wetenschapper Mc Dougall.
Hij stelde dat mensen een moederinstinct hebben voor het tonen van prosociaal gedrag. Een
moedersinstinct is sterker dan welk instinct dan ook. Zijn kijk werd minder populair, aangezien zijn
uitspraken waren gebaseerd op logica, i.p.v. observatie zoals de andere onderzoeken.
De moord op de 28 jarige Kitty Genovese was een keerpunt in de jaren 60. Ze werd 16 keer in de rug
gestoken en haar geschreeuw was overal te horen en sommige zagen de moord gebeuren. Dit waren
totaal 30 mensen. Echter belde niemand de politie. Uiteindelijk belde iemand uit de buurt, maar de
ambulance was te laat. Dit zorgden voor veel vragen: waarom belde niemand de politie. Hierna
startten veel onderzoeker prosociaal gedrag te onderzoeken.
Wat is prosociaal gedrag?
Prosociaal gedraag: gedrag dat door de samenleving wordt gedefinieerd als over het algemeen
voordelig voor andere mensen en/of voor het politieke of culturele systeem. Als je naar de definitie
kijkt zijn er 2 belangrijke aspecten:
1. Het is altijd een interpersoonlijke actie. Dit betekent dat er altijd een persoon is die
prosociaal hanteert en dat er altijd iemand of meerdere mensen zijn die de actie van het
prosociaal gedrag ontvangen.
2. Het is contextafhankelijk. Het gedrag dat in de ene context wordt gezien als prosociaal
gedrag, wordt in een andere context niet gelabeld als prosociaal gedrag. Prosociaal gedrag
wordt dus gedefinieerd door de gemeenschap waarin je leeft en het is dus niet universeel.
Dit is een best wel brede definitie en het onderscheid tussen verschillende soorten gedragingen.
Vandaar dat er 3 subcategorieën/vormen van prosociaal gedrag worden gemaakt.
1. Helping
2. Altruism
3. Cooperation
,(1) Helping:
Elke handeling die tot gevolg heeft dat er enig voordeel wordt geboden aan het welzijn van een
andere persoon of dat het welzijn wordt verbetert.
Het is nog steeds een brede definitie. Vandaar dat vele onderzoeken gebruik maken van de 4 typen
van McGuire (1994):
1. Causal helping: een kleine gunst doen voor een bekende of onbekende persoon. Bijv. het
geven van een papiertje aan een medestudent, zodat hij/zij aantekeningen kan maken. De
gene die prosociaal gedrag hoeft hier over het algemeen geen inspanning voor te leveren.
2. Substantial personal helping: er is sprake van een aanzienlijke inspanning in het verstrekken
van een voordeel voor een vriend. Een voorbeeld is een vriend helpen met verhuizen. Dit
kost tijd en inspanning en het toont een persoonlijkere relatie met de ontvanger.
3. Emotional helping: je geeft persoonlijke en emotionele support aan een vriend. Een
voorbeeld er voor iemand zijn. Een voorbeeld is luisteren naar een vriend, wanneer zijn
relatie net is uitgegaan. Je kent de ontvangen hier goed en er is een persoonlijke relatie. Het
gaat echter meer over het bieden van emotionele support.
4. Emergency helping: dit gaat over het helpen met een acuut probleem. Het betreft het bieden
van eerst hulp. Het kan ervoor zorgen dat je zelf ook in gevaar komt. Het vereist geen
persoonlijke relatie met de ontvanger.
Er zijn echter nog prosociale gedragingen die
niet binnen deze categorieën vallen. Vandaar
dat Pearce en Amato (1980) kwamen met een
complexer 3 dimensionaal classificatiesysteem.
Helpen kan aan de hand van 3 dimensies
worden geclassificeerd.
Helpen kan worden geclassificeerd in
de mate dat het planned/formal is vs.
spontaneous/informal.
- Voorbeeld plannend/formal helping: wekelijks vrijwilligerswerk doen bij een
bejaardentehuis.
- Spontaneous/informal helping: het oppakken van een pen voor een ander.
Helpen kan worden geclassificeerd in de mate dat het probleem serieus vs. niet serieus is.
Helpen kan worden geclassificeerd in de mate dat het direct vs. Indirect is.
- Voorbeeld direct helping: een euro geven aan een zwerver.
- Voorbeeld indirect helping: een donatie doen voor een goed doel.
Voorbeeld:
Een persoon is gevallen met de fiets en heeft een hoofdwond.
Amir bedekt de hoofdwond met een sjaal >> informal, serious en direct.
Thomas belt 112 voor een ambulance voor de fietser >> informal, serious en indirect.
(2) Altruism:
Helpen uit de pure wens om anderen ten goede te komen, met geen voordelen (en vaak kosten) voor
jezelf.
Helping wordt vaak gezien als een vorm van helping, maar de
toevoeging dat er niet wordt geholpen door egoïstische
redenen.
,Als je mensen helpt, omdat je denkt dat het je status verbetert of omdat je er goed door voelt, moet
het niet worden gedefinieerd als altruïsme, maar meer als een heroic act of helping.
(3) Cooperation:
Mensen handelen samen (op een gecoördineerde manier) in het streven naar gezamenlijke doelen,
het plezier van de gezamenlijke activiteit of simpelweg het bevorderen van de relatie. Het betreft dus
bijvoorbeeld werk, de vrije tijd of relatie.
Een voorbeeld is het jaarlijkse 3FM event. Het land komt dan samen om gezamenlijk een goed doel
te steunen.
When are people prosocial? (clip 2)
Latané and Darley model
Het model stelt dat of een persoon zich
prosociaal (of niet) zou gedragen het
resultaat is van een logical-decision-making
proces die uit 5 stappen bestaat. Als er aan
alle stappen wordt voldaan, zou iemand
helpen. In alle andere gevallen wordt er
geen hulp gegeven.
Stap 1 - notice the event:
Voordat een persoon iets kan doen moet de persoon de gebeurtenis waarnemen. De duidelijkheid en
de context van een gebeurtenis en de stemming van de helper bepalen of iemand opmerkt dat er
iets mis is.
Clarity: hoe duidelijker, hoe sneller
mensen de situatie opmerken.
Context: mensen die in de stad leven
(context) merken het minder snel op.
Dit komt waarschijnlijk door de
overload aan prikkels in de stad.
Mood: mensen met een goede
stemming, zijn aandachtiger voor hun
omgeving en sensitiever voor de
behoeften van anderen.
Stap 2 – Interpret event as emergency:
De persoon moet de gebeurtenis interpreteren als een noodgeval. Hij moet opmerken dat er iets mis
is en opmerken dat er een noodzaak is voor een interventie.
Er zijn bepaalde kenmerken die de noodzaak van interventie aangeven. Bijvoorbeeld duidelijke
signalen van stress vergroot de kans dat omstanders de situatie interpreteren als een noodgeval.
, Stap 3 – Taking personal:
De persoon moet vervolgens bepalen of hij een persoonlijke verantwoordelijkheid neemt en of hij
gaat helpen. Mensen moeten persoonlijke verantwoordelijkheid nemen om vervolgens iemand te
kunnen helpen.
Er zijn een aantal factoren die het helpen in noodgevallen kan beperken. Denk aan het bystander-
effect. Dit omschrijft het effect dat mensen minder snel geneigd zijn te helpen in een noodgeval als
er anderen aanwezig zijn. Als je de enige bent die een noodgeval waarneemt, ben je sneller geneigd
te helpen dan als er meer omstanders zijn. Er is een omgekeerde relatie. Hoe meer omstanders er
zijn, de kleiner de kans dat je zou helpen.
Het bystander effect in noodgevallen ontstaat door 2 verklaringen:
1. Pluralistic ignorance: kijken naar een ander om de situatie te (her)interpreteren. Dit gaat dus
over stap 2 van het model. Echter wordt er door mensen vergeten dat anderen dit ook doen,
waardoor iedereen uiteindelijk het individu niet helpt.
2. Diffusion of responsibility: geloven dat iemand anders verantwoordelijkheid zou nemen. Ze
veronderstellen dat anderen misschien geschikter zijn om te helpen. Denk aan artsen of
politie. Ze denken dat hun interventie dan niet nodig is.
Stap 4 – Know what to do & Stap 5 – Implement decision:
Individuen weten niet altijd wat de geschikte hulp is die ze moeten bieden. De persoon is dan minder
geneigd te helpen.
Onderzoek toont dat mensen die training hebben gehad in het omgaan met noodgevallen, zullen
misschien beter zijn in het bepalen wat voor interventie er moet plaatsvinden. Er is echter weinig
onderzoek hiernaar gedaan.
Uit onderzoek van Shotland en Heinold (1985) blijkt dat mensen met een eerste hulp training niet
vaker helpen, maar wel betere kwaliteit van hulp bieden.
Als er aan alle stappen wordt voldaan en de persoon de beslissing maakt te helpen, dan kan dit
anderen mensen naar de situatie aan te trekken.
Dit model stelt dus dat mensen sneller geneigd zijn te helpen, als:
Ze de situatie opmerken.
Ze de situatie categoriseren als een noodgeval.
Ze zich verantwoordelijk voelen te helpen.
Ze weten wat ze moeten doen.
Why are people prosocial? (clip 3)
Potentiële verklaringen voor prosociaal gedrag
We helpen mensen, omdat:
1. De voordelen wegen zwaarder dan de kosten >> verklaring gefocust op cognities.
2. Het is de norm >> verklaring gefocust op cognities.
3. We voelen empathie en we willen de stress verminderen.
4. We hebben dit van anderen geleerd (thema 4).
5. Het is een aangeboren kenmerk. Dit is een verklaring afkomstig van de evolutionaire
psychologie.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper jsmorenburg4. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.