9. Heeft kennis van microbiologische hygiëne
9.1. De kandidaat heeft kennis van het reinigen en desinfecteren van ruimtes
(methodes, producten en materialen):
De producten
Zeep
Zeep is een schoonmaakmiddel dat in combinatie met water een vet oplossende werking heeft.
Zeep wordt gebruikt om grote oppervlakken te reinigen. Let wel op hoeveel je er van mag
gebruiken. Bij te weinig reinigt het onvoldoende en bij te veel zeep kan het schadelijk en duur
zijn.
Alcohol
Alcohol is een desinfectiemiddel dat geschikt is voor kleine oppervlakten en materialen. Het
alcoholpercentage bestaat uit 70-80%. Alcohol werkt binnen één minuut tegen bacteriën,
virussen en gisten. Niet tegen schimmels en sporen. Naspoelen is niet nodig. Alcohol is
geschikt voor het desinfecteren van de behandeltafel. Alcohol vervliegt snel, is brandbaar en
kan zorgen voor bedwelming (bewustzijnsverlies). Alcohol is dus niet geschikt voor grote
oppervlakten. Er bestaan verschillende soorten alcohol:
Ethanol;
Methylalcohol (spiritus): dood geen sporen, relatief goedkoop;
Ethylalcohol (citopogeen) huid;
Isopropanol-voorhuid.
Chloor
Chloor is een desinfectiemiddel dat enkele voordelen, maar ook nadelen kent. Chloor is
goedkoop, werkt snel en heeft een breed werkingsspectrum (bacteriën en virussen). Chloor
zorgt voor corrosie op ijzer en aluminium. Roestvrij staal is daar minder gevoelig voor, door na
te spoelen met water. Daarnaast beïnvloedt het organisch materiaal de instabiele werking en
wanneer er chloor gemengd wordt ontstaan er toxische chloorgassen. Voorbeeld van Chloor:
Halamid.
Volgorde reinigen en desinfecteren
Grof vuil verwijderen (bezemschoon) -> voorspoelen met water of inweken -> reinigsoplossing
aanmaken -> met borstel of lage drukapparatuur oppervlakken schoonmaken met
reinigsoplossing -> spoelen met water -> desinfectieoplossing aanmaken ->
desinfectieoplossing aanbrengen op oppervlak en laten inwerken -> naspoelen met water (met
uitzondering van alcoholen) -> drogen aan de lucht.
Eerst reinigen, dan desinfecteren. Reinigen is huishoudelijk schoonmaken, dus zichtbaar vuil
verwijderen (haren, braaksel, bloed, etc.). De meeste micro-organismen zitten in organisch
materiaal. Het reinigen doe je met behulp van een stofzuiger, bezem en een dweil. Redenen
om te reinigen:
− Behouden instrumenten;
− Voorkomen overdracht weefselresten;
− Vermindering micro-organismen;
− Ter voorbereiding van desinfectie en sterilisatie.
Desinfecteren is het terugdringen van het aantal levende micro-organismen naar een
aanvaardbaar niveau (meeste micro-organismen, zonder sporen). Desinfectiemiddel dood alle
pathogene micro-organismen op een oppervlak of instrument, met uitzondering van sporen,
wormeieren en oöcysten. Een goede reiniging hoeft niet altijd gevolgd te worden door
desinfectie, maar desinfectie moet altijd voorafgaand gebeuren door goede reiniging.
Desinfecteer wanneer het nodig is, dus bij vervuiling met potentieel besmettelijk materiaal
zoals bloed, faeces en urine.
Pagina 213 van 320
, Er bestaan verschillende methode van desinfectie:
− Verhitting;
− Desinfectantia oplossing;
− Gassen;
− Straling.
9.1.1. Spreekkamer.
− Behandeltafel na iedere patiënt reinigen en desinfecteren. Onder de antislipmat ook en
vervolgens laten drogen;
− Verbruikte materialen in de vuilnisbak, naalden en dergelijke in canule bak;
− Vuilnisbak na ieder spreekuur legen;
− Vloer reinigen na het spreekuur en 1 x daags desinfecteren;
− Instrumenten reinigen, onderhoud, desinfecteren en terugleggen;
− Kraan, koelkast, lichtbak, kastjes, onderkant van de weegschaal, tafel en stoel reinigen en
desinfecteren.
9.1.2. Opname.
− Reinigen en desinfecteren opnamehokken: terugbrengen aantal pathogene micro-
organismen -> bevorderen genezingsproces:
▪ Opnamepatiënten vaak lage weerstand, dus besmettingsdruk laag houden;
▪ Vaak veel wisselingen in de opname, dus goede tussentijdse reiniging en desinfectie
om versleep laag te houden;
− Na elk dier hok reinigen en desinfecteren;
− Elke dag vloer, ook tralies, kattenbak, water –en voerbakjes;
− Alles wat aangeraakt wordt.
9.1.3. Laboratorium.
− Na iedere test tafel reinigen en desinfecteren;
− Werken met handschoenen;
− Instrumenten reinigen en desinfecteren als ze gebruikt zijn;
− Vloer reinigen en desinfecteren.
9.1.4. OK.
− Alleen betreden indien noodzakelijk, klaarleggen van benodigdheden;
− Na operatie:
▪ Verzamelen instrumenten: in koud water met zeep leggen;
▪ Legen afvalbak;
▪ Reinigen en desinfecteren gehele OK inclusief tafel en alles wat aangeraakt wordt;
▪ Instrumenten reinigen en desinfecteren.
9.1.5. Quarantaine.
− Protocollair werken: niet iedereen mag er binnen, einde van verzorgingsronde;
− Speciale kleding, aparte reinigings -en desinfectiemiddelen, voerbakken, medicatie,
onderleggers en gebruiksmaterialen;
− Was –en desinfectieruimte bij binnen komen en/of buitengaan;
− Aparte afzuiging, afvalverwerking en aparte watertoevoer.
Pagina 214 van 320