Nieuwe tijd hoorcollege 22
Politiek in de eeuw van de verlichting
Staatsvormingprocessen in Europa 17e eeuw
Vrede van Westfalen 1648, erkenning tendens naar soevereine staten, Engeland,
Frankrijk en Spanje zijn het toonbeeld met sterke dynastiek vorsten, soms
aristocratische modellen zoals de Republiek en Zwitserland. Duitse landen
versnipperen en Pruisen komt individueel op, net als Habsburgs Oostenrijk dat
fungeert als bufferstaat tegen de Ottomanen.
Algemene aspecten staatsvorming
1. Andere verhouding kerk en staat, er was geen band met Rome meer maar
een breuk door de reformatie, er kwam in veel landen een nationalisering van
de kerk zoals in Engeland maar ook in Frankrijk en dan wel met overleg met
de paus. Gevolg is dat het monopolie op bepaalde goederen en intellect
verloren gaat van de kerk (kloosters).
2. Opbouw centraal bestuursorgaan, belastingwinning defensie belasting.
Er is dus vaak en veel militaire macht nodig want deze heb je nodig voor de
belastingwinning en dan heb je weer belasting nodig voor je leger een soort
vicieuze cirkel ‘’ the state made war, and war made the state’’.
3. Monarchie versus feodale structuren. Er waren rivaliserende adel clans
uitdaging voor de vorsten , hoe ga je hiermee om, in Engeland leidde dit tot
een burgeroorlog (Cromwell), tegenover de adel heb je ook nog de verworven
rechten van steden, standen en andere corporaties. De centraliserende
vorsten moeten dus rekening houden met de adel en de steden en standen,
de vorst moet zoeken naar compromissen of toch niet constante strijd
tussen absolutisme en vertegenwoordiging van de standen. De opbouw van
de staat gebeurt op twee manieren door bureaucratie en het patronagestelsel.
Vanuit de 17e eeuw komen er drie modellen;
1. Vorstelijk absolutisme met als symbool Lodewijk XIV van Frankrijk
2. Parlementaire tegenkracht medezeggenschap dit was sterk aanwezig in
Engeland waar het parlement Karel I zelfs liet onthoofden. Beide systemen
zijn dynastiek en dus erfopvolging dit is niet het geval bij
3. Aristocratische model met als voorbeeld de Republiek en zijn regenten
maar ook bv. Zwitserland en Venetië.
Dynastieke oorlogen en nieuwe mogendheden 1700-1760
De Spaanse successieoorlog (1701-1713), deze ontstond door de expansiepolitiek
van Lodewijk XIV, hij wilde Frankrijk uitbreidden en de rivieren als natuurlijke
grenzen, hier waren andere staten het natuurlijk niet mee eens daarom ontstond er
een unie tegen Lodewijk XIV in 1701 dit was een coalitie bestaande uit de Republiek
en Engeland echter bestond wel uit één persoon namelijk beide Willem III van
Oranje in deze tijd, Willem III probeert Lodewijk XIV tegen te gaan hij wil geen
universele monarchie. Op het Iberisch schiereiland in Spanje was Karel II van
, Habsburg de koning, dit was een inteelt kind door de huwelijkspolitiek van Habsburg,
hij had een enorme kin en was knettergek, hij kreeg geen kinderen en had dus geen
opvolger in Spanje, hij kon de landen geven aan de Oostenrijkse Habsburgers dit
was directe familie ook kon hij het nalaten aan een andere neef namelijk Lodewijk
XIV maar dit werd niet geaccepteerd, Frankrijk en Spanje mochten niet onder
dezelfde kroon/persoon, maar Lodewijk XIV had ook een kleinzoon van Bourbon en
dat mocht wel, dus waar moet het heen. In het testament staat dat het naar Bourbon
moet en dus het kleinkind van Lodewijk XIV dit wordt niet geaccepteerd door de
Europese staten en er ontstaat een grote coalitie 1701-1713 tegen Lodewijk XIV
bestaande uit de Republiek en Engeland (Willem II), HRR (Oostenrijkse
Habsburgers) en Brandenburg/Pruisen. Onder de coalitiegenoten zijn er wel
verdeelde belangen en na de dood van Willem III wordt dit nog moeilijker, zijn vrouw
wordt koningin (geen opvolger) het hoger en Lagerhuis zijn verdeeld in het parlement
ene wil wel oorlog andere niet, uiteindelijk drukt Queen Mary het erdoorheen en gaat
de oorlog toch weer door. Uiteindelijk wordt er vrede gesloten in Utrecht in 1713, de
Vrede van Utrecht 1713 verdeling Spaanse erfenis, de troon gaat alsnog naar
Bourbon dit blijft zo tot 1931. Gibraltar wordt Brits waarmee ze toegang krijgen tot de
middellandse zee, de Oostenrijkse Habsburgers kregen de zuidelijke Nederlanden,
en Canada werd verdeeld tussen Frankrijk en Engeland. Lodewijk XIV heeft een
moeilijke tijd gehad vanaf 1710 zijn monarchie is aan het wankelen, Lodewijk heeft
meerdere kandidaten als opvolgers maar ze overlijden allemaal aan pokken en
mazelen behalve zijn jonge zoon Lodewijk XV die ook de mazelen kreeg de
manier van genezing was aderlaten dit wilde ze gaan doen maar de gouvernante
verbood dat dit gebeurde en redde zo de monarchie, Lodewijk XV kwam als 5 jarige
jongen aan de macht in 1715. Hij wordt als absoluut vorst opgevoed en laat het
absolutisme weer volledig tot zijn recht komen, hij was een sterke koning en heeft 58
jaar geregeerd.
Nieuwe mogendheden
Rusland, Peter de Grote heeft grote ambities en sterke oriëntatie op het westen, door
hem komen de Baltische staten onder Russische invloed en wordt Rusland een
nieuwe speler op het Europese toneel, ook gaan ze mee doen aan huwelijkspolitiek
Romanov huwt met veel Duitse vorsten om zo de verbinding te versterken ook dit
ging niet zomaar de Russische adelclans keren zich tegen de tsaar en meerdere
tsaren en soon to be tsaren worden vermoord. Er komt dan en tsarin namelijk Anna
en als zij overlijd weet weer ene vrouw de macht te krijgen en krijg je weer tsarin
namelijk Elisabeth zij had zelf geen kinderen maar haar zus wel (die zij had
uitgehuwelijkt) haar zoontje was Peter III die opgegroeid was in Duitsland, hij werd
met een Duitse vrouw (Catharina de Grote) naar Petersburg gehaald om de westerse
cultuur te brengen.
De Oostenrijkse successieoorlog 1740-1748
De Habsburgers hadden een probleem, de broer van de keizer had enkel een
dochter en hij had geen kinderen, er moest iets gebeuren om het goed te maken hij
zorgde ervoor dat de opvolging ook via de vrouwelijke lijn kon dit regelde hij met de
pragmatieke sanctie in overeenstemming met de adel. Hij kreeg wel een zoon en