100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting inleiding staats- en bestuursrecht volledig en hoorcolleges (8,7 gehaald) €8,99
In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting inleiding staats- en bestuursrecht volledig en hoorcolleges (8,7 gehaald)

 48 keer bekeken  1 keer verkocht

Deze samenvatting is erg uitgebreid en bevat echt de volledige stof voor het tentamen. Het is sowieso de goede voor mensen die rechten of criminologie studeren (is zelfde stof). Alle problemen dus de gehele tentamenstof zit erbij en ook de hoorcolleges en alle jurisprudentie. De jurisprudentie is g...

[Meer zien]

Voorbeeld 4 van de 147  pagina's

  • Ja
  • 3 februari 2024
  • 147
  • 2023/2024
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (30)
avatar-seller
brittvzx
lOMoARcPSD|32644424




Samenvatting probleem 1-8



Inleiding staats- en bestuursrecht


Samenvatting van de leerdoelen (1-4) staatsrecht en (5-8) bestuursrecht
aan de hand van de
werkgroepuitwerkingen, de hoorcolleges, vragenuurtjes en het
responsiecollege.

Succe
s!




1

, lOMoARcPSD|32644424




Probleem 1: democratische rechtsstaat..........................................................................................................4
Leerdoel 1: hoe verhouden de machten van trias politica zich t.o.v. het NL staatsrecht?...................................4
Leerdoel 2: wat zijn de uitgangspunten of kenmerken van de democratische rechtstaat?.................................5
Leerdoel 3: wat zijn de Staten-Generaal en hoe worden deze gekozen...............................................................6
Leerdoel 4: welke rol spelen politieke partijen (in het kiesstelsel) en wat zijn fracties?......................................6
Leerdoel 5: wat is de regering en wat is het
kabinet?..........................................................................................6
Leerdoel 6: op welke manieren kan de Tweede Kamer de minister en staatssecretaris controleren?.................7
Uitspraak: schending legaliteitsbeginsel OER..................................................................................................8

Probleem 2: totstandkoming wetten..............................................................................................................9
Leerdoel 1: hoe komt een nieuwe wet tot stand?................................................................................................9
Leerdoel 2: welke aanpassingen kunnen 1e & 2e kamer maken aan een wet?..................................................10

Leerdoel 3: hoe verloopt de wijziging van de
Grondwet?..................................................................................11
Leerdoel 4: welke vormen van decentralisatie zijn
er?.......................................................................................11
Leerdoel 5: welke organen bestaan er binnen een gemeente en hoe verhouden zij zich tot elkaar?................13

Oefenvragen college 1 (probleem 1 & 2).......................................................................................................13

Probleem 3: grondrechten...........................................................................................................................15

Leerdoel 1: welke kenmerken hebben grondrechten en welke soorten zijn er?.................................................15
Leerdoel 2: hoe/waar worden grondrechten
beschermd?.................................................................................16
Leerdoel 3: mag de overheid grondrechten
afnemen/beperken?......................................................................16
Leerdoel 4: welke rol speelt het EHRM bij de bescherming van grondrechten?................................................18
Uitspraak: Telegraaf Media v. The Netherlands.............................................................................................18

Probleem 4: doorwerking internationaal en Europees recht.........................................................................20
Leerdoel 1: wat houdt het toetsingsverbod
in?..................................................................................................20
Leerdoel 2: waaruit bestaat het recht van de EU en hoe werkt het door in de nationale rechtsorde?.............21

Leerdoel 3: hoe/wanneer werkt het internationaal recht door in de nationale rechtsorde? ............................22
Uitspraak: Costa v. ENEL – doorwerking verdragen.......................................................................................22
Uitspraak: Rusttijden – doorwerken Europees recht staat centraal..............................................................23
Uitspraak:
Rookverbod...................................................................................................................................24

Oefenvragen college 2 (probleem 3 & 4).......................................................................................................25

Probleem 5: besluit, bestuursorgaan & belanghebbende..............................................................................27




2

, lOMoARcPSD|32644424




a. Is de brief aan Dave Geesen een
besluit?.......................................................................................................28

b. Welke soorten besluiten zien we terug in de casus?......................................................................................28
c. Welke instanties uit de casus kunnen besluiten
nemen?................................................................................29
d. Zijn de genoemde personen belanghebbende?.............................................................................................30
Uitspraak: Monstertruck................................................................................................................................32
Uitspraak: Belangenvereniging Indische Buurt..............................................................................................33
Probleem 6: bezwaar en voorlopige
voorziening..........................................................................................34

Leerdoel 1: wat is bezwaar en welke functie(s) heeft het?................................................................................34
Leerdoel 2: hoe stel je bezwaar in en hoe wordt het bezwaar
beoordeeld?......................................................35 Leerdoel 3: wat is de termijn voor het maken van bezwaar +
uitzonderingen?................................................35 Leerdoel 4: wie moeten er worden gehoord bij het nemen
van een beslissing op bezwaar?............................36
Leerdoel 5: op welke termijn moet het bestuursorgaan op het bezwaar beslissen?.........................................37

Leerdoel 6: op welke manier kan een burger een besluit voorleggen aan een bestuursorgaan?......................37
Leerdoel 7: hoe kan op korte termijn een voorlopige beslissing van de rechter af worden gedwongen?.........38
Uitspraak: Psychotische episoden..................................................................................................................39

Probleem 7: beroep en hoger beroep...........................................................................................................40

Leerdoel 1: waar dien je wanneer beroep in te stellen en waar dien je hoger beroep in te stellen?.................40
Leerdoel 2: welke kenmerken heeft het beroep bij de
bestuursrechter?............................................................41
Leerdoel 3: wat zijn de voorwaarden om tegen een besluit in beroep te gaan?...............................................41
Leerdoel 4: wat moet de rechter doen als beroepschrift door andere rechter moet worden behandeld?........41
Leerdoel 5: welke uitspraak mogelijkheden heeft de
bestuursrechter?.............................................................42

Probleem 8: ABBB’s & handhaving...............................................................................................................43

Leerdoel 1: wat zijn beginselen van behoorlijk bestuur?...................................................................................43
Uitspraak Studielink.......................................................................................................................................45

Leerdoel 2: welke middelen staan bestuursorganen ter beschikking bij handhaving tegen overtredingen?....46
Leerdoel 3: is een bestuursorgaan verplicht om op te treden tegen een overtreding?.....................................47
Uitspraak Beginselplicht tot handhaving.......................................................................................................48

Overige jurisprudentie.................................................................................................................................49




Staatsrecht is het geheel van rechtsregels dat betrekking heeft op de organisatie van de met gezag beklede organen en de
grenzen van hun gezag  kenmerken:
- Gelijkwaardigheid  checks and balances




3

, lOMoARcPSD|32644424




- Democratische rechtstaat
- Legaliteitsbeginsel
- Verantwoordingsplicht en controle

Bestuursrecht is het geheel van rechtsregels dat betrekking heeft op de relatie tussen het openbaar gezag en de burgers.
Het behartigen van het algemeen belang staat centraal en de overheid is gebonden aan de wet  kenmerken:
- Toekennen van bevoegdheden
- Rechtsregels die uitoefening daarvan normeren
- Controle door een onafhankelijke rechter



Probleem 1: democratische rechtsstaat
Leerdoelen:
1. Wat is de trias politica en hoe heeft dat in Nederland vorm gekregen?
2. Wat is de democratische rechtsstaat?
3. Wat zijn de regering en kabinet en hoe komen zij tot stand?
4. Wat zijn Tweede en Eerste kamer, wat is hun functie en hoe worden ze gekozen?
5. Hoe verhouden de regering en kabinet en de Tweede en Eerste kamer zich tot elkaar?


Leerdoel 1: Wat is de trias politica en hoe heeft dat in Nederland vorm gekregen?
Staatsrecht: het geheel van rechtsregels dat betrekking heeft op de organisatie van de met gezag
beklede organen en de grenzen van hun gezag. Verschilt per gemeenschap/staat en is vooral door
historische processen bepaald. Het is een product van het historisch proces en dus van de
ontwikkeling van een bepaalde cultuur. Ieder staatsrecht is een compromis tussen individuele vrijheid
en dwang van de gemeenschap. Door het gelijkheidsbeginsel (elke burger gelijkwaardig en even veel
invloed staat (democratie) is die dwang nu minder een probleem omdat onbeperkte monarchie en
oligarchie niet meer mogelijk zijn.

Het bestuur, gezag, uitoefening van dwang, berusten op vertegenwoordigers die door de burgers zijn
gekozen, want met een vergadering van heel veel personen zou je niet tot redelijke besluiten kunnen
komen en dan voelt niemand zich verantwoordelijk voor besluiten.

Doordat de volksvertegenwoordigers democratisch worden gekozen zijn de burgers aan de ene kant
soeverein (uitvoerders van de wil) en aan de andere kant onderworpen aan het door henzelf
ingestelde gezag. Het voorkomen van een dictatuur wordt voorkomen door de verdeling van gezag 
organen zijn afhankelijk van elkaar. De organen moeten met elkaar rekening houden en houden
elkaar in evenwicht, het zorgt voor stabiliteit in machtsverhoudingen. Dit stelsel heet een stelsel van
checks en balances.

Machtenscheiding werd geïntroduceerd in 1748 door Montesquieu in De l’Esprit des Lois de
Koning, parlement en de rechterlijke macht (3 organen) hebben ieder hun eigen taak en zijn
afhankelijk van elkaar. Onder andere in Frankrijk en Amerika.
Trias Politica: burgers zijn het best gediend met een scheiding van 3 machten
• Uitvoerende macht: Koning/regering  wetten van het parlement ten uitvoer leggen,
beslissen of verdragen moeten worden sluiten (bijkomend bij huidig staatsrecht, over dit
soort beslissingen staat bijna niks in de wet). Beide taken wordt bestuur genoemd.




4

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper brittvzx. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €8,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 53340 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€8,99  1x  verkocht
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd