a. In hoorcollege 1 en hoofdstuk 2 van Macionis, Peper en Van der Leun (2019) worden vier
sociologische perspectieven geïntroduceerd. Een hiervan is de rationele keuzebenadering.
Leg de kernpunten van de rationele keuzebenadering uit. Betrek in je antwoord op welke
wijze deze benadering afwijkt van de andere vier theoretische benaderingen die wij
hebben besproken tijdens dit vak. (7 punten)
De rationele keuzebenadering is een benadering die uitgaat van nutsmaximalisatie door individuen.
De samenleving wordt gezien als opgebouwd uit rationeel handelende actoren. Omdat iedereen
nutsmaximalisatie nastreeft leveren we op een bepaalde manier samen. De benadering richt zich op
de afwegingen van mensen en de ruilrelaties die er in een samenleving ontstaan. Het kijkt zowel op
micro- als macroniveau. Anders dan de andere benaderingen heeft deze benadering geen
maatschappijbeeld, maar een mensbeeld, namelijk de rationele actor met een vrije wil.
b. In hoorcollege 1 en hoofdstuk 2 van Macionis, Peper en Van der Leun (2019) worden naast
de vier theoretische perspectieven, ook drie onderzoeksbenaderingen besproken. Twee
hiervan zijn de interpretatieve sociologie en de kritische sociologie. Beide
onderzoeksbenaderingen zijn anders en hebben ook een andere kijk op hoe men
wetenschap dient te beoefenen. Leg uit wat er moet worden verstaan onder
interpretatieve sociologie en kritische sociologie. Betrek in je antwoord ook hoe beide
benaderingen omgaan met de subjectiviteit in wetenschap. (8 punten)
Interpretatieve sociologie: de interpretatieve sociologie richt zich op het doen van onderzoek naar
betekenissen en beleving. Het legt daarnaast de nadruk op interpretatie door het onderzoeksobject
zelf. We moeten niet op zoek gaan naar hoe de werkelijk ‘is’, alsof dat iets statistisch is wat we
kunnen ontdekken. We moeten juist gaan kijken hoe mensen de werkelijkheid beleven. Subjectiviteit
moet gekoesterd worden, we moeten ons verplaatsen in onze onderzoeksobjecten en het proberen
te begrijpen vanuit hun gezichtspunt. Het gaat hier veelal om intensief kwalitatief onderzoek zoals
participerende observatie. Subjectiviteit wordt hier dus gewaardeerd als iets dat onderzocht en
gekoesterd moet worden via kwalitatieve methoden; het gaat dan om het besef dat de wereld
subjectief is en dat de wetenschapper zich moet verplaatsen in die subjectieve werkelijkheid van zijn
onderzoeksobjecten.
Kritische sociologie: het gaat hier niet om beschrijven of betekenisgeven, maar om veranderen.
Volgens deze benadering moet een doel van wetenschappelijk onderzoek zijn de wereld beter
maken. Objectiviteit wordt ook hier niet nagestreefd, maar om een andere reden dan bij de
interpretatieve sociologie: je moet een waardeoordeel hebben als wetenschapper, je hebt als taak de
wereld beter te maken. Het is een activistische vorm van wetenschap beoefenen, een strategie om
sociale verandering te bewerkstellingen. Subjectiviteit betekent hier dat de wetenschapper ‘kant
moet kiezen’, het gaat dan om de subjectiviteit van de wetenschapper.
De interpretatieve en kritische sociologie leggen dus beide de nadruk op het belang van
subjectiviteit, maar gaan er anders mee om.
, Vraag 2 (totaal: 10 punten)
Emile Durkheim is als een van de grondleggers van de sociologie belangrijk geweest voor de
ontwikkeling van ons denken over de maatschappij en dan met name in het kader van het sociale
orde-vraagstuk. Leg uit wat Durkheim bedoelt met de begrippen mechanische en organische
solidariteit en hoe deze twee type van solidariteit voor sociale orde zorgen. (10 punten)
Mechanische solidariteit: sociale bindingen zijn gebaseerd op een gedeelde moraliteit en gelijkheid.
Deze gedeelde moraliteit verenigt de leden van pre-industriële samenlevingen. Feitelijk komt
mechanische solidariteit dus voort uit het feit dat mensen elkaar waarderen/mogen en gelijksoortig
aan elkaar leven en werken. Er is geen ver ontwikkelde arbeidsdeling. Het mechanische heeft
betrekking op het idee dat mensen binnen een bepaalde groep automatisch een
samenhorigheidsgevoel koesteren. Afwijking wordt niet gewaardeerd en bestraft via wetgeving.
Organische solidariteit: sociale bindingen zijn gebaseerd op specialisatie. Deze specialiteit verenigt
mensen in een industriële samenleving. Waar solidariteit voorheen stoelde op ‘het mogen van
elkaar’, daar veroordelen nu juist de verschillende mensen tot elkaar. De inter-connecties zijn
ingewikkelder en worden gereguleerd door wetten. Met andere woorden: een moderne samenleving
is niet zozeer gebaseerd op morele consensus, maar meer op functionele afhankelijkheid. Wij zijn
meer en meer afhankelijk van mensen die we minder en minder vertrouwen.
De typen solidariteit zorgen voor sociale orde, doordat zij sociale cohesie creëren. De verandering in
solidariteit zorgt dan ook niet voor een afname in sociale orde, maar wel voor een verandering
daarvan.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper rechtsgeleerdheidstudentje. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,00. Je zit daarna nergens aan vast.