Kwaliteit en deskundigheid
Hoofdstuk 10
Kaders voor de beroepskracht
Werken met mensen is afwisslend, boeidend en zinvol. Je kunt iets betekenen voor
anderen, maar dit kan vermoeiend en moeilijk zijn. Het werk kan je voor problemen
stellen die je niet meteen kunt oplossen. Onder alle omstandigheden verwacht de
cliënt van jou dat je professioneel je werk blijft doen. Hiervoor moet je natuurlijk wel
bepaalde kwaliteiten hebben.
Als PW krijg je taken toegewezen die bij jouw takenpakket horen, deze moeten
passen binnen jouw functieomschrijving. Het is aan jou om op te letten of je geen
verantwordelijkheden en werkzaamheden op je neemt die niet in je
functieomschrijving staan. Meer doen dan je kunt en mag doen, is in niemands
belang. Je bent opgeleid tot PW en dan mag je ervan uitgaan dat je verantwoordelijk
bent voor de werkzaamheden die bij je opleiding passen.
Functie onderwijsassistent:
- ondersteunen van de leerkracht in de groep, op haar aanwijzingen, bij het
verrichten van eenvoudige, routinematige, onderwijsinhoudelijke taken
- het begeleiden van leerlingen bij de verwerving van vaardigheden
- het leveren van een praktische/organisatorische bijdrage aan het
klassenmanagement
- het verrichten van overige werkzaamheden die verband houden met de functie
Er is een landelijke beroepscode. Hierin staan gedragsregels voor PW. Verder maakt
hij duidelijk wat kinderen, ouders en medewerkers van elkaar kunnen verwachten.
Het is een middel om de veiligheid en daarmee de kwaliteit van de kinderopvang te
waarborgen.
Op de site van FNV Zorg & Welzijn vind je een uitgebreide beschrijving van de
Beroepscode Kinderopvang. Je kunt een beroepscode gebruiken om te praten over
de kwaliteit van je beroepsuitoefening.
Een kernkwaliteit is een eigenschap die tot het wezen van iemand behoort.
Kernkwaliteiten geven duidelijk aan vanuit welke waarden je je beroep uitoefent.
Over de volgende kernkwaliteiten moet je als PW beschikken:
Betrokkenheid, Empathie, Assertiviteit, Representativiteit & Integriteit
Betrokkenheid
Als PW wil je je steentje bijdragen aan de ontwikkeling van kinderen en jongeren.
Empathie
Je probeert je zo goed mogelijk in te leven in de situatie van kinderen en jongeren,
, en kwaliteiten en talenten van hen te zien en te waarderen.
Asseriviteit
Als PW denk je na over vanuit welke normen en waarden je je werk doet. Je komt op
voor je eigen belangen (je bent assertief). Ook heb je een goede antenne voor
verbale en non-verbale communicatie, kun je de wensen van kinderen goed
inschatten en weet je waar jij je grenzen moet stellen.
Representativiteit
Als PW heb je een positieve en professionele uitstraling
Integriteit
Integriteit staat voor eerlijkheid en betrouwbaarheid, en dat je je in alle
werksituaties aan de beroepscode houdt. Je vertoont ‘goed gedrag’, gaat zorgvuldig
om met informatie van cliënten, de organisatie en van anderen en hierdoor ben je
te vertrouwen.
Voorbeeld: Een Nederlands kindje speelt graag met een buitenlands kindje, de
Nederlandse vader wil hier niets van weten en de PW spreekt hem aan. Hij wil het
niet horen. Voor de PW was de maat vol. Ze verzocht de man rustig te blijven en het
gesprek voort te zetten met de leidinggevende erbij.
Er zijn dus grenzen aan jouw tolerantie (verdraagzaamheid) en aan jouw respect.
De beroepscode geeft aan vanuit welke normen en waarden je als PW moet
handelen. Daarnaast overleg je in moeilijke situaties altijd met je collega’s over wat
je in zo’n situatie het beste kunt doen.
Een cao is een collectieve (gemeenschappelijke) arbeidsovereenkomst. Hierin staan
afspraken die zijn gemaakt tussen werknemers en werkgevers over algemene
zaken zoals werktijden, vergoedingen, verlof, schorsing, geschillenregeling etc.
In een cao staan je minimale rechten en plichten en gaan dus niet over de
inhoudelijke kant van je werk. (Plichten zijn bv het op tijd melden als je ziek bent)
Binnen het pedagogisch werk zijn er verschillende cao’s. Een cao geldt meestal voor
een korte periode van bv 2 jaar. Vakbonden onderhandelen namens de werknemers
over de cao.
Je bent verplicht als PW een VOG (Verklaring Omtrent Gedrag) te overleggen aan je
werkgever. Hierin staan evt klachten, ongewenst gedrag of zelfs veroordeling
wegens ontucht uit je verleden.
Als gevolg van enkele ernstige zedenzaken geldt voor de KDV en peuterspeelzalen
het vierogenprincipe. Dit betekent dat het altijd mogelijk moet zijn dat een
andere volwassene meekijkt of meeluistert. Dit om situaties van misbruik of
mishandeling te voorkomen.