Leervragen-samenvatting Maatschappelijke gezondheidszorg en wijkzorg (MGZ)
Week 1
Wat is WIA?
WIA is een afkorting van de wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen. Uitvoeringsinstituut
Werknemersverzekeringen (UWV) betaalt de WIA-uitkering.
Een WIA-uitkering is een inkomen bij (gedeeltelijke of volledige) arbeidsongeschiktheid.
Bij de WGA-uitkering gaat men er vanuit dat je 2 jaar of langer ziek bent en je in de toekomst weer
(meer) kan gaan werken en dat je 65% of minder van je oude loon verdient. Bij de IVA-uitkering gaat
men er vanuit dat je in de toekomst niet meer kan gaan werken en dat je 20% of minder van je oude
loon kunt verdienen
https://www.uwv.nl/particulieren/ziek/ziek-wia-uitkering/wia-uitkering-aanvragen/detail/ wanneer-
vraag-ik-een-wia-uitkering-aan
Er zijn 2 soorten:
IVA staat voor Inkomensvoorziening Volledig Arbeidsongeschikten. Iemand krijgt een IVA-
uitkering als diegene niet of nauwelijks kan werken en een kleine kans heeft op herstel.
WGA staat voor Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten. Iemand krijgt een WGA-
uitkering als diegene tijdelijk volledig arbeidsongeschiktheid is of door ziekte 35 tot 80%
minder loon verdient.
De WIA-uitkering kan iemand aanvragen bij UWV. UWV beoordeelt op basis van uw aanvraag of
diegene inderdaad recht heeft op een WIA-uitkering in zijn/haar woonland. Soms moet een medisch
onderzoek ondergaan. Dat onderzoek vindt meestal plaats in zijn/haar woonland.
WIA betekend: Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen. De patiënt vraagt een WIA-uitkering
aan als diegene aan meerdere voorwaarden voldoet:
De patiënt moet verzekerd zijn voor de WIA.
De patiënt moet minimaal 104 weken ziek zijn geweest.
De patiënt moet minimaal 35% arbeidsongeschikt zijn, wat inhoudt dat je niet meer
dan 65% kunt verdienen van het loon dat je verdiende voordat je arbeidsongeschikt
werd.
Als het blijkt dat de patiënt niet meer kan herstellen, kun je vroegtijdig een WIA-
uitkering aanvragen.
Wat zijn de gevolgen in het dagelijks leven voor iemand die in de WIA raakt?
- Financieel rondkomen wordt bemoeilijkt, omdat je maar 65/70% uitbetaald krijgt van het
loon wat je voorheen kreeg.
- Sociale contacten kunnen minder worden.
- De toekomst kan onzeker zijn, dit kan angst of stress veroorzaken.
Conversie, chronisch vermoeidheidssyndroom en fybromyalgie uitgewerkt.
Conversiestoornis
Een conversiestoornis is een psychische aandoening die zich op verschillende manieren kan uiten. De
oorzaak ligt in acute stress door angst of woede die de persoon niet kan verwerken. De spanning of
angst is op dat moment zo hoog dat de hersenen bepaalde lichamelijke functies uitschakelt zodat de
persoon deze stress niet meer ervaart. Het beeld doet daardoor vaak denken aan een neurologische
aandoening.
Vormen van een conversiestoornis:
, - De stoornis kan vele vormen aannemen. Het meest voorkomend zijn echter verlamming van
de ledematen, problemen met gezicht of gehoor, algemene vermindering van de zintuiglijke
waarneming en verlies van het spraakvermogen.
- Ook kunnen er motorische stoornissen of stuipen optreden. Geregeld komt het voor dat de
klachten snel verdwijnen als de patiënt in het ziekenhuis wordt opgenomen, echter de
klachten keren later vaak weer terug.
Diagnose
Om de diagnose te stellen, moet eerst worden nagegaan of er een somatische oorzaak te vinden is,
en zo niet, of de patiënt de klachten bewust fingeert. Als de diagnose is gesteld kan geprobeerd
worden om de psychologische oorzaak te achterhalen door middel van therapie.
Chronisch vermoeidheidssyndroom
Chronisch vermoeidheidssyndroom (CVS) is de benaming van een ziektebeeld dat wordt gekenmerkt
door een combinatie van samenhangende klachten en symptomen. Het belangrijkste symptoom is
chronische vermoeidheid.
Symptomen
- De klachten verbeteren niet door rust;
- De vermoeidheidsklachten zijn niet het gevolg van voortdurende inspanning;
- Je hebt aanhoudende ernstige vermoeidheidsklachten;
- Je functioneert veel minder goed, zowel beroepsmatig als sociaal/persoonlijk;
- Er is geen lichamelijke oorzaak voor de ernstige vermoeidheid te vinden;
- De klachten bestaan tenminste 6 maanden.
Behandeling
Cognitieve gedragstherapie (CGT) is zeer effectief bij de behandeling van chronische vermoeidheid.
Fybromyalgie
Fibromyalgie is een aandoening waarbij je last hebt van chronische pijn in je spieren en bindweefsel.
Er zijn geen afwijkingen te vinden in je spieren of bindweefsel. Verder is er in het lichaam nog niks
gevonden dat de aandoening kan verklaren. Hierdoor is de oorzaak nog onbekend.
Symptomen
- Chronische pijn in je spieren en bindweefsel, vaak gaat deze pijn samen met stijfheid,
vermoeidheid, slaapstoornissen en stemmingswisselingen.
- Een zwaar gevoel in armen of benen
- Tintelingen in armen of benen - branderig of verminderd gevoel van de huid
- hoofdpijn
- Darmkrampen/buikpijn
- Opgezette vingers
- Geheugenverlies
Behandeling
Er zijn geen medicijnen om de aandoening te genezen. De behandeling is daarom gericht op het
verminderen van de klachten door pijnstillers, en een combinatie van beweging en rust.
Wat is systemische sclerodermie? (uitgebreid uitwerken: prognose, symptomen, diagnose,
complicaties)
Wat is het?
,Systemische sclerose wordt ook wel sclerodermie genoemd. Bij deze aandoening krijg je last van
ontstekingen en verharding van je bindweefsel. Bindweefsel komt in je hele lichaam voor. Het zorgt
ervoor dat de cellen van je huid, gewrichten, spieren en organen bij elkaar worden gehouden.
Systemische sclerose is een auto-immuunaandoening. Bij auto-immuunaandoeningen valt je
afweersysteem je eigen lichaamsweefsel aan. Hierdoor ontstaan ontstekingen.
Het woord sclerodermie is een combinatie van de Griekse woorden scleros voor hard en derma voor
huid. Sclerodermie betekent dus letterlijk ‘harde huid’.
Verschillende vormen:
Lokale sclerodermie
Bij deze vorm is alleen het bindweefsel van je huid verhard op een bepaalde plaats in je lichaam. Je
hebt bij deze vorm geen last van je organen.
Systemische sclerose
Bij deze vorm krijg je klachten aan je huid én aan je andere organen.
Symptomen/klachten/complicaties:
Fenomeen van Raynaud
De huid wordt dikker, strak en droog
De huidplooien verdwijnen
Ontstaan regelmatig rode plekjes op je huid, soms jeukt dit.
Droge ogen, mond en andere slijmvliezen
Kleiner wordende mondopening, strakkere lippen en een minder beweeglijke tong.
Meer kans op tandvleesontstekingen en tandbederf, zeker ook als je veel last hebt van zure
oprispingen.
Longfibrose (kortademigheid bij inspanning en zelfs in rust) of pulmonale hypertensie
(toenemende kortademigheid, flauwvallen, vochtophoping in je benen, pijn op de borst)
Hart: hartritmestoornissen, kortademigheid, pijn achter het borstbeen.
De sluitspier van je slokdarm kan niet meer zo goed werk (veel maagzuur)
Darmen: Als er extra bindweefsel in je darmen ontstaat, kunnen je darmen zich slechter
samentrekken. Je voedsel verteert daardoor minder goed. Ook kan de darmflora (de
verschillende bacteriën in je darmen) verstoord raken.
Problemen: darmkrampen, diarree, gewichtsverlies, obstipatie
Ontlasting incontinentie
Erectieproblemen bij mannen
Nieren: Door meer bindweefsel in je nieren kunnen je nieren minder goed gaan werken.
Meestal stijgt je bloeddruk dan. Je kan hoofdpijn krijgen, wazig gaan zien en soms moet je
overgeven.
Gewrichten: Je kan last krijgen van gewrichts- en peesontstekingen. Een ontstoken gewricht
is vaak warm, dik, stijf en pijnlijk. Vaak je handen. Minder goed bewegen door stijfheid. De
huid rondom je gewrichten kan zó strak worden dat het gewricht in een onnatuurlijke
houding komt te staan (dit noem je een ‘contractuur’).
Vermoeidheid: is een veel voorkomende klacht bij systemische sclerose. Soms is hier een
duidelijke reden aanwijsbaar. Bijvoorbeeld bloedarmoede of een hart-, long- of een
nierprobleem door de aandoening.
Diagnose:
De arts stelt de diagnose op de uitkomst van de klachten, het lichamelijk onderzoek en aanvullende
onderzoeken.
, De diagnose systemische sclerose is soms lastig te stellen. Zeker in het begin, omdat de klachten nog
algemeen zijn. De kenmerken zoals huidverstrakking ontstaan meestal pas later. Ook hebben alle
mensen met systemische sclerose weer andere klachten.
Afhankelijk van de klachten die iemand heeft, maakt de arts gebruik van de volgende aanvullende
onderzoeken:
Bloedonderzoek
of er ontstekingswaarden in je bloed aanwezig zijn
of je nierfunctie goed is
of er problemen met je hart zijn
of je bloedarmoede hebt
De arts kijkt ook of er bepaalde auto-antistoffen in het bloed aanwezig zijn. Dit zijn eiwitten die het
afweersysteem maakt tegen je lichaamseigen weefsel.
Nagelriemonderzoek (capillaroscopie)
Bij het nagelriemonderzoek worden de kleine bloedvaatjes bij de nagelriem in beeld gebracht. Bij
systemische sclerose kunnen deze bloedvaatjes er namelijk anders uitzien.
Het onderzoek wordt gedaan met een nagelriem-capillaroscoop (een microscoop met een lampje)
die gekoppeld is aan een computerscherm.
Huidbiopt
De arts kan een stukje weefsel uit je huid (een ‘huidbiopt’) wegnemen om dit verder te laten
onderzoeken. Zo kun je veranderingen van het bindweefsel zien. Meestal is een huidbiopt niet nodig
voor het stellen van de diagnose.
Röntgenfoto’s (soms worden deze gemaakt van):
je vingertoppen en tenen: bij verdenking op kalkafzettingen bij je vingertoppen en tenen. Deze
kalkafzettingen zijn vaak alleen op röntgenfoto’s te zien.
je longen: bij kortademigheid laat de arts vaak een longfoto maken om te bekijken of je afwijkingen
hebt aan je longweefsel.
je slokdarm: als iemand problemen heeft met slikken, kunnen röntgenfoto’s van de slokdarm laten
zien of de slokdarm goed beweegt.
Kijkonderzoek slokdarm en maag
Bij slikproblemen is soms ook een kijkonderzoek van je slokdarm en maag nodig om te kijken wat de
oorzaak is van de slikklachten.
Onderzoek van de longen en het hart
Longen: bijna altijd krijg je een longfunctieonderzoek. Hierbij moet je in een slangetje blazen om zo je
longinhoud te testen. Dit onderzoek krijg je meestal jaarlijks om na te gaan of je longen bij de
aandoening betrokken zijn. Daarnaast zal een CT scan van je longen worden gemaakt om ontsteking
en fibrose verder in beeld te brengen.
Hart: je hartritme wordt nagekeken via een hartfilmpje (dat heet ook wel ‘elektrocardiogram’ of
‘ECG’). Daarnaast wordt soms een hartecho gemaakt om vast te stellen of de systemische sclerose je
hart heeft aangetast en als controle voor pulmonale hypertensie (hoge bloeddruk in je longen).
Soms volgt nog een onderzoek naar de bloeddruk in je longvaten. Dat heet een ‘rechter
hartkatheterisatie’. Deze onderzoeken voert de hartspecialist (cardioloog) uit.
Behandeling:
Patiënten moeten stoppen met roken, vermijd de gebruik van vaatvernauwende medicijnen en
zijn/haar handen beschermen tegen kou en houd ze warm. Proximale arteriële laesies moeten altijd
worden onderzocht en behandeld.
Medicijnen:
De arts stelt bijvoorbeeld voor om een afweeronderdrukkend medicijn (een klassieke reumaremmer)
te gaan gebruiken, zoals methotrexaat of mycofenolaat mofetil. Bij systemische sclerodermie schrijf
de arts ook wel cyclofosfamide voor. Dat is ook een klassieke reumaremmer.