In dit document staan al mijn aantekeningen van de lessen Recht (INKORE1). In totaal zijn dit 9 lessen. Deze aantekeningen heb ik geleerd en ik heb tapjes geplakt in mijn wettenbundel.
Publiekrecht > Overheid maakt gebruik van iets (recht) wat wij als burger niet
kunnen. Strafrecht en Staats- & bestuursrecht.
Privaatrecht > Alles wat geen publiek recht is (o.a. verbintenissenrecht).
Feitelijke handelingen > Wat niet relevant is voor het recht.
Rechtshandelingen > Iemand heeft de bedoeling/de wil om rechtgevolgen te krijgen
(iemand een aanbod sturen). Een handeling die gericht is op recht.
Een handeling die NIET is gericht op rechtsgevolg is een FEITELIJKE
HANDELING.
Wil + Verklaring = Rechtshandeling
Iemand bewust aanrijden is geen rechtshandeling, want je wilt die
persoon wel pijn doen, maar het is niet je bedoeling om
schadevergoeding te betalen.
Rechtsgevolgen > Gevolg dat relevant is voor het recht. Het juridische gevolg van een
rechtsfeit. Iemand moet betalen of leveren na een overeenkomt.
Rechtsfeiten > Wanneer er bij bepaalde handelingen rechtsfeiten gaan gelden.
Verbintenis > Een relatie tussen twee of meer personen waarbij de een ergens
recht op heeft en de ander ergens toe verplicht is. Een verbintenis is
een juridische relatie tussen twee of meer personen (recht en plicht).
Bronnen voor een verbintenis zijn:
1. Wet
2. Overeenkomst
3. Rechterlijke uitspraak
Overeenkomst > Totstandkoming van een overeenkomst = aanbod + aanvaarding (gaat
pas in bij ontvangst van de verklaring).
Nietige rechtshandeling > De rechtshandeling heeft nooit bestaan. Geen handeling vereist.
Vernietigbare RH > Je hebt de keuze om de rechtshandeling te vernietigen of te laten
bestaan. Bijvoorbeeld bij een overeenkomst met een geestelijk
gestoorde.
,Wil en verklaring (rechtshandeling)
- Voor een geldige overeenkomst moeten wil en verklaring overeenkomen
- Wanneer er een vergissing plaatsvindt is de rechtshandeling niet geldig (nietig).
- Als iemand iets verklaart onder invloed van een geestelijke stoornis is de rechtsstoornis
vernietigbaar.
- Wanneer de andere partij jou kan vertrouwen en het prijsverschil niet groot is moet het
aanbod aanvaard worden. Wanneer dit een groot prijsverschil is en niet geloofwaardig is
wordt het aanbod als nietig verklaard (nietigheid).
- Wanneer het bod geloofwaardig is gaat vertrouwen altijd voor op vergissingen of geestelijke
stoornissen.
Intrekking > Je kunt een rechtshandeling alleen intrekken voor ontvangst of
tijdens ontvangst van de verklaring.
Natuurlijke verbintenis > Is niet afdwingbaar. Je kunt niet meer naar de rechter gaan en
eventueel een rechter inschakelen. Een voorbeeld hiervan is
verjaring. Bijv. betaling is verjaard, je kunt het geld dan niet meer
opeisen.
, Week 1 – les 2
Ongeldigheidrechtshandeling
Strijd met de wet > Nietig, tenzij strekt tot bescherming van één der partijen, dan
vernietigbaar door betreffende partij.
Dwingend recht > Recht waar je niet vanaf mag wijken (aanvullend en regelend
recht mag je wel vanaf wijken). Het dwingend recht wordt
soms gebruikt om één van de twee partijen te beschermen
(als dit gebeurt is het vernietigbaar).
Koop van woning is dwingend recht. Dit moet schriftelijk
anders is het nietig.
Openbare orde en goede zeden > Alles wat in strijd is met de wet/openbare orde.
Maatschappelijke aanvaardbaarheid. In strijd met de
openbare orde: moordcontact sluiten.
Wilsgebreken > Iemand heeft wel iets gewild, maar die wil is beïnvloed (wil is
gebrekkig tot stand gekomen). Vertrouwensbeginsel bij RH is
niet van toepassing bij wilsgebreken.
Bedreiging > 1. Opzet (oogmerk)
2. Onrechtmatige bedreiging
3. Zodanig dat redelijk oordelend mens wordt beïnvloed
(tweede zin)
4. Met enig nadeel in persoon of goed (lichaam of spullen)
5. Causaal verband tussen bedreiging en verrichten
rechtshandeling.
Art. 3:44 lid 2 BW
Bedrog > 1. Opzet (oogmerk)
2. Onjuiste mededeling, zwijgen of andere kunstgreep
3. Causaal verband tussen kunstgreep en verrichten
rechtshandeling
Kunstgreep = iemand voor de gek houden
Art. 3:44 lid 3 BW
Misbruik van omstandigheden > 1. Bijzondere omstandigheid (onervarenheid, noodtoestand,
ondeskundigheid, ect.)
2. Misbruik (kenbaarheid)
3. Causaal verband tussen misbruik en verrichten
rechtshandeling.
Art. 3:44 lid 4 BW
Dwaling > 1. Onjuiste voorstelling van zaken
2. Causaal verband tussen dwaling en verrichten
rechtshandeling
3. Een van de volgende drie situaties: Inlichting wederpartij,
ongeoorloofd zwijgen wederpartij, wederzijdse dwaling.
Art. 6:228 lid 1 BW
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper anna48. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,39. Je zit daarna nergens aan vast.