Jurisprudentielijst aansprakelijkheidsrecht
HR 5 november 1965, NJ 1966, 136 (Kelderluik) 2
HR 22 april 1994, NJ 1994, 624 (Taxus) 2
HR 9 december 1994, NJ 1996, 403 (Werink-Hudepohl of Zwiepende tak) 2
HR 12 mei 2022, NJ 2001, 300 (Jansen-Jansen of Verhuizende zusjes) 3
HR 28 juni 1991, NJ 1992, 622 (Dekker-Van der Heide of Natraparrest) 3
HR 6 oktober 1995, NJ 1998, 190 (Disloquerende turnster) 3
HR 28 mei 2004, NJ 2005, 105 (Jetblast) 4
HR 2 maart 2001, NJ 2001, 649 (Medische protocol Leeuwarden of Trombose) 4
HR 22 februari 2002, NJ 2002, 240 (Taxibus) 5
HR 22 mei 1992, NJ 1992, 527 (ABP-Winterthur) 5
HR 31 mei 1991, NJ 1991, 731 (Marbeth van Uitregt) 5
HR 28 februari 1992, NJ 1993, 556 (IZA-Vrerink) 6
HR 7 mei 2004, NJ 2006, 281 (Duwbak Linda) 6
HR 31 maart 2006, NJ 2011, 250 (Nefalit-Karamus) 6
HR 15 maart 2019, NJ 2019, 162 (EBI) 7
HR 10 april 2009, NJ 2009, 386 (Philip Morris-X) 7
1
, HR 5 november 1965, NJ 1966, 136 (Kelderluik)
Casus
Een medewerker van de Coca-Cola Corporation, de heer Sjouwerman, heeft in februari 1961 bij
het afleveren van frisdrank aan een café een kelderluik open laten staan. De heer Duchateau (die
het café bezocht) viel op weg naar het toilet in het kelderluik en liep daarbij ernstige
verwondingen op.
Rechtsvraag
Is de heer Sjouwerman aansprakelijk jegens de heer Duchateau op grond van een onrechtmatige
daad en aan welke criteria dient dit getoetst te worden?
Rechtsregel (Kelderluikcriteria)
1. Hoe waarschijnlijk kan de niet-inachtneming van de vereiste oplettendheid en voorzichtigheid
worden geacht?
2. Hoe groot is de kans dat daaruit ongevallen ontstaan?
3. Hoe ernstig kunnen de gevolgen zijn?
4. Hoe bezwaarlijk zijn de te nemen veiligheidsmaatregelen?
HR 22 april 1994, NJ 1994, 624 (Taxus)
Casus
De tuin van de heer Broen grenst aan het weiland van de heer Hulsbosch. In het weiland grazen
twee paarden. In de tuin van de heer Broen ligt een kleine afvalhoop, dicht bij de grens van het
weiland. Op een dag komt een kennis van de heer Broen (de heer Verhoeven) langs. De heer
Verhoeven gooit een taxusstruik op de afvalhoop van de heer Broen. De paarden kunnen met hun
mond bij de afvalhoop en eten hiervan. Als paarden een taxusstruik binnenkrijgen kan dit dodelijk
voor hen zijn. Als gevolg van het eten van de taxus, overlijden de twee paarden van de heer
Hulsbosch. De heer Broen en de heer Verhoeven wisten allebei niet dat een taxusstruik giftig is
voor paarden.
Rechtsregel
De in het maatschappelijk verkeer betamende zorgvuldigheid reikt niet zó ver dat degeen die een
plant of struik waarvan hij de giftigheid niet kent of behoeft te kennen, onder zich heeft, verplicht
zou zijn om deze plant of struik op zodanige wijze onder zijn controle te houden dat zij geen
gevaar kan opleveren, tenzij hem na onderzoek is gebleken dat de plant of struik ongevaarlijk is.
De Hoge Raad stelt dus dat de aansprakelijkheidsregel niet kan worden toegepast als het gaat
om planten of struiken waarvan de giftigheid niet algemeen bekend is.
HR 9 december 1994, NJ 1996, 403 (Werink-Hudepohl of Zwiepende tak)
Casus
Vier vrienden maken in september 1989 een wandeling door een bos. De heer Werink geeft op
een gegeven moment een schop tegen een tak, die terugzwiept en in het oog van de heer
Hudepohl (die achter hem loopt) terecht komt. De heer Hudepohl moet door dit oogletsel een
oog missen.
Rechtsregel
Volgens de Hoge Raad zijn de gedragingen slechts onrechtmatig, indien de mate van
waarschijnlijkheid van een ongeval als gevolg van dat gedrag zo groot was, dat de heer Werink
2