Schizofrenie
1. Pathogenese + symptomen Schizofrenie
Diagnose volgens DSMV criteria
Er zijn 6 diagnostische criteria voor schizofrenie:
A. Dit criterium bestaat uit een aantal mogelijke kenmerkende symptomen waarvan 2 of meer van de volgende elk voor een overgroot deel
van de tijd aanwezig is, gedurende een tijdvak van 1 maand (of minder indien met succes behandeld::
1. Wanen
2. Hallucinaties
3. onsamenhangende spraak (bijvoorbeeld frequent de draad kwijtraken of incoherentie:.
4. Zeer chaotisch of katatoon gedrag (spierverstijving en verminderd bewustzijn:
5. negatieve symptomen: gedrag dat niet meer aanwezig is zoals het niet meer aanwezig lijken van emoties ofwel
affectieve vervlakking, het niet meer aanwezig lijken van logisch,samenhangend redeneren
6. Slechts één symptoom is vereist indien wanen of hallucinaties bizar zijn en bestaan uit een stem die doorlopend
commentaar op het gedrag van de persoon of zijn gedachten geef of twee of meer stemmen in gesprek met elkaar.
B. Disfunctioneren in sociale relaties en werk.
C. Duur: Na aanvang van de stoornis moeten er nog minstens 6 maanden, symptomen aanwezig zijn (of minder indien met succes
behandeld: die voldoen aan criterium A (dwz actieve fase symptomen: D. Schizoaffectieve en stemmingsstoornissen met psychotische
kenmerken dienen uitgesloten te worden.
Indeling symptomen schizofrenie
Symptomen van schizofrenie worden ingedeeld in 5 categorieën:
- Positievi symptoomi: wanen (verkeerde interpretatie van een prikkel (auditief, visueel etc::,
hallucinatie (waarneming waarbij de prikkel ontbreekt, niet gebasseerd op de werkelijkheid:
verstoring en overdrijving in taal en communicatie, gedesorganiseerde spraak, ongeorganiseerd gedrag,
katatonisch gedrag (gespannen:, agitatie. Overmatige activatie van het
mesolimbisch circuit.
- Nigatievi symptoomi::
Alogia: dysfuntioneren van communicatiee beperkingen in vloeiendheid en productiviteit van
denken en spreken.
Affectieve afvlakking: beperkingen in bereik en intensiteit van emotionele exppressie.
asocialiteit: beperkte sociale drive en interactie
anhedonie: verminderde mogelijkheid om genot te ervaren.
avolitie: beperkt verlangen, motivatie of doorzetngsvermogen. Beperking in de initiatie van
doel-gericht gedrag.
Negatieve symptomen zijn minder dramatisch dan de positieve symptomen.
Hypofunctioneren van het Mesocortical circuit.
- Cog:itievi symptoomi:: problemen bij het stellen van doelen, het vestigen van aandacht en
de aandacht ergens bij houden, prioriteiten stellen, moduleren van gedrag op basis van
sociale signalen, vloeiende spraak, problemen oplossen.
De dorsolateral prefrontal cortexp is hierbij betrokken.
- Aggrisiievi symptoomi:: (gerelateerd aan impuls controle: abnormale processing van
informatie in de orbifrontale cortexp en amygdala.
- Affictievi symptoomi: (gevoel/stemming:: ventromedial prefrontal cortexp.
,Dopamine hypothese van schizofrenie
Positieve symptomen worden veroorzaakt door hyptiractevioiio eva: misolimiischi doptami:irgi
:iuro:i:. Daarnaast kan de hyperactiviteit van het mesolimbische dopaminerge circuit ook een rol
spelen in de agressieve en vijandige symptomen van schizofrenie.
De cellichamen van de mesolimbische dopaminerge neuronen bevinden zich in de evi:oral oigmi:oal
aria (VTA: in de hersenstam en projecteren naar de :uclius accumii:s. Daarnaast ontvangt de
nucleus accumbens ook input van de amygdala. De nucleus accumbens projecteert vervolgens naar
het ventrale deel van gloius ptallidus.
NMDA hypofunctie hypothese van schizofrenie
Schizofrenie wordt veroorzaakt door GABA i:oir:iuro:i: in de ptrifro:oali coroix, die het
calciumbindende eiwit parvalbumine bevaten. Deze parvalbumine-bevatende GABA interneuronen
bevaten hyptofu:cto:iri:di NMDA riciptoori: op hun dendrieten. De synapsen tussen de
neuronale glutamaat axponen (van pyramidale neuronen in de prefrontale cortexp: en de interneurale
GABAnerge dendrieten zijn defect, waardoor signalen niet goed overgebracht worden naar de GABA
interneuronen.
Parvalbumine-bevatende GABA interneuronen in de prefrontale cortexp van patiënten met schizofrenie zorgen ook voor oi
koro van het enzym dat zorgt voor de aanmaak van GABA. Dit veroorzaakt een compenserende verhoging van het aantal
ptososy:apttschi α2 suiu:io-iievati:di GABA A riciptoori: op het postsynaptische axpon initiële segment van pyramidale
neuronen, die zij innerveren.
Disconnectiviteit kan genetisch veroorzaakt worden door verschillende defecten genen, die nodig zijn
bij de vorming van NMDA synapsen.
, Hypofunctionerende NMDA receptoren in de cortico cortical pathway,
mesolimbische circuit en de positieve symptomen van schizofrenie (G)
1. Glutamaat wordt afgegeven door een i:oracortcal ptyramidaal :iuro: in de prefrontale
cortexp. De NMDA riciptoor op het GABA interneuron waaraan het glutamaat bindt is
hypofunctioneel. Glutamaat kan niet zijn volledige effect via de NMDA receptor behalen.
2. Dit voorkomt di GABA afgife van interneuronen. De stimulatie α2 GABA riciptoori: op de
axpon van het andere glutamaat neuron vindt niet plaats.
3. Het pyramidale neuron wordt niet meer geïnhibeerd. Het pyramidale glutamaat neuron
wordt overactief.