In deze samenvatting wordt er in zeven pagina's een kort en overduidelijk beeld gegeven van de informatie die in de Historische Context Hoofdstuk 2 staat. Daarnaast staan er aan het einde van de paragraaf bijpassende examenopgaves en antwoorden, zodat je de net geleerde kennis gelijk kunt toepassen!
Geschiedenis Historische Context
Hoofdstuk 2 – Verlichting
Paragraaf 1 – Welke ideeën ontstonden tijdens de Verlichting over een meer rechtvaardige
samenleving (1650 – 1789)?
Oorzaken opkomst wetenschappelijke revolutie (17 e eeuw):
- Ontdekkingsreizen grotere delen van de wereld leren kennen
- Samenwerking van de wetenschap en ambachtelijke technieken interesse in
tegenovergestelde vakgebieden
- Komst van boekdrukkunst kennis sneller verspreiden
- Humanistische tekstanalyse kritisch kijken naar oude teksten met het nieuwe
wetenschappelijke oogpunt (gericht op het zelfstandig denken)
- Rationalisme (René Descartes) op basis van logica
- Empirisme (John Locke) op basis van zintuigelijke waarneming en ervaring
Door de nieuwe inzichten van de wetenschappelijke revolutie kwam de dominante rol die godsdienst
had in de samenleving ter discussie te staan ideeën over scheiding kerk en staat ontstonden + volk
wilde zelf bepalen welke godsdienst zij wilden volgen.
Verlichte denkers hadden nieuwe ideeën over opvoeding, onderwijs en de verspreiding van kennis ( =
belang van onderwijs zoveel mogelijk scholing en de juiste opvoeding zorgen van het verspreiden
van kennis). Door al deze nieuwe ideeën ontstond de vooruitgangsgedachte optimisme en het
geloof in maatschappelijke voorruitgang.
Belangrijke denkers van de Verlichting:
- John Locke iedereen is geboren met dezelfde grondrechten (natuurwet van God) + vorst
negeert deze grondrechten? afzweren! + grondlegger liberalisme ( = zoveel mogelijk vrijheid
zolang het de vrijheid van andere niet beperkt) + sociaal contract ( = gezag en volk spreken
met elkaar af wat rechten en plichten richting elkaar zijn)
- Jean-Jacques Rousseau volkssoevereiniteit ( = het volk dat als geheel het hoogste gezag
van de staat vormt) + algemene wil ( = iedereen moet doen wat goed is voor het volk) +
vrijheid en gelijkheid van armen en slaven + sociaal contract
- Charles de Montesquieu trias politica ( = scheiding der machten: wetgevende, uitvoerende
en rechterlijke macht) + grondlegger van de sociologie
- Adam Smith basis van het kapitalisme + vrijemarkteconomie (vraag en aanbod) + zo min
mogelijk overheidsbemoeienis goed voor de welvaart
De nieuwe ideeën werden makkelijk verspreid en leidden uiteindelijk tot een verandering in de
politieke cultuur. Vorsten moesten voortaan rekening houden met publieke opinie vanuit alle lagen.
Toch streefden vorsten naar absolute macht, door het droit divin vonden de vorsten ook dat ze het
recht op absolute macht hadden. Omdat het droit divin botste met de verlichtingsideeën, waren over
het algemeen de vorsten niet blij met de verspreiding van deze ideeën. Sommige daarentegen
omarmden de ideeën zonder de absolute macht los te laten, dit werd het verlicht absolutisme genoemd
waarbij het vooral gaat om algemeen belang.
Oefenen
2022 tijdvak 1 – vraag 10
In 1781 schrijft de Franse schrijver Pierre-Augustin Caron de Beaumarchais een toneelstuk. De
hoofdpersoon, de dienaar Figaro, zegt hierin:
, Wat! Omdat u een belangrijke edelman bent, denkt u dat u een groot genie bent! Op welke manier?
Hoe bent u de rijke en machtige graaf Almaviva geworden? U hebt de moeite genomen geboren te
worden – niets meer! Terwijl de moeilijkheden die ik moest overwinnen meer talenten vereisten dan
nodig zijn om een Rijk te besturen. En wat, edelste graaf zijn uw aanspraken op het aanzien, op de
pompeuze titels en de onmetelijke rijkdom waar u zo trots op bent en die u bij toeval hebt verkregen?
Gebruik bron 5. Een bewering:
Pierre-Augustin Caron de Beaumarchais wil verlichte denkbeelden verspreiden.
Ondersteun deze bewering door:
met de bron uit te leggen welk verlicht denkbeeld wordt verwoord in dit toneelstuk en
zonder bron te verklaren waardoor een toneelstuk geschikt is voor de verspreiding van nieuwe
denkbeelden.
• Figaro protesteert tegen het krijgen van voorrechten/rijkdom/titels op basis van geboorte, wat past bij
het verlichte denkbeeld dat de bestaande gezagsverhoudingen niet redelijk zijn / dat de indeling van de
samenleving moet worden gemaakt op basis van talenten/verdiensten
• Een toneelstuk kan denkbeelden verspreiden onder een ongeletterd/groot publiek / een toneelstuk
wordt meerdere keren/op meerdere plaatsen opgevoerd
2022 tijdvak 3 – vraag 10
In 1668 schreef de Nederlandse filosoof Adriaan Koerbagh in zijn boek dat hij zich verbaasde dat in
de Bijbel "valt te lezen dat God zelf van boven naar beneden kwam, om een gezellig praatje te maken
met een of ander godzalig mens en om dan meteen bij hem te blijven logeren".
Leg uit welk verlicht uitgangspunt Koerbagh toepaste op verhalen in de Bijbel.
Uit het antwoord moet blijken dat Koerbagh het rationalisme (van Descartes) toepaste, doordat hij
aangaf dat hij Bijbelse verhalen niet zomaar voor waar aannam / omdat hij door gebruik te maken van
redelijkheid/rede/het verstand Bijbelse verhalen (over God die op bezoek kwam) in twijfel trok.
2022 tijdvak 2 – vraag 11
In 1766 zegt koning Lodewijk XV tijdens een conflict met de hoogste rechtbank in Parijs:
Alleen ik vertegenwoordig de hoogste macht (...). Alleen aan mij danken de rechtbanken hun
bestaansrecht en gezag. Het gezag dat zij uitoefenen, geschiedt uitsluitend uit mijn naam en blijft bij
mij berusten. Het gebruik daarvan kan zich dus nooit tegen mij keren. De wetgevende macht behoort
volledig toe aan mij, zonder dat ik die met iemand deel of daarvoor aan iemand ondergeschikt ben.
Onder mijn gezag leggen mijn ambtenaren de wet – die zij zelf niet maken – vast op schrift, maken zij
die bekend en voeren die uit (...). Mijn volk en ik zijn één. De rechten en belangen van de natie zijn
onlosmakelijk verbonden met die van mijzelf en liggen volledig in mijn handen
Gebruik bron 5.
Met deze rede wijst Lodewijk XV een standpunt van Montesquieu en een standpunt van Rousseau af.
Leg dit voor beide standpunten apart uit, telkens met een andere verwijzing naar de bron.
• Lodewijk XV beweert dat rechtbanken hun gezag uitoefenen namens de koning / dat de wetgevende
macht aan hem behoort, wat botst met het standpunt van Montesquieu/met de Trias Politica dat de
verschillende machten gescheiden moeten blijven
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper celesteros2006. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.