Samenvatting
Samenvatting Overzicht van de psychologie, boek Psychological science (Gazzaniga), H1,3-8
- Instelling
- Rijksuniversiteit Groningen (RuG)
Samenvatting van psychological science van Gazzaniga (6e editie). Hoofdstuk 1 en 3 t/m 8.
[Meer zien]Voorbeeld 4 van de 45 pagina's
Voorbeeld 4 van de 45 pagina's
In winkelwagengesponsord bericht van onze partner
Gekoppeld boek
Titel boek:
Auteur(s):
- Uitgave:
- ISBN:
- Druk:
27 beoordelingen
Door: hindejorna • 1 jaar geleden
Door: bramverbeek1 • 4 jaar geleden
Door: evagrimberg • 4 jaar geleden
Door: tessamesken • 4 jaar geleden
Door: cuijpersronja • 4 jaar geleden
Door: meganddebruijn • 5 jaar geleden
Te weinig uitgebreid.
Door: maud13 • 5 jaar geleden
Voorbeeld van de inhoud
Hoofdstuk 1: The science of psychology1.1. What is psychological science?
Psychologie is de studie naar mentale activiteit en gedrag. Een psycholoog probeert mentale processen
te begrijpen en gedrag te voorspellen. De psychologische wetenschap doet onderzoek naar de mentale
processen, hersenen en gedrag. De mind refereert naar de mentale activiteit. Mentale activiteit is het
gevolg van biologische processen in de hersenen. Gedrag beschrijft de totaliteit van de te observeren
acties van de mens. Deze acties kunnen verschillen in complexiteit en exclusiviteit (alleen voor
mensen of ook bij dieren).
Kritisch denken bestaat uit het systematisch afvragen of iets klopt en het evalueren van informatie
met behulp van goed onderbouwd bewijs.
Intuïtie zorgt vaak voor verkeerde conclusies. Menselijke gedachten zijn vaak biased. Biases ontstaan
vaak wanneer mensen gemotiveerd zijn om hun intelligentie te gebruiken. Psychologisch redeneren
refereert naar het gebruik van psychologisch onderzoek om te beoordelen hoe mensen normaal
denken, zodat begrepen kan worden wanneer en waarom zij foutieve conclusies trekken.
Vaak zien we wat we willen zien en negeren we de rest van de informatie. Net zoals dat stereotypes
over mensen onze verwachtingen vormgeven over deze mensen, en het gedrag van deze mensen
interpreteren we op zo een manier dat het de stereotypes bevestigd.
Soorten bases:
Confirmation bias
Alleen informatie aannemen wat de verwachtingen bevestigd en het negeren van
informatie wat de verwachtingen falsifieert.
Een factor wat bijdraagt aan confirmation bias is selectieve sampling van informatie.
Niet juist de waarde beoordelen van een bron
Beroep op autoriteit: geneigd zijn iemand met autoriteit gelijk te geloven.
Verkeerd begrijpen of niet gebruiken van statistiek
Causaliteit zien die er niet is (proberen iets te vinden)
We zijn geneigd om twee events die tegelijk plaats vinden, te zien als een relatie
daartussen.
Gebruik van relatieve vergelijkingen
Hoe iets gesteld wordt bepaald hoe iemand reageert. Positieve informatie zorgt voor een
positievere reacties.
Het accepteren van after-the-fact verklaringen
Hindsight bias, het achteraf komen met een verklaring waarom iets is gebeurd. Ook al heb
je incomplete informatie.
Heuristiek
Mensen volgen vaak simpele regels (heuristieken) om beslissingen te maken. Vaak
kunnen heuristieken zorgen voor niet accurate beoordelingen en biased uitkomsten.
Erin falen je eigen tekortkomingen te zien (self-serving bias)
Mensen interpreteren informatie op een manier waarop de informatie hun positieve kijk
op zichzelf in stand houdt. Mensen kunnen niet hun tekortkomingen inzien.
1.2 What are the scientific foundations of psychology?
De psychologie komt voort uit de filosofie. Later werd de psychologie een discipline. Er ontstonden
verschillende manieren van denken over de inhoud van de psychologie. Deze verschillende manieren
,van denken werden ‘schools of toughts’ genoemd. Slechts één ‘school of toughts’ kan dominerend zijn
in de discipline. Er kunnen zich wel verschillende opvolgen.
Een belangrijk debat in de psychologie is het nature-nurture debat. In welke mate wordt een persoon
beïnvloed door nature of nurture. Wanneer een persoon zijn psychologische karakteristieken meer
biologisch bepaald worden dan spreken we van nature. Wanneer een persoon zijn psychologische
karakteristieken bepaald worden door scholing, ervaring en culture, dan spreken we van nurture.
Tegenwoordig is de leidende gedachte dat zowel nature als nurture een rol speelt en dat zij dynamisch
interacteren in de psychologische ontwikkeling van de mens.
Een ander debat in de psychologie ging over het mind-body probleem. Men vroeg zich af of de geest
en het lichaam van elkaar los stonden of dat de geest een subjectieve ervaring was als gevolg van
hersenactiviteit. Het dualisme is de bewering dat de geest handelt via het brein door “hogere” functies,
zoals taal en rationeel gedrag, terwijl het brein zelfverantwoordelijk is voor de “lagere” functies die we
delen met dieren. Deze visie houdt in dat de geest en het lichaam gescheiden zijn, maar wel kunnen
interacteren. Volgens Descartes is het lichaam stoffelijk, maar de geest niet. Het lichaam-geest
probleem: voor Descartes is een persoon in staat tot bewustzijn en rationaliteit door het hebben van
een geest, maar hoe kan een non materiële geest bewegingen produceren in een materieel lichaam? Er
is energie nodig om het lichaam te sturen. Dit probleem kan niet verklaard worden. Dualisten zeggen
dan ook wel dat de geest en het lichaam parallel functioneren zonder interactie of dat het lichaam de
geest kan beïnvloeden, maar niet andersom. Tegenwoordig wordt het dualisme verworpen en wordt er
gedacht dat de geest voortkomt uit hersenactiviteit. Geest en lichaam zijn niet gescheiden.
De experimentele psychologie begon met de stroming introspectie. De leider van deze stroming is
Wundt. Wundt realiseerde zicht dat psychologische processen, het product van psychologie acties in
de hersenen, tijd kosten om te ontstaan. Hiervoor gebruikte hij de methode ‘reactietijd’ om te kijken
hoe snel mensen reageerden op een bepaalde stimuli. Hij kreeg door zijn onderzoek inzicht hoe lang
het duurde voordat een bepaalde mentale activiteit ontstond. Wondt wou daarnaast bewuste ervaringen
meten. Hiervoor ontwikkelde hij de methode introspectie. Dit is een systematische beoordeling van
subjectieve mentale ervaringen wat van mensen vraagt om de inhoud van hun gedachten te
rapporteren.
Vervolgens gebruikte Titchener introspectie om te komen tot zijn structuralisme. Het idee achter
structuralisme is dat bewuste ervaringen afgebroken kunnen worden tot de basis van de onderliggende
componenten. Een ervaring bestaat dan uit kleine componenten. Titchener geloofde dat wanneer men
de kleine basiscomponenten begreep, men ook de geest kon begrijpen. Het probleem van introspectie
is dat ervaring subjectief is. Hierdoor is het moeilijk te bepalen tijdens een onderzoek of elke
participant introspectie op dezelfde manier gebruikt.
Kritiek op het structuralisme kwam vervolgens van James. Hij bekritiseerde de gefaalde poging van
het structuralisme om de meest belangrijke aspecten van de mentale ervaring vast te leggen. James
beargumenteerde dat de geest complexer is dan alleen elementen en daarom niet daar tot afgebroken
kan worden. De geest bestaat uit een altijd veranderende, continue serie van gedachten. Deze stroom
van bewustzijn kan niet vastgezet worden in de tijd. James zijn benadering vormde het
functionalisme. Volgens het functionalisme is de geest ontstaan in verloop van de menselijke
evolutie. Het werkt zoals het werkt omdat het nuttig is voor het behoud van leven en het door geven
van genen aan de volgende generatie. De geest helpt mensen dus om zich aan te passen aan de eisen
die de omgeving stelt.
Darwin zat achter de evolutionaire theorie, welke stelt dat soorten veranderen over tijd. Sommige van
de eigenschappen zorgen ervoor dat de kans dat de soort het overleeft, toe neemt. Doordat de soort het
overleeft, geven zijn deze genen door. De positieve veranderingen die doorgegeven worden, worden
adaptaties genoemd. Volgens Darwin is het mechanisme achter de evolutie natuurlijk selectie. De
,positieve veranderingen die ervoor zorgen dat een soort het overleeft (adaptatie) worden door
gegeven aan de volgende soort en veranderingen die er juist niet voor zorgen dat een soort het sneller
overleeft, worden niet door gegeven. De soort die zich het beste heeft aangepast aan de omgeving
zullen het overleven en zich dus ook voortplanten met de goede genen (survival of the fittest).
Een andere ‘school of tought’ die ontstond tegen het structuralisme was de gestalt psychologie.
Volgens de gestalt theorie is het alomvattende van iemand zijn persoonlijke ervaringen niet de som
van de samengestelde elementen. De gestalt theorie reflecteerde ook op het idee dat perceptie
subjectief is en afhangt van de omgeving.
Freud is een bekende psycholoog uit de 20e eeuw. Freud stelde dat veel van het menselijke gedrag
bepaald wordt door mentale processen die onbewust plaatsvinden. Veel onbewuste conflicten komen
voort uit stressvolle/verontrustende ervaringen uit de kindertijd, welke vervolgens door de persoon
zijn weggestopt uit het geheugen. Vervolgens bedacht Freud de psychoanalyse. Dit is een
therapeutische methode waarbij de therapeut en cliënt samen de inhoud van het onbewuste van de
cliënt naar het bewuste brengen. Wanneer de onbewuste conflicten bekend zijn, helpt de therapeut de
cliënt hier mee om te gaan. Vrije associatie was een methode van Freud om eventuele onbewuste
conflicten alsnog naar boven te halen. De cliënt kon zo lang als hij wil ergens over praten (het
onderwerp maakte niet uit). Door vrije associatie zou alsnog het onbewuste conflict naar boven komen
door het praten.
Als reactie op het idee van niet direct kunnen observeren van mentale gebeurtenissen, ontstond het
behaviorisme. Dit was een reactie op introspectie en vrije associatie. Bij het behaviorisme wordt er
gekeken naar het effect van de omgeving op observeerbaar gedrag. Het nature-nurture probleem was
ook hierbij van belang. Behavioristen gingen uit dat er alleen sprake was van nurture. Men ging er ook
van uit dat mensen leren door ervaringen met de omgeving. Daarom moeten we de omgevingsstimuli
bestuderen in bepaalde situaties. Door het begrijpen van de stimuli, kunnen we gedragsresponsen in
een bepaalde situatie voorspellen.
Tijdens de eerste helft van de 20e eeuw lag de focus op observeerbaar gedrag. Uiteindelijk bleek dat
leren niet zo simpel was als dat het behaviorisme stelde. Perceptie van situaties kan gedrag ook
beïnvloeden. Men kon ook leren van observeren, en dit was in strijd met de gedachte van de
behavioristen, omdat ze niet beloond werden. Ook de invloed van cultuur kon niet verklaard worden.
Door kritisch denken werd de cognitieve revolutie in het leven geroepen. Cognitief onderzoek had
laten zien dat de manier waarop mensen denken over dingen hun gedrag beïnvloed. Na de cognitieve
psychologie kwam de cognitieve neuropsychologie op.
Midden 20e eeuw kwam men tot de conclusie dat gedrag van mensen wordt beïnvloed door de
aanwezigheid van anderen. Hieruit kwam de sociale psychologie voort. Deze tak kijkt naar de invloed
van de situatie en de manier waarop mensen gevormd worden door de interactie met anderen. Mensen
verschillen in welke mate zij beïnvloed worden door anderen. De persoonlijkheidspsychologie
bestudeert de gedachten, emoties en het gedrag van mensen en hoe die variëren in sociale situaties.
Ook ontwikkelde in de jaren 50 zich een humanistische benadering voor de behandeling van
psychologische stoornissen. Deze stroming richtte zich op hoe mensen zichzelf konden leren kennen
en accepteren om zo hun unieke potenties te bereiken.
Behaviorisme heeft uiteindelijk geleid tot vele behandelingen gericht op het aanpassen van het gedrag
in plaats van het richten op een onderliggend mentaal conflict. De cognitieve revolutie heeft ervoor
gezorgd dat men erkend dat gedachten een belangrijke rol spelen bij stoornissen. Ook het
nature/nature debat heeft invloed gehad. Men gelooft nu dat beide een rol spelen, hoewel sommige
stoornissen meer voorkomen in een bepaalde omgeving. Omgeving kan ook genen triggeren. Nurture
activeert dan nature. Sociale omgeving speelt ook een rol in of een bepaalde behandeling effect heeft
of niet.
, 1.3 What are the latest developments in psychology?
Er zijn drie factoren die een rol hebben gespeeld bij het verder begrijpen van psychologische
fenomenen:
- Brain chemistry
Men kwam erachter dat er veel meer substanties een belangrijke rol speelden in mentale
activiteiten en gedrag.
- Neuroscience
Met behulp van brain imaging methodes zoals (f)MRI kan gekeken worden naar de
hersenactiviteit.
- The human genome
Er is vooruitgang in het begrijpen van de basis van de genetische code. Er wordt gekeken
naar het effect van genen. Hieruit bleek ook dat vaak niet maar één gen verantwoordelijk
is voor gedrag, maar vaak de interactie tussen genen.
Het veld van de evolutionaire psychologie probeert mentale eigenschappen te verklaren als product
van natuurlijke selectie. Bepaalde functies worden dan gezien als adaptaties. Uit onderzoek blijkt dat
de mind ook adapteert. Sommige delen van de mind adapteren door culturele invloeden.
Voor mensen is een van de grootste adaptaties moeilijkheden in de omgang met andere mensen. De
interactie tussen mensen en groepen is vooral complex. Het leven in groepen zorgt voor cultuur, en
culturen verschillen en worden doorgegeven. Cultuur speelt ook een rol in oe mensen kijken naar de
wereld en denken over de wereld, en dit kan verschillen per cultuur. Cultuur vormt overtuigingen en
waarden. Culturele regels zijn normen.
Mind en gedrag worden op verschillende levels geanalyseerd.
Biologisch - Hersensystemen - Neuroanatomie,
- Neurochemie Dieronderzoek, brain
- Genetica imaging
- Neurotransmitters en
hormonen,
dieronderzoek,
drugsonderzoek
- Genetische
mechanismen,
erfelijkheid,
adoptie/tweelingstudies
Individueel - Individuele verschillen - Persoonlijkheid, sekse,
- Perceptie en cognitie leeftijd, zelfconcept
- Gedrag - Denken, keuzes
maken, taal, geheugen,
kijken, horen
- Acties, responses,
bewegingen
Sociaal - Interpersoonlijk gedrag - Groepen, relaties,
- Sociale cognitie overhalen, invloed,
werkplaatsen
- Attitudes, stereotypen,
percepties
Cultureel - Gedachten, acties, Normen, waarden,
gedrag (in overtuigingen, symbolen,
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper ppuucckk. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,99. Je zit daarna nergens aan vast.
Is Stuvia te vertrouwen?
4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)
Afgelopen 30 dagen zijn er 64438 samenvattingen verkocht
Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen