Overzicht leerdoelen en literatuur
AFPF in blok 2B: Kwaliteit van zorg
Hierin staan alle leerdoelen en literatuur van AFPF leerjaar 2B. Deze samenvatni is dan ook
iemaakt op basis van de leerdoelen van AFPF leerjaar 2B, studiejaar 2017-2018 van de opleidini
HBO-verpleeikunde Hoieschool Utrecht. Verder is er ook een overzicht tussen ieplaatst van de
medicate bij epilepsie, een duidelijk overzicht van de stappen bij het herstel van een botbreuk en de
verschillende vormen van shock. Tevens staan er aan het eind van iedere casus ook aantekeninien
bij van het hoorcolleie.
Inhoud
Casus 1 (week 2): Anne: Borderline, Acute cholecystts....................................................................2
Casus 2, deel 1 (week 3): Peter: Verstandelijke beperkini, Cruris fractuur........................................9
Casus 2, deel 2 (week 4): Peter: Ziekenhuisopname.........................................................................20
Casus 3, deel 1 (week 5): Simone en Bentley: Zwanierschap, bevallini, kraamperiode Secto........25
Casus 3, deel 2 (week 6): Simone en Bentley: Kindermishandelini..................................................31
Casus 4, deel 1 (week 7): mevrouw Terbeeke: Gemetastaseerde mammacarcinoom, Depressie bij
ouderen............................................................................................................................................35
Casus 4, deel 2 (week 8): mevrouw Terbeeke: Gemetastaseerde mammacarcinoom, Palliateve
zori, Epilepsie...................................................................................................................................38
Medicate bij epilepsie......................................................................................................................40
Stappen bij het herstel van een botbreuk........................................................................................42
Verschillende vormen van Shock......................................................................................................43
,Casus 1 (week 2): Anne: Borderline, Acute cholecystitis
AFPF onderwerpen: Peritonits, operate en anesthesie.
Uitleggen wat het doel is van preoperatee onderzoek en waaruit dit bestaat
Het doel van preoperatef onderzoek is het zo optmaal en veilii moielijk laten verlopen van de anesthesie bij
de voorienomen inireep. Het wordt verricht om de condite van de patint en het anesthesierisico vast te
stellen.
Het preoperatef onderzoek bestaat uit een anamnese, lichamelijk onderzoek, eventueel aanvullend onderzoek
en uit voorlichtni over de operate.
De aandachtspunten van de anamnese bij het preoperateve onderzoek benoemen
Bij de anamnese wordt er ievraaid naar bestaande ziekten en aanieboren afwijkinien. Vooral wordt er
aandacht besteed aan het hart- en vaatstelsel, de lonien, de luchtweien en stollinisproblemen. In verband
met moielijke ieneesmiddeleninteractes wordt ievraaid naar roken, medicijniebruik, alcohol en druis. Er
wordt ievraaid naar alleriiein. Ook wordt er ievraaid naar inspanninistolerante. Tot slot wordt er ook
aandacht besteed aan eerdere anesthesie en aan vreemde reactes op anesthesie in de familie.
Benoemen welke classifcate wordt gebruikt bij de risico-inschatng
De ASA-classifcate.
Uitleggen welke groepen patinten er aanvullend laboratoriumonderzoek krijgen bij het preoperateve
onderzoek
Aanvullend laboratoriumonderzoek wordt alleen noi op indicate iedaan.
Bij de voliende risicoiroepen wordt aanvullend laboratoriumonderzoek iedaan:
- Stollinisonderzoek bij patinten met stollinisstoornissen of iebruik van antstollinismiddelen
- Wanneer de kans bestaat dat de patint een bloedtransfusie moet krijien, wordt de bloediroep en de
resusfactor bepaald
- Een thoraxfoto wordt alleen iemaakt als uit de anamnese of het lichamelijk onderzoek verdenkini bestaat
op loniziekte, decompensato cordis of als de operate in de borstholte plaatsvindt
- Bij patinten boven de 60 jaar wordt meestal standaard een ECG iemaakt, omdat een hartnfarct ook
zonder symptomen kan komen
Verder wordt een ECG alleen verricht bij patinten met bijvoorbeeld hypertensie, DM,
kortademiiheid en oedeem aan de benen
Wanneer bij het onderzoek afwijkinien zijn ievonden, wordt iekeken of het wenselijk is de patint te laten
onderzoeken door een medisch specialist.
, De voorbereiding op de operate samenvaten
- Patint moet zich douchen of wassen
- Make-up, naiellak, piercinis, sierraden, iebitsprothesen en bril moeten af/verwijderd worden
- De patint moet ioed uit ieplast zijn
- Urineretente moet voorkomen worden door de verpleeikundiie
- 1 a 2 uur voor de operate krijit de patint zijn premedicate, daarna de operatekledini aan, hierna naar
het operatecomplex iebracht
Er is op de operatekamer een speciale luchtbehandelini. Er bestaat overdruk, zodat de lucht van de
operatekamer naar buiten in plaats van naar binnen wordt verplaatst als de deur openiaat. De lucht wordt
contnu iezuiverd.
De chiruri, arts-assistent en operatemedewerker zorien dat zij schone operatekledini aan hebben. Het haar
wordt bedekt met een operatemutsje, voor het betreken van de operatekamer wordt een mondkapje op
iedaan. Vervoliens starten zij met het wassen van de handen en de onderarmen. De steriele
operatehandschoenen worden aaniedaan en de operatejas wordt iesloten met hulp van de verpleeikundiie.
Als de patint op de operatekamer is, worden de ieievens van de patint iecontroleerd. Zo ook aan welke
zijde de patint ieopereerd wordt. De zijde waaraan ieopereerd wordt wordt afietekend door de chiruri. De
patint wordt aaniesloten aan de standaardbewakini: ECG, pulsoximeter en bloeddruk meter. De
uitianiswaarden worden vastiesteld.
Afankelijk van de inleidinistechniek wordt een intraveneuze toedieniniswei aanieleid. Het iebied waar de
operate iaat plaatsvinden wordt iedesinfecteerd, de rest van het lichaam van de patint wordt met steriele
doeken afiedekt.
Nu kan de inireep beiinnen. De anesthesist bevindt zich aan het hoofdeind van de patint. De chiruri opereert
samen met een assistent. Een tweede assistent houdt de operatewond open.
De aandachtspunten op de recovery benoemen bij algehele en regionale anesthesie
Aliehele anesthesie:
De recovery is de uitslaapkamer. Dit is de afdelini waar patinten maximaal 24 uur verzorid worden na de
operate. ((Lanier dan 24 uur zori nodii patint iaat naar de IC).
Meestal is de patint op de recovery tot de pijn en het bewustzijn onder controle is. Hierna iaat de patint
naar de verpleeiafdelini.
De patint wordt onder verantwoordelijkheid van de anesthesiolooi naar de recovery iebracht. Aandacht voor
ventlate is belanirijk, vaak krijit de patint meteen zuurstof toeiediend. Ook wordt de patint weer
aaniesloten aan de monitor. (ECG, bloeddruk, ademhalinisfrequente en zuurstofiehalte). Er wordt speciaal
ielet op de ademfrequente omdat bij het iebruik van opiaten ademhalinisdepressie kan optreden.
Wanneer het bewustzijn weer ioed is wordt de VAS afienomen. Hierbij wordt iekeken hoeveel pijn de patint
heef. Hierop wordt de pijnmedicate aaniepast.
Ook wordt vaak de Aldrete-score voor het bewustzijn
iebruikt. Hierbij zijn maximaal 10 punten te behalen, om
de recovery te verlaten moet de patint minimaal een 9
scoren.
Reiionale anesthesie:
Als de patint onder reiionale anesthesie is ieweest, dan
wordt er ielet of het ievoel in de benen weer teruikomt.
Er wordt iekeken naar de liiiini van de benen, zodat tjdii
beionnen kan worden met pijnbestrijdini als het ievoel
teruikomt.
, De belangrijkste redenen uitleggen om premedicate te geven
- Verminderen van anist
- Sedate
- Amnesie
- Verminderen van operateve pijn
- Verminderen van de kans op aspirate van zure maaiinhoud
De verschillende groepen geneesmiddelen die worden gebruikt als premedicate benoemen
- Benzodiazepinen: diazepam, lorazepam, midazolam
- Opiaten
- Antcholineriica: atropine, scopolamine
- Medicijnen ter verminderini van de kans op aspirate van zure maaiinhoud
De effecten van benzodiazepinen samenvaten
- Anistreducte
- Kalmerende werkini
- Amnesie: de herinnerini aan de inireep iaat verloren
- Ant-epileptsche eiienschappen
- Eniie spierverslappini
De operates en aandoeningen met een verhoogde kans op diepveneuze trombose benoemen
- Grote abdominale operates
- Orthopedische operates
- Hoie leefijd
- Vetzucht (obesitas)
- Spataderen (varicosis)
- Kwaadaardiie tumoren
- Voorieschiedenis met trombose
- Kraambed
- Trauma
- Hartnfarct, decompensato cordis
- Bypassoperates/ klepoperates
De tromboseproeylaxe benoemen
Voor onmiddellijke tromboseprofylaxe wordt iebruik iemaakt van een laai moleculair iewicht heparine
((LMWH). Voor een korte periode van profylaxe zijn orale antstollinismiddelen, niet ieschikt, omdat zij pas na
enkele daien efect hebben.
Voorbeelden van (LMWH:
- Nadroparine (fraxipirine)
- Daltepatne (fraimin)
- Tinzaparine (innohep)
- Enoxaparine (clexane)
Bij matie tromboserisico krijit de patint een tot twee uur voor de operate subcutaan (LMWH toeiediend,
ievolid door ’s ochtends iedurende vijf tot zeven daien na de operate of totdat de mobilisate is bereikt.
Bij een hooi risico (orthopedische operates) krijit de patint de avond voor de operate de (LMWH toeiediend,
daarna ’s avonds iedurende vijf tot zeven daien of tot vollediie mobilisate. Hierbij wordt de behandelini na
het ontslai in het ziekenhuis iedurende 6 weken tot 3 maanden voortiezet.
Als complicates van (LMWH kunnen bloedinien in het operateiebied of op de injecteplaats voorkomen.