Benieuwd om eens op een andere manier te leren studeren?
Sinds ik mijn eigen 'mindmaps' maak gaat het studeren veel vlotter en heb ik er meer voldoening van!
Het is niet de spin-achtige mindmap die je in gedachten hebt maar een alternatieve manier van mindmapping. Je brein kan geen overzicht vor...
SAMENVATTING NEUROPSYCHOLOGIE
INHOUD COLLEGE 1: INTRODUCTIE
0. INTRODUCTIE
1. CENTRAAL ZENUWSTELSEL DUALISME VAN DESCARTES
2. METHODEN res cogitans = geest + res extensa = lichaam
→ deze communiceren via de pijnappelklier in de hersenen
3. HEMISFERISCHE SPECIALISATIE
→deze veronderstelling dat er een strikte scheiding is lichaam – geest is fout (geest komt voort uit het lichaam)
4. OBJECTHERKENNING
5. SPATIALE COGNITIE
neuropsychologie = probeert lichaam en geest samen te onderzoeken en verklaringen zoeken voor mentale
6. AANDACHT functies en hoe deze geïmplementeerd zijn in de hersenen →ze vertrekken vanuit het brein en zoeken de
7. GEHEUGEN mentale functies die waargenomen worden door dat deel van het brein
8. EXECUTIEVE FUNCTIES (cognitieve) neurowetenschappen = multi-disciplinaire term omdat het veel omvat (psychologie, anatomie,
9. ONTWIKKELING EN fysiologie, neurologie, statistiek, computerwetenschappen (bieden een model om hersenen mee te
PLASTICITEIT vergelijken), filosofie..)
10. CAPITA SELECTA multi -method benadering = convergerende benadering
doordat de sterktes van de ene methode de zwaktes van de
multi – populatie multi – level andere opvangen (single-cell recording, functionele
- mens -dier functioneel niveau (het geheugen heeft als functies, encoderen, beeldvorming (PET, fMRRI, EEG/ERP, MEG),letselstudies
- single case – opslaan en oproepen van informatie) → neuraal niveau
groep (patiënten, TMS), gedragsstudies )
neuraal niveau (hippocampus..) → functioneel niveau
- gezond -
hersenschade integratie en wederkerende niveaus
, COLLEGE 1: CENTRAAL ZENUWSTELSEL
CHAPTER 1: INTRODUCTION TO THE NERVOUS SYSTEM
anterieur en posterieur/ rostraal (snavel) en caudaal (staart) → voorkant en achterkant
superieur en inferieur/ dorsaal (rug) en ventraal (buik) → vroeger werd onderzoek bij katten
en ratten gedaan en de rug zit boven en de buik zit onder
mediaal (naar midden toe) en lateraal (naar buiten toe)
termen niet enkel in absolute maar ook in relatieve zin (dorsolaterale prefrontale cortex)
van 3d naar 2d door sneden te nemen van de hersenen
sagittaal = snede in de lengte
- je kan maar één hemisfeer bekijken
coronaal
- je kan wel twee hemisferen zien
- vlekken zijn activatie in de hersenen
- duidelijk cerebellum en hemisferen zichtbaar
horizontaal = dwarssnede
- ook transversale snede genoemd
als je activiteit globaler wil tonen dan moet je de activiteit gaan renderen/projecteren, nadeel
is dat je bepaalde activiteiten niet goed kan zien( hoe ver uitgestrekt in de sulci..) → groeven
eruit trekken door hersenen softwarematig op te blazen (inflated brains)
volgende stap die we maken is flatmaps = systematisch van de inflated brain uitplooien op
een flatmap en dan kunnen we de tussenliggende activiteit beter zien en zien we dingen die
verscholen zaten
nadeel is dat we enkel de buitenkant van de hersenschors zien
,HET ZENUWSTELSEL
stelsel van zenuwen, hersencellen, neuronen
bouwstenen zijn neuronen
globaal functioneren van organismen = er komt input binnen
→ inputverwerking → output/handeling
zelfs in individueel neuron (kleinste bouwsteen) vinden we dit
principe terug in hoe een neuron gebouwd is: dendrieten
(input) → cellichaam (inputverwerking) → axonen (output)
VERSCHILLENDE SOORTEN NEURONEN
A) sensorische neuronen
- eenvoudige dendrieten en axonen
- info van zintuigen naar hersenen: één op één doorsturen
B) motorneuronen
- complexe dendritische boom
- eenvoudig direct axon
- informatie van zintuigen moet samenkomen en een
effector gaan aansturen
C) interneuronen
- complexe dendritische boom
- complex axiaal einde
,HOE COMMUNICEREN NEURONEN: ACTIEPOTENTIAAL
door elektrochemisch proces (elektriciteit – chemie – elektriciteit)
- binnen neuronen elektrisch proces van - → + → -
- tussen de neuronen een chemisch proces van neurotransmitter doorgeven via
synaptische kloof
proces van actiepotentiaal gaat in één milliseconde:
1. een neuron is in rust negatief (-70mv) geladen = rustpotentiaal
2. als de dendrieten van het neuron via axonen van andere neuronen geprikkeld
worden dan komen er positieve deeltjes binnen en wordt neuron minder
negatief
3. als een treshhold overschreden is dan stroomt na+ massaal binnen =
depolarisatie
4. tot op het moment dat k+ naar buiten gepompt wordt en er meer k+ naar
buiten gaat dan dat er na+ instroomt = repolarisatie
,HET CENTRAAL grijze stof = cellichamen
ZENUWSTELSEL witte stof = myeline vetsubstraat
hersenen rond de axonen
CZS is heel goed beschermd met wit en grijs zitten mooi
een schedel en een afgezonderd van elkaar
wervelkolom ventraal: motorisch (info
cerebrospinaal vocht zorgt voor hersenen-spieren)
afstand tussen de hersenen + dorsaal: sensorisch (info
voedingsstoffen en buffering hersenen-zintuigen)
van schokken (elasticiteit)
→ artsen kunnen zo heel snel
ruggenmerg zeggen waar in het ruggenmerg
zenuwbanen worden op een er een probleem is
systematische manier verdeeld →geen gevoel meer: dorsaal
info die hoog moet zijn in het → motorisch probleem
lichaam gaat hoog in de (verlamming): ventraal
wervelkolom in en uitgaan en
onderste delen laag in de →geen gevoel + geen beweging:
wervelkolom = boven- onder globaal probleem
structuur ifv lichaam →waar op het ruggenmerg een
letsel is kunnen we zien aan welk
centraal zenuwstelsel lichaamsdeel er ‘kapot’ is
dermatomen = banden van
delen van het lichaam die op info gaat van zintuigen naar hersenen en van hersenen naar effectoren via
dezelfde plek het ruggenmerg ruggenmerg
binnengaan (C6/L2…)
perifeer zenuwstelsel
autonoom: onbewust, van organen naar hersenen en omgekeerd, onwillekeurig
cervicaal (nek), thoracaal
somatisch: bewust, van spieren naar hersenen en omgekeerd, willekeurig
(romp), lumbaal (onderrug),
sacraal (staartbeen)
,HERSENDELEN
,HERSENEN: HERSENDELEN 2. pons
ruggenmerg → hersenstam → diëncefalon → cerebellum →
- doorschakelstation/brug
groot hersenen (wat wij als hersenen zien)
cerebellum – grote
1. medulla (hersenstam) hersenen
- mentaal doet die niet veel (communicatie)
- doorschakelstation - superior olive (station in
auditieve verwerking)
- bevat de cellichamen van craniale zenuwen (zenuwen
die hersenen verbinden met sensorisch en motorische - locus coeruleus:
zenuwen) noradrenaline productie
(NT) die andere delen
- we hebben 12 craniale zenuwen: olfactorisch (I) geur, van de hersenen
optisch (II) visuele info, III, IV en VI oogknipperingen, beïnvloedt via
oogscherpstellingen… noradrinerge pathways
- X (nervus vagus) verbindt inwendige organen met (blauw)
hersenen: door zijn aanwezigheid is de medulla een
heel kwetsbare structuur want als het wegvalt kunnen - functies: globale gedragsregulatie
de hersenen de inwendige organen niet meer (neurotransmittersystemen hebben een meer globale rol
aansturen met fatale gevolgen en neuronen meer specifieke rol) + stress + paniekreacties
+ fight or flightresponsen
- een zwelling in de schedel kan de medulla platdrukken
met grote gevolgen - trade off exploreren – exploiteren: organisme in
rusttoestand voelt zich in de mogelijkheid om de toestand
- gebruikt als behandeling in de neurologische kliniek: te exploiteren en aan te houden en na een tijd ga je
nervus vagus stimuleren omdat je daarmee zware exploreren en naar een andere toestand willen komen
epilepsie en zware angststoornissen kan behandelen
- piepkleine structuur die recent in beeld gebracht is (fMRI)
- comateuze patiënt waarbij nervus vagus gestimuleerd
wordt en er meer activiteit te meten is
,4. cerebellum/ kleine hersenen 3. middenhersenen
- functie: vloeiendheid van bewegingen = coördinatie van posterieure kant: tectum
beweging
- tectum met sensorische functie
- kijken of er iets scheelt aan cerebellum:
- tectum: superieure (visuele input) +
patiënt moet zijn neus aanraken
inferieure colliculi (auditieve input)
- rol in timing (op juiste moment juiste
- vooral actief als iets onverwachts
beweging doen)
visueel/auditief gebeurt + triggeren een
- niet enkel motorisch maar ook mentale
oriëntatiereflex waardoor onze aandacht
processen :
gericht wordt op het onverwachte signaal
bij kinderen met developmental coordination
- het hele proces van reflexen wordt dus
disorder (DCD) (bal vangen, veter strikken..)
gestuurd door colliculi
hebben ook cognitieve problemen (mentale
rotatie) anterieure kant: tegmentum
- vergelijken met hersenen van miereneter
- ventraal tegmentaal gebied en substantia
(zeer traag dier) – rat (snel dier) bij
nigra
miereneter is cerebellum proportioneel veel
- dopamineproductie via dopaminerge
kleiner dan bij snelle rat → verschillen zien in
banen
manier waarop hersenen gebouwd zijn
- beloning gerelateerd + motoriek
(verschil in coördinatiesysteem)
- belangrijk voor executief/beslissingen
cerebellum construeert forward models van een beweging en nemen
cognitieve actie = wanneer je een handeling gaat doen gaat je - parkinson heeft hier een probleem mee
motorisch systeem moeten inschatten welke spieren nodig zijn en (dopamine tekort: trillen, verminderd
er moet onmiddellijke feedback zijn om te kunnen aanpassen van executief functioneren..)
de beweging: MAAR probleem dat feedback later komt → forward
reticulair activatiesysteem
model die al vooraf redeneert en verwachtingen/voorspellingen
maakt zodat we sneller kunnen corrigeren - gaat van de medulla – pons –
middenhersenen (niet op één plaats te
(reden waarom we onszelf niet kunnen kietelen omdat je situeren
cerebellum al op voorhand waarschuwt dat we kriebels gaan - bevat raphé nuclei die serotonine
voelen) produceert (regulatie gemoedstoestand,
slaap-waakcyclus, arousal..)
, 5. diencephalon
hypothalamus (hypo= onderkant)
- Regelt evenwicht
- homeostase: bevat interne meters die dingen in
het oog houden en systemen in gang zetten bij
onderkoeling/oververhitting (primitieve reacties
zoals rillen en cognitieve reacties zoals
verwarming opzetten)
- in gevaarsituaties fight or flightrespons
- seksueel gedrag via hormoonbalansen
6. basale ganglia thalamus
- geen één aanduidbaar deeltje doorschakelstation van sensorische info naar cortex
maar verschillende structuren en van cortex naar spieren
die samenwerken
laterale geniculate nucleus: deel visueel systeem
→ magnocellulaire laag (grote cellen): lichtgevoelig
- substantia nigra hangt samen
→ parvocellulaire laag (kleine cellen): kleurgevoelig
met putamen, caudate
→licht/ donker wordt hier al opgesplitst voordat het
nucleus.. allen dopaminerge
systemen (motoriek, executief in de grote hersenen terechtkomt (organisatie visuele
leren, beloningssysteem..) input + niet zomaar doorschakelen maar ook
- bij parkinson dopaminetekort voorbereidend werk)
- maar door basale ganglia te
stimuleren dopamineproductie mediaal geniculate nucleus: deel auditief systeem
weer opdrijven via deep brain
stimulation/ levodopa
(medicamenteus)
- moeilijk om de juiste dosering
te vinden
, 8. neocortex/cerebrum/grote hersenen/ cerebrale cortex
- verschillende lobben: occipitale, pariëtale, frontale, temporale lob
- centrale sulcus (tussen frontale – pariëtale lob) en laterale fissure
maken scheidingen duidelijker (breuklijn/fissuur)
- 80 miljard neuronen: 150 000 km aan dendrieten + axonen
- gemiddeld 16 cm
- weegt 1,4 kg
- longitudinale fissure: scheidt de twee hemisferen
- de hemisferen zijn geen kopieën de groeve lopen anders aan beide
kanten
- gyri (windingen) met daartussen de sulci (groeven)
7. Limbische systeem
systeem van sulci/groeven is door de evolutie tot stand gekomen
- Integratie van emotionele informatie (emotieregulatie)
- gevoelssysteem uit meerdere kernen - bij de rat nog weinig aanwezig want genoeg ruimte in de schedel
- thalamus als doorschakelstation van sensorische informatie (mogelijk voor hersenen
bedreigende stimuli moeten snel in het limbische systeem geraken) - bij de mens twee oplossingen: groter hoofd (maar problemen bij
- hypothalamus en amygdala: automatische angst signaleren bevalling) of hersenen wat frommelen om toch de groeiende
- hippocampus: geheugen speelt ook mee in reacties hersenen in dezelfde schedel te blijven passen
- (anterieure) cingulate cortex:
selectie van aangepaste cytoarchitectonische onderverdeling:
reacties als het toch nodig brodmann gebieden: hersenen
zou zijn insmeren met een bepaald kleurend
product (verschillende delen met
andere lagenverdeling kleuren
anders) + gebieden die anders
onderverdeeld zijn nummeren
zelfde cijfer = zelfde cyto -
architectonische samenstelling maar
wel variatie in de functies
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper ambervercruysse. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €9,99. Je zit daarna nergens aan vast.