Hoofdstuk 2. Het leven van het eigen leven.
Ieder mens leeft elke dag zijn eigen leven. Het meeste zit gewoon in je
,dagelijks ritme opgesloten. Maar wat zijn nu de belangrijke dingen in dat
leven van het eigen leven?
2.2 Zelfbeschikking.
Zelfbeschikking is volgens het Van Dale woordenboek het beschikken
over, kunnen/mogen bepalen van het eigen leven of lot. Hier wordt
autonomie ook wel voor gebruikt. Autonomie betekent dat jij bepaalt of je
iets wel of niet doet of denkt.
2.2.1 Competenties en perspectieven.
Voor het beschikken over het eigen lot of leven heb je bepaalde
competenties nodig. Competenties zijn een geïntegreerd geheel van
kennis en inzicht, vaardigheden en houding. Een belangrijke competentie
is communiceren of kenbaar maken dat je ergens behoefte aan hebt of
juist iets niet wilt. Communiceren is de basiscompetentie voor het
beschikken over eigen leven of lot. Naarmate mensen ouder worden, meer
dingen leren en ervaringen opdoen, wordt hun competentierepertoire
steeds uitgebreider. Dit gaat zowel om het aantal competenties als om het
feit dat de verschillende competenties elkaar versterken.
Mocht iemand in coma raken, dan is elke vorm van communicatie meestal
onmogelijk. Hier houdt de zelfbeschikking op. In dat geval wordt de
beschikking over lot of leven overgedragen aan de wettelijke
vertegenwoordiger van de betrefende persoon.
Naast de competenties van mensen, spelen hun perspectieven een
belangrijke rol bij de wijze waarop zij inhoud geven aan zelfbeschikking.
Een ander woord is zienswijze, hierbij gaat het om de manier waarop
iemand in de wereld staat en hoe diegene van daaruit naar dingen kijkt.
Een perspectief stuurt je keuzes om je leven op een bepaalde manier vorm
te geven.
2.2.2 Het recht op zelfbeschikking.
In de zorg- en welzijnssector wordt veel gesproken over en gewerkt vanuit
het recht op zelfbeschikking of autonomie. Het staat nergens letterlijk
beschreven in wetteksten. Het is een impliciet recht, hoewel het de laatste
jaren wel in toenemende mate in jurisprudentie wordt genoemd. Dit
betreft uitspraken van rechters waaruit blijkt hoe ze denken over de
toepassing van bepaalde wetten.
Het recht van zelfbeschikking kent de volgende dimensies:
1. De eigen normen en waarden van de burger of cliënt staan centraal.
2. Er is sprake van keuzevrijheid. Burgers moeten goed geïnformeerd
wrden om een weloverwogen beslissing te kunnen nemen.
3. Afweerrecht. Het uitgangspunt is dat een wilsbekwame en goed
geïnformeerde patiënt of cliënt het recht heeft een behandeling af te
wijzen en dat die weigering ten allen tijde moet worden gerespecteerd.
Of onder het recht op zelfbeschikking ook het recht op het beschikken
over het eigen streven valt, is regelmatig onderwerp van heftige discussie.
,2.3 Eigen kracht.
In dit boek wordt onder de term eigen kracht verstaan: het vermogen en
de macht hebben om over eigen lot of leven te beschikken. Enerzijds gaat
het om een persoonlijk vermogen, anderzijds om de situatie waarin
iemand zich bevindt en de wijze waarop diegene zich verhoudt tot deze
situatie, in zijn kracht of juist onmachtig. Er wordt gebruikgemaakt van
drie sferen van J. P. Kuiper:
1. Persoonlijke sfeer. Dit gaat om datgene wat kenmerkend is voor een
persoon. Het betreft het totaal aan vermogens waarmee een mens het
hier en nu moet doen.
In het geval van een zeer beperkte intelligentie, kun je waarschijnlijk niet
veel met het recht om eigen keuzes te maken in relatie tot het eigen lot of
leven. Er is dan een beperking in eigen kracht.
2. Situationele sfeer. Dit is het gedeelte van de individuele menselijke
wereld dat ook blijft bestaan wanneer het individu er niet meer is. Het
biedt het kader waarbinnen de vermogens kunnen worden ingezet. Een
belemmerende situationele sfeer kan een behoorlijk gevoel van onmacht
geven of onmachtig maken.
Ook je naasten, familie, vrienden, buren en kennissen bevinden zich in de
situationele sfeer. Deze maken een belangrijk deel uit van je eigen kracht,
of het vermogen om je leven te kunnen leven.
3. Interactionele sfeer. Hier vindt de interactie tussen de mens en zijn
wereld plaats. Ofwel, de interactie tussen de persoonlijke en situationele
sfeer. De interactie kenmerkt zich door het inzetten van de eigen
vermogens in relatie tot de situationele sfeer die van toepassing is.
Bijvoorbeeld als je besluit onverwachts op bezoek te gaan bij een vriendin.
Bovendien ga je binnen de interactionele sfeer de uitdaging aan met de
dingen die op je pad komen vanuit jouw situationele sfeer. Bijvoorbeeld
dat je vriendin bij aankomst meldt dat ze geen tijd voor je heeft.
2.4 Eigen regievoering.
Binnen de zorg- en welzijnssector wordt ook de term regie veel gebruikt.
Het is echter niet altijd direct duidelijk wie de regie heeft en waarover.
Bij eigen regievoering gaat het om het organiseren en/of coördineren van
het eigen leven gericht op een goed leven in eigen ogen.
Kerngedrag eigen regievoering. Het kerngedrag van eigen
regievoering is: keuzes maken. Het betreft allerlei dagelijkse keuzes, zoals
hoe laat sta ik op. Leidend beginsel bij het maken van keuzes is de
, bijdrage die het levert aan een goed leven in eigen ogen.
Voor het merendeel van de keuzes die we in ons leven maken zijn we ons
gelukkig nauwelijks bewust. Het zou vermoeiend zijn om de hele dag
bewust keuzes te maken.
Gedragingen eigen regievoering. Keuzes maken als kerngedrag
behoort tot de zogenoemde basale gedragingen van eigen regievoering.
De overige basale gedragingen zijn: initiatief nemen en
verantwoordelijkheid nemen voor de gemaakte keuze en het genomen
initiatief.
Behalve de basale gedragingen zijn er drie zogeheten versterkende
gedragingen van eigen regievoering van toepassing. Deze versterken als
het ware de basale gedragingen. Je wilt bijvoorbeeld een lekkere tosti
(keuze maken), je gaat naar de keuken om een tosti te maken (initiatief
nemen). De kaas blijkt echter op te zijn (weestand). Je kunt gaan kijken of
er nog ergens voorraad is (doorzetten). Je kunt ook bedenken: dan neem
ik maar alleen ham (alternatief zoeken). Bij nadere overdenking kun je
besluiten voortaan een voorraad kaas in huis te hebben (refecteren). Bij
refecteren gaat het om een nadere overdenking, een nadere overdenking
die in zijn kern is terug te voeren tot drie vragen:
1. Wat gebeurde er? (de kaas is op)
2. Waarom gebeurde er wat er gebeurde? (te weinig kaas gekocht)
3. Wat betekent dat voor de toekomst? (voortaan meer kaas halen)
Uiteindelijk levert dit twee mogelijke interactieve gedragingen van eigen
regievoering op. Vanuit je persoonlijke sfeer weet je de situatie binnen de
interactionele sfeer aan te passen of pas je je aan de situatie aan. In het
eerste geval kies je voor een alternatief, in het tweede geval zie je af van
je tosti. Aanpassen aan de situatie is onderdeel van de eigen regievoering.
Beïnvloedende factoren eigen regievoering. Eigen regievoering is
een doorlopend proces. Daarnaast zijn interne en externe beïnvloedende
factoren van invloed.
Interne beïnvloedende factoren behoren tot de persoonlijke sfeer. De
belangrijkste beïnvloedende factoren in relatie tot de zorg- en
welzijnssector zijn ziekte of beperkingen. Het gaat om de mate waarin
iemand hier zelf hinder van ondervindt. De invloed van de intern
beïnvloedende factoren op de eigen regievoering zijn sterk
persoonsgebonden.
Externe beïnvloedende factoren behoren tot de situationele interactionele
sfeer. De belangrijkste zijn informatie, reactie op actie en
omstandigheden.
Informatie en reactie op actie zijn meer onderdeel van de interactioneel
sfeer, terwijl omstandigheden meer bij de situationele sfeer horen. Om te
kunnen kiezen is informatie nodig. De wijze waarop gereageerd wordt op
iemand actie is van grote invloed op de keuzes die we maken.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper elinekloosterman. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.