Samenvatting natuurramnen en risi’sns
Emanuel Heinsbrsek 2554497
Csllege 1: Inleiding
Natuurrampen (Engels: Natural Hazard) is de interacte tussen menselijke kwetsbaarheid en
natuurlijke gebeurtenissen die tot verlies en ontregeling kunnen leiden.
Een ramp is een gevaarlijke gebeurtenis die plaatsvindt in een korte tjd in een afgebakend gebied.
De grote vorm van een ramp is een catastrofe, dit is een hele grote ramp die veel geld kost en een
lange tjd kost om van deze grote ramp te herstellen.
Er is ook nog iets als een technologische ramp, dit zijn niet gewenste negateve consequentes van
technologie. Denk hierbij aan klimaatverandering veroorzaakt door de mens. De grens tussen
natuurrampen en technologische rampen is vaak dun.
Ramnen ’sn’enten:
- Blootstelling (Engels: exposure): het geografsch samenvallen van menselijke bewoning en
investering met de ruimtelijke verspreiding van natuurlijke extremen. Wanneer er dus sprake
is van ‘exposure’ bij een land is je bevolking en je bezitngen ‘at risk’, en bewoon je als
bevolking dus een gevarenzone.
- Kwetsbaarheid (Engels: vulnerability): de mogelijkheid van een land/streek, groep of
gemeenschap om verliezen van een natuurramp op te vangen. Een goede vraag hierbij is
“hoe wordt dit gedefnieerd en gemeten?”
- Risico (Engels: Risk): de waarschijnlijkheid van een gebeurtenis, en het mogelijk verlies door
deze gebeurtenis. Hoe groter de kans normaal is, hoe kleiner de gebeurtenis en vice versa.
- Veerkracht: de capaciteit om een ramp te verwerken en ervan te herstellen. Dit kan je
individueel bekijken of collectef ligt voornamelijk aan welvaart.
1
, - Aanpassing: korte en lange termijn reactes op gevaar, deze worden beïnvloedt door
welvaart, politek en bestuur.
Natuurramnen management ’sn’enten:
- Voorbereid zijn op noodsituates: hierbij is het belangrijk om planning, personeel, procedures
en materiaal goed tot je beschikking te hebben. Op deze manier kan je verliezen door een
natuurrampen zo minimaal mogelijk maken.
- Noodsituate management: dit is de reacte(snelheid) wanneer een noodsituate zich
voordoet. Het herstel (Recovery) van infrastructuur en economie na een noodsituate kan
snel (korte termijn) of lang (lange termijn) zijn.
- Mitgate (mitgaton): inspanningen om de kwetsbaarheid te verminderen en de veerkracht
te vergroten (dit kost een lange tjd om dit goed op orde te krijgen).
Risico vs. Voordeel: je maakt altjd een risico vs. Voordeel berekening wat is het voordeel dat ik ga
wonen? Mogelijk antwoord: het is misschien een gevarenzone, maar het huis heef een lage prijs. Of
het feit dat er vruchtbare bodems te vinden zijn dicht in de buurt van vulkanen.
Niet elk land besteed veel geld in preventeve maatregelen voor noodsituates, het hangt er maar af
wanneer deze landen een investering in preventeve maatregelen voor noodsituates inefciciënt
vinden. Dit ligt ook deels aan de risico percepte, niet iedereen ervaart risico hetzelfde afankelijk
van leefijd, ervaring, persoonlijkheid, etc.
De grsste van gevaar:
De magnitude (ofwel intensiteit) geef aan hoe sterk de windsnelheid, waterhoogte of de kracht van
de aardbeving was. Verder is de frequente van een voorval ook belangrijk:
- Hoe vaak gebeurt de ramp?
- Wat is de kans dat een bepaalde ramp/catastrofe van een bepaalde magnitude plaats gaat
vinden?
Wat de vraag maakt Hoe vaak komt een bepaalde ramp/catastrofe van een bepaalde magnitude
voor?
Andere belangrijke factoren zijn:
- Duur
- Beginsnelheid
- Ruimtelijke verspreiding
- Spreiding in de tjd: zijn het gebeurtenissen die willekeurig van elkaar plaatsvinden, of zijn
het cyclische gebeurtenissen (komen terug bij…).
2
,Rampen kan je ook zien als extreem vormen van potenteel gevaar. Verder is 80% van de dodelijke
slachtofers veroorzaakt dssr 4 ramnen:
1. Aardbevingen
2. Tropische cyclonen
3. Overstromingen
4. Droogte
Meten en rannsrteren:
Rampen worden gerapporteerd door:
- Overheden: geven soms minder slachtofers op dan in werkelijkheid
- Media: zijn alleen belangrijk kort na de ramp voor ‘basisinfo’
- Verzekeringsmaatschappijen: zijn belangrijker dan de media (later college meer)
Er wordt in het rapport het aantal doden en het verlies in gebouwen en infrastructuur gegeven. Dit
wordt ook bijgehouden door organisates zoals de VN en het rode kruis.
Intensiteit wordt vaak simpel gegeven, zoals windkracht of magnitude van aardbevingen, zodat het
makkelijk begrijpbaar is voor mensen. Frequente daarentegen kan tegen intensiteit gemeten
worden, of in terugkeer interval of kans in een jaar.
Eigens’hannen van ramnen en trends:
- Atmosferische rampen komen het meest voor daarna aardbevingen
- Vulkaan uitbarstngen en bosbranden lijken vaak voor te komen, maar vergen weinig
slachtofers.
- Gevaarlijkste plekken op aarde zijn: uiterwaarden, kustgebieden en aardbevingsgebieden
Er is daarnaast een trend te vinden in het aantal rampen en de schade die deze maken, deze nemen
namelijk allebei toe.
De toename van het aantal rampen is pas sinds men goed is gaan tellen in de jaren ’60. De
aardbeving en tsunami van 2011 in Japan heef tot nu toe de meeste schade toegebracht, ongeveer
4,1% van het GDP van Japan. We verliezen dus steeds meer geld aan de herstelkosten van rampen,
ligt dit eraan dat we steeds kwetsbaarder worden als mensheid voor rampen? Er is nog steeds een
toename aan schadekosten wanneer er wordt gecorrigeerd voor trends, zoals infate, de waarde van
de dollar. Het aantal doden door rampen is niet toegenomen in het Westen.
Door te onderzoeken of de mensheid kwetsbaarder is geworden voor rampen, door te kijken naar
economische schade, zijn wetenschappers gaan kijken naar:
- Aantal doden per miljoen inwoners
- Verlies per investering (BNP)
Het is alsnog moeilijk om te bepalen wat het nou is.
Osrzaken vssr de tsename van ramnen:
- Bevolkingsgroei (vooral in gevaarlijke gebieden)
- Bodem misbruik
- Verstedelijking
- Ongelijkheid ( kwetsbaarheid centrumland periferie land)
- Klimaatsverandering
- Politek, VS heef minder sociale hulp
- Economische groei
- Technische innovate
- Globale afankelijkheid
3
, Zo wordt er steeds meer gebouwd in kustgebieden, is er sprake van relateve zeespiegelstjging en
blijf men opnieuw bouwen in risicogebieden.
Csllege 2: aardbevingen en tsunamins
De natuurramn aardbevingen:
Er zijn ongeveer 8 miljoen mensen gedood in het laatste millennium door aardbevingen, hiervan zijn
er 2 miljoen in de 20ste eeuw. Verder worden meer dan 40 landen bedreigd door destructeve
aardbevingen, daarnaast hebben meer dan 100 aardbevingen per jaar een magnitude van 6 of hoger
op de schaal van Richter.
Fa’tsren die aardbevingen versterken:
- Toenemende welvaart en concentrate in grote steden
- Slechte bouwschrifen of het slecht naleven van bouwschrifen
- In sommige gebieden is er geen aardbevingsgeschiedenis behouden.
- Je kan nog steeds geen aardbevingen voorspellen
Aardbevingen komen veel voor in de buurt van… zie afeelding:
Aardbevingen hebben alles te maken met tektonische omgevingen. Er zijn diverse plaatgrenzen in de
wereld te vinden:
- Spreidingsruggen (IJsland)
- Subductezones (ring van vuur)
- Transform breuken (San andreas breuk)
- Botsing (Gujurat)
Verder heb je ook meer aardbevingen bij intraplaten. Intraplaten houdt vulkanisme in dat midden in
een plaat plaatsvindt. Oorzaken voor een intraplaat zijn bijvoorbeeld hotspots en breuk gerelateerd.
Aardbevingen en nlaatektsniek:
- De meeste seismische energie is afomstg uit subductezones, namelijk meer dan 90% van
de energie van ondiepe bevingen is afomstg uit subductezones.
- Het sleutelmechanisme van subductezone bevingen is opschuivingen, dit in tegenstelling tot
passieve platen.
- Spreidingsruggen en subductezones worden beiden doorsneden door transforme breuken
(laterale bewegingen)
4