Samenvatting blok 1.2 Persoonlijkheidspsychologie
Probleem 2.1 Inner Drives
Psychoanalytische benadering/psychoanalyse : Sigmund Freud,
persoonlijkheidheidsontwikkeling is gebaseerd op onbewuste, conficten in het onbewuste
en psychoseksuele ontwikkeling.
Geest
Topographical model of mind (Freud), 3 delen van de geest:
1. Bewustzijn: gedachtes/gevoelens/gedragingen waar je je bewust van
bent
2. Pre-bewustzijn: geheugen/herinneringen buiten bewustzijn maar
waarvan je gemakkelijk bewust wordt
3. Onbewuste: verlangens/driften/schaamtevolle
ervaringen/angst/confict, geheel buiten bewustzijn (one-way mental gate)
Motivated unconsious: onbewuste gedachtes en gevoelens gaan eigen leven
leiden produceert bepaalde gedachte/gevoelens/gedragingen, denk aan
dromen, anxiety, slips (Bewuste processen worden gemotiveerd door unconsious)
Structuur van persoonlijkheid
Structural model of personality, persoonlijkheid heeft 3 aspecten/subsystemen
1. ID (IT, driften), reservoir van psychische energie
Bevat instinctieve, primitieve aspecten die de bron zijn van alle drives en
driften
Volgt Pleasure principle: Wil om alle behoeftes direct te bevredigen,
Gebruikt Primary process: Denken zonder logische/bewuste/realistische
redenering om spanning te verminderen. Vormen van onbewust plaatje van
een object of evenement om een behoefte te bevredigen die even
onbereikbaar is Wish fulfllment.
in onbewuste
2 soorten driften/drives,
1. Life/seksual instincts (Eros): overleven, reproduceren, pleasure.
Energie = Libido
2. Death instincts (Thanatos): zelf destructieve instincten, agressie
2. Ego (I, rationaliteit), uitvoerder van persoonlijkheid
2/3 jaar
Effectief uitdrukken van de driften van het ID in combinatie met de realiteit,
beperkt ID aan realiteit.
Volgt reality principle: rekening houden met interne driften en externe
realiteit, weegt risico/opties af en stelt bevrediging uit wanneer drift in confict
is met sociale en fysieke realiteit.
Gebruikt secondary process: Ontwikkelen van strategieën voor bevrediging,
behoefte matchen aan een mogelijk echt object/event voor bevrediging.
Gebruikt reality testing: nagaan of mentaal realistische plannen zouden
kunnen werken
immoreel
Bemiddelaar tussen ID en Superego
, Samenvatting blok 1.2 Persoonlijkheidspsychologie
Ego strenght : Vermogen van Ego te functioneren ondanks de tegenstrijdige
driften van het ID en de eisen van het superego. Een gezonde persoonlijkheid
kan dit goed balanceren
In (on)(pre)bewustzijn
3. Superego (Over I, moraliteit), verdediger van maatschappelijke normen/waarden/
idealen, je geweten
5 jaar
Internaliseert idealen, waarde en moraal van maatschappij door Introjection:
overnemen/opnemen van de waarde van ouders. Bijv. verkrijg liefde en vermijd
pijn.
Bevat
- ego ideal (streven) regels voor goed gedrag
- conscience (vermijden): regels die straffen/afkeuren schuldgevoelens
3 doelen,
1. ID impulsen voorkomen/onderdrukken die afgekeurd worden
2. Ego dwingen tot moraliteit i.p.v. rationaliteit (is hierdoor irrationeel)
3. streeft naar perfectie
In (on)(pre) bewustzijn
Catharsis: Vrijlaten/uiten van emotonele spanning. Niet bevredigen van drives bouwt spanning op die op een
gegeven moment niet meer tegengehouden kan worden. Bijv. agressie
Anxiety en verdedigingsmechanisme
Anxiety: waarschuwing voor het ego dat er iets slechts gaat gebeuren door een confict tussen
id/ego/superego. 3 soorten,
1. reality anxiety : Confict ego-externe wereld. Gevaren in de wereld, denk aan auto crash, overval
2. neuroti anxiety: Confict ego-Icd. Vrees dat de impulsen van het IcD out o control raken bang dat je
gestraft wordt, denk aan iets raars zeggen
3. moral anxiety: Confict ego-superego. )ngst door/voor het doen van iets dat de morele code schendt
schuldgevoel/schaamte, denk aan vreemdgaan
Defense meihanisms: Door ego ontwikkelde tacteken om anxiety tegen te gaan/ te vermijden (on)bewust
verdraaien/trans ormeren/ontkennen van de realiteit. 11 soorten,
1. repression: onderdrukken/blokkeren van anxiety veroorzakende gedachtes/gevoelens (oma is niet
overleden)
2. denial: Weigeren de waarheid/realiteit/ eit/ervaring te accepteren (drinkgedrag is niet
problematsch)
3. projeiton: Eigen onacceptabele impulsen toeschrijven aan een ander ( jij vind mij leuk)
4. ratonalisate: Vinden van een ratoneel excuus/reden voor iets dat je zonder acceptabele reden hebt
gedaan (ontslagen door collega)
5. displaiement: agressieve/seksuele impulsen voor iemand onacceptabel shiften naar een acceptabel
iemand (boos worden op partner ipv baas)
6. reaiton formaton: Verboden impulsen omzeten in tegenovergestelde uitngen (verlie d op baas
maar slecht praten over baas)
7. regression: Met fxates uit een psychoseksuele ase reageren op stress (kauwen op een pen)
8. sublimaton: Trans ormeren van een onacceptabele impuls in sociaal geaccepteerde actviteit
(agressie uiten bij kickboksen)
9. undoing: Icncorrecte gedragingen rechtzeten door iets goeds te doen (cadeau kopen voor kind)
, Samenvatting blok 1.2 Persoonlijkheidspsychologie
10. intelleitualizaton: Oncom ortabele gevoelens vermijden door te ocussen op eiten en logica,
emotonele aspecten worden genegeerd (alles leren over kanker)
11. isolaton: Herinnerring van emote scheiden, emotes ontkennen (verhaal vertellen zonder emote)
Psychoseksuele ontwikkeling
Psychoseksuele ontwikkeling: seksuele energie uiten in associate met een bepaald lichaamsdeel, enogenous
zones. Vastziten in een ase door confict en hier veel energie in steken Fixate
Fase Leeftijd Focus Ontwikkeling Fixatie
Oraal 0-1,5 Mond, 0-6 incorporateve ase: zuigen Roken, drinken,
lippen, tong 6-18 sadistsche ase: bijten, kauwen nagelbijten, eten,
verbaal agressie
)naal 1,5-3 )nus, Poty training, stra / alen: Rebels, slordig
stoelgang Expalsive traits Onthoudend,
Retentve traits ordelijk
Fallisch 3-6 Genitaliën Oedipus iomplex: mama hebben, vader Flirten met oudere
doden iastraton anxiety: angst voor mannen, macho
vader zorgt voor identfcate gedrag
Elektra iomplex/Penis envy: mama schuld
voor missen van penis, die met pa willen
delen identfcate met ma
Latente 6-12 X Rustge ase X
Genitaliën 12+ Genitaliën Seksuele volwassenheid bereiken (ideaal, X
geen eindpunt)
Onbewuste bereiken
Door,
Parapraxes: Foutjes die onbewuste moteven laten zien, denk aan versprekingen en ongelukjes.
Free assoiiaton: )lles zeggen wat je in je omgaat
Projecte technieken: Icnkblot test, thematc appercepton test (tat)
Hypnose
Dromen: -Manifest iontent: werkelijk plaatje, beeld
- Latent iontent: onbewuste gevoelens, wensen uit mani est content
Kritiek op Freud
Moeilijk te bewijzen/testen door ambigue concepten en meta oren
Zo vaag dat het tegendeel niet bewezen kan worden
Niet representate , zijn onderzoek is gedaan met een selecte, rijke groep Oostenrijkse vrouwen
Theorie is erg subjecte
Eindeloze theorie
)annamen worden als eiten benoemd