Samenvatting Derksen - Psychodiagnostiek: enkele structurele en
descriptieve aspecten
Hoofdstuk 7: Vragenlijstmethoden de MMPI-2
Via zelfevaluatie onderzoek naar psychische en psychosomatische symptomen en klachten, het in
kaart brengen van gestoorde persoonlijkheidstrekken en gedragsstijlen.
567 items - 50 schalen en subschalen - 9 klinische hoofdschalen: hypochondrie, depressie, hysterie,
psychopathische deviatie, mannelijkheid/vrouwelijkheid, paranoia, psychasthenie, schizofrenie,
hypomanie, sociale introversie.
De MMPI als instrument om symptomen te diagnosticeren was niet valide, maar vooral door
uitgebreid onderzoek is er nu een uniek instrument dat op eigen wijze diagnosticeert.
De MMPI was er 10 jaar voor de DSM. DSM komt uit de hoek van de biologische verklaring, de MMPI
is een psychodiagnostische methode uit de klinische psychologietraditie. Psychologische diagnose is
meer dan een DSM classificatie. Er is geprobeerd deze twee manieren van classificeren en
diagnosticeren te verbinden, maar het is onmogelijk dimensies en classificaties van afgebakende
ziektebeelden te verenigen. Daarnaast zou de psychologische diagnostiek de kloof tussen
classificatie een behandeling moeten opvullen, kan de MMPI dit ook?
Figuur 1 toont het gemiddelde profiel van Nederlandse delinquenten, gekenmerkt door de DSM
classificatie antisociale persoonlijkheidsstoornis.
Borderline patiënten worden doorgaans gekenmerkt doe het zogenaamde ‘ floating Profile’: hoge
scores of vooral de schalen F, 2, 4, 6, 7 en 8.
Andere persoonlijkheidsstoornissen laten een vergelijkbare verhoging zien. Bij de antisociale
persoonlijkheidsstoornis speelt schaal 4 een grote rol, dit legitimeert een meer uitgebreide beperking.
, Schaal 4 - psychopathische deviatie
Betere naam: desadaptieschaal → In gedrag (autoriteitsconflicten, antisociaal gedrag, acting out) of
emotioneel opzicht (vervreemdingsgevoelens, depersonalisatie) slecht aangepast aan de sociale
omgeving.
Kenmerken
- Justitie
- normale intelligentie
- relatief vrij van serieuze neurotische psychotische stoornissen
Items
- geneigdheid tot moeilijkheden
- gebrek en bezorgdheid of sociale en morele gedragsregels
- aanwezigheid van familieproblemen
- afwezigheid gevoel van tevredenheid met het bestaan
Score
T-waarde 75 of hoger slechte aanpassing aan sociale omstandigheden en intieme relatie, diffuse
beleving van de eigen identiteit en/of van de sociale identiteit, antisociaal
gedrag, moeilijkheden met justitie.
T-waarde 65- 74 opstandig naar autoriteiten, problemen met justitie, familiemoeilijkheden,
onderpresteren, zwakke arbeidsgeschiedenis, impulsief gedrag, zwak
beoordelingsvermogen, ongeduldige houding, neiging tot vijandigheid,
neiging zich verveelt te voelen, gevoelens van leegte en somberheid
T-waarde 55- 64 onconventionele houding, onrijpe en egocentrische
persoonlijkheidstrekken, oppervlakkige relatie, extraverte en energieke
gedragsstijl
Subschalen
- Pd1 → Familiaire onenigheid - tekortschieten in liefde, begrip en steun. het gezin is/was
kritisch en bood geen gepaste vrijheid en onafhankelijkheid.
- Pd2 → Autoriteitsproblemen - afkeer van normen en waarden van de maatschappij of
ouders, men heeft krachtige opvattingen over goed en fout en komt uit voor deze
overtuigingen. ( voorspellende waarde voor globale psychopathie en antisociaal gedrag)
- Pd3 → sociale onverstoorbaarheid - je op je gemak en vertrouwd voelen in sociale situaties,
sterke gevoelens hebben over dingen en het krachtig verdedigen van eigen opinies
- Pd4 → sociale vervreemding - men voelt zich vervreemd en geïsoleerd, Lijkt Niet te geloven
dat anderen en niet begrijpen.
- Pd5 → zelfvervreemding - men beschrijft zich als ongelukkig en voelt zich ongemakkelijk,
het dagelijks leven is niet aangenaam of interessant, er is eventueel rapportage van spijt en
schuld over dingen die ze in het verleden hebben gedaan.
Psychopaten en mensen met een antisociale persoonlijkheidsstoornis produceren vaak hoge scores,
maar dit zien we ook bij andere persoonlijkheidsstoornissen, zoals borderline door impulsieve acting
out gedrag.
Schaal 7 - Psychasthenie (nu OCD)
Problematische persoonlijkheidstrekken: obsessief zorgen maken, compressieve rituelen, overdreven
angsten.