15 sept
Hoorcollege ONVA
De centrale p[dracht van ONVA hoe het allemaal moet staat op blackboard onder de PowerPoint!
‘’gedragscode praktikgericht onderrzoek
voor het hbo’’ studieboek voor tentamen.
Onderrzoek, enkele begrippen:
- Data= gegevens die ie hebt verrzameld, ie kunt derze invoeren in bvb SPSS
- Datamatrix = een liist met riien (horirzontaal, van 1 persoon) en kolommen (vertcaal, van alle
proefpersonen op 1 item of variabele), bvb in SPSS
- Coderen = het toekennen van een ciifer aan een antwoord, bvb 0=iongen 1=meisie, kiik uit
bii negatef gestelde vragen her coderen
- Frequentetabel geef voor elke variabele weer hoe
vaak de daarbii behorende waarden voorkomen (hoeveel
iongens / meisies, hoeveel minuten lichaamsbeweging), ie
kunt controleren of de data goed rziin: invoer of
codeerfouten (andere gebruikte codeercodes), spreiding
van de scores, verdeling van de variabelen (de meeste
gegevens rziten bii gemiddelden).
- Normale verdeling de waarden van een variabele liggen
symmetrisch rond het midden.
- Onderrzoek= hoe pak ie iets aan
- Centrummaten= een centrum maat is een kern die aangeef rond welk getal de uitkomsten
liggen.
- Spreidingsmaten= geef aan hoe groot de afwiikingen rziin rondom de centrummaten.( Hoe
ver is het van het ene tot het andere uiterste?)
- Grafieken
- Figuren
- Meetniveau
De meetniveau ’s:
Het is belangriik om van te voren het meetniveau te bepalen, om te weten wat ie wel en niet mag
berekenen met de getallen waarmee ie de variabele uitdrukt.
- Nominaal: indelen op categorieën(woorden, ie kunt hier niet mee rekenen) (bvb haarkleur)
aangeven, hoeveel heb ik van alles. Hier kun ie geen gemiddelde berekenen, wel een modus
(tellen hoeveel er in een categorie rziten). Dichotome variabele een nominale variabele
die slechts twee waarden kan aannemen man/vrouw, wel/niet roken enrzovoort
Categorieën
Geen echte ciifers, alleen aantallen
Discrete getallen (gehele getallen)
- Ordinaal: categorieën met een rangorde (geven niet de verschillen en afstanden ten oprzichte
van elkaar aan), de waarden lopen op of af, hierbii kun ie ook de mediaan gebruiken.
Rekenen met de getallen is niet mogeliik.
1
, 15 sept
Categorieën, maar met rangorde (ie moet het ene hebben gehad om verder te
kunnen, rzwemdiploma’s, geheel mee oneens/ geheel mee eens enrzovoort)
Discrete getallen (gehele getallen)
- Scale (interval e rato): (kwanttateve variabelen)
Interval: geven een rangorde aan en de verschillen of afstand ten oprzichte van
elkaar. Er is geen 0 punt aanwerzig.
Voorbeeld is temperatuur, 30 graden is 10 graden warmer dan 20 graden, maar niet
2x rzo warm als 15 graden
rato (scale): dit rziin waardes waarbii ie een gemiddelde kan berekenen.
Gegevens met bepaalde ordening
Met vaste afstanden tussen de opeenvolgende schaalwaarden
Echte ciifers, kun ie rekenkundige bewerkingen mee uitvoeren
Contnue date: ciifers lopen door
Variabelen verschillen niet alleen in meetniveau maar ook in het aantal mogeliike waarden die rze
kunnen aannemen:
Contnu variabele variabele die iedere waarde kan aannemen, tot heel nauwkeurig, ook
tussenliggende waarden. (gewicht van een brood)
Discrete variabelen kunnen slechts bepaalde waarden aannemen, bvb geheel getal (aantal
inwoners), rzonder de tussenliggende waarden
Contnuïteitscorrecte het omrzeten van een bepaalde discrete grenswaarde in een geschikte
grenswaarde voor de contnue verdeling. Het gaat hierbii om een correcte van 0,5, dus alles tussen
de halve getallen wordt afgerond naar de hele discrete getallen.
Onafankeliike variabele het gegeven waarop ie de onderrzoekseenheden indeelt (oorrzaak) bvb
het biiwonen van de lessen rzorgt voor een goed resultaat bii tentamens, het biiwonen is dan de
onafankeliike variabele
Afankeliike variabele (gevolg) datgene wat ie wilt onderrzoeken. ‘’hoe ouder hoe wiirzer’’ hoe
wiirzer is hier de afankeliike variabele.
Een meetniveau geef aan op welke wiirze ie een bepaalde type data of variabele hebt gemeten (denk
aan de verschillende niveaus)
Je hebt een meetniveau nodig om te weten hoe ie ie data statstsch mag bewerken
Je hebt het nodig om te weten welk type grafiek ie mag gebruiken
Voorbeeld:
- Indelen op haarkleur, hierbij kun je alleen het nominale meetniveau gebruiken.
- Zwemdiploma’s: hierbij kun je nominaal meetniveau gebruiken want je kunt tellen hoe vaak
het voorkomt. Maar je kunt ook ordinaal gebruiken, want je kunt ook ordenen op een
rangorde. Diploma C is namelijk beter dan A
- Lengte van lichaam: hierbij kun je zowel nominaal, ordinaal als interval gebruiken.
Bii getallen kun ie ordenen omdat het ene hoger staat dan het anderen, niet meetbare verschillen
kun ie niet ordenen, rzoals haarkleur, blond is biivoorbeeld niet beter dan bruin.
2