Lean Six Sigma
Module 1:
Belt van laag naar hoog:
Yellow Belt --> Green Belt --> Black Belt --> Champion --> Master Black Belt --> CEO
Yellow Belt:
- Expert: klantgerichtheid
- Gevorderd: prestatiemanagement skills
- Basis: bedrijfskundig inzicht, computervaardigheden, interpersoonlijke skills, ervaring in
procesverbetering, statistische skills, statistische sofware skills, procesmanagement skills,
procesanalyse, probleemoplossing
Green Belt:
- Expert: klantgerichtheid, procesanalyse, probleemoplossing
- Gevorderd: interpersoonlijke skills, presentatie skills, procesmanagement skills,
prestatiemanagement skills, coaching skills
- Basis: bedrijfskundig inzicht, computervaardigheden, interpersoonlijke skills, ervaring in
procesverbetering, statistische skills, statistische sofware skills, training skills,
projectmanagement skills
Black Belt:
- Expert: klantgerichtheid, procesmanagement skills, proces analyse, probleemoplossing, ,
computervaardigheden, training skills, statistische sofware skills, projectmanagement skills,
interpersoonlijke skills, presentatie skills, prestatiemanagement skills
- Gevorderd: bedrijfskundig inzicht, ervaring in procesverbetering, statistische skills, coaching skills,
Six sigma tools kennis
De Yellow Belt kent de Lean Six Sigma verbetermethode en kent de belangrijkste tools & technieken die
toegepast kunnen worden om processen te verbeteren.
De Green Belt ondersteunt de Black Belt.
De Champion is lid van het MT-team.
De Master Black Belt traint en coacht de Black Belt en Green Belts.
, Module 2:
Lean Six Sigma is een proces verbetermethode. Deze methode bestaat uit de volgende stappen (DMAIC):
1. Defne: doelstelling formuleren (SMARTT)
2. Measure: meetplan maken
3. Analyse: knelpunten vaststellen
4. Improve: oplossingen bedenken
5. Control: verankeren van het nieuwe proces en de winsten vasthouden
Lean richt zich meer op doorlooptijd (fow) en efciency (verspilling reduceren).
Six Sigma richt meer op variatie reduceren (kwaliteit) en betrouwbaarheid.
Wat het optimale prestatieniveau (sigmaniveau) van een proces is, verschilt per type proces.
Bij Lean Management is er geen scheiding tussen denken en doen. Mensen op de werkvloer (gemba)
worden juist uitgedaagd om te denken over de inrichting en verbetering van hun processen.
Kenmerken Lean cultuur: waarden en normen.
Fundament Lean management: respect van cultuur.
De Pijlers van Lean Management zijn:
Waarde --> waardestroom --> fow --> pull --> verbetering
De 4M’s:
1. Mensen
2. Methode
3. Machines
4. Materiaal
Kaizen betekent continue verbetering. Dit is bedacht door Toyota.
- Toyota is de bedenker van Lean Management.
- De bedenker van Six Sigma is Motorola.
Toyota perfectioneerde Just in Time producte (ook bedenker).
De stappen die doorlopen worden bij een Kaizen lijken veel op de DMAIC-stappen. De eerste stap in
Kaizen is probleemdefnitie. De output van de probleemdefnitie is de probleembeschrijving en
doelstelling.
Push = maken en dan verbruiken
Pull (Kanban) = verbruiken en dan maken
Pull zorgt voor lage voorraden en fow.
Variate is het proces waarmee een dienst of product wordt geleverd. Het is er vrijwel altijd. Dat hoef ook
niet erg te zijn, zolang de variatie binnen bepaalde grenzen (limits) blijf. LSL (Lower Specifcation Limit) en
USL (Upper Specifcation Limit) geven de grenzen tussen goed en fout aan.
6σ is een kwaliteitsniveau. Het staat voor een foutenniveau gelijk aan 3,4 fouten op 1
miljoen mogelijkheden. Bij het bepalen van het sigma-niveau van een proces kijk je dus naar het aantal
fouten/defecten. Om het sigmaniveau te kunnen berekenen moet je de specifcation limits kennen EN
NIET DE CONTRTOL LIMITS.
De range: hoogste meting – laagste meting (Vb. 14 – 1 = 13 range)