Samenvatting Internationaal Privaatrecht
Hoorcollege 1A – 14 november 2023
Geschiedenis
Statutenleer
Eerste ontwikkeling door Italiaanse Statutisten: Aldricus, Accursius, Bartolus
- Vragen:
1. Kunnen eigen wetten worden toegepast op vreemdelingen?
2. Gelden eigen wetten ook buiten het grondgebied van de staat?
- Uitgangspunt: interne rechtsregel
- Indeling rechtsregels in klassen naar aard en strekking: contracten, delicten, goederen e.a.
Reikwijdte van de regel dus bepalen aan de hand van de inhoud van de regel
a. Statuta Personalia = gekoppeld aan de persoon
Hierbij moet je kijken naar (1) strekking (verbiedend/veroorlovend) en (2)
nadelig/voordelig in aanmerking nemen
Indien verbiedend/nadelig, dan volgt de wet de persoon niet buiten het gebied van de
wetgever.
BV: een wet die verbiedt dat dochters erven wanneer er zoons zijn. Die wet is
nadelig voor dochters. Deze wet volgt de dochter daarom niet buiten het gebied van
de wetgever.
- De Statutenleer heeft uitsluitend betrekking op de reikwijdte van het eigen recht.
Maar: daar waar het eigen recht geen toepassing verlangt, paste men dezelfde
conflictregels toe op vreemde statuten. – Statutisten lopen hierop vast!!!
- Amper aandacht voor de grondslag (waarom)
Verdere ontwikkeling Statutenleer door Franse Statutisten: Dumoulin, d’Argentré
- Hoofdonderscheiding in drie klassen:
a. Statuta Personalia = gekoppeld aan de persoon
b. Statuta Realia = gekoppeld aan het grondgebied
c. Statuta Mixta = gekoppeld aan de plaats van handelen
Ontwikkeling door Nederlandse Statutisten: P. Voet, J. Voet en Huber
- Huber: grondslag toepassing vreemd recht is Comitas = bindend volkenrecht
- Wetgeving heeft territoriale werking, maar staten dulden dat vreemd recht op hun territoir
geldt
Comitas zorgt dus voor een uitzondering op de territoriale werking van wetgeving
- De internationale rechtsplicht van een staat om vreemd recht op zijn territoir te accepteren,
vindt haar grens daar waar de belangen van deze staat/onderdanen door toepassing van dit
vreemde recht worden geschaad.
- Probleem statutistische methode: moet iedere keer vanuit eigen recht kijken welk recht van
toepassing is. Dat maakt deze methode lastig toepasbaar.
Ontwikkeling negentiende eeuw
- Codificatie in Algemene Bepalingen
- Midden 19e eeuw: totale omwenteling n.a.v. Von Savigny
Von Savigny
- Uitgangspunt: abstracte internationale rechtsverhouding
- Bij de abstracte rechtsverhouding het rechtsstelsel zoeken waarin die rechtsverhouding zijn
, zetel heeft, waar hij ‘thuishoort’ en waarmee hij het nauwst is verbonden.
- Bij het bepalen van het toepasselijke recht GEEN acht slaan op de concrete omstandigheden
van het geval
- Verwerping van Comitas uit Hollandse Statutenleer en de gedachte dat grondslag
conflictenrecht gelegen is in de afbakening van soevereine rechten van staten.
Grondslag = volkenrechtelijke gemeenschap van met elkaar interacterende landen
- Het conflictenrecht wordt van een afbakeningsrecht (Statutisten) een verwijzingsrecht met
aanknopingsfactoren
Statutisten – conflictenrecht is kwestie van afbakenen reikwijdte van wetten
Von Savigny – conflictenrecht is kwestie van verwijzen naar land waar de
rechtsverhouding het beste past
- Hoogste doel = beslissingsharmonie
Dit bereik je door [zoveel mogelijk] waarden, normen, rechtsinstituten en
rechtsbeginselen te delen
BV: NL en Duitsland hebben ongeveer hetzelfde idee wat een huwelijk is. In dat
geval werkt de theorie. Als dit niet het geval is, werkt de theorie niet.
Probleem in de praktijk: ieder land heeft haast eigen regels van IPR. Dit levert
hinkende rechtsverhoudingen op! Ook andere invulling van algemene leerstukken
(kwalificatie, voorvraag, renvoi, naherberechtigung en retorsie, etc.)
- Boek 10 BW is geschoeid op de leer van Von Savigny
Maar: zijn veel uitzonderingen op.
- Kenmerken conflictenrecht Von Savigny
1. Indirect
2. Neutraal
3. Abstract
T.o.v. concrete omstandigheden van het geval
Regelblindheid
- Structuur verwijzingsregels
Eigenlijk eerst nog een voorvraag
1. Verwijzingscategorie (onderwerp)
Ovk, OD, e.a.
2. Een regel met de aanknopingsfactor (norm)
Woonplaats eiser/verweerder, plaats gebeurtenis, nationaliteit, e.a.
3. Toepasselijke recht (gevolg)
- Homeward trend – NLse rechters zullen geneigd zijn om te proberen om de conflictenregel
buiten toepassing te laten
Wetgever heeft daarop ingegrepen met 10:2 BW
- Wat als de inhoud van het toepasselijke recht ons niet bevalt?
Kunt niet zomaar het als toepasselijk aangewezen recht buiten beschouwing laten,
tenzij onverenigbaar met de openbare orde (art. 10:6 BW)
Voorvraag:
- Afhankelijke of zelfstandige aanknoping?
Zelfstandige aanknoping = heersende leer in NL – art. 10:4 BW
Uitzonderingen – 10:19 BW
Onderwerp:
- Tot welke verwijzingscategorie wordt een bepaalde rechtsverhouding gerekend?
- Drie theorieën van kwalificatie
1. Lex Causae
Om te kwalificeren moet je rekening houden met het IPR van het aangewezen recht.
NLs IPR moet dan rekening houden met Frans IPR, want beslissingsharmonie.
Probleem: Stel nou dat Franse recht naar de schadebrengende persoon wijst, dan kun je
, weer in NL uitkomen. Er kan met deze theorie derhalve een cirkelredenering ontstaan,
waardoor je uiteindelijk nergens uitkomt.
2. Rechtsvergelijking
Rechter moet recht in NL en Frankrijk met elkaar vergelijken
Probleem: stel nou dat NLs recht iets kwalificeert als ovk, terwijl Frans recht het
kwalificeert als OD. Theorie werkt vanwege die onduidelijkheid niet.
3. Lex Fori – uitgangspunt in NL
In NL hebben we een eigen begrippenstelsel ontworpen voor het conflictenrecht, dat
erg dicht tegen ons eigen privaatrecht aanligt
Houden geen rekening met buitenlands IPR bij de kwalificatie!
Verordening en verdragen hanteren verordenings- verdragsautonome begrippen
Consumentenovereenkomst (Rome I), OD (Rome II).
Norm: ‘woonplaats’ in het conflictenrecht = gewone verblijfplaats
- Kijken naar alle aspecten in het leven van die persoon: duur verblijf, reden verblijf,
bedoelingen verblijf, vermogen in die staat, woonruimte in die staat, vriendenkring,
inschrijving huisarts, e.a. – Rb. N-H Nalatenschap X (2018)
Vaststellen waar iemand het permanente centrum van zijn belangen heeft gevestigd,
met de bedoeling daaraan een vast karakter te verlenen – Rb. N-H Nalatenschap X
- Invulling verschilt per conflictregel!
Norm: nationaliteit
- Problematisch: verwaterde nationaliteit; dubbele nationaliteit; geen nationaliteit;
vluchteling; meervoudig rechtsstelsel
Verwaterde nationaliteit
Realiteitstoets art. 10:8 BW
Dubbele nationaliteit
Per categorie aangegeven – BV: art. 10:11 en 10:19 BW
Geen nationaliteit – 10:16 BW
Vluchtelingen – 10:17 BW
Meervoudige rechtsstelsels – 10:15 BW
Renvoi (= terugverwijzing) / afstemming
- Heersende leer in NL = geen renvoi – 10:5 BW
Naherberechtigung en retorsie
- Art. 10:47 en 10:147 BW – soms verrekening/vergoeding mogelijk in geval van
voordeel/nadeel krachtens buitenlands IPR
- Buitenlands IPR heeft dus rechtsgevolg (erkenning), maar mogelijk correctie van resultaat
Openbare orde-exceptie – art. 10:6 BW
- Tegenwoordig in alle verdragen en verordeningen opgenomen
- Terughoudende toepassing
- Von Savigny kende deze exceptie ook
1. Buitengrenscriterium (inhoud) – absolute werking
Gaat om schending grondrechten, buitenlands recht blijft dan altijd buiten toepassing
Hof Den Haag 11 mei 2011 – Iraanse M en V. Echtscheidingsprocedure in NL
waarbij Iraans recht wordt toegepast. O.g.v. Iraans recht heeft V geen recht op
alimentatie indien V ongehoorzaam is geweest aan M. Die regel geldt enkel voor de
V en niet voor de M.
Vanwege de ongelijkheid tussen man en vrouw is regel i.s.m. grondrechten, dus
buitengrenscriterium. Openbare orde-exceptie van toepassing
2. Binnengrenscriterium (gevolgen) – relatieve werking
, Gaat niet om schending grondrechten, maar het bevalt ons ook niet helemaal
Buitenlands recht blijft dan buiten beschouwing als NLs recht bij de rechtsverhouding
betrokken is
Rb. Utrecht 21 januari 2009 – Polygaam huwelijk tussen Marokkaanse M en
NLse/Marokkaanse V2 gesloten in Marokko. V2 verzoekt in NL om echtscheiding.
Probleem: M heeft ook huwelijk met Marokkaanse V1. Geen strijd met
grondrechten, maar verzet openbare orde zich niet tegen erkenning tweede
huwelijk?
In beginsel kunnen polygame huwelijken worden erkend, maar als er werkelijk
strijd is met fundamentele beginselen van NLs huwelijksrecht en voldoende
betrokkenheid met NLse rechtssfeer, dan kan erkenning worden onthouden.
Voldoende betrokkenheid NLse rechtssfeer? V2 woont in NL en heeft NLse
nationaliteit, M is na huwelijk ook naar NL verhuisd. V1 woont ook in NL. NL
voldoende betrokken.
Naar NLs recht kun je niet met twee vrouwen tegelijk zijn getrouwd, dus rechter
erkent tweede huwelijk niet.
Rb. Den Haag 23 november 2009 – NLse M die in Kenia woont. Is in Kenia
getrouwd met V1 en V2. Tijdens huwelijk nooit in NL gewoond. Dochter van M en
V2 wil dat NLse rechter het huwelijk erkent, want dan verwerft D van rechtswege
de NLse nationaliteit
Geen strijd met grondrechten, maar verzet openbare orde zich niet tegen erkenning
tweede huwelijk?
Voldoende betrokkenheid NLse rechtssfeer? Huwelijk in Kenia gesloten, V1 en V2
Keniaanse nationaliteit. V1, V2 en M hebben tijdens huwelijk nooit in NL
gewoond. Enige connectie is nationaliteit M. Dit is onvoldoende om voldoende
betrokkenheid NLse rechtssfeer aan te nemen.
Openbare orde-exceptie n.v.t., dus tweede huwelijk moet worden erkend in NL.
- Als de openbare orde-exceptie wordt toegepast, welk recht moet je dan toepassen?
Marokkaanse echtscheiding – als de OO-exceptie van toepassing is, wordt Nederlands
recht op het geding toegepast
[logisch: o.g.v. Talaq zal een V naar Marokkaans recht bijvoorbeeld geen
echtscheiding kunnen bewerkstelligen]
- Openbare orde i.h.k.v. erkenning buitenlands vonnis
Hof Den Bosch 31 augustus 2021 – doelstellingen als bestraffing van de aansprakelijke
persoon horen thuis in het strafrecht. De toekenning van punitive damages is daarmee
in strijd met de Nederlandse openbare orde.
- Openbare orde in EU-verordeningen
Rb. Den Haag 17 november 2022 (MH17) – o.g.v. art. 4 lid 1 Rome II is bij OD van
toepassing het recht van het land waar de schade zich voordoet (lex loci damni), dus
Oekraïne.
Naar Oekraïens recht hebben nabestaanden recht op vergoeding van immateriële
schade. Huwelijkspartners van hetzelfde geslacht zijn hiervan uitgesloten.
Die uitsluiting naar Oekraïens recht zal o.g.v. art. 26 Rome II niet worden toegepast
wegens strijd met de Nederlandse openbare orde. Immers strijd met art. 1 EVRM
(verbod op discriminatie)
Grondslag verwijzingsregels
- Inhoud recht is niet van belang bij toepassing verwijzingsregel – ‘regelblindheid’
1. Beginsel van de nauwste betrokkenheid
Maar: soms is regelblinde verwijzing onwenselijk
2. Daarom ook beschermingsbeginsel geïntroduceerd.