52
Probleem 7: Midlife Crisis
Lachman - Development in Midlife
2004
Monograaf
Ervaringen van mensen op middelbare leeftijd zijn heel verschillend. Verschilt per persoon ivm geslacht, cohort, SES,
etniciteit, cultuur, regio, persoonlijkheid, burgerlijke staat, ouderschap, werk, en gezondheid.
Algemene moeilijkheden tijdens midlife --> generativiteit, zorgzaamheid, zorgen voor anderen.
Doel --> samenvatten van problemen tijdens midlife, framework voor ontwikkeling van midlife opzetten, overzicht
van bevindingen over midlife en richtingen voor vervolgonderzoek.
Er is weinig bekend over midlife, omdat mensen dachten dat het leven redelijk stabiel was en omdat ze moeilijk te
werven zijn voor onderzoek. Midlife duurt ongeveer 20-40 jaar.
• Demografische trends
Midlifers moeten vaak voor hun ouders én voor hun kinderen zorgen. Daarnaast worden ouderen steeds
ouder, hier moet veel voor gezorgd worden.
Babyboom generatie --> geboren tussen 1946 en 1964, grote groep dus meer competitie in banen
Kenmerk: behoefte om vast te houden aan jeugd en niet fysiek willen veranderen (botox etc.), maar niet
iedereen natuurlijk. Misschien verschil tussen vroege en late babyboomers?
• Fenomenologie
o Goal-georiënteerde mensen gebruiken midlife als tijd van reflectie. Meer bewustzijn over wat je nog
wil doen en dat tijd niet oneindig is. Ligt er ook aan hoe je naar het leven kijkt (glas halfvol of
halfleeg). Omdat je in het midden van je leven zit kan het impuls zijn voor verandering maar hoeft
geen crisis te zijn! Tijd van keuzes maken, over hoe je je tijd gaat indelen. Daarnaast kan je wake-up
calls krijgen door ongeluk/verlies/ziekte, nieuwe waardering voor het leven
o Subjectieve leeftijd --> vage grenzen, vaak rond 40-65 met marge van 10 jaar. Niet per se het midden
van het leven maar einde van midlife is wanneer ouderdom begint (afname van fysieke gezondheid).
Wanneer midlife? Kinderen uit huis, oma/opa worden, carrieredoelen bereikt, menopauze. Mensen
met lagere SES zitten eerder in midlife en komen er eerder uit, vanwege verschillen in sociale klasse.
o Verwachtingen --> klein percentage heeft midlife crisis. Midlife is ook geassocieerd met positieve
omschrijvingen. Midlife wordt als crisisperiode gezien vanwege problemen die dokters beschrijven
bij middelbaren, terwijl eigen rapportage juist ook een positief beeld heeft van midlife.
o Paradox of midlife, de een ziet het als piek en de ander als crisis
o Verschillende perspectieven --> (1) Midlife is een continuüm, geen piek en geen crisis. (2) Midlife is
niet voor iedereen hetzelfde maar individuele verschillen, de ene een piek en de ander een crisis. (3)
Sequentiële relaties tussen crisis en piek, crisis is nodig voor ontwikkeling. (4) mensen hebben
verschillende uitkomsten op verschillende domeinen, crisis op een domein maar op een ander
domein niet. !!! Longitudinale onderzoeken nodig vanwege deze variabiliteit.
o Opvallende dingen--> vaak problemen op gebied van geheugen/energie/baan/slaap. Veranderingen
in fysieke conditie/gezondheid/mentaal functioneren en ouder worden. Wel meer persoonlijke
controle en vrijheid, gesetteld zijn/financiële veiligheid/onafhankelijkheid als kinderen uit huis zijn.
Doelen vaak gericht op familie en toekomst. !!! Midlife heeft voor- en nadelen.
o Midlife crisis --> niet ondersteund door onderzoek. 26% van mensen ouder dan 40 ervaart een
midlife crisis. Is het uniek voor midlife? Oorzaken: angst voor de
dood/ziekte/scheiding/baanverlies/financiële problemen.
• Conceptueel framework
o Jung (1971), klassiek
, 53
• Doel van midlife is individuatie --> integratie van alle aspecten van de psyche? Is verschillend
voor mannen en vrouwen (anima en animus). Het is een groeiproces waarbij mens bewust
wordt van uniekheid tegenover andere mensen. Overgang naar midlife is moeilijk en bevat
andere doelen. Het niet kunnen omgaan met de psychologische en fysieke veranderingen
kunnen leiden tot een soort midlife crisis.
o Erikson (1963), klassiek
• Leven heeft 8 fases van psychosociale ontwikkeling, waarbij elke fase wordt gekenmerkt
door een conflict --> moet op positieve wijze worden opgelost om door te gaan naar
volgende fase (epigenetic theory?). Zo'n conflict bestaat inde vorm van een levenstaak die
volbracht moet worden.
• In midlife is het conflict: generativity versus stagnation -->
produceren/verzorgen/begeleiden van volgende generatie. Ontwikkeling in creativiteit en
geestelijkheid. Werk is cruciaal.
o Vaillant
• Opbouwend op Erikson's theorie --> 2 subfases in lange midlife periode.
▪ Voor generativity fase (na intimacy): tijd voor carrière versterking, en vervolg op
generativity fase (voor ego integrety): 'keepers of the meaning' (focus op overdracht
van waarden).
▪ Midlife is cultuur specifiek en wordt bepaald door biologische en
culturele/omgevingsinvloeden.
o Baltes --> Selective Optimization with Compensation (SOC) model
• 3-stappenplan dat draait om het minimaliseren van wat niet meer gaat en het
maximaliseren van wat wel nog gaat.
▪ Stap 1: Selectie --> kiezen van activiteiten waar je je op wil richten in je werk. Bewust
kiezen wat je niet wilt doen. Taken kiezen waar je energie van krijgt en stoppen met
activiteiten die onnodig veel energie kosten
▪ Stap 2: Optimalisatie --> het optimaliseren van de gekozen taken. Extra oefenen,
cursussen, extra inspanning voor topprestatie
▪ Stap 3: Compensatie --> alternatieve manieren om activiteiten uit te voeren. Vergt
creativiteit en inzet, wanneer het niet lukt om iets op de normale manier te doen.
• Succesvolle ontwikkeling betekent keuzes maken en aanpassingsstrategieën toepassen.
• Onderzoeken over midlife --> midlife heeft een piek voor functioneren in psychosociale competentie, en
veranderingen in persoonlijkheid en sociale competentie.
• Patronen van verandering
o Cognitief functioneren --> op sommige domeinen functioneren midlifers hetzelfde als
jongvolwassenen en op andere domeinen hetzelfde als ouderen. Impliciete kennis kan verbeteren,
maar snelheid van verwerking en werkgeheugen gaat achteruit. Het reguliere geheugen gaat pas
later achteruit en het verbale geheugen piekt in midlife.
o Persoonlijkheid en de zelf --> persoonlijkheid (OCEAN) van jongvolwassenen blijft stabiel voor de
rest van het leven, maar er is ook bewijs dat persoonlijkheid (vooral de zelf) kan veranderen. Volgens
Neugarten is de 50 jaar een belangrijk omkeerpunt in persoonlijkheid, waarbij meer introspectie en
reflectie komt kijken. Mensen met veel zelfbeheersing en controle kunnen beter omgaan met
uitdagingen van midlife. Jongvolwassenen en midlifers hebben sneller een overload aan stressoren
dan ouderen vooral als het gaat om financiële stressoren en kinderen. Midlifers kunnen copen met
stressoren a.d.h.v. assimilatie (primaire controle) en accommodatie (secundaire controle)
o Emotionele ontwikkeling --> midlifers lijken in affect meer op jongvolwassenen dan op ouderen.
Maritale status en educatie hebben hier invloed op. Daarnaast lijkt depressie af te nemen naarmate
de mens ouder wordt. Downward vergelijkingen en secundaire controle strategieën kunnen
beschermende factoren zijn.
o Sociale relaties --> midlifers herstructureren sociale rollen in familie en werk. Sommige hebben thuis
kinderen, andere kinderen zijn al uit huis en sommige midlifers zijn al opa en oma. Verandering in
relatie met ouders, voor ze gaan zorgen. Zowel betrokken bij jonge als bij oude mensen. Sociale
relaties kunnen voor tevredenheid zorgen maar ook voor stress.