Stellingen VGT Lente 2016
Zorg – gezond (15)
1. De aansturing van de fijne motoriek verloopt meer vanuit de motorische schors dan
vanuit de basale kernen.
Onjuist
2. Het wennen aan het tikken van de klok is eerder een vorm van perifere adaptatie dan
van centrale adaptatie.
Onjuist
perifere adaptatie = gewenning dat zich afspeelt in de zintuigcellen zelf. Bij
voortgezette zintuigprikkeling neemt de generatorpotentiaal af.
centrale adaptatie = impulsstroom beïnvloeden door er wel of geen aandacht aan te
besteden. Wel aandacht aan geven impulsstroom neemt toe. Geen aandacht aan
geven impulsstroom neemt af.
3. Na onderzoek blijkt het hemoglobinegehalte (Hb) van een volwassen man 7,2 te
bedragen.
Dit valt binnen de referentiewaarden.
Onjuist
Referentiewaarden voor volwassenen:
- mannen: 8,5-11 mmol/l;
- vrouwen: 7,5-10 mmol/l.
Referentiewaarden voor kinderen:
- 1 maand-6 jaar: 6,0-9,0 mmol/l;
- vanaf 6 jaar: 6,5-10,0 mmol/l.
4. In een ziekenhuis is in het transfusielaboratorium alleen nog bloed voorradig van
donoren met bloedgroep A+. Een afdeling verzoekt om bloed voor een ontvanger met
bloedgroep AB+.
De transfusielaborant zal eerder aangeven geschikt bloed op voorraad te
hebben dan dat hij zal aangeven bloed te moeten bestellen voor deze
ontvanger.
Juist
Type O– bloed wordt beschouwd als de “universele donor” omdat het bloed kan
worden toegediend aan mensen onafhankelijk van hun bloedgroep.
Type AB+ bloed wordt beschouwd als de “universele ontvanger” omdat mensen met
dit type bloed, alle andere bloedgroepen kunnen ontvangen. Hieronder staat
weergegeven welke bloedgroepen welk bloed kunnen ontvangen.
Ontvanger met bloedgroep A+ kan ontvangen: O-, O+, A+, A-
Ontvanger met bloedgroep A- kan ontvangen: O-, A-
Ontvanger met bloedgroep B+ kan ontvangen: O-, O+, B+, B-
Ontvanger met bloedgroep B- kan ontvangen: O-, B-
Ontvanger met bloedgroep AB+ kan ontvangen: O-, O+, A+, A-, B+, B-, AB+, AB-
Ontvanger met bloedgroep AB- kan ontvangen: O-, A-, B-, AB-
Ontvanger met bloedgroep O+ kan ontvangen: O-, O+
Ontvanger met bloedgroep O- kan ontvangen: O-
5. De eiwitten in onze voeding zijn eerder bedoeld voor de opbouw van spieren dan
voor het leveren van energie.
Juist
,6. Bij indutten overdag is er eerder sprake van de NREM-slaap dan van de REM-slaap.
Juist
Eén cyclus bestaat uit 5 fasen. Deze fasen worden onderscheiden door de mate van
hersenactiviteit en oogbeweging (Eye Movement).
Bij fase 1 t/m 4 is de oogbeweging langzaam. Deze fasen heten dan ook Non Rapid
Eye Movement (NREM). Alleen in de laatste fase is er snelle oogbeweging, Rapid
Eye Movement, vandaar de naam remslaap (ook wel droomslaap).
7. De uitwendige spildraai behoort eerder tot de uitdrijvingsfase van tot de
ontsluitingsfase.
Juist
8. Fysiologische icterus (geelzucht) bij een pasgeboren baby treedt in de meerderheid
der gevallen binnen 24 uur na de geboorte op.
Onjuist
Veel pasgeboren baby’s zien geel na de geboorte. Dit gebeurt vaak tussen de
tweede en de zevende dag.
9. Een groot regeneratievermogen is meer een kenmerk van epitheelweefsel dan van
kraakbeen.
Juist
Regeneratievermogen = herstellingsvermogen
10. Tijdens de puberteit is bij meisjes sprake van de telarche (ontwikkeling van
borstweefsel) en de menarche (eerste menstruatie).
In de meerderheid van de gevallen gaat de telarche vooraf aan de menarche.
Juist
11. Interactie van aspirine met andere medicatie zal eerder optreden in combinatie met
antibiotica dan in combinatie met anticogulantia.
Onjuist
12. Het omzetten van glycogeen in glucose is eerder een effect van glucagon dan van
insuline.
Juist
13. De nadelige invloed van de opkomst van elektronische speeltjes is meer te zien in de
taalontwikkeling van kinderen van in de motorische ontwikkeling van kinderen.
Juist
14. Ouders van kinderen in de puberteit verzuchten wel eens: “Ze zijn zo opstandig,
plannen niks en lijken niks zelfstandig te kunnen regelen. Ze hebben echt een
puberbrein.”
Het hersengebied waarnaar verwezen wordt is meer de pariëtaalkwab dan de
frontaalkwab.
Onjuist
Frontaalkwab: Ook voorhoofdskwab genoemd. Dit is de grootste van de vier
hersenkwabben en neemt eenderde deel van de totale hersenschors in beslag. Dit
deel van de hersenen wordt gezien als het meest geavanceerde deel,
verantwoordelijk voor het menselijke zelfbewustzijn.
, Het voorste gedeelte van de frontaalkwab is de prefrontale cortex. Dit deel ligt direct
achter het voorhoofd en is verantwoordelijk voor cognitieve, emotionele en
motivationele processen, zoals plannen, impulsbeheersing en doelgericht handelen.
Dit worden ook wel de executieve functies genoemd.
Pariëtaalkwab: Ook wandbeenkwab genoemd. Van opzij gezien: het aan de
achter/bovenzijde gelegen deel van de hersenschors. Dit deel van de schors is
betrokken bij zintuiglijke en cognitieve functies, zoals aandacht, ruimtelijk inzicht,
lezen en rekenen. Het voorste gedeelte van de pariëtaalkwab ontvangt zintuiglijke
informatie van de thalamus.
Achterhoofdskwab: Ook occipitaalkwab genoemd. Van opzij gezien: het aan de
achterzijde gelegen deel van de hersenschors. Dit is de kleinste hersenkwab, die
betrokken is bij het zien.
Slaapkwab / Temporaalkwab: De temporaalkwab of temporale kwabben liggen in de
hersenen net achter de oren. Ze zijn gelegen aan beide zijden van het hoofd. De
temporaalkwabben bevatten o.a. de auditieve cortex en werken nauw samen met de
hippocampus, die aan de voorkant van de temporaalkwabben ligt. Ook het centrum
van Wernicke, wat een belangrijke rol speelt bij het begrijpen van taal, ligt in de linker
temporaalkwab.
15. Uit onderzoek blijkt dat het overgrote deel van de mensen in onderstaande afbeelding
een driehoek ziet.
Dit verschijnsel is beter te verklaren met de gestaltpsychologie dan met het
behaviorisme.
Juist
De Gestalt-psychologie gaat er vanuit dat wij telkens ‘een totaalbeeld’ waarnemen,
waarbij het geheel méér is dan de som van de samenstellende delen.
Zorg - chronisch (10)
16. Verzadigde vetzuren werken het ontstaan van atherosclerose meer in de hand, dan
dat ze atherosclerose beperken.
Juist
Atherosclerose = slagaderverkalking
17. vervallen
Bij insomnia heeft men eerder last van overmatige slaperigheid dan van het niet in
slaap kunnen komen.
Juist
18. De bijwerking van ijzerpreparaten betreft eerder een laxerende werking dan een
obstiperende werking.
Onjuist
19. Een patiënt die een CVA (cerebro vasculair accident) heeft doorgemaakt, spreekt nog
vloeiend, maar inhoudelijk is wat hij vertelt nauwelijks te volgen.
Het is meer waarschijnlijk dat de schade in de hersenen in het gebied van
Broca ligt, dan in het gebied van Wernicke.
Onjuist
Gebied van Broca:
Ook (spraak)centrum van Broca genoemd. Een deel van de hersenschors dat, naast
het gebied van Wernicke, betrokken is bij taal. Het centrum van Broca zorgt in het
, bijzonder voor de spraak en ook voor het in stilte tegen zichzelf praten. Ook is het
gebied actief bij het denken aan, en uitvoeren van lichaamsbewegingen. Het
spraakcentrum van Broca is een onderdeel van de frontaalkwab, en bij
rechtshandigen ligt het vrijwel altijd op de linkerhersenhelft. Bij linkshandigen ligt het
in een minderheid van de gevallen op de rechterhersenhelft.
Een beschadiging van het spraakcentrum van Broca en de gebieden daaromheen
leidt tot afasie van Broca of motorische afasie. Deze mensen hebben moeite met het
begrijpen van grammatica en spontaan iets (na)zeggen.
Gebied van Wernicke:
Het gebied van Wernicke of het centrum van Wernicke is, naast het gebied van
Broca, betrokken bij taal. Het gebied van Wernicke is belangrijk om taal te begrijpen.
Als er beschadigingen optreden in dit gebied, kan de patiënt last hebben van dyslexie
of sensorische afasie. Sensorische afasie (of afasie van Wernicke) betekent dat er
een verstoord taalbegrip is; de patiënt begrijpt niet wat er wordt verteld en gebruikt
zelf vaak lange zinnen zonder inhoud. Het centrum van Wernicke ligt in de meeste
gevallen in de linker temporaalkwab.
20. Een patiënt heeft een bloedglucosewaarde van 3,2. Hij neemt een dextrosesnoepje
om deze snel weer te laten stijgen. Om de bloedglucosewaarde op langere termijn
niet opnieuw te laten zakken, zal de patiënt iets moeten nuttigen.
Deze patiënt kan hiervoor beter een glas fruitsap nuttigen, dan een volkoren
boterham.
Onjuist
21. Medicijnen kennen een ‘first pass effect’.
Dit betreft meer de eerste passage door de nieren dan door de lever.
Onjuist
Het first-pass-effect betekent de eerste leverpassage en vindt plaats wanneer een
geneesmiddel na opname in de darmen via de leverpoortader voor het eerst de lever
passeert.
22. In een MDO in een instelling voor verstandelijk gehandicapten wordt opgemerkt: “Ik
denk dat we voor deze bewonersgroep overwegend moeten uitgaan van de
lichaamsgebonden ordening van Timmers-Huijgens.”
Het is meer waarschijnlijk dat dit bewoners betreft met een diepe
verstandelijke beperking, dan bewoners met een lichte verstandelijke
beperking.
Juist
De lichaamsgebonden ervaringsordening (Is mijn lichaam veilig?)
Zolang een mens leeft geeft het lichaam informatie aan zichzelf over de veiligheid van
het fysieke bestaan in deze werkelijkheid. Die informatie wordt altijd hier en elk
moment gegeven. Is het lichaam veilig, dan sluit dat aan bij de overtuiging van de
werkelijkheid dat het zo hoort te zijn. En daardoor hebben kinderen (mensen) geen
erg in de werking van de lichaamsgebonden ervaringsordening zolang deze veiligheid
genereert. Is het lichaam niet veilig, dan komen er wensen in werking die zoeken
naar een zodanige verandering van de werkelijkheid dat het lichaam weer veiligheid
kan vinden. Daar moet een kind (mens) ofwel zelf voor zorgen of het heeft hulp van
de medemens, een ouder of leerkracht, nodig om de veiligheid te herstellen, of ten
minste daarmee bezig te zijn. Is die veiligheid niet te herstellen dan is er sprake van
een traumatische situatie, die veel lichaamsgebonden ‘antwoorden’ vraagt. De
lichaamsgebonden ervaringsordening geeft allereerst informatie over lust- of
onlustervaringen, en wanneer er sprake is van onlust is de reactie er altijd een van