100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Biologie van Dieren T2 H44 Excretie & Osmoregulatie €2,99   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Biologie van Dieren T2 H44 Excretie & Osmoregulatie

1 beoordeling
 46 keer bekeken  2 keer verkocht

Een uitgebreide samenvatting van het hoofdstuk 44 van het boek Campbell voor het vak Biologie van Dieren

Voorbeeld 2 van de 7  pagina's

  • Nee
  • H44
  • 13 december 2018
  • 7
  • 2017/2018
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (115)

1  beoordeling

review-writer-avatar

Door: 0959447 • 5 jaar geleden

avatar-seller
snouse
H44 ​Excretie & Osmoregulatie
p. 1027 t/m 1048


H44.1 Osmoregulatie
Osmoregulatie is het proces van het behouden van een bepaald concentratiegradiënt. In
veel dieren is dit nodig vanwege hun habitat. ​Osmolariteit​ is het aantal mol van een
oplossing per liter van de oplossing. Twee oplossingen met dezelfde osmolariteit noem je
isoösmotisch​, een oplossing die een hogere osmolariteit heeft noem je ​hyperosmotisch​ en
een oplossing die een lagere osmolariteit heeft noem je ​hypoösmotisch​. Water gaat van
hypoösmotisch ​naar ​hyperosmotisch​.
Habitats verschillend in osmolariteit. Zeewater heeft een hoge osmolariteit, zoet water een
lage osmolariteit en op het land een extreem lage osmolariteit. Dieren moet zich hieraan
aanpassen. Sommige dieren hebben dezelfde osmolariteit als hun omgeving:
Osmoconformer​. Sommige dieren hebben een andere osmolariteit: ​Osmoregulatoren​.
Daarnaast zijn er dieren die niet tegen grote veranderingen kunnen van osmolariteit. Dit
noem je ​stenohalines​. Dieren die hier wel tegen kunnen, zalm bijvoorbeeld (van zout naar
zoet water kunnen gaan) noem je ​euryhalines.​
Zeedieren zijn voornamelijk ​osmoconformers​. Echter zijn er ook een paar osmoregulatoren,
zoals de haai, waar twee strategieën voor zijn. Om met zo veel zout om te kunnen gaan
drinken deze vissen enorm veel water, filteren ze het met hun nieren en kieuwen en
verliezen ze veel door osmose. Haaien neemt het water gewoon om, maar komt dan dus in
contact met hoge hoeveelheden ​urea​. Hiervoor heeft een haai ​trimethylamine oxide​ (TMAO)
wat het giftige effect van urea ontkracht. Een haai is dus een osmoregulator, welke een veel
lagere zoutconcentratie heeft dan zijn omgeving, dus zou zout zijn lichaam in diffunderen.
Maar door de hoge osmolariteit van de haai, namelijk de concentratie van alles bij elkaar,
houden dat tegen. Hierdoor komt er langzaam water het lichaam in d.m.v. osmose en hoeft
de haai niet de drinken.
Zoetwaterdieren hebben de omgekeerde problemen van de zeedieren. Zoetwaterdieren zijn
hyperosmotisch​ en nemen dus veel water op door osmose. Hierdoor scheiden deze dieren
veel water weer uit door urine, en drinken ze nauwelijks. Daarnaast worden de verloren
zouten in de urine aangevuld door voedsel en opname via de kieuwen.
Zalm is dus een ​euryhaline​ dier. Een zalm kan de overgang van zout naar zoet, en
andersom overleven door te acclimatiseren. Hierdoor wordt er veel cortisol gesynthetiseerd
wat het aantal zout-uitscheidende cellen doet toenemen.
Dieren die normaal in water leven maar soms geen water hebben, of dieren die gewoon een
lange tijd zonder water kunnen, hebben hier adaptaties voor. Het beerdiertje bijvoorbeeld,
gaat in een soort comateuze staat wanneer hij nog maar 2% van zijn lichaamsvloeistof over
heeft en kan dit tientallen jaren overleven. Dit noem je ​anhydrobiose​ (leven zonder water).
Dieren op het land hebben vaak ook zulke adaptaties, vooral dieren in droge gebieden. Op
het land is water schaars en kan het verloren gaan op verschillende manieren zoals: urine,
uitwerpselen, via de huid, en via de gaswisseling organen. De adaptaties verschillen, zo
hebben de exoskeletten van insecten een wasachtig laagje en veel zoogdieren verhoornend

, epitheel wat ook verlies van water voorkomt. Dieren op het land behouden hun waterbalans
door te drinken, eten en het produceren van water d.m.v. metabolische processen.
Het behouden van een osmolariteitgradiënt kost energie. Door middel van actief transport
kan dit gradient behouden blijven.
In veel dieren wordt er gebruik gemaakt van transport epitheel, een of meerdere lagen
epitheel gespecialiseerd voor transport van oplossingen. Een voorbeeld hiervan is
bijvoorbeeld een zweetklier, tranen. ze staan vaak in direct contact met de buitenwereld




H44.2 Stikstof
Stikstof is een van meestvoorkomende de afvalstoffen van het lichaam. De vorm van de
stikstof als afval is ​ammonia ​(NH​3​). Dit is een zeer giftige stof omdat het kan interfereren met
de oxidatieve fosforylering. Dus moet dit een hele kleine concentraties afgevoerd worden, of
omgezet worden in een andere stof wat wel uitgescheiden kan worden. Zoals ​ureum​ of
urinezuur​. Echter kost het omzetten veel energie, maar het uitscheiden van ammonia kost
veel water. Hierdoor moet er een afweging gemaakt worden.


Ammonia meeste vissen ammonia is in het water minder gevaarlijk omdat het
meteen een hele lage concentratie is. Bespaart
energie, en water is er genoeg.

Ureum meeste Zoogdieren hebben te weinig water tot hun beschikking
zoogdieren om ammonia veilig uit te kunne scheiden. Het
omvormen van ammonia en CO​2 naar ​ ureum in de lever
is hiervoor het beste alternatief, waarvoor genoeg
energie is.

Urinezuur meeste reptielen Dit is de minst giftige van allemaal maar kost wel het
(en dus vogels) meeste energie. Deze heeft ook de minste water nodig.


Sommige amfibieen wisselen van methode. Kikkers
bijvoorbeeld scheiden als kikkervisje ammonia uit, maar
wanneer ze volwassen worden, wisselen naar ureum. De
bepalende factor voor de methode is vaak de
beschikbaarheid van water. Daarnaast is urinezuur een
goede oplossing voor reptielen omdat deze een
semipermeabel ei hebben. Zoogdieren hebben een
placenta en amfibieen hebben ook een permeabel
membraan waardoor alles netjes afgevoerd kan worden.
Dit kan niet in het reptiel ei. Urinezuur kan worden
opgeslagen in solide, onschadelijke vorm, wat vervolgens
achterblijft na het uitkomen van het ei.

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper snouse. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 83662 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€2,99  2x  verkocht
  • (1)
  Kopen