100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Werkgroep-uitwerkingen Internationaal Privaatrecht Week 1 t/m 7 €6,49   In winkelwagen

Antwoorden

Werkgroep-uitwerkingen Internationaal Privaatrecht Week 1 t/m 7

 26 keer bekeken  1 keer verkocht

Dit document bevat alle uitwerkingen van de werkgroep-opdrachten week 1 t/m 7 van het mastervak Internationaal Privaatrecht. Zie de bundel voor alle benodigde stof voor het tentamen: - samenvatting van alle voorgeschreven stof/literatuur week 1 t/m 7; - uitwerkingen van de werkgroep-opdrachten we...

[Meer zien]

Voorbeeld 4 van de 50  pagina's

  • 14 december 2018
  • 50
  • 2018/2019
  • Antwoorden
  • Onbekend
Alle documenten voor dit vak (35)
avatar-seller
kristel3108
Week 1 Inleiding en internationale bevoegdheid
Hiërarchie bronnen:
1. Verordeningen/Verdragen;
a. Richtlijnen.
2. Wetgeving;
3. Jurisprudentie;
4. Ongeschreven recht.

Te bestuderen ter voorbereiding van zowel discussiecollege (dinsdag) als werkgroep
(donderdag of vrijdag):
(NB een deel van de hieronder weergegeven materialen zijn reeds bestudeerd in het kader van
het vak NIBPR (UvA):

Strikwerda (11e dr.) nrs. 2 t/m 7
nrs. 9 t/m 13
nrs. 209 t/m 213
nrs. 231 t/m 252
nrs. 215 t/m 218


Wetseditie Verordening (EG) nr. 44/2001, Brussel I, artt. 1 t/m 31
Verordening (EU) nr. 1215/2012, Brussel I
herschikking, artt. 1 t/m 35
Verdrag van Lugano, PbEG 2009, L 147/5
Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering: artt. 1, 2, 6
t/m 14

Literatuurbundel week 1

1. G. van Calster, 'Internet en rechterlijke bevoegdheid onder het Brussel I-regime',
Computerrecht 2015/42.
2. E. Hennis, 'Haags Forumkeuzeverdrag in werking getreden, JutD 2015/148


Jurisprudentie-en wetgevingsbundel
Wetgeving
 Preambule Brussel I herschikking.
 Transponeringstabel EEX-verdrag / Brussel I.
 Transponeringstabel Brussel I / Brussel I herschikking.

Jurisprudentie
Art. 1, 2-41 Brussel I / art. , 4-6 Brussel I herschikking (materieel en formeel
toepassingsgebied)
 HvJ EU 17 november 2011, C-327/10, ECLI:EU:C:2011:745, Jur 2011, I-11543,
(Hypoteční banka v. Lindner), m.n. par. 27, 35.
 HvJ EU 11 april 2013, C-645/11, ECLI:EU:C:2013:228, (Land Berlin v Sapir e.a.) § 17 –
dictum – begrip burgerlijke en handelszaken, onverschuldigde betaling door
overheidslichaam, art. 6: nauwe band tussen vorderingen, verweerder met woonplaats in
derde staat.

Art. 5 sub 1 Brussel I / art. 7 lid 1 Brussel I herschikking (overeenkomsten, ook met name
relevant voor week 3)
 HvJ EG 3 mei 2007, C-386/05, ECLI:EU:C:2007:262 (Color Drack).


1

, HvJ EG 23 april 2009, C-533/07, ECLI:EU:C:2009:257, Jur. 2209, I-3327 (Falco
Privatstiftung en Thomas Rabitsch v. Gisela Weller-Lindhorst) § 1-2, 12-dictum –
verlening van licentie op intellectuele eigendomsrechten.
 HvJ EU 9 juli 2009, C-204/08, ECLI:EU:C:2009:439, Jur. 2009, I-6073 (Peter Rehder v
Air Baltic Corporation), § 19-21, 29-48 – Plaats van uitvoering van dienst, luchtvervoer.
 HvJ EU 25 februari 2010, C-381/08, ECLI:EU:C:2010:90, Jur. 2010, I-1255 (Car Trim),
§ 3-5; 27-dictum – zaken of diensten, plaats van levering.
 HvJ EU 11 maart 2010, C-19/09, ECLI:EU:C:2010:137, Jur. 2010, I-2121 (Wood Floor
Solutions) § 10-12, 20-dictum – Verrichting van diensten, agentuurovereenkomst,
uitvoering van overeenkomst in verschillende lidstaten.
 HvJ EU 9 juni 2011, C-87/10, ECLI:EU:C:2011:375, Jur. 2011, I-04987, (Electrosteel
Europe SA v Edil Centro SpA) § 1-2, 8-dictum – plaats van levering ‘volgens
overeenkomst’, Incoterms, contract met clausule ‘ex works’ / ‘overgave af fabriek’.
 HvJ EU 19 december 2013, C-9/12, ECLI:EU:C:2013:860, (Corman-Collins SA v La
Maison du Whisky) – kwalificatie concessieovereenkomst.
 HvJ EU 13 maart 2014, C-548/12, ECLI:EU:C:2014:148, (Brogsitter), Civielrechtelijke
aansprakelijkheidsvordering – Vordering uit overeenkomst of uit onrechtmatige daad.
 HvJ EU 10 september 2015, C-47/14, ECLI:EU:C:2015:574, (Holterman Ferho/Spies) -
Overeenkomst als directeur van een vennootschap – Beëindiging van de overeenkomst –
Gronden – Onbehoorlijke vervulling van de taak en onrechtmatig handelen – Vordering
strekkende tot verklaring voor recht en schadeloosstelling – Begrip 'individuele
verbintenis uit arbeidsovereenkomst’.


Art. 5 sub 3 Brussel I / art. 7 lid 2 Brussel I herschikking (onrechtmatige daad, met name
ook van belang voor week 5)
 HvJ EG 30 November 1976, C-21/76, ECLI:EU:1976:166, Jur. 1976, 01735 (Kalimijnen)
gedeelten uit ‘de feiten’ en ‘het recht’ – locus delicti: Handlungsort en Erfolgsort.
 HvJ EG 5 februari 2004, C-18/02, ECLI:EU:C:2003:482, Jur. 2004, I-1417 (DFDS
Torline Caledonia) § 1-2, 6-13, 19-dictum – vordering in rechte met betrekking tot
rechtmatigheid van een collectieve actie, locus delicti.
 HvJ EG 16 juli 2009, C-189/08, ECLI:EU:C:2009:475, Jur. 2009, I-6917 (Zuid-Chemie
BV v Philippo's Mineralenfabriek NV/SA) § 6-15; 23-31, dictum – Locus damni,
productaansprakelijkheid.
 HvJ EU 25 oktober 2011, gevoegde zaken C-509/09 en C-161/10, ECLI:EU:C:2011:685,
(eDate Advertising) § 1-2, 7-8; 15-18; 25-26; 37-68 – art. 5(3), locus damni en internet;
interactie tussen ipr regels en materieel recht lidstaat van herkomst op grond van ‘richtlijn
elektronische handel’.
 HvJ EU 19 april 2012, C-523/10, ECLI:EU:C:2012:220, (Wintersteiger AG tegen
Products 4U Sondermaschinenbau GmbH) § 1-2, 10-14, 17-dictum – Bepaling van plaats
waar schadebrengende feit zich heeft voorgedaan of zich kan voordoen - Gebruik door
adverteerder van trefwoord dat identiek is aan in andere lidstaat ingeschreven merk.
 HvJ EU 25 oktober 2012, C-133/11, ECLI:EU:C:2012:664, (Folien Fischer AG en
Fofitec AG tegen Ritrama SpA) § 1-2, 13-21, 29-dictum – ‘negative Feststellungsklage’:
vordering tot verkrijging van een negatieve verklaring voor recht.
 HvJ EU 16 januari 2014, C-45/13, ECLI:EU:C:2014:7, (Kainz v. Pantherwerke AG)
vanaf para 23, Uitlegging van begrip ‘plaats waar het schadebrengende feit zich heeft
voorgedaan of zich kan voordoen’ – Plaats van de schadeveroorzakende gebeurtenis”
 HvJ EU 22 januari 2015, C-441/13, ECLI:EU:C:2015:28 (Hejduk) § 10-38, dictum –
plaats waar schade is ingetreden ingeval schending van gewaarborgde auteursrechten en
naburige rechten
 HvJ EU 28 januari 2015, C-375/13, ECLI:EU:C:2015:37, (Kolassa) vanaf para 12 - in
een lidstaat wonende consument die door een in een andere lidstaat gevestigde bank



2

, uitgegeven effecten van een in een derde lidstaat gevestigde tussenpersoon heeft
verworven – bevoegdheid voor vorderingen tegen de bank die deze effecten heeft
uitgegeven
 HvJ EU 21 mei 2015, C-352/13, ECLI:EU:C:2015:335, (CDC), geheel.
 HvJ EU 16 juni 2016, C-12/15, ECLI:EU:C:2016:449, (Universal Music), vanaf para 7
 HvJ EU 17 oktober 2017, C-194/16, ECLI:EU:C:2017:766, (Bolagsupplysningen).
 HvJ EU 5 juli 2018, C-27/17, ECLI:EU:C:2018:533, (flyLAL).


Opgaven ter voorbereiding van de werkgroep (donderdag of vrijdag)


A. Aard en doel van het IPR

Lees
HvJ EU 25 oktober 2011 (eDate) en HvJ EG 30 november 1976 (Kalimijnen)
Beantwoord vervolgens de volgende vragen:
- Wat waren de feiten in deze casus?
- Waarom is in deze gevallen sprake van IPR zaken?
- Wat waren de respectievelijke vorderingen van de eisers?
- Welke complicaties rijzen ten gevolge van het internationale karakter van de zaken?
Beperk u niet tot onderwerpen die zijn opgeworpen voor de respectievelijke rechters
maar tracht alle mogelijke complicaties in kaart te brengen.
- Welk onderdeel van het IPR regelt elk van deze complicaties?

Antwoord
HvJ EG Kalimijnen: In Frankrijk werden er bepaalde vloeistoffen in de Rijn gedumpt wat
leidde tot verontreiniging in Nederland. Eiser in Nederland. Verweerder in Frankrijk.
Privaatrechtelijk want het ging om een onrechtmatige daad. IPR-vraag: Welke rechter is hier
bevoegd volgens het bevoegdheidsrecht?

HvJ EU eDate: Eiser in Duitsland. Verweerder (eDate) in Oostenrijk. eDate had informatie over
eiser op het internet geplaatst. Eiser vorderde het stoppen van publicatie en schadevergoeding
op grond van onrechtmatige daad dan wel privacy schending. IPR-vraag: Welke rechter is hier
bevoegd volgens het bevoegdheidsrecht?

Andere mogelijke IPR-vragen:
- Als je al een bevoegde rechter hebt, naar welk recht gaat deze rechter dan de casus
beoordelen?
o Toepasselijkheidsvraag.
o Dat recht moet worden toegepast dat het nauwst met de casus is verbonden.
o Conflictenrecht.
- Als we een buitenlandsvonnis hebben, erkennen we dit dan in Nederland en voeren we
dit uit?
o Erkenning- en tenuitvoerleggingsvraag.
 Ambtshalve toetsing door de rechter. Forumkeuze blijft mogelijk. Als de rechter zegt:
hebben jullie wel gekeken of ik wel bevoegd ben? Dan kunnen partijen alsnog voor die rechter
afspreken om via forumkeuze voor deze rechter te kiezen. Let hierbij wel op de eventuele
partijongelijkheid.

Praktijk gerelateerde IPR-vragen:
- Hoe dagvaard je iemand in het buitenland?
o In welke taal?
o Betekeningverordening voor het procederen binnen Europa.


3

, - Hoe vergaar je het bewijs?
o Getuigenverklaringen in het buitenland of kan je ze laten overkomen?
o Binnen Europa geldt hiervoor wederom een speciale regeling.
- Kosten van rechtshulp.
o Richtlijnen en verdragen.

Bevoegdheid

B.

Piping Ltd., een Engelse onderneming gevestigd in Brighton (VK), is gespecialiseerd in het
vervaardigen van pijpleidingen. Op 15 januari 2018 sluit het bedrijf een megadeal met Energie
Plus, een in Nederland gevestigd bedrijf dat gespecialiseerd is in "turnkey"-projecten op het
gebied van energievoorzieningen. Energie Plus heeft een opdracht gegund gekregen om een
nucleaire krachtcentrale in Iran te bouwen. Daar heeft Energie Plus de pijpleidingen van Piping
voor nodig. In het contract tussen Piping en Energie Plus staat als contractuele plaats van
levering de haven van Rotterdam vermeld en als leveringsdatum 27 februari 2018. Aldaar zullen
de pijpleidingen worden geïnspecteerd voordat ze naar Iran worden vervoerd per schip. De
eerste levering zal echter in Brighton geschieden op 30 januari 2018; Energie Plus zal daar een
stuk pijpleiding afhalen om te testen op compatibiliteit. Piping is een dochteronderneming van
het in New York (VS) gevestigde bedrijf Novit.

Vlak voor de afgesproken datum van levering in Rotterdam laat Piping weten dat zij niet in staat
is om te leveren. Als reden voert Piping aan dat op 10 februari 2018 de Amerikaanse regering
een wet heeft aangenomen op grond waarvan het verboden is op enigerlei wijze mee te werken
aan de bouw van een nucleaire krachtcentrale in Iran. Deze wet is van toepassing op: alle in de
VS gevestigde bedrijven, alle dochterondernemingen van Amerikaanse bedrijven en alle
bedrijven die handelen in Amerikaanse technologie.

Energie Plus heeft daarmee een acuut probleem. De pijpleidingen moeten voldoen aan strenge
eisen en er zijn niet veel bedrijven die dergelijke pijpleidingen leveren, en al helemaal niet op
zo'n korte termijn. Energie Plus wil een procedure bij de rechter te starten om daar primair een
gebod tot nakoming van het contract te vorderen, en subsidiair een vergoeding voor de schade
van Energie Plus die veroorzaakt wordt door de wanprestatie van Piping. Nu het contract geen
forum- en rechtskeuze bevat, vraagt Energie Plus zich af wat haar positie is.

Vragen:

1) Welke rechter(s) zijn bevoegd van een eventuele vordering van Energie Plus kennis te
nemen? Motiveer uw antwoord.

Het gaat om een internationale koopovereenkomst tussen EnergiePlus in Nederland (koper) en
Piping in Engeland (verkoper – dochtermaatschappij van een bedrijf in Amerika). Piping levert
pijpleidingen voor een te bouwen kerncentrale in Iran. De eerste leveringsplaats is in Brighton
(testlevering) en de tweede levering in Rotterdam. Er is geen forumkeuze gemaakt.

Welke bronnen hebben we? Brussel I-her (zelfde als de EEX-verordening II)
- Materieel toepassingsgebied: art. 1 en 2 Brussel I-her. Hier van toepassing. Het gaat om
een burgerlijke- en handelszaak want het ziet op een koopovereenkomst.
- Formeel toepassingsgebied: beperkt of universeel formeel toepassingsgebied? Brussel I-
her is beperkt. De beperking zit hem er in dat de verweerder in een lidstaat gevestigd
moet zijn om de verordening van toepassing te laten zijn. Deze hoofdregel afleiden uit
art. 4 – 6 Brussel I-her – negatief geformuleerd – verweerder niet in een lidstaat dan
slaan we de verordening over en val je terug op de wet (zie de hiërarchie hierboven –
zie woonplaats ex art. 62 en 63 Brussel I-her). Zijn enkele uitzonderingen opgenomen


4

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper kristel3108. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 75759 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€6,49  1x  verkocht
  • (0)
  Kopen