Dit is een samenvatting van de literatuur voor het zevende college voor het vak neuropsychologische revalidatie. Deze samenvatting is ook te vinden in een voordelige bundel!
Samenvatting 7 Innovatie
Postma (2016) Neuropsychology of space. Chapter 4 Multisensory perception and the coding
of space.
Hoe visie, aanraking en gehoor ruimte coderen
Visie
Met onze ogen ontvangen we licht dat vervolgens (wel of niet) gereflecteerd wordt van dingen om
ons aan de voorkant van ons lichaam. Wanneer dit licht van het retina weerkaatst, wordt de
wereld om ons heen in eerste instantie altijd gecodeerd in een retinotopic referentiekader. Deze
representatie van de visuele wereld kan gezien worden door het visuele pad, van subcorticale
structuren zoals de superior colliculi naar de corticale structuren zoals V1.
Retinotopic mapping van visuele informatie: betekent dat het gebied van de ruimte dat we
kunnen zien direct ruimtelijk is afgestemd. Het staat ons toe om accuraat de locatie van
informatie in 3D ruimte te lokaliseren en het geeft informatie over grootte, vorm en textuur. Het
laat ons ook toe om veel dingen in ons visuele veld te zien en te integreren en heeft veel unieke
kwaliteiten zoals het vermogen om onderscheid te maken tussen verschillende kleuren,
intensiteiten, contrasten, texturen en vormen die ons helpen bij het groeperen en filteren van
visuele informatie.
Effect van blindheid: er zijn drie mogelijkheden voor prestatieveranderingen in blinde mensen:
1. Hypercompensatie: door een hoger vertrouwen op overblijvende zintuigen kunnen deze
versterkt worden en functioneren op een hoger level.
2. Prestatie op een bepaalde taak in de overblijvende sensorische modaliteiten blijft op hetzelfde
level, wat suggereert dat er onafhankelijkheid is tussen de verloren modaliteit en de
overblijvende voor de benodigde taken.
3. Het veroorzaakt tekortkomingen in verschillende cognitieve domeinen, anders dan alleen de
aangetaste sensorische modaliteit.
Aanraking
Ons gevoel van aanraking wordt gemedieerd door verschillende receptoren in de huid die ons
toestaan om zowel aanraking, hitte, druk, pijn etc. waar te nemen. Gebaseerd op feedback van
onze spieren weten we waar in de ruimte ons lichaamsdeel zich bevindt. Hierdoor zijn we niet
alleen in staat om te weten welk deel van ons lichaam is aangeraakt, maar ook waar in de externe
ruimte het aangeraakt is.
Doofheid (in kinderen): gaat vaak gepaard met meerdere andere tekortkomingen als gevolg van
hun doofheid of door een onderliggende etiologie dat verschillende neurocognitieve effecten
heeft, waaronder doofheid. De tekortkomingen zijn onder andere intellectuele beperkingen,
autisme spectrum stoornis en gelijktijdige perceptuele tekortkomingen zoals doof-blindheid.
Doofheid lijkt te leiden tot selectieve verbeteringen van visuele vaardigheden, met name perifere
visie en visuele aandacht, terwijl andere dimensies ongewijzigd blijven. Het verlies van auditie
versterkt dus het ruimtelijk vermogen.
Gehoor
Het gehoorsysteem moet locatie op een indirecte manier afleiden. Twee signalen die ons helpen
om geluid in horizontale ruimte te lokaliseren zijn interaural time- en sound level differences
(ITD en ILD).
1
, - ITD: de manier waarop onze oren op ons hoofd zijn geplaatst veroorzaakt een verschil in
aankomsttijd van een geluid aan het linker- en rechteroor, afhankelijk van de positie van een
geluidsbron ten opzichte van het hoofd. Afhankelijk van de positie van de geluidsbron op de
horizontale meridiaan, verandert de ITD, waardoor de hersenen de laterale positie van een
geluidsbron in de ruimte kunnen berekenen. Geluiden die zich op het middenvlak bevinden,
komen tegelijkertijd het linker- en rechteroor binnen als er geen voorwerpen in de weg zitten.
- ILD: wanneer er een geluid zich rechts van het hoofd bevindt, zal het intensiteitsniveau van
het geluid iets hoger zijn bij het rechter oor in vergelijking met het linkeroor en vice versa.
Wanneer een geluid uit slechts één enkele frequentie bestaat, kunnen we nog steeds zien van
welke horizontale ruimtelijke locatie het geluid is ontstaan, maar het is veel moeilijker om de
hoogte ervan te bepalen. Dit komt omdat ITD- en ILD-signalen hoofdzakelijk informatie
verschaffen over de locatie van een geluidsbron in horizontale ruimte. De lokalisatie van geluid in
het verticale vlak hangt af van hoe de vorm van de oorschelp invloed heeft op het spectrum van
het geluid dat op verschillende hoogtes is geplaatst. Deze monaurale spectrale signalen worden
ook gebruikt om onderscheid te maken tussen geluid afkomstig van de voor- en achter ruimte.
Bron afstandsgeluid: dit is gebaseerd op twee soorten signalen:
1. De intensiteit van een geluid: geeft een relatieve indicatie van de afstand als de intensiteit
van een geluidsbron bekend is.
2. De direct-naar-weerkaatsingsratio van een geluid: wanneer we ons in afgesloten
omgevingen zoals kamers bevinden, komen geluiden niet alleen rechtstreeks aan onze oren
aan, maar ook op een indirecte manier door geluidsreflecties van de muren. Het is
aangetoond dat we de absolute afstand van een geluid kunnen schatten op basis van de
verhouding tussen de amplitude van het directe geluid en de vertraging en amplitude van de
reflectie.
Ruimtelijke referentiekaders en hun transformaties
Visuele informatie wordt verwerkt in een retinotopic referentiekader, auditieve informatie in een
op het hoofd gecentreerd referentiekader en aanraking wordt gecodeerd in een (referentiedeel)
gecentreerd referentiekader. Om ruimtelijke informatie tussen de zintuigen te vergelijken, moet
sensorische informatie op een bepaald punt bij elkaar komen tijdens sensorische verwerking en
gecodeerd worden in een gemeenschappelijk referentiekader.
- Ruimtelijk uitgelijnde auditieve en visuele ruimtelijke kaarten zijn gevonden in de super
colliculus, een structuur in de middenhersenen die sterk betrokken is bij het genereren van
oogbewegingen.
- De pariëtale cortex lijkt ook betrokken te zijn bij referentiekader transformaties voor visuele,
auditieve en tactiele informatie in ooggerichte coördinaten.
Transformaties: ruimtelijke informatie uit één zintuig wordt getransformeerd in het dominante
referentiekamer van een specifiek hersengebied. Deze transformaties maken het ook mogelijk om
ruimtelijke informatie van verschillende zintuigen te vergelijken ongeacht bewegingen van de
ogen, het hoofd en het lichaam.
Multisensorische integratie
Principes onderliggend aan multisensorische integratie
Studies melden dat een bepaald type multisensorische neuronen reageert op stimuli gepresenteerd
in verschillende modaliteiten. Deze neuronen kunnen bimodaal of trimodaal zijn (visie, auditie
en aanraking). Er zijn verschillende regels met principes:
2
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper karoliengarritsen. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,99. Je zit daarna nergens aan vast.